De tijden veranderen! W D! AMA keek met welgevallen naar ljaar lange slankéerfd", zei het meisje. „Ik kaa niets in elkaar flansen v kleindochter, die een bos rode tulpen in een tin nen vaas probeerde te schikken. De bloemen wilden niet zoals het meisje wilde. Voor de derde keer nam zij de tulpen uit de vaas en begon opnieuw. Toen het weer niet helemaal lukte en het meisje enigszins driftig aanstalten maakte het nog een keer te pro beren, zei oma vlug: „Laat maar kind, het is mooi zo. Tulpen zijn nu eenmaal de rebellen onder de snij bloemen. Hoe meer je ze wilt dwingen, hoe opstan diger ze worden. Ik ben heel blij met deze paasver- rassing, je had het eigenlijk niet mogen doen. De bloemen zijn zo duur dit voorjaar." „Altijd nog goedkoper dan een doos bonbons en die laat u toch door een ander opeten", lachte het meis je. „Ik vindt het alleen lam, dat er niets mooiers van te maken valt.". Ze keek nog even wat ontevreden naar de bloemen, zette de vaas op een laag tafeltje en zeeg neer in een stoel. Oma schonk thee en ging tegenover haar kleindochter zitten. Zij luisterde naar wat het meisje te vertellen had over een modeshow, die zij kort evoren had gezien. Er waren enige tuniek- pakken. „Heb je zelf wat nieuws voor Pasen gekocht?", in formeerde oma. wat draagbaar is. Ik moet alles kopen en voor in het seizoen is alles zo krankzinnig duur. Ik heb er nu echt het geld niet voor. Ik zing het wel uit tot ze aan het afprijzen gaan." „UN dat koopt dan voor mij een bosdure tulpen", klonk het zacht. „U hebt misschien ook weieeens bloemen voor uw grootmoeder gekocht?" Oma knikte. „Ja, één keer in het jaar. Soms voor, soms na Pasen, want dan was ze jarig. Mijn moeder bestelde in de stad een mooie cineraria. De plant kostte vijf-en-dertig of soms veertig cent. De bode rekende vijf cent als loon. Ik mocht zelf het geld uit mijn spaarvarken schudden en was er wat trots op, dat ik met mijn eigen gespaarde geld mocht betalen." „Een bloeiende plant voor veertig cent, hoe was dat mogelijk?" „Och alles was goedkoop, maar er was in die tijd niet veel geld onder de mensen. Zo'n plant was echt een luxe. Lang niet iedereen kon zich zoiets veroor loven." „Wat een dóoie boel zo zonder planten in huis", zei het meisje. „O, de mensen hadden wel planten voor de ramen", antwoordde de oude dame. „Meestal waren het ge stekte geraniums en fuchsia's. Die ruilde je met el kaar en zo kwam je toch nog wel eens aan een an der kleurtje zonder dat het geld kostte." „Waarom voor Pasen"?, klonk het verwonderd. „Och het is voor mij zo vanzelfsprekend, dat kin deren en jonge meisjes voor de Paasdagen iets nieuws hebben. Ik kreeg tegen die tijd altijd wat. Soms was ik zo hard gegroeid, dat alles te klein bleek en dan werd ik helemaal in het nieuw gestoken, maar dat gebeurde niet vaak, want meestal was het met de aanschaf zo uitgekiend, dat je niet tegelijk uit je mantel en jurk was gegroeid. Bleek je nog een zomer met je spullen te kunnen doen, dan schoot er voor Pasen toch nog wel een nieuwe hoed over". „IYROEG u als jong meisje een hoed"? „Ja, zelfs als kind. O, ik weet nog goed, dat ik eens met Pasen een nieuwe witte strohoed op had met trossen rode glazen bessen om de bol. Ze leken zo echt, dat een ander kind er in hapte en een tros bessen kapot beet. Ik drufde niet naar huis, maar toen ik eindelijk al mijn moed bijeengeraapt had viel alles mee. Moeder kocht wat lint en verdeelde de overgebleven trossen over de strikken, die zij ge maakt had. De hoed was nog eens zo mooi in mijn ogen. Moeder was zo handig." „Ik wou, dat ik iets van die handigheid had ge- „JOCHTEN jullie nooit snijbloemen?" „Ja, in het voorjaar als de bollenvelden bloeiden. Dan mocht ik 's zaterdags wel eens een bos narcis sen of tulpen gaan halen. Voor vijf cent had ik mijn handen vol. Ik geloof dat de mensen, die op de vel den werkten er een extraatje mee verdienden." „Werkten die mensen ook op zaterdag?" „Ja kind, tot 's middags vier uur ongeveer." „Wat was er toen weinig vrije tijd. Hadden zij wei eens vacantie?" Oma glimlacht. „Och wij maakten ons over het algemeen geen zor gen over onze kleren. Als ie ieder jaar een nieuwe jurk kreeg was je allang blij en het kwam er ook niet op aan of je wat achter liep bij de mode. Trouwens de mode veranderde niet zo snel." „In ons dorp hadden aleen de schoolkinderen, de onderwijzers, de dominé en de dokter vacantie. De rest van de bevolking had alleen met de feestdagen vrij." „Dan waren er geen problemen met vrije tijdskle ding." IIET jonge meisje zuchtte. „Toch eigenlijk wel mak- kelijk. Tegenwoordig wordt er gezegd: „Wie niet met de mode meegaat, staat buiten het leven". Maar ik vertik het om iets aan te trekken wat me niet, staat al is het nog zó in." „Jij valt tenminste niet van het éne uiterste in het andere, geen mini-mini en ook geen maxi". „Ik hou best van een lange jurk voor een avondje uit. Maar dat lange flodderspul voor overdag plus een koetsiersias kunnen me niet bekoren en voor die mini-mini-rokjes zijn mijn benen te lang. Ik zou me net een kip op hoge poten voelen." „Voor mijn leeftijd is er weinig keus", zei oma peinzend. „Dat valt, met u nogal mee. U weet nog veel wat van uw leven te maken. Maar wij dwalen af. Ik wil graag nog meer over Pasen in vroeger tijd weten. Hadden jullie ook paaseieren?" IA, ^mooie rode eieren, die gekookt waren in een aft'reksel van meekrap." „Meekrap? Nooit van gehoord. Wat was dat voor spul?" „Meekrap is een plant, waarvan de gedroogde en gestampte wortelstok als verstof werd gebruikt. Zij was vroeger een belangrijk landbouwproduct, dat vele mensen werk verschafte. Sinds de bereiding van deze verfstof synthetisch gebeurt is de meekrapteelt verdwenen. Ik geloof, dat dit al zo was in mijnkin derjaren, maar moeder hield het zakje meekrap speciaal voor het kleuren van de paaseieren. Het wa ren er elk jaar een heleboel. Mijn vader maakte van hooi vogelnestjes, legde in elk een paar eieren en verstopte de nestjes in de heggen en heesters. Met een mandje aan mijn arm mocht ik mee de tuin in en als ik ze allemaal gevonden had, werden ze uit gedeeld. Ja, dat was een groot feest." „£N chocolade-eieren?" „Die waren niet in de dorps winkels te koop. Wij zagen ze niet, dus misten ze ook niet. Maar één keer heb ik een mandje met eitjes gehad en bovenop een kippetje van chocolade. Dat was toen ik met mijn ouders de paasdagen doorbracht in Rotterdam. Wat een weelde in die winkels. Ik keek mijn ogen uit. Maar de mooiste herinnering is die van de bloemen- serres in de diergaarde. Eén met een piramide van cineraria's en één met azalea's. Ik had nooit eerder zo'n bloemenweelde gezien. Ik zie het nog voor mij als ik er aan terug denk". VIT was de enige keer in mijn kinderjaren dat ik 'met Pasen zover van huis ben geweest. Anders bleven wij altijd thuis. De tweede Paasdag kreeg ik een dubbeltje waar ik mee doen mocht wat ik wilde. De snoepwinkeltjes waren open en mijn vriendinne tje en ik wilden zoveel mogelijk waar voor ons geld 'hebben. In één van de winkeltjes waren ieder jaar met Pasen kleine Eiffeltorentjes van kleverig rood suikergoed te koop. Ze kostten een cent per stuk. Wij besteedden de helft van ons kapitaal aan de torentjes, jaar in, jaar uit. Soms kochten wij nog voor een paar cent knikkers en wat er overbleef ging 's avonds in het spaarvarken. Zo zuinig waren wij." f\E kleindochter keek op haar horloge. „Het wordt mijn tijd oma. Fijn om weer met u gepraat te hebben. Ik besef weer eens hoe goed wij jonge men sen het hebben en nog zijn wij weieens ontevreden". Zij kuste de oude dame op beide wangen. „Nog wel bedankt voor de bloemen, en prettige Paasdagen", zei oma biij. Zij bleef in de deuropening staan en zag hoe het meisje kwiek in haar kleine auto stapje. De motor sloeg aan, een korte stoot op de claxon, een wuiven de hand door het open dak en weg was zij. „De tijden veranderen en wij met hen", dacht oma, terwijl zij de deur sloot. „Maar het zal voor de jeugd van nu moeilijk zijn zo te veranderen dat zij blij zul len zijn met een Eiffeltorentje van een cent als de tijden in die zin mochten veranderen". PLATTELANDSVROUWEN VIEREN 40-JARIG JUBILEUM HA NDWERKTENTOONSTELLING Op 5 en 6 mei zal in de Wandelkerk te Goes de landelijke handwerktentoonstelling te bezichtigen zijn. Ruim 1000 bekroonde handwerken zullen worden tentoongesteld. Het behoeft geen betoog, dat U hier het beste en het mooiste te zien krijgt, dat er op dit gebied door Bondsleden wordt gepresteerd. Wie op haar gemak alles goed ivil bekijken doet er het beste aan op 5 mei de tentoonstelling te bezoeken. In verband met de hoge kosten aan een dergelijk evenement verbonden is het helaas noodzakelijk een kleine toegangsprijs te vragen. Deze bedraagt: voor leden: 1,en voor niet-leden: 2,50. De openingstijden zijn op 5 mei van 10.30 tot 18.00 uur en van 19.00 tot 21.00 uur. Op 6 mei van 10.00 tot 18.00 uur.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1971 | | pagina 7