De maand
mei
op het
zuidwestelijk
landbouwbedrijf
r)IT voorjaar is men vroeg met het zaaien kunnen
beginnen en hebben de gewassen een vlotte
opkomst te zien gegeven. De ontwikkeling van de
gewassen verloopt tot op dit moment goed en is mis
schien iets voor ten opzichte van andere jaren. De
regen van begin april is echter een spelbreker ge
weest voor het poten van de aardappelen. Voor de
percelen die nog niet gepoot zijn wordt het vermoe
delijk vrij laat.
12
C. A. R. GOBS
M. VAN GASTEL
en!
R. VAN DER MEER
Goede resultaten met slinger- of gecomman
deerde dunners zijn alleen mogelijk na vooraf
gaande nauwkeurige tellingen.
Afgaande op oudere ervaringen zou aangenomen
kunnen worden, dat de bodemherbiciden door de vrij
grote hoeveelheden neerslag van einde maart en be
gin april toch wel voldoende hebben gewerkt.
De maand mei wordt nog altijd gezien als de maand
met een grote arbeidspiek voor het dunnen en schoon
houden van de bieten.
Het ziet er op dit moment naar uit dat deze arbeids
piek flink afgevlakt zal worden. Men zal het niet aan
laten komen op hoge arbeidslonen, zo er nog arbeids
krachten gevonden kunnen worden. Doch men zal
sneller overgaan tot het machinaal dunnen en het ge
bruik maken van een tweede chemische onkruidbe-
strijding.
Een gewas wintertarwe vraagt tijdens de uitstoeling
in het voorjaar en tegen het moment van het in aar
komen en de korrelvorming veel 'N.
Een overbemesting van 25 a 30 kg N, kan als het
gewas te licht blijft een zeer goed resultaat geven.
Het meest geschikte tijdstip hiervoor ligt tegen het
in aar komen en dat is eind mei.
Voor de bestrijding van meeldauw in tarwe kan
proefgewijs Calixin toegepast worden. De meeldauw-
ibestrijding in tarwe gaf in voorgaande jaren echter
minder bevredigende resultaten dan in gerst. De
werking leek korter. Hier en daar kwam er ook wat
'beschadiging voor, vooral als gespoten werd bij een
hoge temperatuur.
Het begin van de bestrijding van de aardappelziekte moet aangepast worden
aan de ontwikkeling van het gewas.
t, -« -
- v k t jS .vs -
v k a-C?'""':-I
Tracht in zoveel mogelijk percelen een groen bem
perceel waar schuimaarde gestrooid zal wordt
op deze regel.
WINTERTARWE
|YE wintertarwe heeft zich zeer goed ontwikkeld.
Mede door dat hier en daar toch al royaal
stikstof is gegeven zal een bespuiting met de halm-
verkorter öhloormaquat (CCC) wel noodzakelijk
zijn. Veelal zal IVz tot 3 liter dan voldoende zijn.
Gewoonlijk is de ontwikkeling van de wintertarwe
in de eerste week van mei zodanig dat het beste
resultaat van een CCC-bespuiting is te verwachten.
Het ziet er naar uit, dat voor de vroegste percelen
reeds een toepassing in april gewenst zal zijn.
De kansen op legering, alsook het risico voor het
omvallen door voetziekte worden er door verkleind.
De ontwikkelingskansen voor groenbem esters worden
gunstiger.
Graag spuit men tegelijk met de CCC ook MCPA.
In feite is het dan nog te vroeg voor, de distel'bestrij-
dinig. Ben te groot aantal distels is dan nog te klein
of wordt tussen en onder het gewas niet geraakt en
geeft later toch nog zaad.
Zo het noodzakelijk is een bestrijding tegen klein
hoefblad uit te voeren dient dit met het oog op de
bedekking door het gewas, nu spoedig te geschieden.
Vooral de bieten die op een afstand van 10, 12 of 15 cm
in de rij gezaaid zijn vragen bij het handdunnen zeer
weinig urea
ren. Eventueel kan Calixin nog gemengd worden met
MCPA
Benut op die percelen, waar dit enigszins mogelijk
is de kansen voor het telen van een groenbemester.
Laat alleen die kavels afvallen, waar:
dit door een uitgevoerde chemische onkruidbe-
strijding onmogelijk is;
het gewenst is dat ze vrij bleven voor schuim
aarde strooien of uitrijden van stalmest;
een groenbemester als wikken gezaaid zal wor
den;
men koolzaad wil zaaien.
Goede middelen hiervoor zijn 2% liter 2.4-D, 14
dagen later gevolgd door MCPA Komt er naast
klein hoefblad ook nog muur, enz. voor, dan kan ook
gebruikt worden gemaakt van 3 liter ioxynil/MCPP
2 liter MCPA. In de tarwe hebben we de kans om
met betrekkelijk goedkope middelen het onkruid
sterk de kop in te drukken, waardoor de teeltmoge
lijkheden voor andere gewassen groter en de pro
blemen van te veel onkruid in die gewassen kleiner
zijn geworden.
INZAAIEN GROENBEMESTER
jAE eerste helft van mei kan eventueel nog Ita-
liaans of Engels raaigras ala groenbemester in
gezaaid worden. Voor die percelen waar afgelo
pen najaar Tribunil, Itgran 50 of TOK E 25 is ge
bruikt, is een waarschuwing voor de teelt van groen-
bemesters zeer zeker op zijn plaats. Men is er niet
geheel zeker van dat deze middelen geen nawer
king en schade meer zullen veroorzaken aan de in te
zaaien groenbemesters. Witte klaver is zeer gevoe
lig. Italiaans raaigras zal nog het minste risico geven.
ZOMERGRANEN
(AP de meeste percelen waar reeds een DNOC-be-
spuiting heeft plaatsgevonden zal geen tweede
bestrijding meer noodzakelijk zijn. In enkele geval
len kan het klein hoefblad ^ïog problemen geven,
hiervoor is MGPA/MCPP of Certrol Combin geschikt.
In zomergranen kan geen 2.4-E gebruikt worden. Af
hankelijk van de verdere onkruidsoorten kan ook
nog Ioxynil/MCPA, Faneron of Basagran geschikt
zijn.
Waar, de zomertarwe te zwaar dreigt te worden kan
1'% liter CCC per ha gebruikt worden. In haver is
de meest geschikte hoeveelheid 3 liter per ha.
Een vrij belangrijk deel van de zomer gerst is voor
de uitzaai met Milstem tegen meeldauw ontsmet. Zo
dit niet is geschied kan bij het begin van de aantas
ting nog een bestrijding met 0.75 liter Calixin of 1
liter Imugan worden uitgevoerd.
Het tijdstip is zeer belangrijk, vermoedelijk is het
begin van de tweede helft van mei het geschiktst.
Er. mag niet gespoten woeden bij hoge temperatu-
KOOLZAAD
MET de toename van de oppervlakte koolzaad is
het niet uitgesloten dat we ook te maken krij
gen met een uitbreiding van het aantal koolzaad-
glans- en snuitkevers. De koolzaadglanskever doet
alleen schade zolang het gewas in het knop- en het
eerste bloeistadium verkeert. De schade van de
snuit'kever ontstaat later. Een bestrijding met 2 liter
Zolone of 1,6 liter, Nexagan 40 dient tegen het
midden van de bloei uitgevoerd te worden. Spuit
zoveel mogelijk 's-avonds, men spaart dan de bijen.
Ook Malathion ULV is voor dit doel goedgekeurd,
gezien de giftigheid voor de bijen is het echter min
der aantrekkelijk.
SUIKERBIETEN
ATT is het gewas waar de akkerbouwer gedurende
de maand mei de meeste aandacht en arbeid
aan zal besteden. Het opéénzetten vraagt tijd. Er zijn
verschillende mogelijkheden: