Naar meer duidelijkheid!
Het landbouw-monetaire
probleem
in de EEG
Oudedagsreserve
zelfstandigen
F
3
De DS '70-ministers Drees en De Brauw hebben
tenslotte de knuppel in het hoenderhok geworpen.
Het weifelen van het kabinet-Biesheuvel om algeme
ne maatregelen te treffen voor beteugeling van de
inflatie, waarop reeds herhaaldelijk was aangedron
gen, is hen te lang gaan duren. De door de minister
van financiën Nelissen nóg verder gewenste bezui
nigingen op de begroting, die vooral de door hen be
heerde departementen van Verkeer en Waterstaat en
van Wetenschappelijk Onderwijs zou treffen, was
voor hen de direkte aanleiding om dan maar hun
portefeuilles ter beschikking te stellen.
Dat gebeurde nadat het kabinet meer dan een
week lang intensief had vergaderd over de begroting,
waarin immers danig bezuinigd moest worden. Vorige
week nog liet premier Biesheuvel zich vrij optimis
tisch uit over het welslagen van deze besprekingen.
Men zou het wel met elkaar eens worden, zo meende
hij toen.
Op dat moment was dan waarschijnlijk nog niet
aan de orde de door minister Nelissen noodzakelijk
geachte bezuiniging van vierhonderd miljoen, althans
niet de verdeling daarvan over de departementen.
Het is bekend, dat minister Drees reeds vorig jaar
voor Verkeer en Waterstaat drastische bezuinigingen
heeft aanvaard en doorgevoerd en dat ook voor de
nieuwe begroting zijn departement er niet zonder
kleerscheuren zou afkomen. En hoeveel moeilijkhe
den minister De Brauw ten aanzien van het Weten
schapsbeleid en Wetenschappelijk Onderwijs onder
vindt, is maar al te bekend, mede door hetgeen zich
heeft afgespeeld bij de behandeling van de verho
ging der collegegelden. Het werd hen net te veel dat
zij nu nogeens een belangrijk deel van de extra be
zuinigingen voor hun rekening moesten nemen, ter
wijl het kabinet zich nog steeds niet wilde uitspreken
over de beheersing van lonen en prijzen.
Of het 'bedrijfsleven daarover tot overeenstemming
zal komen blijft immers een grote vraag, zeker nu
het er om gaat dat iedere reële loonsverbetering ach
terwege zou moeten blijven. De ervaringen van vorig
jaar, die toch nog weer tot een verhoging van de
loonkosten van meer dan twaalf procent hebben ge
leid, doen de gedachten daarover niet erg optimis
tisch zijn. Toch kan de inflatiespiraal niet alleen
terug gedrukt worden door bezuinigingen van de
rijksoverheid, ook ons volk zelf zullen daar ook een
flinke steen aan moeten bijdragen. Doch tot een
dwingend voorschrift in deze wilde het kabinet-Bies
heuvel zich in meerderheid niet laten verleiden. Dat
werd dan voor DS '70 de aanleiding de verantwoor
delijkheid neer te leggen.
Op het moment dat dit geschreven wordt ziet het
er naar uit dat een minderheidskabinet de begro
ting 1973 zal indienen en verdedigen en nieuwe ver
kiezingen zal uitschrijven.
Met die verkiezingen kan ons volk zich dan zelf
uitspreken over de in deze begroting geschetste be
leidslijnen. Waarmede we dan de politieke duidelijk
heid zouden kunnen krijgen, wanneer de oppositie
tegelijkertijd een alternatief program publiceert, zo
dat de kiezer kan beslissen welke oplossing der pro
blemen het 't verkiezelijkst acht. Dan krijgen we dus
onverwacht die duidelijkheid bij de verkiezingen
waarom, vooral de oppositiepartijen, al zo vaak ge
vraagd hebben.
Twee programma's, twee wijzen van beleid, om
het begrotingsdeficit te drukken en de inflatie tegen
te gaan. Waarna we dan^drie jaar kunnen aanzien
of de verkozen richting de problemen aan kan en het
land uit de moeilijkheden weet te halen.
In ieder geval is met het aftreden van de DS'70-
ministers een einde gekomen aan een periode van
voortdurende onzekerheid en geen doortastende be
slissingen. De partijen, ook van links, zullen zich nu
duidelijker moeten gaan uitspreken èn bovendien
aangeven in welke andere partij zij voldoende ver
trouwen hebben om in een koalitie mee te kunnen
samenwerken. De crisis die nu is uitgebroken kan
die duidelijkheid ten goede komen!!
rDER leiding van minister Lardinois, die ondanks
de politieke situatie in Den Haag toch naar Brus
sel Was gekomen, is de EEG-landbouwraad bijeen om
eeni oplossing te vinden voor de zogenaamde land-
bouwmonetaire moeilijkheden. Deze moeilijkheden
zijn de nasleep van een van de langste landbouwmara-
tons uit de EEG-geschiedenis in maart van dit jaar.
De ministers stelden toen ('behalve dat ze eindelijk
het plan Mansholt aanvaardden) de nieuwe prijzen
vast voor de landbouwprodukten.
Omdat Duitsland, België, Luxemburg en Nederland
hun munt inmiddels hadden gerevalueerd, werd echter
tevens bepaald dat de boeren uit deze landen aflopen
de compensaties zouden krijgen. Deze compensaties
dienen om het verschil goed te maken tussen de niet-
gerevalueerde rekeneenheid (waarin de EEG-land-
bouwprijzen zijn uitgedrukt) en de nationale muntem,
waarin de boeren de opbrengst van hun produ'kten
ontvangen, de compensaties komen uit heffingen en
restituties aan de EEG-buitengrenzen.
De ministers staan nu voor de taak deze compense
rende bedragen communautair te maken, dat wil zeg
gen een systeem te vinden (eventueel met terugwer
kende kracht tot 1 juli van dit jaar), waarbij de op
brengsten van de grensmaatregelen in het landbouw
fonds vloeien en waarbij de boeren uit dit fonds scha
deloos worden gesteld. Tevens moet een besluit wor
den genomen (nu de nieuwe pariteit van de dollar is
aangemeld) de compensaties uit te keren op basis van
de nieuwe dollarpariteit. Tot nu toe namelijk werd
de marge waarbinnen de dollarkoers kan fluctueren
eveneens gecompenseerd.
De ministers moeten voorts een tijdschema opstel
len, waarbinnen de dollarkoers kan fluctueren even
eens gecompenseerd.
De ministers moeten voorts een tijdschema opstel
len, waarbinnen de compensaties geleidelijk aan ge
heel zullen verdwijnen. De Europese landbouwraad
moet ook de zogenaamde interventiecentra voor gra
nen en de daar geldende interventieprijzen vaststellen
voor de vier landen, die 1 januari lid van de EEG
worden: Engeland, Ierland, Denemarken en Noorwe
gen.
1IIERBIJ is gebleken dat Duitsland het helemaal niet
eens is met de voorstéllen van de Europese Com
missie inzake Denemarken. Het vreest dat de commis
sie de interventieprijs voor gerst in Denemarken niet
hoog genoeg stelt en dat daardoor Duitse interventie
bureaus overstroomd zullen worden met Deense gerst.
Ook de door de commissie voor Engeland voorgestelde
interventieprijzen kunnen de Duitse goedkeuring niet
wegdragen. De Duitsers zijn bang dat de Britse mout-
industrie (belangrijk voor de bierbereiding), vergele
ken met Duitsland, in een gunstiger positie zal komen.
Engeland heeft al laten weten dat het lagere inter
ventieprijzen wil voor Zuidoost-Engeland dan de
Commissie heeft voorgesteld, maar daar is Frankrkijk
weer tegen omdat het zijn graanexport naar Engeland
dan in gevaar ziet komen.
(Zie verder pag. 11)
TIKT wetsontwerp betreffende de fiscale oudedags-
reserve voor zelfstandigen is uiteraard in deze
tijd nogal in discussie. Het is ingediend naar aanleiding
van het rapport van de commissie Van Soest dat op
16 april 1971 is gepubliceerd. Deze commissie had tot
taak de belastingheffing van zelfstandigen in verge
lijking met die van loontrekkenden te bestuderen. Zij
kwam tot de conclusie dat de verschillen in belasting
heffing tussen deze twee categorieën belastingplichti
gen voor het grootste deel niet van zodanig belang wa
ren dat zij voorstellen moest doen tot wijziging van
de inkomstenbelastingwet. Met één uitzondering. De
meerderheid van de commissie kon niet billijken dat
het voor de zelfstandige onmogelijk is om ten laste
van de winst een redelijke pensioenvoorziening op te
bouwen, terwijl de loontrekkende dit wel ten laste van
zijn inkomen kan doen. Zij is dus met voorstellen ge
komen om de zelfstandigen de gelegenheid te geven
ten laste van hun winst een pensioenreserve op te
bouwen. In het regeerakkoord van het kabinet Bies
heuvel is vastgelegd dat het rapport Van Soest zou
worden omgezet in een wetsontwerpEchter met ma
tiging en variaties.
/JP 15 mei j.l. is dat wetsontwerp bij de Tweede Ka
mer ingedAend. In de dagbladen en ook in het
Landbouwblad is er uitvoerig aandacht aan besteed.
In grote lijnen komt het erop neer dat een onderne
mer elk jaar aan de oudedagsreserve mag toevoegen
15 van de winst voorzover deze 10/ 7 van het onge-
huwden pensioen van de A.O.W. te boven gaat en niet
meer bedraagt dan f25.000,Voor winsten van 25
tot 50 duizend is het percentage dat gereserveerd mag
worden 10 en van 50 tot 80 duizend 7.5. Verder gaat
het niet.
De reserve moet uiteraard ook in een aantal gevallen
afnemen. De voornaamste daarvan zijn het bereiken
van de 65-jarige leeftijd en het geval dat de reserve
uitgaat boven het ondernemingsvermogen. Het ont
werp is in de kringen van de zelfstandigen over het
algemeen goed ontvangen, al zijn er nog wel wensen,
die b.v. door het Landbouwschap aan de leden van de
Tweede Kamer kenbaar zijn gemaakt. Van de zijde
van de vakbeweging is op het ontwerp scherpe kritiek
uitgeoefend. De strijd zal op het politieke slagveld nog
wel wat kruit doen ontbranden. Het landbouwblad is
geen politieke krant en wij kunnen dit aspect dus hier
verder laten rusten!
R is ook kritiek gekomen van andere zijde. In het
Weekblad voor fiscaal recht van 6 juli 1972 „Alterna
tieven oudedagreserve zelfstandigen" is een voorstel
van het Bestuur van de Vereniging van Inspecteurs
van 's Rijks belastingen opgenomen, dat betrekking
heeft op het bovengenoemde wetsontwerp. In de eerste
alinea's van dit stuk schrijft dit bestuur: „Het is voor
de eerste maal dat wij ons publiekelijk uiten over een
ontwerp van Wet op fiscaal terrein. Deze ongebruike
lijke stap vindt zijn oorzaak in de naar onze mening
het ontwerp van Wet houdende fiscale oudedagsreser
ve voor zelfstandigen, zitting 1971-1972 11.818 met
zich medebrengt.
Reeds in 1970 heeft onze vereniging een rapport Ver
eenvoudiging Inkomstenbelasting het licht doen zien,
in de overtuiging dat vereenvoudiging van de fiscale
wetgeving dringend geboden is, wil de uitvoerbaar
heid en daarmede de rechtvaardigheid niet ern
stig in het gedrang komen. De indiening van dit ont
werp van Wet doet ons het ergste vrezen voor het
door ons voorgestane streven naar uitvoerbare wetge
ving".
IN het vervolg van het stuk schrijft het Bestuur van
de vereniging van Inspecteurs dat zij geen politie
ke stellingname beogen. Zij bezien en beoordelen de
regeling uit het gezichtspunt van de uitvoerbaarheid
door de belastingdienst. Vanuit dit gezichtspunt komen
zij o.a. tot de conclusie dat de voorgestelde regeling
niet of zeer moeilijk uitvoerbaar is, dat zij blijvend
gebrekkig zal functioneren en daardoor rechtsonge
lijkheid binnen de groep der zelfstandigen teweeg
brengt. Zij blijven bij deze veroordeling echter niet
staan, maar komen met het voorstel voor andere voor
zieningen. Deze zijn:
1. Continuering en verdere uitbouw van de zelfstan
digenaftrek.
2. Verhoging van de inkomensgrenzen van de beperk
te invordering van de premie voor de volksverze
keringen.
3. Verruiming van de maximum aftrek voor lijfrente-
premies.
4. Toestaan van een hogere aftrek dan de werkelijk
betaalde lijfrentepremie voor mensen met lagere
inkomens.
5. Tijdelijke verhoging van de vrijgestelde stakings
winst. Deze vrijstelling is nu 10.000.
Tot slot schrijft het Bestuur: gillen die bij de oor
deelsvorming nopens dit wetsontwerp betrokken zijn,
roepen wij op zich te bezinnen op de in deze nota ver
vatte alternatieve oplossingen, die in hun onderlinge
samenhang de bedoelingen van de Commissie Van
Soest in mime mate honoreren, zonder de bezwaren
op te roepen, welke aan het huidige wetsontwerp zijn
verbonden".
JirAT zullen wij nu hiervan zeggen? Ook bij ons
bestaat de vrees dat het huidige ontwerp niet
veel resultaat voor de zelfstandigen zal afwerpen. Het
is een ingewikkelde regeling en het is niet alleen de
belastingdienst die in een impasse raakt. Nationaal
gezien zijn de belastingadviseurs en de boekhoudbu-
reaus ook overbelast. Dat wordt wel bewezen door de
enorm lange uitstel-termijnen voor de inlevering van
aangifte-biljetten. Voor een eenvoudige regeling is
alles te zeggen. Wel moet onverzwakt de eis gesteld
worden dat het verschil in belastingheffing dat nu ten
nadele van de zelfstandigen bestaat, wordt opgehe
ven. Aan die eis zal door een eenvoudige regeling ech
ter veel eerder voldaan worden dan door een ingewik
kelde. Laten wij hopen dat wat de inspecteurs schrij
ven een goed resultaat mag opleveren, op welke wijze
dan ook,
PA AU WE