Aardappel waarheen
Veredelingslandbouw kan
en mag niet (meer) in het
wilde weg
door blijven produceren
12
Ir. J. A. H. HAENEN
C.A.R. - Zevenbergen
Aardappelen ook eieren, toma
ten, asperges e.a. zijn produkten
die direct, dat wil zeggen zonder of
met hooguit een minimale bewer
king, klaar zijn voor de consument.
Dit houdt in dat bijv. op een be
drijf met 3 ha aardappelen in het
bouwplan de boer soms zijn aard
appelen rechtstreeks kan leveren
aan een kring van min of meer
vaste afnemers zoals groentewin
kels en anderen. Bij 'n lage markt
prijs krijgt zo iemand voor zijn
aardappelen een prijs die bijna twee
keer zo hoog is als de marktprijs.
Door zijn produkt klaar te maken
en zo af te zetten kan deze aard
appelteler zijn eigen arbeid na het
rooien van de aardappelen goed tot
waarde brengen. Enkele gedachten
hierover in onderstaande bijdrage.
VROEGER VEEL, NU NOG MAAR WEINIG
ARBEID OP HET AKKERBOUWBEDRIJF
Zo'n 20 a 25 jaar geleden werden de aardappelen
na het rooien nog ingekuild en vóór de winter onder
winterdek gebracht. Daarna werden deze uit de kuil
gehaald en klaar gemaakt voor de aflevering. Daar
zaten veel arbeidsuren in. Vrijwel alle aardappelen
gingen toen weg voor rechtstreekse consumptie. De
vooruitgang in de teelttechniek heeft er toe geleid
dat het aantal arbeidsuren per ha gewas sterk is ge
daald. Deze daling van de arbeidsbehoefte voor de
teelt van de gewassen zal ziöh zeker in de toekomst
nog voortzetten.
Het opslaan van granen en aardappelen, het sor
teren van aardappelen, het transport van suikerbie
ten en diverse andere werkzaamheden worden niet
meer of steeds minder op het bedrijf zelf verricht en
aan derden overgelaten. Deze ontwikkeling heeft er
toe geleid dat het personeel op het akkerbouwbedrijf
schaars aan het worden is. Op het één- en tweemans-
akkerbouwbedrijf moet de akkerbouwer bij de inzet
van grote gespecialiseerde werktuigen samenwerken
met loonwerker en/of collega's. Tegenwoordig is er
voor het personeel op het akker bouwbedrijf in het
voorjaar bij het land onder zaad brengen en verder
bij de oogst van de gewassen volop werk maar in de
overige tijd van het jaar is er te veel leegloop.
AARDAPPELEN
STEEDS MEER INDUSTRIEEL BEWERKT
Op het ogenblik worden 25 van de aardappe
len industrieel verwerkt (chips, voorgebakken frites,
puree). Daarnaast wordt een groot deel van de direct
te consumeren verse aardappelen in klemverpakking
De Fransman pakt niet alleen de teelt maar ook de afzet groots aan! Deze foto van 'n producentengroepering
te Peronne geeft hiervan een indruk.
verkocht en dit zal blijven' toenemen. Alles bij elkaar
wordt meer dan 50 van de geproduceerde consump
tieaardappelen door grote afnemers, gekocht en ver
werkt tot industrieel produkt of tot klein verpakking-
produkt. Binnen enkele jaren wordt dit wel 70 van
de geproduceerde aardappelen. Een beperkt deel zal
wel altijd via oude afzetkanalen blijven lopen.
TEELT EN HANDEL
Vandaag de dag is het niet meer verantwoord wan
neer een boer in het voorjaar bijv. 5 ha aardappelen
poot en hij op dat moment nog geen enkele afspraak
heeft gemaakt over afzet en prijs. Dit is zwaar gok
ken de prijs kan mee en tegen zitten.
Schaalvergroting is de aardappelteelt ook niet voor
bij gegaan. De handel speelt zich in steeds grotere
eenheden af. Op bedrijven met bekwame aardappel
telers, waar de ontwikkeling van de aardappelfoandel
'in moderne banen achterblijft, zal de aardappelver-
bouw zich op den duur niet kunnen handhaven. Het
is de hoogste tijd dat deze akkerbouwers zich ernstig
gaan beraden om de aardappelafzet fris te gaan aan
pakken. Gebeurt dit niet dan blijven ze met uitzon
dering van enkele mogelijke oplevingen met hun aard
appelen letterlijk en figuurlijk in het moeras zitten.
Bij de huidige lage aardappelprijzen wordt beweerd
dat Frankrijk de aardappeltelers steunt met enkele
centen per kg. Dit zou vanzelfsprekend ongunstig
werken voor een noodzakelijke verbetering voor de
aardappelprijs. Daarnaast wordt gesteld dat in ver
gelijking met vorig jaar in Duitsland het aardappel
areaal 50.000 ha kleiner is en dat wegens een matige
opbrengst de totale oogst aardappelen één miljoen
ton lager ligt. Dit zou gunstig zijn voor een prijsver
betering. Daarbij is het niet uitgesloten dat een min
of meer strenge winter ook zijn invloed zal hebben
op de prijs. Kortom niemand kan nu een zinnige voor
spelling doen over de aardappelprijs in de komnede
maanden. In zo'n klimaat is het leven van een zoge
naamde vrije aardappelteler ondraaglijk.
AARDAPPELEN OP CONTRAKT
In tijden met hoge aardappelprijzen mag de aard
appelteler zijn gecontracteerde aardappelen niet bui
ten het contract om verkopen. Naast goede contrac
ten zijn er jammer genoeg ook slechte contracten. In
het laatste geval komt bij lage marktprijzen wel voor
dat de boer, die voor zijn aardappelen een contract
tegen 10 cent per kg heeft afgesloten, de gecontrac
teerde aardappelen niet kwijt kan en ermee blijft
zitten. Het is dan niet denkbeeldig dat in een derge
lijk geval de contractgever dan dezelfde soort aard
appelen elders inkoopt tegen een geldende markt
prijs van bijvoorbeeld 6 la 7 cent per kg. Slechte con
tracten zijn een strop en deze maken de aardappel-
markt kapot. Aardappelen op kontract zijn voor bei
de partijen van groot belang. De aardappelteler con
tractnemer, is zeker van de afzet van zijn aardappe
len tegen een overeengekomen prijs.
Van de andere kant is de handelaar, contractgever,
verzekerd van de toelevering van een vastgestelde
hoeveelheid aardappelen. Hierbij moeten de spel
regels, die in het contract zijn vastgelegd van beide
zijden worden nageleefd. Zoals boven is geschetst,
ontbreekt hier bij de niet bonafide contractgevers en
-nemers wel eens wat aan.
NEDERLANDSE
KONTRAKT TELERS VERENIGING
Deze vereniging streeft er naar deze onverkwikke
lijke praktijken de wereld uit te helpen. Zij kan al
leen slagen wanneer de telers him eigen belangen
hierin bundelen. Voor het opstellen van een algemeen
geldend deugdelijk contract en de oplossing van ge
schillen kan de kontracttelersvereniging dan als ge
lijkwaardig partner bij onderhandelingen aan de ta
fel zitten. Bij de aan de gang zijnde ontwikkelingen
in aardappelteelt en -handel klemt dit des te meer
omdat de afnemers ook niet stil zitten. De eerste stap
naar verbetering van de aardappelmarkt is slechte
(Zie verder pag. 13)
DE AFZET EIST STEEDS MEER
ONZE AANDACHT
Ir. E. H. KETELAARS,
LIET is een treurig feit dat er in onze wereld nog
honger wordt geleden, terwijl er gebieden zijn
waar voedsel in overvloed wordt geproduceerd. In
West-Europa heeft de landbouw voortdurend te kam
pen met het gevaar van overproduktie en in Azië komt
men voedsel tekort. Hiermee hebben we in een paar
woorden een probleem aangeduid met een wereldwijde
betekenis, maar de oplossing is door de mensheid nog
niet gevonden.
Intussen moet de Westeuropese landbouw zoeken
naar de oplossing van zijn eigen beperkte probleem:
het vermijden van overproduktie, en dat lijkt al moei
lijk genoeg. Herhaalde malen is het al voorgekomen
dat het voedselaanbod de plaatselijke vraag, en de
mogelijkheden die de export buiten Europa biedt, over
trof en dan blijft die landbouw zelf met de brokken
zitten in de vorm van afbraakprijzen. Hoewel dit pro
bleem dus eigenlijk beperkter van betekenis is, toch
schijnt ook hier de oplossing moeilijk te vinden te zijn.
VOORAL DE VEREDELINGSLANDBOUW
MOET OPPASSEN
TER WILLE van de bestaanszekerheid, die op goed
geleide agrarische bedrijven toch mogelijk moest
zijn, heeft men de landbouw niet geheel aan het vrije
spel van vraag en aanbod willen overlaten. Voor be
paalde produkten werden garantieprijzen ingevoerd.
Voor andere, zoals bijv. de produkten van de verede
lingslandbouw, is dit niet het geval. Wèl is er ingrij
pen (interventie) mogelijk bij zéér lage varkensvlees-
prijzen maar dat is dan ook alles. Voor eieren en
slachtkuikens wordt niets gedaan, en de mogelijke
gevolgen daarvan hebben we nog pas ondervonden
tijdens de eiercrisis van 19701971 en de huidige cri
sis in de slachtkuikenproduktie. Toch moet de ver
edelingslandbouw er begrip voor opbrengen dat de
overheid tot nu toe geen beschermende maatregelen
heeft getroffen ten behoeve van de produktie van
eieren en kuikens en ook het varkensvlees liever zo
veel mogelijk ongemoeid laat. Dit zou een onverant
woorde uitbreiding van deze produktie allang eerder
in de hand hebben gewerkt met alle gevolgen van
dien. Intussen hebben we die gevolgen nu voor eie
ren en kuikens toch onder ogen moeten zien. Het
blijkt namelijk dat er, ook zonder dat er garanties
gegeven worden, telkens weer een produktie-uitbrei-
ding op gang kan komen, die, naar later blijkt, eigen
lijk niet verantwoord was. De veredelingslandbouw
moet daarom voortdurend op zijn hoede zijn. En als
het enigszins kan, moeten herhalingen worden voor
komen. Dat betekent dat er voortdurend naar ge
streefd moet worden dat de produktie, ofwel het aan
bod, de vraag niet te boven mag gaan. In de praktijk
houdt dit in dat de afzet verzekerd moet zijn, tegen
een redelijke prijs. Maar dat is weer niet zo gemak
kelijk te bereiken.
GEEN PRODUKTIE-EXPLOSIE MEER TOELATEN!
Voor al onze pluimveehouderijprodukten is de zelf
voorzieningsgraad binnen de E.E.G. zo ongeveer be
reikt. Voor varkensvlees geldt dit in iets mindere
mate, omdat er nog export naar derde landen moge
lijk is. Toch mogen we ook hier de afzetmogelijk
heden niet overschatten. In ieder geval is het zó dat
een toename van de vraag, ofwel de consumptie, maar
langzaam zal plaats vinden. In een enkel geval, n.L
bij de eieren, zal de vraag vrijwel constant op het
zelfde niveau kunnen blijven, omdat de consumptie
per hoofd niet toeneemt. Hier reageert de vraag ook
niet meer op prijswijzigingen, althans niet binnen
wijde grenzen.