P. J. Zuid - Geluid Jongerenaktiviteiten 18 BEZOEK JONGE AMERIKANEN Een groep jonge Amerikanen brengt in de maand juli a.s. een bezoek van 3 dagen aan de afdeling Oost Zeeuws-Vlaanderen. Deze afdeling zoekt voor de on derbrenging van deze jonge Amerikanen nog enkele gastgezinnen. Geïnteresseerde gastgezinnen kunnen zich opgeven bij J. Murre, Zaaidijk 4, Axel, tel. 01155- 1808. IEDER mens heeft dagelijks in verschillend op zicht te maken met water. De beschikbaarheid van water en het gebruik ervan worden sinds jaar en dag vrijwel alom als vanzelfsprekende zaken be schouwd. Slechts een betrekkelijk gering aantal per sonen geeft zich rekenschap van de betekenis van water voor de samenleving en nog kleiner is het aan tal van degenen, wier taak het is, zorg te dragen voor de mogelijkheid over voldoende water van goede samenstelling te kunnen beschikken. WATER is een merkwaardige stof. Niet alleen is het als grondstof voor allerlei doeleinden on vervangbaar, maar bovendie kan de totale hoeveel heid in de natuur niet worden vergroot. Deze hoe veelheid is enorm groot, doch zij is voor 97 in de wereldzeeën opgehoopt en voor de meeste doeleinden van de mens onbruikbaar. Van de overblijvende 3 is deel als vaste stof gebonden in sneeuw en glet- schers. Van de totale hoeveelheid water bevindt zich dus slechts 2 als zoet water in rivieren, meren en het grondwater. En van deze 2 moet de mens nood gedwongen nog een groot deel ongebruikt naar zee laten afvloeien. Wanneer wij dit bedenken, wordt het duidelijk dat de mens zich met het oog op de toe nemende behoefte aan bruikbaar water moet afvra gen hoe hij zich ten aanzien van het water moet ge dragen. Zoals de huisvrouw een bepaalde gedragslijn moet volgen met betrekking tot de haar ter beschik king staande geldmiddelen, de voedselvoorziening, gebruiksvoorwerpen, enz., moet de samenleving zorg dragen voor een juist beleid ten aanzien van het wa ter. Zo is het begrip „waterhuishouding" ontstaan. Verwaarlozing van deze waterhuishouding zou leiden tot catastrofale toestanden, net zoals de gewone huis houding van de mens of de overheid in een chaos zou ontaarden, indien geen orde op zaken werd ge houden. Voordat we hier nader op ingaan, eerst nog een paar eigenschappen van water, waardoor het zich afwijkend van andere stoffen gedraagt. Water is het enige natuurprodukt, dat we in vaste (sneeuw, ijs), in vloeibare en in gasvormige toestand (waterdamp, stoom) in de vrije natuur tegenkomen. Smeltpunt en kookpunt van water liggen als het wa re binnen ons menselijk bereik en voorts zijn de be nodigde hoeveelheden warmte om ijs te doen smel ten en water te doen verdampen relatief groot. Water bezit een groter oplossend vermogen voor andere stoffen, dan enige andere vloeistof. Hierdoor worden plant en dier in staat gesteld hun bijzonder ingewikkelde levensverrichtingen tot stand te bren gen. Denk hierbij aan het transport van voedingsstof fen in de plant en aan de bloedsomloop van de hoge re dieren. Bovendien heeft geen enkele stof een zo groot ver mogen om warmte op te nemen of warmte af te ge ven als water. Het gevolg hiervan is, dat de enorme „watermantel" van de aarde (in oceanen en in de dampkring) als het ware als een buffer fungeert, waardoor het optreden van extreem hoge en lage temperaturen wordt voorkomen. De combinatie van deze eigenschappen is niet al leen oorzaak van de bijzondere geschiktheid van wa ter voor het instandhouden en de ontwikkeling van het leven op aarde, maar het geheel daarvan is bo vendien in hoge mate bepalend voor 'het klimaat, hoe verschillend dit in de ver uiteenliggende delen van de aarde ook moge zijn. Het is overbodig hier rader in te gaan op de beïnvloeding van de levens omstandigheden van de mens door het klimaat van de streek, waarin hij leeft. Wel is het van belang te wijzen op de betekenis van de kringloop van het water op aarde. Het aan de lucht blootgestelde water verdampt en komt terecht in de atmosfeer. Deze waterdamp condenseert onder bepaalde omstandigheden en keert terug naar het aardoppervlak als neerslag in de vorm van regen, hagel of sneeuw. Aldus wordt de zoetwatervoorraad van de continenten, die door verdamping en afstro ming naar zee verloren is gegaan, weer aangevuld. Vrijwel elk waterdeeltje onderneemt op de geschetste wijze avontuurlijke reizen, die voor sommigen zeer kort, voor andere zeer lang duren. Het is de mens tot nu toe niet gelukt op praktische schaal deze reisprogramma's van de waterdeeltjes te beïnvloeden. Wel grijpt de huidige samenleving in belangrijke mate in bij de avonturen, die althans door een deel van de deeltjes wordt beleefd. Wij gebrui ken het water, en als gevolg daarvan heeft de samen stelling van deze vloeistof een uitermate belangrijke verandering ondergaan. Zowel het water dat de wo ning verlaat in de vorm van spoelwater van toiletten, van keukenwater en van schrob- en waswater, als het water dat door verschillende bedrijven wordt af gestoten, heeft allerlei stoffen opgenomen als gevolg van dit gebruik. Het is door deze stoffen verontrei nigd, het is afvalwater geworden. Dit laatste wordt normaliter op onze oppervlaktewateren afgevoerd. Laat men dit alles ongestoord zijn gang gaan, dan treedt echter een zodanige vervuiling van het opper vlaktewater op, dat deze meest belangrijke bron van onze zoetwatervoorziening niet meer, of slechts met moeite en pijn, benut kan worden voor de water voorziening van de mens, de industrie, de land- en tuinbouw en de veeteelt, voor de visserij en voor recreatieve doeleinden. Misschien zou nog het belang rijkste bezwaar zijn de vervuiling van ons milieu, waarvan het water één der componenten is. De be scherming van dit milieu tegen verontreiniging is, mede in verband met de toenemende bevolkingsdicht heid, een vraagstuk dat steeds meer zorgen baart (zou moeten baren). Kortom er is een verontreini gingsprobleem, waaraan men in het verleden helaas onvoldoende aandacht heeft geschonken. Een afwijkende situatie wordt gevormd door de afvoer van koelwater. In het algemeen is dit niet ver vuild, doch wel is het in temperatuur verhoogd en deze temperatuurverhoging is van invloed op de ge hele waterhuishouding. In het bijzonder in de toe komst zal de voorziening van elektrische centrales met zeer grote hoeveelheden koelwater van niet te hoge temperatuur een probleem gaan vormen, waar van de oplossing een zorgvuldige „planning" vereist. Is de oplossing van de Kerncentrale Borssele spui ing van het koelwater op het diepste punt in de Wes- terschelde een zorgvuldige/zorgverwekkende planning? Om U enig idee van deze hoeveelheden koelwater te geven, zij vermeld, dat volgens een recente raming van het vermogen dat in 1980 in Nederland in elek trische centrales zal zijn opgesteld, in dat jaar bij vol bedrijf daarvan rond 600 m3 water/sec. als koelwater voor deze centrale nodig zal zijn. Deze hoeveelheid komt overeen met de kleinste afvoer van de Rijn bij Lobith. (Die is momenteel 11 juni 1971 rood ge kleurd. Is dit symboliek! Een waarschuwing van „mensen we naderen de rode streep"?). Als een elektrisch kacheltje van normale capaci teit 1 uur heeft gebrand, zijn bij het opwekken van de daarin verbruikte elektrische energie 300 liter water nodig geweest. Er zijn echter nog allerlei andere bedrijven, die zich ten aanzien van hun waterverbruik niet onbe tuigd laten. Voor de fabricage van 1 ton staal is 15 ton water nodig; voor het maken van een bromfiets van 80 kg is dus ruim 1 m3 water het staalproduktie- bedrijf gepasseerd. De papierindustrie is eveneens een grote waterver bruiker. Wie heeft er zich ooit rekenschap van ge geven, dat wanneer een brief van 20 gr. op de bus wordt gedaan, voor het maken van deze simpele stuk jes papier 20 liter water is verbruikt? De hoeveelheid water, die een suikerfabriek nodig heeft voor de produktie van het schepje suiker in de thee, is ten naaste bij even groot als de vloeistof die zich in het kopje bevindt. Als laatste voorbeeld van een groot afvalwater- producent wordt genoemd de kunstzijde-industrie: de vervaardiging van een kunstzijden jurkje, dat 1 pond weegt, heeft de produktie van 500 liter afval water tot gevolg gehad. In het tegenwoordige Nederland overtreft de hoe veelheid vuil, die met het industriële afvalwater wordt geloosd, in belangrijke mate die, welke zich in het z.g. huishoudelijke afvalwater bevindt. In ons land varieert de hoeveelheid water, die een bewoner voor huishoudelijke behoeften nodig heeft, van 100 tot 150 liter per dag. Dit alles betreft het water, dat door direkt toedoen van de mens in de vuilwatercyclus wordt betrokken. Daarnaast vraagt de natuur zelf eveneens om grote quanta water. Voor de groei van 1 kg droge planten - massa is gemiddeld 650 kg water nodig. Het is dan ook duidelijk dat de watervoorziening van land- en tuinbouw een belangrijke factor is bij de overwegin gen, die ons beleid ten aanzien van de waterhuishou ding bepalen. Gelukkig staan we niet machteloos tegenover de aanval die de waterverontreiniging op ons welzijn doet. Het oppervlaktewater bezit zelf reeds de eigen schap om waterverontreiniging te bestrijden. Het zelfreinigend vermogen. De verontreinigingen worden door verbranding onschadelijk gemaakt. Daarvoor is nodig zuurstof uit de atmosfeer en de medewerking van micro-organismen, die het mogelijk maken bij lage temperatuur en in een waterig milieu deze ver branding, dus overdracht van zuurstof op de veront reinigde stoffen, te bewerkstelligen. Daarbij ontstaan dan produkten als koolzuur, water en anorganische zouten. Deze stoffen dienen op hun beurt als voe dingsstoffen voor de planten. De betekenis van het zelfreinigingsproces is dan ook in de eerste plaats gelegen in het feit, dat zij een onmisbare schakel is in de kringloop van de stof. Ofschoon dit proces een bijdrage levert aan het tegengaan van waterverontreiniging, is duidelijk ge bleken, dat deze natuurlijke krachten ontoereikend zijn om hinderlijke vervuiling voldoende tegen te gaan. Het zelfreinigend vermogen van een waterloop groot of klein is altijd beperkt. Men heeft in de loop der jaren steeds meer vuil op het openbare water afgevoerd, in de verwachting dat de natuur dit wel zou opruimen. Deze overschatting van het zelfreinigend vermogen heeft zich ernstig ge wroken. Momenteel zijn te veel watergangen ernstig verontreinigd, ondanks de bouw van zuiveringsinstal laties en andere kostbare werken. Er bestaat een achterstand ten aanzien van derge lijke voorzieningen. Een achterstand, die spoedig moet worden ingehaald. Men beschikt over de technische mogelijkheden om afvalwater van diverse herkomst te reinigen. Hierbij wordt in principe gebruik ge maakt van dezelfde processen, die de grondslag vor men van het natuurlijke zelfreinigingsproces. Dit pro ces wordt echter in zuiveringsinstallaties geïntensi veerd. Daarnaast is het van belang dat bedrijven die afvalwater produceren zowel de hoeveelheid af valwater als het quantum verontreinigende stoffen daarin door interne maatregelen beperken. Ook een punt van aandacht voor de grote veebedrijven en de varkensmesterijen. Gelukkig krijgt dit facet van de waterverontreini ging momenteel steeds meer de aandacht van de be trokken industrieën. Dit mede onder invloed en druk van aktiegroepen, als N 70, stichting Milieuhygiëne, en vele anderen. FILMS OVER DIT ONDERWERP: De schaduw van de vooruitgang: 16 mm - geleid - kleur - 27 min., gratis. Dem Wasser kann geholfen werden: 16 mm - ge luid - kleur - 14 min., gratis. Levend water: 16 mm - geluid - kleur - 21 min, gratis. Schoon water: 16 mm - geluid - kleur - 13 min., gratis. Aanvragen bij: T.F.C., Arnhemsestraatweg 17, Velp (08302-6541).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1971 | | pagina 18