VERZEKERINGSINSTELLINGEN .VAN DE ZLM Verzekering tegen hagelschade Maak uw ontwikkelingsplannen gereed! excursie naar Groningen en Noord-Duitsland 9Llm 3 Vlas en uien 10, Sperciebonen (conserven) „20, Spinazie (conserven) 30, Alles per ƒ1.000,verzekerde waarde. LIET zaai- en pootgoed voor de oogst 1972 is in- tussen aan moeder aarde toevertrouwd. Wat het dit jaar allemaal worden zal weet gelukkig nie mand. U hoopt in ieder geval op een rijke oogst met weinig overproduktie, d.w.z. goede prijzen, althans lo nende prijzen etc. U gaat alle mogelijke moeite doen óm een goed produkt voort te brengen. Ondanks al uw goede zorgen kan de natuur een lelijke streep door de rekening halen. Met name is het hagelrisico een gevreesd natuurelement waar tegen u geen kuituurmaatregelen kunt nemen. Wat u wel kunt doen is uw oogst tegen hagelrisico verzekeren. De kosten daarvan zijn niet hoog. Om u een indruk te geven van de premiekosten la ten wij hieronder enkele tarieven van de belangrijkste produkten volgen. Tarwe, gerst en enkele graszaden 2,per 1.000,verzekerde waarde. Consumptie-aardappelen 2,50 Haver, witte-bruine bonen en diverse zaden 4, Suiker- en voederbieten4,50 Koolzaad en enkele graszaden 6, Karwij en erwten (ook conserven) 8, Het resultaat van zware hagelschade in de fruitteelt. Voor de verzekerde bedragen per ha zijn maximum normen gesteld b.v. tarwe 3.000,per ha; consump tieaardappelen 5.000,per ha; suikerbieten 4.000; vlas 3.000,karwij 3.500,enz. enz. Aan de hand van bovenstaande gegevens kunt u uitrekenen wat de dekking van het hagelrisico voor uw bedrijf gaat kosten. Mocht u een dergelijke ver zekering overwegen vraag dan onze premielijst en aangifteformulieren aan. Van belang is snel te beslis- De EEG-ministerraad heeft nu het startsein gegeven voor een hervorming van de Europese landbouw. De richtlijnen zijn vastgesteld. Het betreft de modernise ring van landbouwbedrijven, de sanering, de voorlich ting en omscholing. In de zes partnerlanden moeten nu besluiten worden genomen over de uitvoering van het structuurplan. Daarna is de goedkeuring van Brus sel vereist. Dan pas kunnen de plannen in de praktijk uitgevoerd worden. Wat de ontwikkelingskant betreft zal men met rente subsidies kunnen werken. Het bestuur van het Land bouwschap, dat op 5 april j.l. vergaderde, kwam al vlug tot de conclusie dat er op dit ogenblik meer vra gen zijn dan antwoorden. Enkele vraagpunten: wat is een ontwikkelingsbedrijf, een referentiebedrijf, verge lijkbaar arbeidsinkomen, hoe wordt het arbeidsinko men buiten de 'landbouw bepaald, rentesubsidies in de veredelingssector, investeringen voor milieu- en dierenbescherming, wanneer kan de Nederlandse boer zich aanmelden? Juist deze laatste vraag rijst bij vele bedrijfsgenoten, want er liggen al heel wat ontwikke lingsplannen klaar in Nederland. De opzet en uitvoering van de EEG-structuurmaat- regelen kosten tijd. Het Landbouwschap heeft zich op het structuurbeleid geworpen en zal proberen zo vlug mogelijk tot een standpunt te komen. Van groot be lang zijn het overleg en de besluitvorming in het Ont- wikkelings- en Saneringsfonds. In een extra vergade ring, die het Fonds op 19 mei a.s. houdt, hoopt men een antwoord te kunnen geven op de vele vragen in zake rentesubsidies, enz. Het is begrijpelijk dat u nu al naar de telefoon wilt grijpen om het fijne van rentesubsidies te vernemen. Wij vragen u echter de nieuwsgierigheid te bedwin gen tot half mei. Op het secretariaat van het Land bouwschap kan men tot dat tijdstip over rentesubsi dies weinig informatie geven. Uiteraard is het wel goed dat iedereen die ontwikkelingsplannen heeft, deze ook bespreekt en uitwerkt. De voorlichtings diensten, zowel van de organisaties als van het rijk, zullen u daarbij graag helpen. Een interessant nieuwtje als het over structuurbe leid gaat: het O.- S.-fonds heeft ongeveer 2,5 mil joen gulden bestemd voor projecten waarmee de teelt en toelevering van conserven en peulvruchten ver beterd wordt, dit naar aanleiding van een studie van het Landbouwschap. Aldus meldt de „nieuwsbrief" van het Landbouwschap van 11 april j.l. Bij voldoende belangstelling zal voor ZLM-leden van dinsdag 6 tot en met vrijdag 9 juni a.s. een excursie naar Groningen en Noord-Duitsland wor den georganiseerd. Het ligt in de bedoeling, dat men gedurende deze 4 dagen een overzicht krijgt van de belangrijke ontwikkelingen, die zich de laatste jaren in dit gebied voor wat de landbouw betreft, hebben voltrokken. Zo zijn vele van ouds her Groningse akkerbouwbedrijven omgeschakeld op melkveehouderij. Daarnaast zullen in het excur sieprogramma ook bezoeken aan een strocarton- fabriek en aan de aardgasgebieden, alsanede enige toeristische attracties worden opgenomen. Over nacht zal worden in de stad Groningen en in de Noord-Duitse plaats Aurioh. In het landbouwblad van 28 april zal uitvoerig op deze excursie worden teruggekomen, waarbij tevens de juiste prijs zal worden medegedeeld. Men kan zich nu reeds voor deze excursie aan melden bij het Secretariaat van de ZLM te Goes. Telefoon 011005010. Ook de leden van de ZLM uit Noord-Brabant worden verzocht zich bij het secretariaat te Goes op te geven. sen omdat de oogst 1972 voor een groot deel weer I boven de grond uitsteekt d.w.z. bloot staat aan ha gelrisico. Envorige week is de eerste hagel al gevallen! Bovengenoemde tarieven zijn van onze eigen Onderlinge Zuidelijke Hagelverzekering. FRUITHAGEL WOOR de fruitteler is het hagelrisico uiteraard veel gevaarlijker. Voor de fruitteler is het een noodzaak om tegen dit risico te verzekeren hoe be roerd de financiële uitkomsten ook mogen zijn. De premietarieven voor de fruithagel zijn dan ook vele malen hoger dan voor de landbouw. Bekend moge zijn, dat wij in Nederland nog slechts 1 fruithagelverzeke- raar hebben n.l. De Onderlinge Fruittelers Hagelver zekering Maatschappij (O.F.H.). De premietarieven zijn aldus: Basis-voorschotpremie 25,per ƒ1.000,ver zekerde waarde met een naheffingsmogelijkheid van 45,— per 1.000,—. De premie daalt met 10%, indien men 2 en 4 jaar geen schade claimt en stijgt met 10% indien men twee jaar achtereen of drie jaar achtereen schade claimt. In het laatste geval, dus na 3 jaar schade bedraagt de voorschotpremie 3 en kan de maximaal te be talen premie oplopen tot 8 Ook de fruittelers, die als het goed is allemaal ver zekerd moeten zijn, kunnen alle gewenste inlichtingen verkrijgen bij de Verzekeringen ZLM, Landbouwhuis te Goes, tel. 011005010, toestel 31. de L. Het kan voor de inkomstenbelasting heel wat ver schil maken of een bepaalde zaak behoort tot iemands bedrijfs- of tot zijn privévermogen. Het voornaamste verschil is wel dat in de bedrijfssfeer ook vermogens- winsten en vermogensverliezen in aanmerking worden genomen, terwijl dit in de privésfeer niet het geval is. Daarnaast zijn er nog heel wat meer punten van verschil. Investering in bedrijfsmiddelen kan leiden tot zelfstandigenaftrek, tot vervroegde afschrijving (als die niet geschorst is), e.d. Nu zijn er in de loop van de jaren heel wat geschil len geweest over de vraag of een zaak tot het bedrijfs vermogen of privévermogen behoorde. In de loop van de jaren is uit de rechtspraak van de Hoge Raad der Nederlanden duidelijk geworden dat wij 3 catego rieën van vermogensbestanddelen kunnen onderschei den: Ten eerste het verplichte bedrijfsvermogen (of on dernemingsvermogen) Ten tweede: het verplichte privé vermogen Ten derde het keuze-vermogen, d.wjz. de vermo gensbestanddelen waarbij de belasting plichtige vrij is om te kiezen of zij tot zijn bedrijfsvermogen of tot zijn privé vermogen zullen behoren. Hij kan dit niet naar willekeur doen. Hij moet bij zijn keuze blijven binnen de grenzen der redelijkheid. DE belastingplichtige moet uiteraard tegenover de belastingdienst laten blijken wat zijn keuze is. Dat zal tegenwoordig in het algemeen blijken uit het feit, dat iemand op zijn bedrijfsbalans een zaak als actief of passief opvoert, dus als bezitting of als schuld. Bij schuldden kan men n.l. ook voor de vraag komen te staan of er sprake is van een bedrijfsschuld of een privé-schuld. Het komt echter nog wel voor dat op één balans zowel bedrijfs- als privé vermogen is op genomen. Vooral op de balansen van bedrijven van oudere ondernemers op kleinere bedrijven wordt dit verschijnsel nog wel eens aangetroffen. Dit is niet hele maal onbegrijpelijk voor wie de ontwikkeling van de belastingheffing enkele tientallen jaren al heeft mee gemaakt. Vroeger leefde n.l. deze onderscheiding, die nu gemeengoed is van ieder die ook maar iets met be lastingheffing te maken heeft, niet zo erg. Het denken was toen wat primitiever. De belastingtarieven ook! Die hebben zich in dezelfde mate ontwikkeld als het belastingstelsel. ALS er op een bedrijf sbalans privé vermogen staat zal toch moeteti blijken dat er inderdaad van deze categorie vermogenbestanddelen sprake is. Dat kan b.v. als die inkomsten eruit steeds als inkom sten uit privé vermogen zijn aangegeven, als b.v. met betrekking tot afschrijvingen van een woning de regels voor privé vermogen zijn gevolgd, etc. Als alle inkomsten ook als bedrijfswinst zijn aange geven zal men in die gevallen de stelling dat er toch van een privé zaak sprake is, niet kunnen bewijzen. Hoewel geschillen over de vraag of een bepaalde zaak tot het verplichte bedrijfsvermogen behoort zich nogal eens hebben voorgedaan is het in het algemeen wel duidelijk of dat het geval is. Een zaak die men uitsluitend voor het bedrijf gebruikt of die voor de uit oefening van het bedrijf van wezenlijk belang is, be hoort tot het verplichte bedrijfsvermogen. Dat is het geval met de \grond die de boer-eigenaar in zijn be drijf gebruikt, met machines, met aandelen waaraan leveringsverplichtingen voor in het bedrijf voortge brachte producten zijn verbonden, enz. HOE is het met zaken die een maat of vennoot in een maatschap of vennootschap in gebruik en genot in die maatschap heeft ingebracht? Hij heeft dus de eigendom aan zich gehouden. In die gevallen is ook sprake van verplicht bedrijfsvermogen. Hoe als die man die zaak aan de maatschap of vennootschap heeft verhuurd of verpacht? Civielrechterlijk is dit mogelijk, zeker voor huur en naar wij menen ook wel voor pacht. In een geschil over een pand dat door een vennoot was verhuurd aan een maatschap waarvan hij zelf deel uitmaakte heeft de Hoge Raad bij een arrest van 1 maart 1972 uitgemaakt dat ook in dat geval sprake is van verplicht bedrijfsvermogen. In oudere arresten was ook wel eens anders beslist. De beslissing van de Hoge Raad luidt echter zeer algemeen. Ze zal in de toekomst wel als richtsnoer moeten worden genomen, ook voor boerderijen. Bij een toenemend aantal maat schappen is het goed daaraan te denken! PAAUWE.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1972 | | pagina 3