GRASZAAD Met het oog op eventuele warmteverliezen is het gewenst 10 a 20 extra capaciteit te nemen. De ge wenste capaciteit van de warmtebron bedraagt dan 80000 K cal/uur. SUIKERBIETEN AAN het eind van deze maand zal met de suiker campagne begonnen worden. Ook hierbij is een goede afstelling van de oogstmachines zeer belangrijk om onnodige verliezen, welke soms vrij groot kunnen zijn, tot het minimum te beperken. RUNDVEEHOUDERIJ TIE grasgroei is de afgelopen periode vrij gunstig ge- weest voor een goede produktie. Veelal is een zeer groot deel benut voor directe consumptie, doch op verschillende bedrijven zal er ook een deel voor win- tervoer kunnen worden ingekuild. Hierdoor wordt de voederpositie voor de winterperiode versterkt. Het wordt tijd het voederplan op te stellen voor de a.s. winter. We verwijzen in dit verband gaarne naar een artikel dat in één der eerstvolgende weken door de specialist voeder voorziening wordt gepubliceerd. We volstaan met erop te wijzen dat het nuttig is van de belangrijkste ruw voeders nu reeds een monster te laten onderzoeken door het Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewasonderzoek. jlYE stikstofgift op de nieuwe percelen die pas van onder de dekvrucht zijn gekomen, dient reeds ge strooid te zijn. Mocht dit onverhoopt nog niet het geval zijn dan is het hoog tijd en dient dit alsnog vlug te gebeuren. Dit is, zoals wel bekend, zeer belangrijk voor de eerste ontwikkeling welke in het najaar plaats vindt. Eind september dienen de 2e-j aars percelen ge maaid te worden en moet het gemaaide afgevoerd wor den, waarna een stikstofgift gegeven moet worden af hankelijk van de soort. Bij de goede zodevormers van veldbeemd geeft afbranden goede resultaten. (Zie het artikel van augustus). De snelgroeiende grassen kun nen half oktober gemaaid worden. GRONDBEWERKING INDIEN de tijd en de weersomstandigheden het toe laten is de maand september nog zeer geschikt voor het uitvoeren van stoppelbewerkingen. Hoe dit dient te gebeuren hangt af van de grondsoort en de onkruidbezetting (zaad- of wortelonkruiden). VOEDER WINNING BIJ het inkuilen van gras in het najaar dient altijd een conserveringsmiddel toegevoegd te worden, zoals gedenatureerde suiker, melasse, landbouwzout, e.d. Deze produkten dienen goed en regelmatig door het produkt verdeeld te worden. Bij het kneuzen van het gras of voorgedroogd produkt wordt er 1 sui ker of 2 zout toegevoegd. Bij vers gras wordt er 2Vt suiker of 3 zout toegevoegd per 1000 kg gras 25 kg suiker of 30 kg landbouwzout. Van het stoppelland kan gras en klaver enigszins voorgedroogd of gemaaikneusd worden met een toe voeging van 1012 kg suiker of 15 kg landbouwzout per 1000 kg produkt. Wanneer het produkt vers wordt ingekuild (zonder kneuzen) dienen deze hoeveelheden verdubbeld te worden. Als richtlijnen voor de opbrengst per ha kunnen de volgende hoeveelheden worden aangehouden: GRASLANDVERZORGING SNIJMAIS Vooral kuilen met snijmais moeten met een goed zwaar gronddek afgedekt worden. Een verkeerde afstelling van slechts één onderdeel van de bietenrooimachine kan de oorzaak zijn van grote onnodige verliezen tijdens de oogst. Vast staat echter dat dit onder droge omstandig heden dient te gebeuren om resultaat te hebben en structuurbederf te voorkomen- Het aardappelland dient zo vlug mogelijk na het rooien bewerkt te worden met de cultivator. Dit om verslempen van de grond tegen te gaan. Toepassing van chemische middelen tegen hardnek kige onkruiden in de stoppel is steeds meer nodig. Klein hoefblad bestrijden met 5 ltr. 2,4-D amine/ha. Liefst spuiten op jong doch niet te klein hoefblad en bij groeizaam weer. Groeiende kweek kan op vochtige grond tijdens groeizaam weer met Dalapon bestreden worden. Waaneer er hoefblad en kweek voorkomen kan men beide onkruiden tegelijk bestrijden met amitrol/thio- cyanaat. Bij droge omstandigheden in september/okto ber kan tegen kweek beter TCA gespoten worden na het op wintervoor ploegen. Bietenkoppen en -blad Italiaans raaigras Stoppelklaver Grasland per snede Stoppelknollen Snijmais vers 3040 ton is 1825 ton kuil voer vers 1827 ton is 1218 ton kuilvoer vers 2230 ton is 1520 ton kuilvoer vers 1827 ton is 1218 ton kuilvoer vers 4050 ton is 1825 ton kuilvoer vers 5070 ton is 4050 ton kuilvoer Als u snijmaïs goed fijn maakt en zorgvuldig inkuilt, dan krijgt u voor het vee zeer smakelijk voer met een hoge zetmeel waarde. VOEDERAANKOOP Op verschillende bedrijven zal ondanks een behoor lijke voederpositie één en ander moeten worden aan gekocht. Zo zal men kunnen nagaan of er bietenkoppen en -blad, aardappelen, natte pulp of droge pulp nog kunnen worden aangekocht om een goed winterrant- soen te kunnen opstellen. Met de controle van een voederanalyse kan dan worden nagegaan welk kracht voer moet worden bij gevoederd. Met het winnen van goed voer is bij een goede exploitatie op het bedrijf nog één en ander te verdienen. Het inkuilen van bietenkoppen en -blad vraagt veel tijd en dient vooral goed te gebeuren. Vermijd vooral vermenging met groad, wat nogal eens voorkomt bij machinaal rooien. Teveel gras heeft een goede veehouder nooit. Tot eind september kan met een normale stikstofgift een goede grasgroei in stand worden gehouden. Zorg voor een goede afwatering, zodat het overtollige water ook tijdig kan worden afgevoerd. Voeder bij nat weer liefst geen bietenkoppen in het grasland. Voor een optimale grasgroei zullen de „versleten" percelen grasland eens opnieuw ingezaaid moeten worden. Doe het zo spoedig mogelijk of maak er deze winter eens een plan voor. Door de toename van het areaal snijmaïs ia Zeeland (vooral in Zeeuwsch-Vlaanderen) is het gewenst om op enkele punten te wijzen om een zo goed mogelijk veevoeder te verkrijgen. Om de oogst zo vlot mogelijk te laten verlopen moeten de wendakkers een breedte hebben van 1012 m. Er zullen meestal twee of drie kantrijen van tevoren geoogst moeten worden om de verliezen te beperken. Is er graan of een ander produkt rondom geteeld dan zullen er weinig voorbereidende werkzaamheden nodig zijn. De plaats waar de kuil komt dient goed toegankelijk te zijn en tijdig in orde gemaakt te worden. Als regel valt de oogstperiode tussen half september en half oktober. Het beste tijdstip van oogsten is dat waarop de korrels deegrijp tot hard zijn. Dit stadium is bereikt zodra er geen vocht meer uit de korrels komt wanneer men er met de nagel in drukt. Te vroeg oog sten, bijvoorbeeld in het melkrijpstadium, geeft niet alleen verlies aan voederwaarde maar bovendiea is het ruwe celstofgehalte hoger, waardoor het vee er min der van opneemt. Een goed gewas snijmaïs levert 45 ton kuilvoer per ha met een droge stof gehalte van 26 of wel 7000 kg zetmeelwaarde per ha. Voor één ha snijmaïs is onge veer 70 m3 bergplaats nodig. Snijmaïs kan men be waren in een groadkuil of een sleufsilo maar ook in een zogenaamde rijkuil op de grond. Deze laatste ver dient wel de voorkeur i.v.m. inlopend regenwater of grondwater. Bij een stapelhoogte van 1,50 m (in het midden) is er bij een breedte van 6 m een lengte van 8 meter nodig. Men kan dan het kuilvoer afdekken met plastic dat 9 m breed en 0,15 mm dik is. Het plastic moet aan alle kanten 20 cm diep ingegraven worden voor een luchtdichte afsluiing. Afdekken met 3050 cm grond als de kuil goed is aangereden is nodig. Is dit niet het geval dan is een dikker gronddek (80—100 cm) nood zakelijk.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1971 | | pagina 9