produktief duurzaam U a Pm nm Lbvh Langs de melkweg Gezondheid en margarine (XLVII) MECHANISATIE NIEUWS Een County: drie werkzaamheden 3 en KAPELLE- -tel. 01102-1441 J. H. LANTINGA Consulentschap voor de akkerbouw en rundveehouderij Goes Je wordt er dagelijks mee geconfronteerd; ook in Nederland vertellen via radio, televisie en adverten ties alleswetende heren of charmante dames hoe goed een bepaald soort margarine wel is voor onze bloed vaten. De één weet het nog indringerder te vertellen dan de ander. Alles draait om de poly-onverzadigde vetzuren die het cholesterolgehalte van het bloed niet zouden verhogen. In de Deutsche Molkerei-Zeitung no. 29 van 22 juli 1971 troffen wij een artikel aan van de hand van dr. Siegfried Malich uit Bonn, waarin deze wat dieper ingaat op het vraagstuk boter of margarine voor de gezondheid. Aldus een artikel in het „Officieel Or gaan", het weekblad van de Kon. Ned. Zuivelbond in het nummer van 11 augustus, dat ook een ruimere lezerskring zal interesseren. Vandaar dat wij in het kort aan enkele facetten uit deze bijdrage aandacht willen besteden. BOTER - MARGARINE |\E Duitse margarine-industrie besloot in het begin van de zestiger jaren de boterverbruikers te gaan voorlichten over het gevaarlijke van hun ge woonte. Met grote acties, die de indruk gaven een wetenschappelijke achtergrond te hebben, werd het melkvet aangewezen als de grote boosdoener. Het zou het cholesterolgehalte in het menselijk bloed ver hogen met alle fatale gevolgen als arteriosclerose en hartinfarcten van dien. De Duitse zuivelindustrie was in die tijd niet voorbereid op dergelijke concurren- tiemethoden. Zij liet er echter geen gras over groeien en schakelde objectieve deskundigen in die een on derzoek deden naar de voedingseigenschappen van boter en margarine. Dit droeg in Duitsland bij tot een rehabilitatie van de boter en de verwarring die door de verklaringen van de margarine-industrie was ont staan, verdween langzaam maar zeker. Nu, enige ja ren later, wordt Duitsland op dit gebied opnieuw als het ware overspoeld door een gezondheidsgolf. In nog agressievere bewoordingen en onder het mom van „Margarine-Instituut voor Gezonde Voeding" wordt de margarine aangeprezen als het meest zalig makende vetprodukt. Het hoogtepunt werd hierin bereikt met de introductie van een speciale dieetmar- garine. Het lijdt volgens dr. Malich geen twijfel dat het er de margarinefabrikanten om te doen is uit de onzekerheid van de consumenten „je kunt nooit weten of ze gelijk hebben" voordeel te slaan. TERUGLOPENDE MARGARINEMARKT IVE voornaamste reden waarom de margarine-in- dustrie althans in Duitsland zich zo roe rend bezorgd maakt om het lichamelijk welzijn van onze oosterburen en zich met hand en tand verzet tegen het veelvuldig verbruik van andere voedings- vetten dan margarine (vooral van boter) is volgens dr. Malich duidelijk. Zij wil proberen de teruglopen de margarinemarkt wat op te vijzelen en zo moge lijk een ommekeer bewerkstelligen ten gunste van haar produkt en ten nadele van de boter. BOTER OF MARGARINE? IYE biologische en gezondheidskundige waarden van de elkaar beconcurrerende voedingsvetten zijn aanleiding geweest tot tal van wetenschappelijke onderzoeken. Zo zijn prof. dr. Lembke en dr. Frahm in 1966 met een uitgebreide proef gestart met duizend personen, die aan arteriosclerose lijden. Dit jaar zal dit onderzoek worden afgesloten, maar er zijn begin 1970 wel reeds enkele resultaten bekend. Uit alle on derzoekingen, waarbij het bloedcholesterolgehalte bij het verbruik van voedingsvetten met verzadigde en onverzadigde vetzuren centraal stond, is gebleken dat noch het verbruik van boter schadelijk is voor de gezondheid, noch het consumeren van margarine met meervoudig onverzadigde vetzuren hierop een gunstige invloed heeft. De beide professoren wezen erop dat alleen een slecht uitgebalanceerd dieet met een teveel aan vet van welke soort dan ook, de ge zondheid schaadt en het gevaar voor hart- en vaat ziekten aanzienlijk doet toenemen. Daarnaast kwam vast te staan dat het voor de margarine-industrie dik wijls als uitstekend voor de gezondheid gepropageer de linozuur veel ongewenste biochemische reacties in het menselijk lichaam veroorzaakt en vatbaarheid voor bepaalde ziekten belangrijk vergroot. De zgn. gezondheidsacties van de margarine-industrie blijken dus allesbehalve gezondheid te verkopen Deze indus trie zal dan ook, wanneer de bevindingen van de des kundigen tot de consumenten doordringen, er een harde dobber aan hebben om niet in de kuil te val len, die zijzelf gegraven heeft. MOEILIJKE OPGAVE 7IJ zal andere goede eigenschappen moeten zoe- ken, waardoor de margarine boven de boter uit steekt. Dit kon wel eens moeilijk zijn, want gezien het Chemische proces, waardoor margarine tot stand komt, kan men onmogelijk schermen met begrippen als „natuurlijk" of „natuurzuiver". Het .Franse tijd schrift „Revue laitière frangaise" publiceerde enige tijd geleden een overzicht van de diverse stoffen, die in margarine verwerkt mogen worden. Hierin wer den onder andere plantaardige oliën, zoals aardnoten, palm-, soja-, zonnebloem- en kokosolie genoemd, als mede dierlijke vetten, zoals onder andere visolie. Deze oliën en vetten worden door uitpersen, centri fugeren of uitsmelten vrijgemaakt of en dit laat ste voornamelijk bij plantaardige oliën en vetten opgelost met behulp van bijv. butaan, hexan, pro paan, benzine en tri-chloorethyleen. Uit deze oliën en vetten van verschillende her komst en dikwijls niet van eerste kwaliteit wordt een mengsel samengesteld, dat geraffineerd wordt. Hier voor moet de olie eerst gehard worden. Dit gebeurt met fijn verdeeld nikkel als katalysator. Daarna wordt het mengsel met waterstof onder druk verhit tot 120 180 graden C. Via filtratie kan de katalysator ver wijderd worden. Het Franse overzicht vervolgt dan met het gehele fabrikatieproces, waaraan onder an dere nog zure alkalifosfaat, natriumcarbonaat en fos- forzuur te pas komen, alsmede reuk- en smaakstof fen. De bijzonderheden hierover laten wij maar ach terwege. DUISTERE, CHEMISCHE BEHANDELING |JR. Malich stelt verder in zijn artikel dat, wanneer men deze produktiemethode in ogenschouw neemt, men zich er niet over behoeft te verwonderen dat de mensen van de Franse Consumentenbond (Union Fédérale de la Consommation) na uitgebrei de proeven met diverse soorten Franse margarine tot de volgende conclusie kwamen: „Wij wagen het niet om in de plaats van boter een vervangend produkt aan te bevelen dat uit verschillende basisstoffen is samengesteld die talrijke duistere en in hun werking nog weinig bekende chemische behandelingen heb ben ondergaan". Daaraan is nauwelijks nog iets toe te voegen, vindt dr. Malich, die verderop in zijn ar tikel nog stilstaat bij de ontwikkelingen op de mar garinemarkt en de reclame en voorts de margarine- fabrikanten opwekt uit de bevindingen van deskun digen de nodige lering voor de toekomst te trekken. Het bovenstaande is onzes inziens het belangrijk ste gedeelte van het artikel in de „Deutsche Molkerei- Zeitung". Het is zeker dat, wanneer dr. Malich en zijn staf van deskundigen, alsmede de Fransen, waar over hij schrijft gelijk hebben, de margarine-indus trie een andere koers zal moeten gaan varen want, u hoort het dagelijks, „bloedvaten hebben we alle maal". Aldus het „Officieel Orgaan". IIET bovenstaande willen we aanvullen met het boter- en margarineverbruik in ons land. Per hoofd van de bevolking is dit gemiddeld in. kg als volgt: 1938 1950 1960 1965 1968 1969 Boter 5.5 2.7 4.7 4.3 2.6 2.8 Margarine 7.1 17.0 19.9 19.6 19.2 18.6 Het verbruik in Nederland verschilt in sterke mate met West-Duitsland. Daar was bijv. in 1970 het hoof delijk verbruik van margarine 8.8 kg en dat van bo ter 8.6 kg, dus slechts een gering verschil. In Zeeland, „Waar het leven goed is", ligt naar onze indruk het boterverbruik boven het gemiddelde van ons land. De boter is al 5.000 jaar bekend en gebruikt. Boter hammen (brood met boter) smaken goed! Op een landbouwbedrijf van plm. 200 ha in Enge land is een machine ontwikkeld die drie werkzaam heden tegelijk kan verrichten. Cultiveren, spuiten van vloeibare kunstmest of bestrijdingsmiddelen en op rij-zaaien. In een tijd van stijgende arbeidskosten bieden der gelijke combinaties steeds meer voordelen. Met de Ford County Forward Control 1004 zorgt één man voor de gehele grondbewerking van 160 ha bouwland. Bij deze 4-wielaangedreven tractor met frontbestu ring zijn 2 belangrijke eigenschappen volledig benut: de 100 PK motor die op de zware grond onder alle omstandigheden alles aandrijft en de vele aan- en op-bouwmogelijkheden van de tractor achter de ca bine. Aldus meldt Ford Trekkernieuws dat nog de volgende bijzonderheden geeft: DE FC 1004 DOET DIENST ALS: een 100" PK 4-wielaangedreven tractor die alles doet, van ploegen tot transportwerk; een zelfrijdende sproeimachine of kunstmest strooier met grote werkbreedte; een gecombineerde machine die tegelijkertijd vloeibare kunstmest toedient, zaait en egt met een werkbreedte van 6 m. Volledig uitgerust bestaat de machine uit voorop een sproeiboom die voor onkruidbesproei ing een werkbreedte heeft van 12 m en voor het toedienen van kunstmest van 6 m; achter de cabine met motor eerst een tank van 1350 1 van het sproeimechanisme en daar achter de voorraadbak voor het zaaizaad; in de hefinrichting hangt de 6 m brede cultivator die tevens het buizenstel van de pneumatische zaaimachine draagt. De doseerinrichting van de zaaimachine wordt aan gedreven door een .landwiel, terwijl de benodigde luchtdruk verkregen wordt door een ventilator op de aftakas. De vloeistofpomp van het sproeimechanisme krijgt de aandrijving van het hydraulisch systeem van de tractor. Een speciaal mechanisme zorgt dat met de hefin- richtingshandle de cultivator en de sproeier gelijk tijdig in en uit het werk gesteld worden. Volbeladen weegt de gehele combinatie 6 ton. Een groot voordeel is dat de machine een rustige gang heeft, zodat zeer snel gereden kan worden, terwijl bovendien kooiwielen zorgen voor een verspreiding van de druk op de bodem. De gehele constructie, zijn de de samenvoeging van de verschillende werktuigen op de Countjf, is verricht op de boerderij zelf en wel grotendeels door de tractorbestuurder. juno

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1971 | | pagina 6