Jubileum
de heer A. Korteweg
De lonen
in de land- en tuinbouw
Over
geld
en
goed
Nieuwe EEG-landbouwprijzen voorgesteld
Op de Algemene Vergadering vaa 21 juni j.l. werd
-o.a. aandacht besteed aan het 25-jarig ambtsjubileum
van de heer Korteweg.
Door de voorzitter werd hij als volgt toegesproken:
Tenslotte willen we in deze vergadering graag
nader stilstaan bij het jubileum van onze algemeen
secretaris, de heer Korteweg.
Op 1 juli a.s. zal het namelijk 25 jaar geleden zijn
dat de heer Korteweg als secretaris in vaste dienst
trad bij de toenmalige Noord-Brabantse Maatschappij
van Landbouw. Voordien was hij al een jaar tijdelijk
in de funktie werkzaam, zodat men zou kunnen stellen
dat wij eigenlijk vorig jaar dit jubileum hadden moe
ten vieren. Eerlijk gezegd hebben we er in personeels-
verband reeds bij stilgestaan, nu doen we het ten
overstaan van de algemene vergadering. Op die wijze
wordt ook nog eens onderstreept de meervoudige taak
van onze algemeen secretaris, directeur van een kan-
Zoals reeds eerder werd gemeld is het in het kader
van het loonmatigingsbesluit toegestaan de lonen in
die sector akker-, weidebouw en veehouderij per 1 juni
met 1 te verhogen.
Wat de tuinbouw betreft waarvoor de c.a.o.-onder-
handelingen voor het contractjaar 1971/'72 nog in volle
gang zijn kan het volgende worden medegedeeld. In
afwachting van de definitieve c.a.o. en ter voorkoming
van latere nabetalingen door de werkgever wordt aan
bevolen om op de tuinbouwlonen, die per 28 februari
1971 van kracht waren de volgende verhogingen toe te
passen:
Ingaande 1 maart j.l. 3 met gelijktijdige verwerking
van de bijzondere uitkering 1970 ad 400,volgens de
bijdragen in het loonmatigingsbesluit vermeld, t.w. 7,70
per week of wel 18 ct per uur.
Ingaande 1 juni 1971 1 loonsverhoging, berekend
over de lonen per 28-2-1971, nadat deze vermeerderd
zijn met bovenstaande verhogingen.
Het staat nu vast dat de wet op belastingen van
rechtsverkeer op 1 januari 1972 in werking treedt.
Reeds eerder schreven wij over deze wet en over de
datum van inwerkingtreden. Het laatste heeft veel te
lang geduurd. Eerst moest de wet met spoed in de
Kamers worden behandeld. Toen werd haar inwer
kingtreding ,2 jaar uitgesteld.
Ondertussen liggen er heel wat zaken op hun defi
De heer en mevrouw Korteweg bewonderen de platen
speler die hen werd aangeboden.
toor waar veel omgaat en hoofd van het personeel;
anderzijds een centrale figuur temidden van een ver
eniging en op dat laatste leggen we vandaag de nadruk
als zijnde ook het belangrijkste aspect in deze vele
taken.
Heer Korteweg, U hebt in die 25 jaren alle facetten
van dit secretariaatswerk leren kennen en alle fasen
die we als organisatie en landbouw hebben doorlopen
meegemaakt; U bent daarin deelgenoot geweest en
hebt mede uw stempel gezet op dat wat 'bereikt kon
worden.
In de opbouwperiode van na de oorlog hebt U met
grote vasthoudendheid men spreekt er nog steeds
in alle kringen ook buiten onze organisatie met res
pect over de organisatie in Noord-Brabant weer
gestalte gegeven. Vaak avond na avond op pad om
temidden van vaak scherpe onderlinge tegenstellingen
de eigen weg te vinden. Daarna kwam de periode van
De Europese Commissie is met nieuwe prijsvoorstel
len gekomen voor het landbouwseizoen 1972/1973. De
voorstellen voor de voornaamste produkten luiden als
volgt: harde tarwe: de richtprijs wordt verhoogd van
127,50 tot 130 eenheden (dollar) per ton. De inter
ventieprijs wordt verhoogd van 119,85 tot 123 een
heden. De gegarandeerde minimumprijs gaat van
147,90 tot 151,0 eenheden. Voor zachte tarwe geldt een
richtprijsverhoging van 109,44 tot 122 eenheden per
ton en een verhoging van de basisinterventieprijs van
100,72 tot 103,0 eenheden.
Voor gerst geldt een richtprijsverhoging van 100,21
tot 103 eenheden en een basisinterventieprijsverhoging
van 92,02 tot 94,0 eenheden. Voor rogge wordt een
richtprijsverhoging voorgesteld van 100,42 tot 103 een
heden en een basisinterventieprijsverhoging van 92,82
tot 94,0 eenheden. Voor mais wordt een richtprijsver
hoging voorgesteld van 96,90 tot 100,0 eenheden en tot
103 eenheden voor het seizoen 1973/74. Deze voor
stellen betekenen in feite een prijsverhoging van 2 tot 3
procent voor tarwe, gerst, rogge en mais.
nitieve vormgeving te wachten en moeten deze nog
een half jaar wachten, om heffing van rechten te voor
komen.
Dit betreffen dan gevallen waarin gronden worden
gekocht of in erfpacht verkregen, die aan een bestaand
landbouwbedrijf worden toegevoegd. Wij willen er
nog op wijzen dat dus van 1 januari 1972 in bepaalde
gevallen geen registratierechten zijn verschuldigd
mits aan de gestelde voorwaarden worden voldaan.
De betreffende bepaling luidt (art. 15 lid 1 letter 2)
„onder door ons vast te stellen voorwaarden is van
belasting vrijgesteld de verkrijging van landerijen
of een recht van erfpacht of beklemming daarop
tot een oppervlakte niet groter dan de oppervlakte van
de naburige landerijen, welke de verkrijger reeds ge
durende tenminste 5 jaar in eigendom, erfpacht of be
klemming heeft, mits de verkrijging in het belang is
van een verbetering van de landbouwstructuur, ver
krijgingen binnen een tijdsverloop van 5 jaar door
dezelfde verkrijger worden als een verkrijging be
schouwd.
Deze bepaling is nieuw en bij de uitvoering zal blij
ken van hoeveel praktische waarde deze is.
Een zin zoals „mits de verkrijging in het belang is
van een verbetering van de landbouwstructuur" kan
bij een enge interpretatie veel meningsverschillen in
zich bergen.
De inspecteurs zijn over het algemeen eng in de
uittleg van vrijstellingen. Moeten dit als goed ambte
organisatorische consolidatie en toen al gauw die van
samenwerking, waarin we ondanks polarisatiege
dachten nog middenin zitten en voorlopig nog zul
len blijven. Het begon met de verzekeringen, daarna
groad- en pachtzaken. Het eindigde vooralsnog bij de
fusie Zeeland-Brabant.
Met een 25-jarige periode van werken tussen en met
mensen achter je, kan iemand niet star en onbuigzaam
zijn, wel moet hij konsekwent zijn en zich niet te gauw
door een teleurstelling laten neerdrukken. En konse
kwent zijn is zeker een eigenschap waarmee we de
heer Korteweg mogen kenschetsen als wij zijn mede
gestalte geven aan de nieuwe ZLM in ogenschouw
nemen. In korte tijd hebt U zich, heer Korteweg, ook
in Zeeland onder de leden doen kennen als een prettig
en zeer integer mens, die anders weer dan zijn voor
ganger, maar met een rustige vasthoudendheid, staat
voor de belangen van de leden.
Het verdient onze waardering de wijze waarop U
bent overgeschakeld van het ene kantoor naar de
twee, naar twee provinciën, van een gedetailleerde
naar een meer globale soms bepaald niet meer bevre
digende werkwijze en dat in een periode waarin het
secretariaat niet optimaal bezet was. En persoonlijk
wil ik daaraan toch ook wel heel graag mijn waarde
ring toevoegen voor de goede verstandhouding die er
in mijn periode steeds tussen secretaris en voorzitter
bestond en aan die voor mij hoeven we geloof ik ook
niet te twijfelen.
Uit zo'n lange periode blijkt ook een groot stuk
trouw aan en betrokkenheid met de sector, waarvoor
en waarbinnen gewerkt wordt. Het zijn kenmerken
die in onze moderne samenleving wel eens wat min
der geschat lijken te worden. Toch geloof ik dat we op
dit stuk van zaken maar wat minder modern moeten
zijn, omdat juist in dit soort funkties het met name
zonder betrokkenheid niet kan.
Als erkenning voor zijn vele werk in ons organisa
torisch verband is de heer Korteweg enige jaren ge
leden ondescheiden met het Ridderschap in de Orde
van Oranje-Nassau. Dat was nog in de oude opstel
ling, maar ik weet dat het de Zeeuwen, die U kenden,
toen ook veel genoegen heeft gedaan.
Nu willen wij als totale ZLM graag onze waardering
uiten en U en mevrouw dankzeggen voor de jaren
lange inzet en de prettige contacten.
De bijzondere plaats die U inneemt als algemeen
secretaris willen wij naast de gebruikelijke onder
streping in ons verband nog eens op bijzondere wijze
tot uitdrukking brengen door U en mevrouw Korte
weg een platenspeler aan te bieden.
Voor melk wordt globaal een prijsverhoging van
2 procent voorgesteld. De richtprijs gaat van 109 naar
111,20 eenheden. De interventieprijs voor boter blijft
gelijk. De interventieprijs voor magere melkpoeder
stijgt van 470 tot 494,20 eenheden. De oriëntatieprijs
voor rundvee (levend gewicht) die nu variëert van 720
tot 750 eenheden gaat naar 772,50 eenheden per ton.
Voor kalveren (levend gewicht) gaat ze van 942,50 naar
950,00 eenheden. De basisprijs voor varkensvlees (ge
slacht gewicht) gaat van 772.5 naar 800 eenheden.
De minimumprijs voor suikerbieten gaat van 17 naar
17,20 eenheden per ton. De richtprijs voor suiker komt
van 238 op 239,60 eenheden en de interventieprijs gaat
van 226,10 naar 227,60 eenheden. Voor oliehoudende
zaden, koolzaad en raapzaad gaan noch de richtprijzen,
noch de basisinterventieprijzen omhoog. Voor vlees
gaat de toeslag per hectare van 110 naar 125 eenheden
en voor hennep van 80 naar 95. Voor gepelde rijst gaat
de richtprijs van 202 eenheden naar 206 en de prijs van
olijfolie wordt met ongeveer drie procent verhoogd.
naar ook zijn. Maar daardoor krijgt men meningsver
schillen die soms relatief grote bedragen als inzet heb
ben.
Zo is het ook al gegaan met de vrijstelling van regis
tratierecht bij overdacht van onroerende goederen die
dienstbaar geweest zijn aan de onderneming van de
ouder en aan kinderen worden overgedragen.
Daar de registratiewet vervalt krijgen wij van
1 januari 1972 hiermede te maken ito de nieuwe wet
op de belastingen van het rechtsverkeer en gaat dan
overdrachtsbelasting heten.
De betreffende bepaling luidt dan:
Van de belasting is vrijgesteld de verkrijging door
één of meer eigen of aangehuwde kinderen of pleeg
kinderen, van zaken die behoren tot en dienstbaar zijn
aan een onderneming van de ouder, welke voor wat de
bedrijfsvoering betreft, IN HAAR GEHEEL door dat
kind of die kinderen wordt voortgezet.
Belangrijk is hier ook d$ zinsnede „voor wat de
bedrijfsvoering betreft". Als wordt overgedragen ge
deeltelijk in pacht, gedeeltelijk in eigendom vindt wat
de bedrijf suit voering betreft overdracht in zijn geheel
plaats, terwijl toch maar een gedeeltelijke eigendoms
overdracht plaats vindt. Wij twijfelen er niet aan dat
na de invoering van de wet nog meerdere malen over
kwestieuze punten die bij de uitvoering naar voren
komen zal moeten worden geschreven.
PA AU WE.