P. J. Zuid - Geluid
SPORTDAG 1971
Klachten
over uitvoering
Rijksgroepsregeling
Zelfstandigen
De bedrijfs-
verzorgingsdiensten
in de
weidegebieden
Onder redaktie van: H. A. HARDERWIJK
DEGIN juni is het weer zover. Onze jaarlijkse
sportdag op het Red Band Sportcomplex te Roo
sendaal. De keus viel dit jaar toch weer op Roosen
daal, omdat we hier over een unieke accomodatie be
schikken. Ook van de zijde van de deelnemers niets
dan lof v.w.b. de accomodatie, de service, enz.
Een sportcommissie, bestaande uit de heren Iz.
Haartsen, R. den Engelse en H. Harderwijk, gaat zich
belasten met de planning en uitwerking van de dag:
Alle P.J.Z.-afdelingen en -kringen hebben reeds een
ehrijven ontvangen met het verzoek om gegevens
rzake deelname teamsporten, enz.
In kringverband kan men aan de volgende sport
onderdelen meedoen:
1 herenteam voetbal
1 herenteam touwtrekken
1 damesteam touwtrekken
1 estafetteteam, bestaande uit 2 dames en 2 heren.
Ir. afdelingsverband is deelname mogelijk met:
1 volleybalteam heren en 1 volleybalteam dames.
Gemengde'teams zijn niet toegestaan. Iedere afde
ling moet in staat geacht worden een team van 6 per
sonen te formeren. Sportaktiviteiten zijn bijzonder
geschikt voor ledenwerving. Beleg trainingsavonden
met andere afdelingen, andere jeugd- of jongeren
groepen uit de omgeving, bedrijfsverenigingen, enz.
Werk zodoende aan de sfeer en teamgeest in je ver
eniging. Laat anderen via de sport kennis maken met
jullie afdelingsaktiviteiten.
Wil je mee doen aan één van de bovengenoemde
teamsporten, geef dit dan op bij je afdelingsbestuur.
Betreft het een opgave in kringverband, dan geeft
je afdelingsbestuur dit wel door aan het kringbe-
stuur. De afdelings- en kringbesturen moeten hun
teams vóór 25 mei a.s. bij het P.J.Z.-sekretariaat op
geven
Opgave voor deelname aan individuële sportonder
delen is mogelijk op de dag zelf bij het wedstrijd-
se kretariaat. Dit systeem werd vorig jaar ook met
succes toegepast.
U kunt aan de volgende sporten deelnemen:
Dames:
kogelstoten
hoogspringen
verspringen
100 en 400 m.
Heren:
kogelstoten
hoogspringen
verspringen
100 en 1500 m.
Alle sportonderdelen verlopen volgens de officiële-
reglementen. Getracht wordt de deelnemers vroeg
tijdig een programmaboekje ter hand te stellen, waar
in tevens de beknopte reglementen vermeld staan.
Een én ander is echter in belangrijke mate afhanke
lijk van de snelheid, waarmee de sportcommissie de
namen van de deelnemende teams te weten komt.
Immers, de teamsporten vormen 't raam van de sport
dag. Zij vragen een indeling in poules, enz. De indi
viduële nummers laten zich veel gemakkelijker plan
nen. Train nu voor 5 juni a.s. Werk aan een verbete
ring van je eigen conditie, maar werk tevens aan een
spelpeilverbetering van het totaal. Vooral voor de
teamsporten geldt: je hebt je opgegeven, dan ook
zorgen dat je op de sportdag aanwezig bent. Niemand
wint b.v. graag een poule zonder werkelijk in de
arena geweest te zijn. Jij niet, een ander ook niet.
De sportdag begint ook dit jaar niet vroeg. Er
wordt rekening gehouden met de ver wegliggende
afdelingen, zoals Zeeuws-Vlaanderen en Oost-Bra
bant. Toch zijn er ieder jaar grpepen die te laat ko
men! Het gekke is, dat dit niet de verst wegliggende
afdelingen zijn, maar diohterbijliggende. Die denken
natuurlijk: „Ik kan dit karweitje nog net klaar krij
gen. Ik hoef niet zover te rijden".
Mensen, niet doen en zorg dat je op tijd bent. Het
is enorm onplezierig, wanneer je van start af het
schema om moet gooien, of enkele velden onbespeeld
blijven.
Wanneer de dag om 09.30 uur begint, denk dan om
een kwartiertje verkleedtijd. Zorg dus, dat je om
09.15 in de kleedkamer bent.
Het hoeft echt niet zo vlekkeloos te verlopen als de
Olympische Spelen te München dat waarschijnlijk zul
len gaan doen, maar enige lijn mag er wel inzitten.
Dat houdt tevens in een handhaving van de opgestel
de reglementen. In gevallen, waarin het reglement
niet voorziet, beslist de sportcommissie. Zij is belast
met de organisatie van de sportdag en als zodanig
verantwoordelijk voor de algehele gang van zaken.
UAN de ruim vierhonderd Gelderse boeren, die op
grond van de Rijksgroepsregeling Zelfstandigen
bijstand hebben gevraagd is tweederde door de ge
meenten zonder meer afgewezen. De ongeveer 130
aanvragers die wel geholpen werden kregen slechts
enkele honderden guldens bijstand. Zo luidden con
clusies van de voorzitter van de Gelderse Maatschap
pij van Landbouw, G. J. Lokhorst, waarvan hij in de
verleden week gehouden algemene vergadering mel
ding maakte.
Zij die geholpen werden kregen in vrijwel alle ge
vallen een lening met een rente van vijf procent, in
enkele gevallen zelfs met acht procent Bij een
lening van behoorlijke omvang betekent zo'n rente
nog wel enige bijstand. Maar omdat de verstrekte
leningen varieerden van 5.000 tot 15.000, met een
grote groep rond 7.000 a 10.000, kan slechts ge
sproken worden van een werkelijke bijstand van en
kele honderden guldens.
DERIODIEKE uitkeringen voor levensonderhoud
werden niet verstrekt. Ook voor de kosten van
levensonderhoud werd een lening met vijf procent
rente gegeven. Dit terwijl het goed mogelijk is hier
voor een periodieke uitkering te verstrekken die niet
behoeft te worden terugbetaald! Op deze wijze is een
essentieel deel van de Rijksgroepsregeling Zelfstan
digen bewust niet toegepast.
Zij die werden afgewezen hadden dat te danken
aan het feit dat hun bedrijf in de ogen der betrokken
gemeenten ofwel financieel te goed, of financieel te
slecht was. Nadere concretisering van de in de rijks
groepsregeling genoemde afwijzingsgronden noemde
hij dringend gewenst.
De heer Lokhorst zei dat op het ogenblik bij Gede
puteerde Staten van Gelderland een aantal beroepen
aanhangig is. Zou blijken dat de regeling niet juist is
toegepast, dan zal het bestuur van de Gelderse Maat
schappij zijn best doen voor een nieuwe behandeling
van alle aanvragen. Mocht blijken dat de regeling
wel juist is toegepast, dan blijft de vraag hoe het
mogelijk is dat deze regeling in 1970 zo heel anders
is toegepast dan in 1955/66, onder dezelfde omstan
digheden van de aanvragers.
De heer Lokhorst maakte ook kritische opmerkin
gen over de toepassing van de Rijksgroepsregeling
bij fruittelers. De gemeenten, die een jaar lang op
grond van die regeling de rente van de overbrug
gingsfinanciering hebben vergoed, laten de fruittelers
erover in het onzekere of dit ook in het tweede jaar
zal gebeuren. De minister van landbouw heeft inder
tijd doen uitkomen dat de lasten van deze financie
ring niet op de hoofden van de fruittelers mogen
neerkomen zolang de crisistoestand in de fruitteelt
voortduurt. En al is dan de laatste maanden het prijs
peil aangetrokken, het gemiddelde prijspeil van 1970/
1971 ligt nog op crisisniveau!
Verspreid over vrijwel het gehele land zijn er in de
land- en tuinbouw momenteel 208 bedrijfsverzor
gingsdiensten werkzaam. Deze organisaties in nau
welijks tien jaar tijds ontstaan hebben de beschik
king over 300 vaste bedrijfsverzorgers en ruim 200
losse helpers. Ca. 25 procent van de Nederlandse
akkerbouwers en veehouders is lid van een bedrijfs-
verzorgingsdienst en kunnen desgewenst van ver
vangende of aanvullende arbeidskrachten gebruik
maken.
In een onderzoek van het L.E.S. naar de functie
van de bedrijfsverzorgingsdiensten in de weidege
bieden waarbij o.m. 298 veehouders zijn geën
quêteerd is o.a. nader ingegaan op de motieven van
de leden en de kenmerken van hun bedrijven, op de
hulpverlening en op ervaringen met en meningen
over de bedrijfsverzorgingsdiensten.
Meestal zijn de veehouders lid geworden om over
een vervanger te kunnen beschikken bij ziekte of on
geval, een minderheid om vrije tijd te verla-ijgen. De
leden behoren overwegend tot de jongere leeftijds
klasse, hebben veel middelgrote bedrijven en wer
ken in vele gevallen als enige mannelijke arbeids
kracht op hun bedrijf. Relatief veel grotere bedrij
ven en bedrijven met vreemde arbeidskrachten zijn
aangesloten bij een bedrijfsverzorgingsdienst.
Van de leden heeft een groter percentage behoefte
aan vrije tijd dan van de niet-leden. Ook zijn er re
latief meer leden dan niet-leden die zich aan het be
drijf gebonden voelen. Van de niet-leden heeft het
grootste deel geen behoefte gehad aan hulp van de
bedrijfsverzorgingsdiensten; ruim een kwart van hen
vond deze dienstverlening te duur.
Van de aangesloten veehouders maakt ruim de
helft gebruik van de diensten; voornamelijk wegens
arbeidsongeschiktheid, drukte op het bedrijf en -
tot nog toe in geringe mate om vrije tijd te ver
krijgen voor de veehouder of voor de medewerkers.
De gebruikers van de bedrijfsverzorgingsdienst
waren allen tevreden tot zeer tevreden over het werk
van de bedr ij fs verzorger op hun bedrijf.
Hoewel voor een vervanger bij arbeidsongeschikt
heid slechts een kwart van de veehouders is aange
wezen op de bedrijfsverzorgingsdienst vinden toch
vrijwel alle veehouders deze diensten hiervoor nut
tig of zelfs onmisbaar.
Voor het verkrijgen van vrije tijd kent ruim 70
procent van de veehouders een belangrijke functie
aan de bedrijfsverzorgingsdienst toe.
Van de geënquêteerde veehouders evenals van de
boerinnen, vindt ca. 36 procent hun vrije tijd onvol
doende; velen wensen een dag méér vrij door de
week of vakantie. Overigens heeft een derde van de
veehouders, gewild of ongewild in een jaar tijds
geen enkele vrije dag gehad.
De inschakeling van de bedr ij fs verzorger voor het
verkrijgen van meer vrije tijd, wordt door een groot
percentage veehouders die meer vrije tijd willen als
een te dure oplossing beschouwd.
OUDERAVOND EN DIPLOMA-UITREIKING
VAN DE CHR. LAGERE AGRARISCHE SCHOOL
„DE VLIEDBERG" TE MIDDELBURG
wnd. voorzitter, de heer J. de Visser te Seroos-
kerke, opende deze goed bezochte ouderavond.
De heer V/. Fase, directeur van de school, reikte de
diploma's uit met een persoonlijk woord voor iedere
leerling. W. Janse, die met het hoogste aantal pun
ten slaagde kreeg een boekenbon van de voorzitter.
De heer A. Doeleman gaf, namens de standsorgani
saties, een boekenbon aan W. Moret, die als tweede
eindigde. De heer J. Sanderse, voorzitter van de Ver
eniging van Bloemisten, schonk twee boeken aan ge
slaagden. W. Moret bedankte de leraren.
Drs. J. Dijkgraaf, sekeretaris van het Landbouw
Coöperatie Centrum voor Zuid-West Nederland
hield daarna een lezing over het onderwerp: „Wat
kun je met dit diploma doen?" Drs. Dijkgraaf wees
er op, dat de mogelijkheden in de maatschappij af
getast dienen te worden. Een diploma is geen eind
punt, maar een begin. Er komen steeds nieuwe be
roepen bij en het is misschien wel goed om in de toe
komst twee of drie beroepen te hebben, zodat men
kan omschakelen. Na afloop was er gelegenheid om
in het praktijklokaal leerlingen bezig te zien met
handvaardigheid, vakvaardigheid en lassen.
De geslaagden zijn: F. Borgs te Vlissingen; A. de
Buck te Gapinge; W. Janse te Nieuw en St. Joos-
land; M. Jasperse en W. Moret te Middelburg; H.
Koppejan en P. Wisse te Meliskerke; P. Noordzij te
Souburg; A. Lous te Oostkapelle; J. de Regt te Kam
perland; J. Reynierse te Koudekerke; M. Verdoorn
te Grijpskerke; K. Verhage te Zoutelande en P. Wou
ters te Veere.