Wat is er op Flevohof te zien? 6 Hoewel de permanente landbouwmanifestatie in feite niet bedoeld is voor de agrariërs zelf, doch meer voor de stedeling, zullen toch ook zeer veel boeren en tuinders dit recreatiepark bezoeken. En terecht, want het is zeer de moeite waard. Trouwens wat weet een komkommerteler van legkippen of een veehouder van de teelt van champignons? Zowel voor excursies als voor een persoonlijk be zoek met echtgenote en kinderen is Flevohof een ideaal object. Hieronder volgt daarom wat informatie. HEENREIS PAVILJOENS MET OVERDEKTE WANDELGANG Als men vanuit Zeeland of Noord-Brabant over Utrecht reist, kan men het beste de hoofdweg vol gen tot men ter hoogte van Harderwijk de afslag naar Lelystad ziet aangegeven. Langs en door Har derwijk rijdt men dan naar Oostelijk Flevoland, waar men rechts afslaat en de dijk volgt richting Kampen en Elburg. Enkele kilometers vóór Elburg ziet men dan aan de linkerkant Flevohof liggen. Het veebe drijf grenst aan de weg; voor de gebouwen lopen schapen te grazen. Overigens ligt Flevohof groten deels in de bossen, al zijn de bomen uiteraard nog vrij jong. Bij de ingang is er volop parkeergelegenheid. Er is ruimte voor 1000 auto's en bussen. De toegangs prijs bedraagt 3,voor volwassenen en 1,50 voor kinderen van 2 tot 12 jaar. Kinderen jonger dan 2 jaar mogen er gratis in. Het expositieterrein beslaat 140 ha. Hiervan is 40 ha bestemd voor recreatieve voorzieningen. Daar naast o.a. 35 ha weiland en 62 ha akkerbouw. Door een brede toegangslaan met bos- en park- aanleg, omt men via een brug in het hoofdpavil joen. Daar wordt met kaarten, grote foto's en aller lei bewegende dingen duidelijk gemaakt dat de Ne derlandse landbouw in feite een veredelings bedrijf is. Op de eerste verdieping van dit paviljoen heeft men een prachtig uitzicht over het terrein en de om geving. Het groen van de gewassen, het blauw van de lucht, de fraaie waterpartijen en de kleurige vlag gen bieden bij mooi weer een onvergetelijk beeld. Vanuit dit hoofdpaviljoen kan men een wandeling maken naar vijf andere paviljoens en het kassen complex, via een overdekte, gesloten, verwarmde Situatiekaartje van Flevohof: 1 ingang, 2 res taurant, 3 hoofdpaviljoen, 4 en 5 heuvel en waterpartij, 6 toeleverende industrie, 7 zuivel industrie, 8 veehouderijbedrijf, 9 vlees- en pluimveeproduken, 10 café, 11 akkerbouw, 12 eindprodukten land- en tuinbouw, 13 akker bouwbedrijf, 14 champignonkwekerij, 15 groentekassen, 16 werk- en demonstratieschuur, 17 bloemenkassen, 18 bijenstallen, 19 kinder boerderijen, 20 kinder-crêche, 21 kinderdorp, 22 Indianendorp, 23 speelweidjes, 24 con- cours-hippique-terrein. AKKERBOUWBEDRIJF Het akkerbouwbedrijf beslaat ruim 60 ha. Het bouwplan is erg eenvoudig: bijna de helft granen, bijna een kwart suikerbieten, bijna een kwart aard appelen en verder nog ca. 7 ha zaai-uien of een ander gewas. Een typisch schema voor de IJssel- meerpolders. Een uitgebreid machine- en werktuigenpark staat ter beschikking van bedrijfsleider Hoornsman, die het bedrijf met twee medewerkers moet runnen. Evenals de andere bedrijfstakken, is het de bedoe ling dat de kosten door de inkomsten worden gedekt. Het hoofdpaviljoen belangrijkste attracties blijken te zijn. In ligboxen- stallen staan 70 melkkoeien, de helft roodbont ert. de helft zwartbont. Op gezette tijden kunnen de be zoekers het melken gadeslaan met opslag van de melk in koeltanks. Daarnaast is er een stal met 36 fokvarkens. Vooral als ze biggen bij zich hebben levert dat een kostelijk gezicht op. Verder een pluimveehok met 5000 leghennen. Deels op draadroosters, deels in flat-deck batterijen. De eieren komen automatisch na het leggen op de sor- teerband terecht. Bij het bedrijf horen 35 ha weiland, bestemd voor hooi, kuilvoer en vers gras voor de dieren die op stal staan. Door de moderne bedrijfsvoering is dit bedrijf ook voor de „vakman" zeer de moeite waard. Kinderboerderij en omgeving wandelgang, zodat men zich ook bij minder gunstig weer lange tijd kan vermaken. De eerder genoemde paviljoens hebben betrekking op resp.: de toeleverende industrie, de zuivelindustrie (waar de bezoeker zelf kaas of boter kan maken) ert de vleesprodukten, met tevens presentatie van de eindprodukten van pluimvee en eieren. Hierna komt de akkerbouw, waar men ziet hoe suiker wordt ge maakt, wat er met graan gebeurt en hoe b.v. bier, brood en chips ontstaan en als laatste volgt nog een paviljoen waar alles is te zien over de eindprodukten van- land- en tuinbouw. Vervolgens komt men door een champignonkweke- rij in de kassen, waarin groenten en bloemen wor den gekweekt en daarna is de kring rond en komt men weer in het hoofdpaviljoen. Het is dus een ge sloten circuit, doch men kan er onderweg op veel plaatsen uit. VEEHOUDERIJBEDRIJF Het veehouderijbedrijf zal ongetwijfeld een der TUINBOUW De tuinbouw is opvallend goed vertegenwoordigd met een champignonkwekerij (6 cellen van elk 186 m2; 5 tabletten hoog per cel) en 1 ha kassen. De afdeling groenten neemt hiervan 6000 m2 in beslag. Bij de opening werden er tomaten, komkommers en snijbonen in geteeld. Alles wordt zwaar verwarmd. Verder bijna 4000 m2 bloemen; twee-derde snij bloemen (rozen en anjers) en een derde potplanten. Bij de laatste groep nam het Kaaps Viooltje een grote plaats in.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1971 | | pagina 6