Doperwtenteelt geeft grote verschillen ■jrl int -u Goede vraag naar goed fruit Pak óók de vroegleveringspremie Zaai Polykuhn voor de hele fevering 19 P. A. DEN HOLLANDER, C.A.R. Zevenbergen. Niet alleen van jaar tot jaar maar ook in hetzelfde jaar kunnen de op brengsten van doperwten tussen de verschillende telers sterk uiteenlopen. Dit kan verschillende oorzaken hebben en het is goed daarop terdege te let ten. Mogelijke oorzaken van verschil len zijn gelegen in ras- en prijsver schillen, de vruchtwisseling, grond soort en grondbewerking, zaai sprei ding en het tijdstip van oogsten. Een teler die meerdere jaren achtereen lage opbrengsten heeft, doet er ver standig aan zich af te vragen wat nu bij hem de oorzaak is. Hierover meer in onderstaande bijdrage. In West-Brabant is de doperwt voor veel bedrijven een belangrijk gewas in het bouwplan. Ruwweg wordt een oppervlakte geteeld van 2200 ha. Afgezien van de direkte geldelijke resultaten speelt de doperwt een rol in de vruchtwisseling en biedt mogelijkheden voor het inzaaien van een ondervrucht of het verbouwen van een nagewas, zoals graszaad, groenbemesting of andere nateelten. Bij de overweging doperwten in het bouwplan op te nemen moet men natuurlijk met deze nevenfactoren rekening houden. DE FINANCIËLE RESULTATEN In oogstjaar 1970 waren de opbrengsten van de dop erwten sterk wisselend. Er waren bedrijven met goede resultaten, maar vrij veel met bepaald slechte. Oogst jaar 1971 was eveneens teleurstellend. In beide oogst jaren bleef op veel bedrijven de opbrengst beduidend be neden 10 ton peul per ha. En een opbrengst van 5 tot 8 ton peul per ha is waarlijk niet aantrekkelijk om te telen. Verscheidene telers vragen zich af of het niet beter is met deze teelt maar te stoppen. Uit gegevens van L.E.I. en andere bedrijfseconomische boekhoudingen blijkt dat de resultaten inderdaad nogal wisselend zijn. Zowel per jaar als tussen de telers onder ling. Hiertoe zijn van de oogstjaren 1967 t/m 1970 de saldd eens met elkaar vergeleken. Het saldo van een ge was is de brutogeldopbrengst verminderd met de direkte kosten, zoals zaaizaad - kunstmest - onkruidbestrijding en oogsten. Oogstjaar Gent. saldo/ha Aantal waarnemingen 1967 1367 13 1968 805 13 1969 1482 10 1970 1045 10 In oogstjaar 1968 bleven 9 van de 13 bedrijven bene den een saldo van 1000 per ha, in 1970 waren dat 6 bedrijven en in 1969 slechts 1. Het zou belangrijk zijn te weten hoe het komt dat er in hetzelfde oogstjaar toch zulke belangrijke verschillen zijn in die financiële resul taten tussen verschillende doperwtentelers. MOGELIJKE OORZAKEN: RAS- EN PRIJSVERSCHILLEN Het is uit de praktijk bekend dat bij doperwten vrij aanzienlijke rasverschillen optreden. Zo zijn de zeer vroe ge en vroege doperwten minder produktief dan de mid- denvroege-middenlate en late rassen. Bovendien vindit de laatste jaren een versohuiving plaats naar rassen die een zeer fijne korrel geven. De opbrengst van deze rassen ligt lager dan die met grovere zaden. Jammer is het dat eigenlijk onvoldoende gegevens beschikbaar zijn voor een goede rasvergelijking. Op dit punt is er een achterstand in het onderzoek in vergelijking met b.v. groene erwten of granen. M Voor de verschillende doperwten wordt in grote lijnen wel een verschillende prijs betaald. Of de aanwezige ver schillen voldoende worden gecompenseerd door een aan gepaste prijs, blijft een open vraag. VRUCHTWISSELING Erwten reageren sterk op de vruchtwisseling. Voor een goede opbrengst mogen erwten niet vaker dan één maal in de 7 jaar op hetzelfde perceel worden verbouwd. Bij een intensieve teelt kunnen schimmels (voetziekten) en aaltjes schadelijk wordien. Worden bovendien nog tuinbonen en wikken verbouwd dan wordt de kans op optredende ziekten nog weer groter. Daarom geldt dat men met erwten en tuinbonen tesamen niet vaker dan éénmaal in de 7 jaar moet terugkomen. Het is niet uitgesloten dat verschillende telers vrij in tensief erwten verbouwen, waardoor de toch zo nood zakelijke ruime vruchtwisseling in het gedrang komt. Dit kan dan weer die oorzaak zijn van tegenvallende op brengsten in sommige jaren. GROND EN GRONDBEWERKING Op zware, stro-arme kleigrond, b.v. boven 50 afslib- baar, geven vroege, weinig strorijke rassen dikwijls te lage opbrengsten. Met de rassenkeuze zal men daarmee rekening moeten houden. De eigen ervaringen zijn daar bij erg belangrijk. Erwten bezitten een diepgaand, fijn vertakt wortelstelsel, dat in staat is zeer diep de grond in te dringen. Jammer is het dat verschillende boeren in het voorjaar het zaaibed zodanig verknoeien diat geen goede wortelontwikkeling mogelijk is. Later in het sei zoen treedt dan groeistagnatie op, de wortelontwikkeling is slecht en voetziekten (schimmels) zorgen voor de rest. Het gevolg is een slecht groeiend gewas dat vroeg af sterft en geen of onvoldoende opbrengst geeft. Ook hier door wordt door een aantal telers „de boot gemist". ZAAISPREIDING Zaaispreiding heeft tot doel het oogstseizoen te ver lengen. Bij late zaai is er meer kans op droogte en vogel- schadte, door regen wordt het zaaibed minder goed, ter wijl optreden van topvergeling wordt vergroot. De om standigheden van groei bij late zaai leiden tot een klei nere, minder produktieve plant. De verschillende rassen reageren niet gelijk op de temperatuur. Dit verklaart de sterk wisselende resultaten in de praktijk. Late zaai is voor een teler meestal niet aantrekkelijk, zeker niet wan neer er geen hogere prijs tegenover staat. TIJDSTIP OOGSTEN Het tijdstip van oogsten is belangrijk voor de op brengst. Voor het bepalen van het oogsttijdstip speelt de rijpheid (hardheidi) van de erwt een belangrijke rol. De hardheid wordt gemeten met de tenderometer en uit gedrukt in het Tenderometergetal (Tm-getal). Rondzadi- ge rassen bevinden zich bij een Tm-getal van 120 in het juiste oogststadium. Soms worden andere hardheids- cijfers gebruikt. Zo is een hardheidscijfer van b.v. 24 gelijk aan Tm 120. Er is verband tussen het verloop van de opbrengst bij toenemende rijpheid (hardheid). Naar mate vroeger wordt geoogst, is de opbrengst lager en moet de prijs anders zijn. Bij een bepaald Tm-getal hoort een zekere opbrengst en een bepaalde prijs. Hiervoor is een staffel samengesteld, waarvan het de bedoeling is de opbrengstverschillen die ontstaan door vroeger of later oogsten, te corrigeren. 'Daarom is het telen op hardheids basis een belangrijk aspect bij de doperwtenteelt. Ter informatie volgt hieronder een tabel voor rond- zadige erwten waarin de opbrengst en de bijbehorende prijs van erwten en van peulen bij een verschillend Tm- getal in verhoudingscijfers zijn weergegeven. Bij erwten Bij peulen Relatieve Relatieve Relatieve Relatieve Tm-getal opbrengst pnjs opbrengst prijs 90 66 151 80 125 100 79 127 88 114 110 90 111 95 106 120 100 100 100 100 130 108 92 104 96 140 116 86 106 94 Bij een Tm-getal van 120 is de opbrengst aan erwten 100 b.v. 4000 kg/ha en de prijs is 100 Bij een Tm-getal van 110 is de opbrengst aan erwten 90 90 van 4000 kg 3600 kg/ha. De daarbij behorende prijs is dan lil van de prijs die hoort bij een Tm-getal van 120. De geldiopbrengst per ha is daardoor steeds gelijk, ongeacht het tijdstip van oogsten. Op de fruitveilingen in ons gebied bestond vorige week een levendige vraag naar goed fruit maar helaas moeten we er bij zeggen dat het aanbod (hier van te klein was. Er werd nog een overvloed van te lang bewaard fruit aangeboden en dat was niet te verkopen. Wan neer er daarnaast in de veiling ook voldoende fruit is, dan is het niet direct een ramp wanneer er nog al wat minderwaardige kwaliteit komt, maar wan neer er enkel slecht fruit is, dan is de situatie heel wat gekker. Voor de meeste rassen kwam de prijs vorige week op een wat hoger peil. Een uitzondering maakte de Doyenné du Cornice waarvan het aanbod niet groot was maar die toch de prijs niet kon houden. In het begin van de week deden de goede kwali teiten van dit ras nog tussen 80 en 90 cent per kg maar in het eind van de week lag de prijs gemiddeld ongeveer 10 cent per kg lager. Goede kwaliteiten Golden Delicious uit het koel huis deden tussen 40 en 45 cent per kg voor de maat 70 mm en opwaarts. De maat 6570 mm kwam weinig boven 2025 cent per kg. Algemeen horen we van de (handel dat deze appel eigenlijk te klein is. Het is nog niet lang geleden dat we te horen kregen dat de maat 5560 mm te klein is bij dit ras. Enkele jaren daarna kregen we de boodschap dat de maat 60—65 mm eigenlijk niet meer voor verkoop voor consumptie in aanmerking kwam. Nu zijn we zover dat de handel ons vertelt en dat de prijzen duidelijk maken dat de maat 6570 mm haar tijd heeft gehad. Enorme hoeveelheden Golden Delicious klasse II verdwenen vorige week in de interventieregeling. Cox's Orange Pippin kon goed meekomen voor wat de goede kwaliteiten betreft. Vorige week donderdag deden de grote maten op de veiling in Goes tussen 70 en 85 cent per kg. De maat 6570 mm werd toen verkocht voor 4555 cent per kg. Grote vraag bestond er naar Conference waarvan het aanbod bijzonder klein was. De grote en middel maten klasse I en II werden eind vorige week ver kocht voor 7176 cent per kg en de maat 5560 mm klasse I en II deed toen 60—65 cent per kg. Saint Remy was ook best te verkopen en bracht hoge prijzen op. Hiervoor werd tot tegen 70 cent per kg betaald voor de grote maat klasse I en 65 cent voor de kleine maat. HOGERE OMZET VEILING KAPELLE-BIEZELINGE De fruitveiling in Kapelle-Biezelinge op Zuid-Beveland heeft in 1971 een omzet behaald van 12,7 miljoen gulden, dat is 11 procent meer dan in 1970 toen bij deze veiling de omzet 11,3 miljoen gulden bedroeg. Dit deelde de adjunct-directeur van deze veiling, de heer P. G. Vermai- re mee in zijn nieuwjaarstoespraak bij het begin van de eerste veiling in 1972. Appelen en peren brachten in 1971 hogere prijzen op dan in het jaar daarvoor. Ondanks de omzetstijging was de heer Vermaire niet tevredien over de situatie in de fruitteelt, want ook in 1971 hebben weer veel onder nemers in deze sector verliezen geleden. De stijgende kosten worden niet of niet voldoende gecompenseerd door hogere opbrengsten. Dit proces is reeds enkele jaren aan de gang. Op het ogenblik zijn de voorraden van appelen en peren bij de leden van deze Zeeuwse fruit veiling hoger dan het vorig jaar op hetzelfde tijdstip.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1972 | | pagina 19