De meewerkende zoon in loondienst Een aandeel in de winst 11 DE SOCIALE VERZEKERINGEN EN WETTEN Ï)E grote schrik van alle loondieristverhoudingen vormen de hoge premies die voor allerlei sociale verzekeringen betaald moeten worden. Laten we duidelijk zijn; deze bedragen zijn zo hoog, dat juist hierom in veel gevallen een loondienstverhouding niet aantrekkelijk is. Als men echter een loon betaalt aan de kinderen dan is men verplicht verzekerd voor de sociale wetten. Bij loondienst gaat het om de volgende verzekeringen en (nu geldende) premies: te betalen Vader door zoon totaal Ziektewet 5,4 1,0 6,4 Ziekenfondswet 3,85 3,85 7,7 Arbeidsongeschiktheidswet 4,15 1,45 5,6 Werkloosheidswet 0,45 0,45 0,9 Kinderbijslag loontrekkenden 3,3 3# Algemene Kinderbijslagwet 2,2,0 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten 1,6 1J6 A.O.W. 11,4 Totaal 20,75 18,15 38# Daar komt bij een premie voor het Bedrijfspensioen fonds voor de Landbouw. Omdat Wim Nobel nog geen 21 jaar is, moet de halve premie betaald worden. De premie is voor hem f 3#5 per week», waarvan de helft door de vader en de helft door de zoon betaald moet worden. In 1971 zal door Wim Nobel bruto een bedrag verdiend worden van 11.506,(inklusief 6,4 vakantietoeslag) Ingevolge de sociale verzekeringswetten zal van dit bedrag ongeveer 40 aan premie betaald moeten worden, dit is een totaalbedrag van f4.500,Dit lijkt een erg hoog bedrag, maar er staan ook alle voor dalen tegenover, die de sociale verzekeringen aan een werknemer in de huidige tijd bieden. Gelukkig heeft zoon Wim nog van geen van deze verzekeringen ge bruik hoeven te maken, maar op dit terrein kan je nooit weten wat er plotseling gebeurt. WEINIG MEEWERKENDE KINDEREN IN LOONDIENST TTET is bekend dat de meewerkende kinderen maar weinig in loondienst zijn bij hun vader. Het komt ons voor, dat juist in de leeftijdsgroep van on geveer 16 tot 21 jaar voor meewerkende kinderen een goede loondienstverhouding op zijn plaats kan zijn. In die leeftijd weten immers veel jongeren nog niet pre cies wat ze willen. Ze werken echter al volop op het bedrijf mee en hebben recht op loon naar werken. Als zij regelmatig een passend loon krijgen, dan merken zij dat hun arbeid ook daadwerkelijk op waarde ge schat wordt en dat zij ook een passende arbeidspresta tie moeten leveren. Zij gaan ook begrijpen dat hun verdiensten uit het bedrijf moeten komen en dat dus het bedrijf hiervoor genoeg moet oplevaren. De ouders merken direkt bij loondienst dat de arbeid van hun kinderen niet alleen een plezierige en gemak kelijke hulp is. Het zijn dure uren, die uit de resultaten van het bedrijf moeten komen. Lukt dit niet of on voldoende dan zullen er met spoed aanpassingen ge daan moeten worden of de kinderen zal verteld moeten worden dat op het eigen bedrijf voor hun het brood niet te verdienen valt. Natuurlijk) beseffen wij dat de loondienstverhouding ook nadelen heeft. Teveel worden echter deze nadelen gezocht in de sfeer van de hoge premies voor de sociale verzekeringen. Maar als de meewerkende zoon of dochter nog niet zeker weet of hij of zij thuis blijft werken en zij eigenlijk nog te jong zijn voor een andere beloningsvorm, dan kan betalen van loon naar werken via de loondienstverhouding een goede vorm zijn. Het kan een goede voorbereiding zijn voor een beloning svorm, waarbij er ook sprake is van winst deling. Hoe dat in de praktijk voorkomt, zal in het volgende artikel naar voren worden gebracht. Pratend over de opvolging is het de vraag of er straks 1 of 2 opvolgers zullen zijn. Het is duidelijk dat zoon Wim grote ambitie heeft voor de opvolging. Zoon Cor heeft ook interesse. Dat betekent dat er reeds nu serieus over gedacht wordt om het bedrijf nog verder uit te breiden. Dat kan naar drie kanten, namelijk meer melkkoeien, varkens houden of bloembollen telen. Wat het gaat worden zal voor de familie Nobel in de eerstkomende jaren nog heel wat overleg en denk werk gaan vragen, maar dat is aan hen wel toever trouwd. ZOON WIM IN LOONDIENST JOON Wim werkt nu anderhalf jaar volledig op het bedrijf mee. In overleg met de economisch- sociale voorlichter en het boekhoudbureau is besloten om voorlopig hem gewoon in loondienst bij zijn vader te laten werken. Uitdrukkelijk is dit gezien als een voorlopige regeling, die noch voor de vader noch voor yOON Wim Nobel uit het bijgaande verhaal is dus in loondienst bij zijn vader. Dat wil voor hem niet zeggen, dat hij zoals vroeger boerenknecht is en zelfs niet de positie inneemt van de moderne agrarische werknemer. Hij is op een leeftijd van 19 jaar volledig thuis gaan werken en daarvoor krijgt hij een volwaardig loon. Uit een berekening van het Boek houdbureau was het weekloon in 1970 voor zoon Wim op 19-jarige leeftijd f 146,14. Daarvan ging een heel bedrag af voor belastingA.O.W.-premie, verzekerings premie en kost en inwoning: in totaal f 71,13. Hij hield over per week f 75, Dit jaar is Wim een jaar ouder en de lonen zijn omhoog gegaan. Volgens de nu geldende kollektieve arbeidsovereenkomst (de c.a.o.) krijgt Wim per week op 20-jarige leeftijd bruto een bedrag van f210,80 bruto loon S,diplomatoeslag. Ook hier gaat ongeveer de helft af aan allerlei kosten, zodat hij f 100,per week overhoudt. Natuurlijk moet hij zak geld hebben en nog wat geld voor onvoorziene uit gaven. De verwachting bestaat dat hij dit jaar f4.000,kan sparen, die hij in het bedrijf inves teert. Voor vader kost de arbeidskracht van Wim dit jaar naast het brutoloon ook nog 20 aan sociale lasten. Het totaal voor vader komt daardoor op f 12 £00,Dit lijkt een heel bedrag voor een zoon van 20 jaar. Gelukkig is juist door de uitgroei van het bedrijf het inkomen de laatste jaren ook gegroeid en daardoor is het mogelijk om de arbeid van Wim goed te belonen. Sinds 1967 wordt door de heer Nobel een bedrijfsekonomische boekhouding bijgehouden. Aan de hand hiervan heeft hij ons laten zien, dat een inkomen voor 2 volwaardige arbeidskrachten bereikt is vooral door de groei en uitbouw van het bedrijf. Na deze weergave van de situatie bij de familie Nobel is het goed om eens nader de loondienstverhouding te be kijken. DE KOLLEKTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST IN DE LANDBOUW Er is voor de hele Nederlandse landbouw tussen de organisaties van werkgevers en werknemers een kol lektieve arbeidsovereenkomst afgesloten (de c.a.o.). Voor de individuele boer betekent het dat hij met zijn werknemer een arbeidsovereenkomst moet aangaan, die overeenkomt met deze c.a.o. Met vaste arbeiders moet de arbeidsovereenkomst schriftelijk worden vast gelegd. Voor de familie Nobel zijn deze bepalingen ook van kraacht. Gegeven de goede verhoudingen en rekening houdend met de tijdelijkheid van de loon dienstverhouding wordt in de praktijk hiermede weinig rekening gehouden. De loonbelasting, die door zoon Wim betaald moet worden, wordt berekend en aan de belasting opgegeven door het Boekhoudbureau. Beide moet regelmatig ge beuren. Vader en zoon Nobel vinden het buitengewoon plezierig dat deze zaken keurig en deskundig geregeld worden door hun boekhouder. Zij hoeven alleen maar op tijd de belasting te betalen en dat is al last genoeg. de zoon verdere verplichtingen heeft. Wim krijgt zijn wekelijkse loon, de verplichte belastingen en verzeke ringen worden ingehouden, hij krijgt zijn kost, in woning en kleding. Er blijft dan voor hem nog een be drag over. Hiervan heeft hij zijn zakgeld en de rest blijft als een tegoed in het bedrijf. Dit laatste is dan de (nog bescheiden) kapitaalsvorming van Wim. Er wordt gedacht aan een andere vorm van beloning, n.l. een vorm waarbij Wim ook meedeelt in de winst van het bedrijf. Het volgend voorjaar wordt hij 21 jaar en dat is een mooie gelegenheid om een beloningsvorm te kiezen, die zijn betrokkenheid bij het bedrijf en bij de bedrijfsuitkomsten ook tot uiting laat komen in zijn eigen inkomsten. WAT IS WINST? Johan en Rinus Muilenburg krijgen dus naast een loon, dat afgestemd is op wat elders in de landbouw wordt betaald een aandeel in de winst. Deze beloningsvorm berust op een mondelinge afspraak. Het betaalde loon komt overeen met hetgeen aan een iedere andere medewerker van dezelfde leeftijd zou moeten worden betaald. De hoogte van het loon ligt dus vast in de collec tieve arbeidsovereenkomst (c.a.o.) die jaarlijks tussen werkgevers en werknemers in de land bouw wordt afgesloten. Over dit loon moet loon belasting en premie voor de wettelijke sociale verzekeringen worden betaald. Bij de vaststelling van ieders winstaandeel heeft men afgesproken de fiskale winstbereke ning als uitgangspunt te nemen. Aan het einde van het jaar berekent de boekhouder de fiskale winst uit onderneming. Daarvan is dan al af getrokken het bruto-loon van de zoons. Ver volgens wordt het bruto-loon voor vader Muilenburg en een beloning van 6 van het door hem in het bedrijf gestoken eigen ver mogen afgetrokken. Wat dan overblijft komt voor verdeling in aanmerking in de verhouding 40 voor Muilenburg Sr. en 30 voor ieder van de zoons. Het winstaandeel van de zoons keert vader Muilenburg daarna uit. Wat ieder toekomt is dus duidelijk. Bij de uitvoering van zo'n winstdelingsregeling speelt de boekhouder dus een belangrijke rol. De loon administratie wordt eveneens door de boek houder verzorgd. „Dat is in onze situatie ook de meest goedkope en beste oplossing", vindt Mui lenburg Sr. Zowel over het genpten loon als over het genoten aandeel in de winst moet in komstenbelasting worden betaald. De premies van de wettelijke sociale verzekeringen worden geheven over het genoten loon en het uitbe taalde winstaandeel, uiteraard tot de wettelijk vastgestelde premieloongrens. De Muilenburgs zijn tevreden over de rege ling, die zij toepassen. „De regeling past het best bij onze situatie; je bindt elkaar niet, en toch heb je samen belang bij één doel: het maken van winst in dit bedrijf." Dat het bedrijf niet alléén een goed bestaan oplevert voor de drie gezinnen Muilenburg, maar ook ruimte laat voor vermogensvorming door de zoons toonde ons de heer Muilenburg Sr. aan de hand van zijn boekhouding. Dat de zoons bij deze regeling wettelijk verzekerd zijn acht men eveneens een voordeel in verband met hun ge zinssituatie. Tenslotte ligt in de regeling zelf een prikkel om zich in te zetten voor het bedrijf; om mee te denken en te praten over wat het beste is om er zoveel mogelijk uit te halen. „Ze krijgen ook de ruimte om mee te beslissen, want het gaat om hun toekomst", aldus Muilenburg Sr. „Als ze wat willen ondernemen zullen ze moeten leren om te beslissen." Aan de Oudenbosweg no. 27 te Dronten (Oos telijk Flevoland), om precies te zijn op kavel 0 38 ligt het akkerbouwbedrijf van de heer L. J. Muilenburg. In 1964 startte de familie Muilen burg op dit nieuwe land. Op het oude land, onder de rook van Gorkum liet men toen wel het één en ander achter: een boerderij van 60 ha, ge mengd, op vrij zware klei èn een stukje „be woonde" wereld. Vader Muilenburg (57 jaar) zegt hierover: „Ik was blij dat we konden oversteken naar de „Polders". De boerderij waarin wij zaten lag op zware rivierklei, hier en daar 80 afslibbaar. Voor bouwland eigenlijk te zwaar. De helft van de oppervlakte hadden we in gras. Dat was nood gedwongen want van vee houd ik helemaal niet. Je bent altijd gebonden. Nee, dan die grond hier. Je kunt er alles mee worden." De kinderen Muilenburg: (totaal zes kinderen, drie dochters en drie zoons) zijn de deur uit. De kinderen zijn allen getrouwd. De dochters heb ben geen boer getrouwd. Een van de zoons is na een technische opleiding in het schildersvak terechtgekomen. De twee oudste zoons Johan (33 jaar) en Rinus (27 jaar) werken op de boer derij. Johan woont in Elburg en Rinus in Dron ten. Zij willen boer worden én bereiden zich nu voor op die toekomst.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1971 | | pagina 11