Het zuiveren van
kwik bevatten de
dompelbadvloeistof
i-.V.
7
VOOR DE BOLLENTELERS
Plantenziektenkundige Dienst
Laboratorium voor Bloembollenonderzoek
Rijkstuinbouwvoorlichtingsdienst
MILIEUVERONTREINIGING met kwikbevattende
middelen staat sterk in het middelpunt van de
belangstelling. Kwik, eenmaal in het milieu gekomen,
verdwijnt er niet meer uit en kan schade berokkenen
aan tal van levende organismen. Een verontreiniging
van het milieu met kwikmiddelen moet dan ook zo
veel mogelijk worden tegengegaan.
Een duidelijke bron van verontreiniging wordt ge
vormd door het lozen van kwikbevattende dompel
baden, die voor de ontsmetting van bloembollen wor
den gebruikt. Hierbij wordt nogal eens gehandeld in
strijd met de reeds jaren bestaande wettelijke bepa
lingen.
Zo schrijft de Bestrijdingsmiddelenwet onder meer
voor, dat een ieder verplicht is, ten aanzien van resten
van bestrijdingsmiddelen, een zodanige zorgvuldig
heid in acht te nemen, dat geen gevaar ontstaat voor
de mens of voor dieren, welker instandhouding ge
wenst is. Voorts is het op grond van deze wet ver
boden om resten van bestrijdingsmiddelen op zo
danige wijze te verwijderen of te vernietigen, dat zulks
gevaar oplevert voor verontreiniging van waterwin-
plaatsen of van oppervlaktewater.
IN de praktijk is het evenwel niet altijd even ge-
makkelijk gebleken om afgewerkte dompel
vloeistoffen op de meest verantwoorde wijze kwijt
te raken. Het is dan ook verheugend te kunnen mel
den, dat het Centraal Technisch Instituut T.N.O. te
Delft een apparatuur heeft ontwikkeld, waarmee het
mogelijk is om afgewerkte dompelbaden in belang
rijke mate onschadelijk te maken. Een prototype van
deze apparatuur zal dit seizoen in de praktijk wor
den beproefd.
Zolang deze apparatuur nog niet voor ieder voor
handen is, zal gedurende een overgangsperiode een
eenvoudige werkwijze worden voorgeschreven welke
in samenwerking met genoemd Instituut tot stand is
gekomen. Bij deze werkwijze, waarvoor de teler zelf
de nodige voorzieningen kan treffen, is het mogelijk
om meer dan 95 van de in de vloeistof aanwezige
kwik te verwijderen. Het ligt in het voornemen, dat
reeds voor het komende ontsmettingsseizoen een of
ficiële regeling zal worden getroffen, welke binden
de richtlijnen geeft voor het volgen van laatstbedoel
de eenvoudige werkwijze.
Het principe van deze werkwijze is als volgt:
Als een kwikbevattende vloeistof door een kolom
actieve kool wordt geleid heeft deze actieve kool de
eigenschap de kwik uit de vloeistof te binden. Dit
proces verloopt beter naarmate er minder afvalstof
fen étc. (zand, slib, humus, bolresten) in de vloei
stof aanwezig zijn.
DE TE TREFFEN VOORZIENINGEN EN DE WIJZE
VAN UITVOERING ZIJN DE VOLGENDE:
Nodig is een ijzeren drum met een inhoud van
200 1.
In de bodem van deze drum worden, verspreid
over het gehele oppervlak, 10 gaten met een door
snede van 4 mm. geboord.
Vervolgens neemt men een fijnmazige jutezak die
in gevulde toestand dezelfde doorsnede heeft als
de drum. Deze zak dient het gewenste aantal kg
actieve kool ruimschoots te kunnen bevatten, zo
dat de zak zich gemakkelijk aan de vorm van de
druk kan aanpassen.
Wanneer men over het gehele ontsmettingsseizoen
niet meer dan 2 kubieke meter 2000 liter)
kwikbevattende vloeistof heeft te lozen vult men
de zak met minimaal 15 kg actieve kool (P.K.S.T.-
korrels - fractie 13 mm).
Bedraagt de hoeveelheid te lozen kwikhoudende
vloeistof 212 kubieke meter dan dient de jute
zak te worden gevuld met minimaal 30 kg -actieve
kool.
De zak met actieve kool wordt dichtgemaakt en
gedurende 1 a 2 dagen ondergedompeld in een
bad met schoon (leiding-)water.
De actieve kool dient geheel bevochtigd te zijn.
Controleren!
De met water verzadigde zak met actieve kool
wordt dan onder in de drum geplaatst en stevig
tegen de wand en de bodem aangedrukt.
De actieve kool in de jutezak dient, mede ter voor
koming van verstopping, zo weinig mogelijk in
aanraking te komen met de afvalstoffen uit het
bad. Om deze afvalstoffen op te vangen wordt in
de drum nog een fijnmazige jutezak aangebracht,
waarvan het bovenste deel om de bovenrand van
de drum wordt gelegd.
Ondanks het gebruik van fijnmazige jutezakken
zullen de kleinste slibdelen hier niettemin door
heen dringen. Om dit te voorkomen is het nood
zakelijk om aan het bad, voordat het wordt ge
loosd, een uitvlokkingsmiddel toe te voegen.
Dit gaat als volgt:
voor één kubieke meter te lozen kwikbevat
tende vloeistof heeft men nodig 40 gram bio
logisch onschadelijk uitvlokkingsmiddel (o.a.
Wisprofloc P., Perfectamyl A 5114, etc.)
deze hoeveelheid wordt kort voor gebruik, on
der goed roeren in 4 liter schoon water opge
lost.
IDEALE SITUATIE
jutezakken met afvalstoffen en verbruikte actieve
kool dienen te worden opgeslagen in goede geslo
ten vaten. Dit zal in ieder geval buitenshuis op
zo veilig mogelijke wijze dienen te gebeuren. Na
dere richtlijnen hiervoor kunnen nog worden ver
wacht. Over de wijze waarop verder met deze
vaten zal moeten worden gehandeld is nog over
leg gaande.
WIJZE VAN PLAATSING VAN DE DRUM
T.O.V. HET DOMPELBAD
DE meest eenvoudige overbrenging van de vloei
stof van het dompelbad naar de drum wordt
verkregen door de drum lager te plaatsen dan het
dompelbad, b.v. door het plaatsen van de drum in
een buitenshuis gegraven gat. Een voorwaarde hier
bij is echter dat de bodem van de drum steeds boven
de grondwaterspiegel blijft (liefst minstens 10 cm).
Bij dit systeem loopt de vloeistof via een buis of
slang onder invloed van de zwaartekracht van het
dompelbad in de drum over.
Ter voorkoming van een te grote doorstroomsnel
heid kan in deze leiding een regelkraan nodig zijn.
Indien de grondwaterspiegel te hoog is en het
dompelbad niet omhoog gebracht kan worden zal
voor de overbrenging van de vloeistof een pomp of
iets dergelijks moeten worden gebru'kt.
APPARATUUR
DAAR er grote verschillen bestaan in de appara
tuur waarin wordt gedompeld is het niet mo
gelijk één bepaalde constructie te adviseren. In de
bijgevoegde schetsen wordt een ideale situatie ge
toond zoals boven beschreven.
Hierbij wordt de bovenste jutezak met het deksel
door een klemband tegen de drum bevestigd. Op het
deksel wordt een T-stuk aangebracht.
De verticale slang of pijp op dit T-stuk dient bo-
klemband
jutezak
AKTIEVE KOOL IN 'J
JUTEZAK
V
O V 'Al
t minstens
U 10cm
AKTIEVE KOOL IN J*
JUTEZAK j'ij
I* - y,» - j#
<L- grondwaterspiegel
10 GAATJES
<j£ 4 mm
vervolgens wordt deze oplossing onder goed
oproeren (ook de vuilresten op de bodem!) aan
het dompelbad toegevoegd.
ter verkrijging van een goede uitvlokking dient
nu 1 uur te worden gewacht.
Hierna kan worden begonnen met het brengen
van de kwikhoudende vloeistof in de drum.
Ter verkrijging van een goede binding van de
kwik aan de actieve kool mag niet meer dan 500
liter vloeistof per uur door de drum worden ge
voerd.
Als de hoeveelheid afvalstoffen in de bovenste
jutezak te groot wordt, wordt deze zak met de af
val onmiddellijk in een afgesloten vat gebracht
en blijft daarin opgeslagen. Hetzelfde geldt voor
de zak met actieve kool als het ontsmettingssei
zoen is geëindigd.
Per drum met 30 kg actieve kool mag niet meer
dan 12 kubieke meter badvloeistof gezuiverd wor
den. Indien meer dan 12 kubieke meter vloeistof
moet worden gezuiverd kan men gebruik maken
van meerdere drums of kan men bij gebruik van
één drum deze na zuivering van 12 kubieke me
ter vloeistof voorzien van een nieuwe hoeveel
heid van 30 kg actieve kool.
ven het vloeistofniveau in het dompelbad uit te ko
men. Door een regelkraan in de horizontale toevoer
leiding naar het T-stuk kan de doorstroomsnelheid
worden geregeld. Een minder gunstige situatie ont
staat indien de drum o.a. ten gevolge van een hoge
grondwaterspiegel niet voldoende laag ten opzichte
van het dompelbad kan worden geplaatst. Een pomp
zou hier b.v. uitkomst kunnen bieden. De in de schets
aangegeven constructie dient dan echter nog aange
vuld te worden met een terugvoerslang van het verti
cale deel van het T-stuk naar het bad om eventueel
overstromen vanuit dit deel van het T-stuk te voor
komen.
Als de dompelappaiatuur niet vast is opgesteld kan
in dit geval een oplossing worden gevonden in het
omhoog brengen van het bad.
De meest eenvoudige werkwijze is op de rechtse
schets weergegeven. Hierbij kan de drum onder de
kraan van het dompelbad worden geplaatst of kan
de verbruikte kwikbevattende vloeistof inclusief de
afval op andere wijze in de drum worden gebracht.
TENSLOTTE:
|I\E drum dient op een zodanig afstand van het
open oppervlaktewater te worden opgesteld of
ingegraven, dat de uit de drum tredende gezuiverde
vloeistof uitsluitend via de grond wordt afgevoerd
en niet in het oppervlaktewater terecht kan komen.