Beroepsverandering
en gezin (Hl)
landbouw
werktuigen
show
Redaktieraad
land- en tuinbouwblad
vergaderde
Cehave nv Veghel
Drs. J. J. J. KLOPROGGE,
LJ2.I. Den Haag.
Het vinden van een geschikt be
roep kan de voormalige agrarische be-
drijfshoofdeo heel wat moeilijkheden
opleveren. Door het meestal specifiek
agrarische karakter van de gevolgde
opleiding is de kans aanwezig dat
men in een ongeschoold beroep te
rechtkomt. Ook kunnen zich in de
leefwijze van het gezin veranderingen
voordoen, b.v. doordat de man de
hele dag van huis is. De aard van het
nieuwe beroep en de wijzigingen in
het gezinsleven zijn vooraf niet mak
kelijk te overzien, zodat men achteraf
een andere kijk op de beroepsverande
ring kan krijgen dan men eerst had.
We zullen nu nagaan hoe de vrouw
het achteraf vindt dat haar man geen
boer meer is, welke beroepen zij al
dan niet voor haar man geschikt acht,
en hoe zij het huidige beroep van haar
man waardeert.
yOALS we al eerder zagen waren de meeste
vrouwen indertijd niet tegen de beroepsveran
dering van haar man gekant. Ook achteraf blijkt twee
derde van de vrouwen het niet te betreuren dat haar
man geen boer meer is. Maar onder de vrouwen die
achteraf niet zo blij zijn met de beroepsverandering
zijn er verschillende die er eertijds wel voor waren!
Opvallend is dat 55 van de vrouwen tussen de 40
en 50 jaar niet zo tevreden is met de nieuwe situatie;
in de andere leeftijdsklassen is dat ongeveer 25
Ook onder de vrouwen die nu nog graag op de boer
derij meewerken, zijn er relatief weinig die het pret
tig vinden dat haar man geen boer meer is. Dit zijn
juist de vrouwen die sterk gebonden zijn aan het le
ven op de boerderij; mogelijk willen zij haar man het
liefst als boer werkzaam zien. Zij kunnen de beroeps
verandering kennelijk bijzonder moeilijk verwerken.
GESCHIKT EN ONGESCHIKT WERK VOOR DE MAN
■yUDENS de enquête werd geïnformeerd welk .werk
de vrouw ongeschikt dan wel geschikt voor haar
man vindt. De mannen hadden echter al een beroep op
het moment dat de mening van de vrouw over geschikt
en ongeschikt werk werd gepeild Toch is het interes
sant te weten welk werk volgens de vrouw voor haar
man in aanmerking zou komen, of in welk beroep zij
hem liever niet zou zien.
Ruim de helft van de vrouwen noemt werk dat met
de landbouw te maken heeft geschikt voor haar man.
Alle ander werk wordt veel minder genoemd. Een tiende
acht werk in de bouwsektor geschikt, sommigen werk
op kantoor of in de fabriek. Vrij veel vrouwen konden
geen werk noemen dat zij voor haar man geschikt zou
den vinden. Bij de vraag welk werk men ongeschikt acht,
springt vooral het fabriekswerk naar voren; de helft
vindt dat niet geschikt voor haar man. Vrij veel vrouwen
konden ook hier weer geen beroep noemen. Men kan
dus konkluderen dat deze vrouwen van afgevloeide 'boe
ren vooral werk dat met de landbouw te maken heeft
geschikt, en werk in de fabriek ongeschikt voor haar
man vinden Over ander werk heeft men doorgaans geen
mening.
DE MENING VAN DE VROUW OVER HET
HUIDIGE WERK VAN DE MAN
I
|N de vragenlijst waren enkele uitspraken opgenomen
die betrekking hadden op het werk van de man.
De vrouwen konden telkens aangegeven of ze het met
een bepaalde uitspraak eens waren of niet. Ongeveer
90 beaamt de uitspraken „het aantal vrije dagen is
redelijk", en „de werktijden zijn goed". Drie kwart is
van mening dat de man het nu makkelijker heeft dan
toen hij nog boer was, en dat het werk goed wordt be
loond. Iets meer dan de helft is het ermee eens dat de
man een mooi beroep heeft het afwisselend werk, en
tevens dat hij er „beter tegenop kan" dan tegen het boe-
renberoep. Ongeveer een kwart van de vrouwen gaat
akkoord met uitspraken als „er zijn kansen om vooruit
te komen", en „ik zou als man liever een ander beroep
hebben gekozen".
Dat men over het algemeen redelijk tevreden is met
het beroep van de man komt ook tot uitdrukking in de
beantwoording van de vraag: „Had U liever gezien dat
uw man een ander beroep had gekozen dan hij nu heeft?"
Ruim drie kwart bleek het eens te zijn met de keuze
van haar echtgenoot. De overigen hadden een ander,
meestal landbouwverwant, beroep voor ogen. Tevens
kan nog worden vermeld dat vrijwel alle geënquêteerde
vrouwen het inkomen, dat die man in zijn nieuwe beroep
verdient, voldoende vinden,
f
IN GROTE LIJN WEL TE VREDEN!
Men krijgt op basis van bovenstaande gegevens de
indruk dat de meeste vrouwen wel tevreden zijn met
het nieuwe beroep van haar man. In een aantal gevallen
heeft de beroepsverandering toch diverse problemen op
geroepen. Dit blijkt alleen al hieruit dat ruim een vijfde
van de vrouwen het betreurt dat haar man geen boer
meer is, waarbij opgemerkt kan worden dat meer dan
een derde van hen indertijd wel vóór de beroepsveran
dering was. Kennelijk heeft de overgang naar het nieu
we beroep voor deze vrouwen nieuwe en onvoorziene
problemen met zich meegebracht!
IN de begin maart gehouden redaktieraadsvergade-
ring van het ZLM Land- en Tuinbouwblad is af
scheid genomen van de voorzitter, de heer J. W.
Scheele. Daar de heer Scheele afgetreden is als voor
zitter van de Kring Hulst der ZLM, had hij te kennen
gegeven ook het voorzitterschap van de Redaktieraad
te willen neerleggen.
De heer Scheele werd aan het slot van de vergade
ring namens de Redaktieraad toegesproken door de
heer J. Nieuwenhuyse te Lewedorp, aan het Hoofd
bestuur door de Redaktieraad voorgedragen om het
voorzitterschap in de plaats van de heer Scheele op
zich te nemen. Teneinde de binding Hoofdbestuur en
Redaktieraad te handhaven, kwamen zowel de heer
G. J. de Jager als de heer J. Nieuwenhuyse voor deze
voordracht in aanmerking. De grootst mogelijke
meerderheid van de aanwezige redaktieraadsleden
sprak zich in een schriftelijke stemming uit om de
heer J. Nieuwenhuyse aan het H. B. ter benoeming
voor te dragen.
AFSCHEID
IJE heer Nieuwenhuyse richtte zich tot de scheiden-
dè voorzitter, de heer J. W. Scheele, en bracht in
herinnering dat deze kort na het instellen van de
Redaktieraad als zodanig was benoemd en sinds april
1958 het voorzitterschap had vervuld. Van de leden
die toen zitting hadden heeft alleen de heer P. K. van
Rooyen nog in de Raad zitting. De heer Nieuwenhuy
se wees er in zijn korte toespraak op dat bij het door
bladeren van de notulen van de vergaderingen die
in de afgelopen 13 jaar zijn gehouden, geconstateerd
kan worden dat de in deze vergaderingen besproken
problemen weinig verschillen met die van nu van de
ze vergadering. Steeds terugkerende zijn de vraag
stukken van aktualiteit, inhoud en opmaak van het
blad, kostenstijging en teruglopend advertentieaan
bod. Op de U bekende plezierige en charmante wij
ze heeft U al deze jaren leiding gegeven aan onze
vergaderingen, aldus de heer Nieuwenhuyse, die
Afscheid van redaktieraad-
voorzitter J. W. Scheele.
daarvoor onder aanbieding van een herinnering na
mens de Redkatieraad dank bracht.
De heer Scheele dankte in zijn afscheidswoorden
de leden van de Redaktieraad voor de bijzonder
prettige samenwerking en onderstreepte het belang
van het blad als direkt kontakt tussen ZLM en de
leden. Alhoewel de meningen en opvattingen in de
Redaktieraad wel eens konden verschillen, kon al
tijd in goede harmonie de adviezen aan het bestuur
betreffende het blad worden gegeven, aldus de heer
Scheele.
STIJGENDE OPLAAG
DALEND ADVERTENTIE-AANBOD
BU de aanvang van de vergadering werd het kort
verslag van de vergadering van 11 november '71
goedgekeurd. De vergadering nam daarna kennis van
het bij de agenda gevoegde vergelijkend jaarover
zicht betreffende de omvang, het aantal advertentie-
en tekstpagina's en de oplagecijfers over 1971 en laat
ste jaren. De oplaag steeg van ca 15000 in 1970 tot
16.300 exemplaren in februari 1972. Gemiddeld
werden over 1971 per nummer 18 tekstpagina's ver
werkt. Het advertentieaanbod loopt, zoals met enige
zorg werd geconstateerd, langzaam terug. Naar ver
wacht kan worden, zal bij de huidige situatie in de
landbouw, vooral in de zomermaanden een verdere
daling tot uitdrukking komen. Besloten werd dat
met Drukkerij Vink, die de advertentie-exploitatie
verzorgt, een en ander besproken zal worden en na
te gaan op welke wijze hierin wellicht verbetering
kan worden gebracht.
Uit de voorlopige cijfers betreffende de exploita
tiekosten van het landbouwblad in 1971 bleek, dat
als de werkelijke uitgaven niet te veel van de ge
raamde afwijken, de kosten van het blad onder het
daarvoor geraamde bedrag op de ZLM-begroting zal
blijven. Doordat de nodige beperkingen omtrent de
omvang in acht zijn genomen, zal naar het zich laat
aanzien ook de in 1971 doorgevoerde porti verhoging
van de PTT binnen de begroting opgevangen worden
en geen beroep behoeven te worden gedaan op de
daarvoor geraamde meeruitgave.
DLTREFFBNDE de inhoud en opmaak van het blad
had de vergadering slechts enkele opmerkingen.
Zo werd in bepaalde gevallen verduidelijkende on
derschriften bij opgenomen illustraties als een gemis
gevoeld. Ook discussieerden de leden over de vraag
of de leedbaarheid van het blad nog verder verbeterd
zou kunnen worden door bijv. het regelmatig op
nemen van een soort autorubriek, mede in verband
met de vele auto-verzekerden, die het landbouwblad
lezen.
KLEINE REDAKTIERAAD
/IN verband met de gewijzigde werkwijze van de
ZLM commissies besloot de Redaktieraad als
leden van de kerncommissie van de raad aan te wij
zen de voorzitter de heer J. Nieuwenhuyse, mevr. M.
v. d. WeelMinderhoud te Schoondijke en de heer
A, H. Munters te Fijnaart. Deze kerncommissie zal
zo vaak als nodig en wenselijk is de aktuele vraag
stukken behandelen. Bij belangrijke beslissingen zal
de voltallige redaktieraad bijeengeroepen worden,
die in ieder geval eenmaal in het jaar gezamenlijk zal
vergaderen. Van hetgeen in de kleine commissie be
handeld en besloten wordt, zullen de andere leden
schriftelijk op de hoogte worden gehouden.
INTEGRATIE C.L.O. LANDBOUWBLADEN
TENSLOTTE werd door de vergadering kennis ge-
nomen van een aantal voorlopige en globale
gegevens betreffende mogelijke kosten van een ge
zamenlijk 3 CLO landbouwblad. Na uitvoerige dis
cussie over de argumenten voor en tegen de opzet
van een dergelijk blad en de daaraan verbonden kos
ten was de Redaktieraad van mening dat veel meer
gegevens bekend zullen moeten zijn, voordat een
verantwoorde beslissing dienaangaande mogelijk zal
zijn. BI.
Vrijdag 14 april 9.00-18.00 uur
Zaterdag 15 april 9.00-18.00 uur
Zondag 16 april 10.00-18.00 uur
Showroom land- en tuinbouwmecha-
nisatie