Mogelijkheden van machinaal bieten dunnen 9 A. REMIJN C.A.R. Goes 'v.Yv- v V •••-•• s.v v-< v* - Van de blinde dunner zijn de exploitatiekosten veel lager dan die van de tastdunners, terwijl de resul taten daarvan niet belangrijk beter zijn. Eventuele aanschaf van een tastdunnei moet goed overwogen worden. LIET is ongeveer 15 jaar geleden dat bietendun- machines in de praktijk werden ingezet. Wan neer we nu de balans opmaken moeten we consta teren dat de animo voor machinaal dunnen gering is geweest. Deze geringe belangstelling werd veroor zaakt doordat: men voldoende arbeidskrachten voor het opéén- zetten in handwerk had of kon aantrekken er dikwijls matige eindresultaten werden bereikt, omdat de mogelijkheden op gebied van zaaimachi- nes geringer waren en kwaliteit van het zaad, soort zaad en chemische onkruidbestrijding nog te wen sen overlieten. De laatste jaren valt er duidelijk een hernieuwde belangstelling voor het machinaal dunnen waar te ne men. Zo werd in 1968 in Zeeland nog slechts 1,5_% van het bietenareaal machinaal gedund, terwijl dit in 1970 ruim 9% was- De komst van de tastdunner in deze periode heeft in toenemende mate het machinaal dunnen bevorderd. De bijzonder grote belangstelling voor de landelijke bietendundemonstratieUn de Braak man in 1970" heeft dit nog eens duidelijk bevestigd. Thans vraagt menige bietenteler zich af welke hand- werkloze teeltwijze voor hem het meest aantrekkelijk is voor wat betreft kosten en zekerheid. Voor „eind afstandzaai" is de belangstelling in de laatste jaren iets afgenomen. De risico's die hieraan verbonden zijn, door een te onregelmatige en te dunne of dikke stand hebben velen weer doen terugkeren naar een minder risico dragende teeltwijze. Wanneer het bietenzaad in de toekomst misschien nog betere opkomstresultaten kan geven dan nu dikwijls het geval is, zal waarschijn lijk de belangstelling voor eindafstandzaai weer toe nemen. Voor gronden die vrijwel steeds een goede opkomst geven kan door eindafstandzaai de wat om slachtige teeltwijze met machinaal dunnen zeker ver vallen. MACHINAAL DUNNEN HOOR het machinaal dunnen wordt op mechani- sche wijze een aanslag gepleegd op een jong bietengewas waarvan de stand nog te dik is. Bij ma chinaal dunnen moet er steeds worden gestreefd naar een eindstand van 80.000 a 90.000 plantplaatsen per ha. Er is een aanwijzing dat bij gebruik van een tast dunner volstaan kan worden met het laagst genoem de aantal plantplaatsen. Naast hét aantal plantplaat sen is ook de regelmaat in de rij van bijzonder groot belang. Om dit te bereiken is het van groot belang dat! 1. Er wordt uitgegaan van een zo regelmatig moge lijke beginstand. 2. Er in de eindstand zo weinig mogelijk plantaf- stander voorkomen kleiner dan 10 a 12 cm. Dit om verlies van kleine bietjes tijdens de oogst te voorkomen. Het onder punt 1 genoemde is te bereiken door bij zondere aandacht te besteden aan het zaaibed en het zaaien. Om de onder punt 2 genoemde minimale plantaf- stand zoveel mogelijk te benaderen dient men vooraf te bepalen welke zaadafstand in de rij het meest wenselijk is om na machinaal dunnen dit resultaat te bereiken. DE BLINDE DUNNER ITIT meerjarige proeven is gebleken dat voor blin- de dunners de meest gewenste zaadafstand in de rij ongeveer 7 cm bedraagt. Dit is verklaarbaar uit het feit dat bij een redelijke opkomst, op 7 cm ge zaaid, het plantenaantal zal schommelen tussen de 160.000 en 200.000 planten per ha. Bij dit plantenaan tal moet de helft of meer met de dunmachine ver wijderd worden. Het is dan mogelijk om met een groot mes (groter dan 7 cm) te gaan dunnen, waar door het uitgesloten is dat het mes een aantal keren juist tussen twee plantplaatsen van 7 cm doorslaat. Om de juiste dunintensiteit bij de blinde dunner te bepalen moet vooraf een juiste indruk verkregen zijn hoeveel procent van de bieten moeten worden ver wijderd. Met behulp van een b.b.d.-lat (lat van 2,50 meter lang verdeeld in 100 vakjes) kan op diverse plaatsen op het perceel over 10 meter rijlengte wor den geteld. Het gemiddelde aantal plantplaatsen over deze 10 meter is dan bepalend hoeveel procent van de bieten verwijderd moet worden. Een eindstand van 40 plantplaatsen bij 44 cm rijafstand of 44 plantplaatsen op 50 cm rijafstand is voldoende. DE TASTDUNNER JjE tastdunner werkt volgens een geheel ander principe. Deze dunmachine heeft de mogelijk heid om de bieten in de rij als het ware af te tasten en op commando weg te hakken. Doordat na iedere hak de eerstvolgende biet moet worden getast voor dat er meer gedund wordt, heeft deze machine in principe wat meer mogelijkheden bij een wat onre gelmatige plantafstand in de rij dan de blinde dun ner. Een wat ruimere zaadafstand in de rij van 8 a 9 cm is hierdoor in vele gevallen toelaatbaar. Er dient echter wel opgemerkt te worden dat deze machine vrijwel geen onderscheid kan maken tussen bieten, onkruia en eventuele kluitjes. Hierdoor is het nood zakelijk dat het perceel onkruidvrij en vooraf gerold is met een gladde rol. Het bepalen van de eindstand kan bij deze machine enkel bepaald worden na het dunnen. Een juiste telling op diverse plaatsen vol gens bovenomschreven wijze kan een juiste indruk geven van de eindstand. TIJDSTIP VAN DUNNEN TUSSEN de genoemde twee typen dunmachines is een duidelijk verschil in het tijdstip waarop het dunnen kan plaatsvinden. Voor de blinde dunners kan reeds in een vroeg jong stadium worden gedund. De beste resultaten worden meestal verkregen als de bietenplantjes redelijk vast staan in de grond. Dit is meestal in het 2- tot 4-bladstadium. Ook in een later stadium kan met de meeste blinde dunners nog wel gewerkt worden doch de resultaten worden dan veel al minder goed. De tastdunners kunnen in een klein gewas moeilijk worden afgesteld. De taster moet de bieten kunneri tasten terwijl de grond niet mag wor den geraakt. In de praktijk betekent dit dat veelal moet worden gewacht tot het 6-bladstadium. Het is echter een bekend fiet dat veel bietentelers moeilijk ait geduld kunnen opbrengen, vooral wanneer de buurman reeds ver gevoderd is met het opéénzetten. Bij ongunstige weersomstandigheden en/of zeer snel le groei vanaf het 6-bladstadium, kan de dunperiode sterk worden bekort. Mede door de lage rijsnelheid kan de maximale capaciteit dan niet worden gehaald en wordt de oppervlakte, die op deze wijze gedund meet worden, beperkt. WELKE RESULTATEN? JARENLANGE proefnemingen op diverse grond- J soorten maken een reële vergelijking tussen de dunmachines t.o.v. handwerk mogelijk. Uit deze proef nemingen is gebleken dat: machinaal gedunde bieten i.v.m. handwerk bij een goede uitgangsstand in enkele gevallen een kleine opbrengstderving gaven; voor het blind dunnen een regelmatige beginstand van groot belang is; bij een onregelmatige beginstand betere resultaten mogen worden verwacht met een tastdunner; door het gebruik van een blinde dunner hel aan tal kleine bietjes (verlies) groter is dan bi.) de tastdunner, men niet mag veronderstellen dat een tastdunner van een onregelmatig een regelmatig gewas bieten maakt DE MACHINES Van de blinde dunners zijn momenteel drie merken in de handel, te weten Vicon, Hassia en Cramer Vicon Deze machine heeft een door een land wiel aange dreven dunmechanisme, waardoor onafhankelijk van de rijsnelheid van de trekker steeds over een vaste afstand in de rij wordt weggeslagen. Deze afstand bedraagt 16 cm. Bij deze machine kan gemakkelijk berekend worden met welke mesjesgrootte moet wor den gedund. Doordat veel losgeslagen bieten in de rij blijven liggen is de aanblik van het versgedunde gewas meestal wat rommelig. Hassia Deze machine wordt door de aftakas aangedreven en is voorzien van variator. De instelmogelijkheden zijn bijzonder groot maar niet altijd even gemakke lijk. De haklengte is instelbaar door twee op elkaar bevestigde geschulpte bladen. Het aanzien achter de machine is meestal erg duidelijk omdat de weggehak te bieten uit de rij worden gehaald. Cramer Als variant op vorengenoemde machines wordt bij deze machine ieder element via de bodem aangedre ven. De hakbreedte is per element instelbaar. Het is gewenst in een jong stadium te dunnen (vóór het 6- bladstadium) daar anders veel bladschadiging op treedt. De bieten worden bij het dunnen ook voldoen de uit de rij gehaald waardoor het aanzien goed is. Een tweede persoon voor de besturing is noodzake lijk. Bij de tastdunners wordt het aanbod van verschil lende merken langzamerhand wat groter. Momenteel zijn in Nederland vier merken aan de markt, te we ten Monomal John Deere Schmotzer Unaselector Savary. Om de eigenschappen van elke machine apart vol doende te kunnen weergeven is nog te weinig onder linge vergelijking mogelijk geweest. De drie genoem de machines werken alle met oliedruk, terwijl de Savary met perslucht werkt. Het principe van tasten en dunnen is bij alle machines gelijk. Niettemin is de indruk aanwezig dat onderling toch verschillen in resultaat aanwezig zijn. We denken hierbij aan: de diepteregeling per dunelement; de afstelmogelijkheden van de taster; de gevoeligheid voor tastvervuiling met grond e.d.; de instelmogelijkheid om na iedere slag de taster over een korte tijd stroomloos te houden. ALGEMEEN De tastdunners hebben tegenover de blinde dun ners het grote nadeel dat de exploitatiekosten vele malen hoger liggen dan die van blinde dunners. Om dat de haalbare resultaten niet belangrijk beter zijn, moet voorlopig nog voorzichtigheid worden betracht bij eventuele aanschaf van een tastdunner. Door de krappe arbeidsmarkt lijkt het machinaal dunnen de toekomst te hebben. Of men zich hierbij de luxe van een tastdunner zal permitteren zal nog moeten blijken.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1971 | | pagina 9