18
AARDAPPELEN
Ook tijdens de drukke oogstwerkzaamheden mag
de phytophtora-bestrijding niet verslappen. Zeker
niet dit jaar, waarin al vroeg aantasting van phytoph-
thora in het loof werd waargenomen. Daar komt nog
bij, dat de meeste aardappelen niet meer vrij zijn
van doorwas. De kwaliteitsachteruitgang ten gevolge
van de doorwas (glas), versnelt zich naarmate het
loof minder goed functioneert. Dit is dus een reden
te meer om de phytophtora-bestrijding niet te ver
onachtzamen.
Bij doodspuiten met natriumarseniet geeft men
ging met tin een beter resultaat, terwijl de dosering
verlaagd kan worden. Op zandgronden géén natrium
arseniet gébruiken. Op de zavelgronden kan men
met een mengsel van DNPIB of DNOC in olie en na
triumarseniet de schadelijke gevolgen beperken door
van beide middelen de halve dosering te gebruiken.
De doodspuitkosten kunnen zo binnen de perken ge
houden worden.
UIEN
In zaaiuien moet de bestrijding van valse meel
dauw worden voortgezet tot ongeveer vier weken
voor de oogst. Als de uien bestemd zijn voor langere
bewaring, verdient een bespuiting met maleine-hy-
drazide zeker aanbeveling. Deze bespuiting wordt uit
gevoerd in een dosering van 7% liter/ha in min. 500
liter water, op het moment dat het gewas begint te
streken. Het loof moet echter nog voldoende groen
zijn. Dat is ongeveer 4 weken voor de oogst. Als di
rect na het spuiten negen valt, kan het middel van
het loof afspoelen voordat het is opgenomen. In der
gelijke gevallen valt het resultaat tegen, te meer
daar een herhaling van de bespuiting niet is toe
gestaan.
preventieve bestrijding tegen schimmels en kool-
zaadaardvlo. Deze behandeling beveiligt slechts de
opkomst en de eerste twee weken erna. Ongeveer
drie weken na opkomst, en eventueel ook later in het
groeiseizoen, zal over het gewas gespoten moeten
worden. Bij inzaai in een schrale stoppel, bijv. vlas
of graan, is een najaar^bemesting met 40 a 60 kg
N/ha op zijn plaats.
Een chemische onkruidbestrijding direkt na het
zaaien tegen duist en wilde haver is mogelijk met
1015 kg TCA. Op de zwaardere gronden kan tegen
breedbladige onkruiden worden gespoten met 0,5 kg
Sdmazin. Veel regen kort na deze bespuiting geeft
kans op schade. De Simazin kan ook pas tegen half
oktober worden gespoten, waardoor de kans op scha
de geringer is. In de tweede helft van oktober kan
tarweopslag nog met TCA worden bespoten.
Sinds vorig jaar is eveneens toegelaten het middel
Lasso, dosering 5 liter/ha. Dit werkt behalve tegen
grassen ook vrij goed tegen breedbladige onkruiden.
Het eveneens nieuwe middel Kerb moet pas half
oktober worden toegepast. Het heeft een goede wer
king tegen grassen en graanopslag en vrij goed tegen
muur. Deze beide nieuwe middelen zijn vrij duur.
BLAUWMAANZAAD
Ook de oogst van dit gewas komt deze maand aan
de orde. Het ras Marianne is vrij stevig en kan even
tueel ook van stam worden gemaaidorst. Nadrogen
zal meestal noodzakelijk zijn. Een sterke onkruid
bezetting met zwarte nachtschade kan de oogst be
langrijk bemoeilijken.
GRASZAAD
Eerstejaars percelen. Dit jaar ingezaaid grasland,
dat pas onder de dekvrucht vandaan komt dient di
rekt een N-bemesting te krijgen. Op de langzaam
groeiende grassen als veldbeemd en roodzwenk is
het vroege tijdstip van meer invloed dan de hoeveel
heid. De te geven hoeveelheden stikstof aan de gras
sen veldbeemd en roodzwenk variëren naar gelang
de dekvrucht: na erwten ongeveer 45 kg N per ha;
na vlas ongeveer 60 kg N per ha; na granen ongeveer
7590 kg N per ha.
Gerstópslag kan bestreden worden met 4 liter
Prébetox 1 liter Citowett omstreeks aind augus
tus/begin september. De gerst is het meest gevoelig
in het 24 bladstadium. De tarweopslag kan in okto
ber met TCA worden bestreden. Vlakgroeiende zaad
onkruiden, die het jonge gras dreigen te verstikken,
kunnen in augustus worden bestreden met DNOC.
Pleeg vooraf overleg met uw graszaadfirma!
Tweedejaars percelen vragen in augustus weinig
zorg. Er is een mogelijkheid om in plaats van later
de hergroei te maaien; deze in de tweede helft van
augustus af te branden met een loofbrander. Dit is
vooral van belang op de goed volgelopen veldbeemd-
percelen. Er zijn opbrengstverhogingen behaald te
genover maaien van 2040 Het grootste effect
geven de beste zodevormende rassen veldbeemd als
Delft en Baron. Bij Prato is het niet nodig. Voor deze
toepassing moet er uiteraard een loofbrander be
schikbaar zijn. De methode van branden is de eerste
maal met 400—-500 liter olie per ha en na één week
voor de tweede keer met 300400 liter.
KUILHOPEN
Plaatselijk komt er in de aardappelen reeds doorwas
voor. Dit versnelt zich naarmate het loof minder goed
functioneert Een goede phytophtora-bestrijding is
ook daarom gewenst
KOOLZAAD
Koolzaad kan in het zuidwesten gezaaid worden
van half augustus tot half september. Voorvrucht en
grondrijkdom spelen hierbij een roL Het gewas kan
namelijk zowel te fors als te klein ontwikkeld de
winter ingaan, wat beide uitwinteren tot gevolg kan
hebben. Gewenst is een najaarsontwikkeling van 6 a
7 bladeren aan een korte stengel. Als regel is eind-
augustus de beste zaaitijd. Het ras Marcus is produk-
tiever dan Rapol, terwijl Marcus iets later afrijpt.
De zaaizaadhoeveelheid bedraagt 5 a 7 kg per ha
naar gelang grondsoort en cultuurtoestand. Veel per
celen worden nog te dik gezaaid.
Het zaad van koolzaad dient behandeld te worden
met Lindaan inkrusta, dosering 50 gram/kg zaad, als
Ook dit jaar komt het weer sterk naar voren dat
de boer afhankelijk is van het weer. Wie had er ooit
durven hopen dat er zo'n massa gras zou groeien.
Veel veehouders hebben hiervan geprofiteerd, door
extra in te kuilen, te hooien of te drogen.
Dit jaar is er veel voordrooggras ingekuild dat al
leen met plastic afgedekt is. Deze methode kan goed,
doch het voorkomen van beschadiging van het plas
tic vraagt extra aandacht. Elke week controleren of
er geen gaatjes in de afdekking gekomen zijn, is
noodzakelijk. Mocht een kuil plotseling aanmerkelijk
zakken, dan kan aangenomen worden dat er lucht-
toetreding plaats vindt en de kuil broeit of misschien
wel rot. Dan is men vaak te laat. Demp de put niet
als het kalf verdronken is en houd de kuil in de
gaten.
GRASLAND VERBETERING
Op de meeste bedrijven is er voldoende ruw voer
gewonnen en de grasgroei is bovendien nog goed.
Daarom zouden veel veehouders er verstandig aan
doen om dit jaar een gedeelte van het grasland te
vernieuwen. Augustus is hiervoor een goede tijd. Met
de overtop frees is het mogelijk om direct na behan
deling weer in te zaaien. Na het frezen moet de grond
echter wel goed aangedrukt worden. Dit kan het
beste door een trekker spoor aan spoor te rijden. Als
graszaadmengsel zijn BG 5 (met klaver) of BG 11
(zonder klaver) de meest gebruikelijke.
Voor stoppelbewerking verdient een cultivator met
een gering aantal vaste of stug verende tanden de
voorkeur. De grond blijft dan grover en daardoor
ook droger.
Door een vlotte groei na de heringroei is er be
mesting van 100 kg zuivere stikstof en 50 kg fosfaat
per ha aan te bevelen. Ook is het mogelijk om kort
voor het frezen drijfmest over het oude grasland uit
te rijden. Bij het voorkomen van kweek moet daar
tegen eerst worden gespoten en kan na enkele da
gen de drijfmest over het land worden gereden.
KWEEK IN GRASLAND
De beste manier om kweek in grasland te bestrij
den is bespuiten met dalapon. Hierbij moeten wel
enkele punten in acht worden genomen.
Bij de graslandverbetering dient de grond na het
frezen goed aangedrukt te worden. Dit kan het beste
door met een trekker spoor aan spoor te rijden.
Ie Liefst spuiten op jonge kwêek van 1015 cm
lengte;
2e Gebruik 2025 kg dalapon per ha;
3e Spuit liefst bij groeizaam weer;
4e Bij hoge luchtvochtigheid is de opname van da
lapon door het blad het best. (Bij droog schraal
weer 's-avonds of 's-morgens vroeg spuiten).
5e Wacht met frezen tot 10 dagen na het spuiten.
Graslandvernieuwing kost geld, doch de opbrengst
kan minstens hoger zijn dan van oud grasland.
Een optimale opbrengst van het grasland verhoogt
de rentabiliteit van de rundveehouderij.