Langs
de melkweq
(LVIII)
Meetglazen in doorloopmelkstallen
17
Ij—g»
J. H. LANTINGA
Consulentschap voor de akkerbouw
en rundveehouderij Goes
BIJ de verdere uitbreiding van de mechanisatie rond
de melkwiiming staat de machine van het melk-
leidingtype sterk in de belangstelling. Dirt type ma
chine geeft in verhouding tot het gebruik van appara
ten een belangrijke arbeidsverlichting en ook tijdsbe
sparing. Gecombineerd met het melken in een vis-
graatmelksital is de melker in staat een nog groter aan
tal koeien per uur te melken. Dit varieert al naar de
mechanische uitrusting en de melkbaarheid van de
koeien van 30 tot 50 stuks p»er manuur. Bij 'het gebruik
van een melkleiding zowel in een grupstal als in een
doorloopmelkstal wordt het vaak als een gemis ge
voeld dat de produktie per melkmaal van de indivi
duele koeien vrijwel niet is waar te nemen. Bij het
imelken in een doorloopmelkstal is het mogelijk om
door het plaatsen van meetglazen of containers in dit
gemis te voorzien. Vooral op bedrijven die de door-'
loopmelkstal gedurende het gehele jaar kunnen benut
ten is er belangstelling voor meetglazen of containers.
IJE
voordelen zijn o.a:
1. Er is zicht op de hoeveelheid melk per koe. Dit
is belangrijk voor de hoeveelheid te verstrekken
krachtvoer. Diit geeft mede een controle op de ge
zondheidstoestand van de dieren.
2. Er wordt 'een betere indruk verkregen aangaande
de melkbaarheid van de individuele koeien.
3. Het „uit" zijn van de dieren is beter zichtbaar.
Blindmelken kan hierdoor beter worden beperkt.
4. De (biest) melk van eventuele pasgekalfde koeien
of van dieren met uierziekte kan gemakkelijk uit
de maatglazen afzonderlijk worden afgetapt. Op
eenvoudige wijze kunnen deze glazen na het af
tappen worden gespoeld voordat er een volgende
koe wordt gemolken.
5. Het verloop van het melkproces is stabieler door
een constanter vacuum onder de spenen. Tijdens
het melken is immers de afvoer gesloten, waar
door de melk wordt verzameld als in een appa
raat. Melken en melktransport is dus gescheiden.
Vacuum schommelingen in de leiding door het
melktransport, hebben dus geen invloed op het
melken.
6. De meetglazen kunnen ook worden benut voor de
officiële controle van de melkproductie. Hiertoe
moeten de glazen wel voldoen aan de eisen van
nauwkeurigheid voot het vaststellen van de hoe
veelheid melk en een gemiddeld monster moet
doelmatig afgetapt kunnen worden. Voor het ge
bruik van meetglazen ten 'behoeve van de con
trole van de melkproduktie is goedkeuring van de
Centrale MelkcGntrole Dienst (C.M.D.) nodig. De
te verstrekken goedkeuring is alsnog voorlopig.
Hiertoe worden alle meetglazen op nauwkeurig
heid gecontroleerd. Een vaste stevige bevestiging
is noodzakelijk. De schaalverdeling moet duidelijk
zijn en gemakkelijk af te lezen. Maatstrepen per
0,2 kg is voldoende. 'De eerste melk van het melk
maal heeft het laagste vetgehalte en de laatste
Het gebruik van meetglazen in doorloopmelkstallen
heeft vele voordelen.
melk het hoogste percentage. De melk met het
laagste vetgehalte komt dus onder in de meetgla
zen. Voor het nemen van een gemiddeld monster
moet daarom het melkmaal goed kunnen worden
gemengd. Dit mengen moet kunnen plaatsvinden
door in het nog afgesloten meetglas gedurende 10
seconden lucht in te laten.
Er zijn dus meerdere factoren die pleiten voor het
gebruik van meetglazen in doorloopmelkstallen. De
melker heeft 'echter na het melken van elke koe twee
extra handelingen uit te voeren, n.l. het openen en het
sluiten van de slang aan het meetglas voor afvoer van
de melk.
De prijs van de meetglazen bedraagt 450 a 500
per stuk. Het ligt voor de hand dat uitbreiding van de
melkwinningsapparatuur met deze waardevolle hulp
middelen door deze investering wordt geremd. In En
geland wordt h'et gebruik van meetglazen al sinds ja
ren op ruime schaal toegepast. In ons land zijn inmid
dels op enige honderden bedrijven deze glazen aan
geschaft. Vooral voor de nieuwe stallen, die meestal
gebouwd worden op de grotere melkveebedrijven,
heeft men in toenemende mate belangstelling voor de
meetglazen.
De gemiddelde marktprijs voor slachtrunderen in de
EEG liep met 2,71 op in de week tot 10 maart, ter
wijl een ongeveer gelijke stijging was op te merken
van de gemiddelde marktprijs in Nederland. De invoer
uit derde landen blijft vrij van heffing. De gemiddel
de marktprijs van derde landen ligt slechts weinig on
der het niveau van de oriëntatieprijs.
Door de hoge prijzen en de betrekkelijk korte aan
voer van slachtrunderen neemt de invoer toe. In de
week tot 3 maart kwamen 1324 levende slachtdieren
ons land binnen, waarvan 352 uit Duitsland; 223 uit
Frankrijk en 1'58 uit België, terwijl bovendien 199
stuks werden ingevoerd uit Engeland en 392 uit Hon
garije. Bovendien kwam aan vers/gekoeld vlees 513
ton binnen, waaronder 38 ton Deens kalfsvlees. Aan
'bevroren vleees kwam, hoofdzakelijk uit Zuid-Ame-
rika, 658 ton binnen. Ook in de partnerlland van de
EEG was de slachtveemarkt oplopend en vast gestemd.
De gemiddelde marktprijs voor slachtkalveren in
de EEG bleef gelijk aan die van voorgaande week,
terwijl de gemiddelde marktprijs in Nederland een
fractie lager was dan voorgaande week. Nederland
bleef in de EEG het land met de hoogste gemiddelde
marktprijs. De uitvoer van kalfsvlees handhaaft zich
op redelijk peil, met 1302 ton in de week tot 3 maart,
toen 642 ton naar Italië ging; 496 ton naar Duitsland
en 130 ton naar Frankrijk. Aan levende mestkalveren
gingen 239 stuks naar België en 538 naar Italië, ter
wijl naar Duitsland 42 nuchtere kalveren werden af
geleverd. Uit België kwamen 70 mestkalveren binnen,
terwijl aan nuchtere kalveren 45'5 stuks werden aan
gevoerd, waarvan 364 uit België; 41 uit Duitsland en
50 uit Frankrijk.
Na vrij forse prijsverlagingen in de laatste weken
heeft de afzet van varkens/varkensvlees naar de part-
nerlanden zich vrij gunstig ontwikkeld. Zo werden in
de week tot 3 maart 9041 levende en 32.423 geslachte
varkens naar de partnerlanden afgeleverd, waarvan
naar Frankrijk resp. 3840 16.883 stuks; Duitsland
2199 10.751; Italië 1316 4789 en België 1686 le
vende. Aan magere delen gingen 1313 ton naar de part
nerlanden, alsmede 418 ton buikspek en 160 ton fabri-
cagespek. Uit de partnerlanden werd ca 70 ton
spek/vlees aangevoerd.
De coöperaties en inkoopcombinaties van de indus
trie hebben de voor de week tot 18 maart uit te beta
len prijzen voor slachtvarkens met 5 cent verhoogd.
Voor de NCB-coöperatie (Boxtel; VAKO (Oss);
HOVA (Cuyk) wordt de uitigangsprijs 3, per kg voor
geslachte varkens, klasse I 75/85 kg en op basis van
af-mesterij. Voor de klasse E geldt een toeslag van 5
cent per kg en voor klasse H, III en IV gelden kortin
gen van resp. 15,25 en 30 cent per kg. Voor zwaardere
varkens gelden de gebruikelijke kortingen van 1 cent
per kg voor 86/88 kg en 2 cent per kg voor 89/100 kg.
De Coveco heeft een uitgangsprijs die 4 cent hoger ligt,
doch waarop een korting wordt ingehouden van 1%
voor kosten. De verhoging van 5 cent volgt op een ver
laging met 10 cent voorgaande week, een verlaging die
o.a. niet gevolgd werd in de later tot stand gekomen
notering van de Utrechtse beurs. Het zig-zag-prijsbe-.
leid is weinig bevorderlijk voor een zeer gewenste
stabiliteit in de mesterij.
In de week vanaf 27 februari was de gemiddelde
EEG-refe.rentieprijs ƒ3,18 (3,21). In de lidstaten wa
ren de referentieprijzen de volgende: Nederland 2,92
(3,00); België 3,13 (3,15); Luxemburg 3,36 (onver.);
Duitsland ƒ3,08 (3,10); Frankrijk ƒ3,17 (onver.); Ita
lië ƒ3,44 (3,48). Voorlopige cijfers voor de week tot
10 maart geven een uitvoer aan van 42.375 varkens,
waarvan 12.070 levende, alsmede van 1450 ton magere
delen en 355 ton buikspek, waarvan nog 60 ton naar
Folen ging.
VEE- EN VLEESMARKT IN DE E.E.G.
België: De varkensmarkt was zeer kalm gestemd.
Er was weinig 'belangstelling voor export, wat leidde
tot een druk op de prijzen. De invoer blijft ongeveer op
peil, doch de afzet naar het buitenland is weinig be
vredigend. Dat geldt voor carcassen alsook voor deel-
stukken. Bij afzet naar het buitenland moet men met
laffere prijzen genoegen nemen.
De slachtveemarkt was v,rij stabiel. Voor de goede
kwaliteiten was de markt nauwelijks prijshoudend,
gezien de terughoudendheid bij kopers, die vooral zich
verzetten tegen de hoge prijzen van achtervoeten. Er
kwamen uit Enigeland 370 levende slachtdieren binnen
en 360 uit Ierland. Er kwamen wat minder dieren uit
Duitsland binnen, doch uit Frankrijk en Luxemburg
werden vrijwel gelijke aantallen aangevoerd als voor
gaande week. De markt voor slachtpaarden was 'vrien
delijk, mede door de hoge prijzen voor slachtrunderen.
Een omvangrijke invoer van Schotse schapen leidde
tot wat lagere prijzen.
Frankrijk. Behoudens in de regio Parijs, waar de
gemiddelde marktprijzen 7 centimes lager waren dan
voorgaande week, waren op de meeste marktplaatsen
de varkensprijzen slechts weinig veranderd vergeleken
met voorgaande week. Aan de Parijse Hallen waren
de prijzen voor carcassen en deelstukken lager dan
voorgaande week. Voor hammen daalden de prijzen
met gemiddeld 15 centimes. De officiële interprofessio
nele notering daalde tot Fr. 3,55. voor de goede vlees
varkens en Fr. 3,25 voor de vettere varkens. Men
maakt melding van een ruime aanvoer uit België en
Nederland.
De markt voor slachtvee was vrij stabiel. De aan
voer was vrij groot. De prijzen voor slachtvarkens ble
ven voor de extra en le kwaliteit gelijk, doch trokken
voor de 2e en 3e kwaliteit niet onaanzienlijk aan.
Duitsland. Ondanks verruiming van de aanvoer
van slachtvee trokken de prijzen aan. De handel was
vlot en voor de meeste categorieën slachtvee waren de
gemiddelde prijzen tot DM 3 per 100 kg hoger dan
voorgaande week. Men rekent op een aanhoudende
vaste markt in de naast toekomst. Voor varkens waren
de prijzen gemiddeld DM 12 per 100 kg lager dan
voorgaande week. In de verschillende deelstaten
was de marktsituatie uiteenlopend. De aanvoer was
vrijwel gelijk aan voorgaande week, zij het dat in Ham
burg de aanvoer belangrijk groter was, doch de markt
daar betrekkelijk vriendelijk tendeerde. Voor kalveren
waren de prijzen tot DM 2 hoger dan voorgaande week,
zij het dat hier in de verschillende deelstaten de situa
tie vrij sterk uiteenliep. In Hamburg liep de gemid
delde prijs met DM 10 op. Er is in Duitsland momen
teel enige 'belangstelling voor invoer van uitgangs
materiaal voor de mesterij.
De laatste tien jaar is in Duitsland het aantal vee
houders sterk gedaald. Het aantal varkenshouders liep
met 44 terug, dat van rundvee met 35 paarden
met 72 schapen met 15 en kippen met 55 De
meeste runder-, varkens- en kippehouders vindt men
in Beieren. De paardeteelt heeft in Neidersaksen en
Nordrhein-Westfalen haar zwaartepunt, evenals de
schapehouder ij
VEE- EN VLEESMARKT IN DE VER. STATEN
De prijzen van varkens en slachtvee in de Verenigde
Staten zijn de laatste maanden vrij sterk gestegen. Bij
varkens is dat vooral te danken aan de betrekkelijk
korte aanvoer en bij slachtvee aan de grotere vraag-
naar rundvlees. Men rekent met een kortere aanvoer
van slachtrijpe varkens tot aan de zomer, zij het dat
de achterstand wat kleiner zal zijn dan in januari het
geval was. Het aantal rundersilachtingen was in het
najaar 1971 wat groter dan vorig jaar en cok in het
voorjaar 1972 zal het aantal slachtingen dezelfde ont
wikkeling vertonen. Aldus een verwachting uitgespro
ken in een recente publikatie van het Amerikaanse
ministerie van landbouw. In 1971 werden in de Ver.
Staten ca 4 meer koeien geslacht dan voorgaand
jaar, vooral als gevolg van de droogte in het zuid-wes
ten. De prijzeni van mestvee stegen in de herfst, een pe
riode dat de prijzen doorgaans de neiging tot afbrok
kelen vertonen. Het aantal varkens dat oer 1 decem
ber op de bedrijven werd gefokt was 4—7 kleiner
dan vorig jaar. Ook het aantal jonge varkens bestemd
voor de mesterij was tot ca 7 kleiner, zodat deze zo
mer met een duidelijk kleiner aanbod te rekenen valt.
Ook voor de tweede helft van 1972 is met een duide
lijk kleiner aanvoer van slachtrijpe varkens te reke
nen. Hoewel door de lage voerprijzen te verwachten
is dat de aflevering op zwaarder gewicht zal plaats
vinden, zal de totale aanvoer toch beduidend achter
blijven bij vorig iaar.
v. d. W.