BETERE ONKRUIDBESTRIJDING
TOPOGARD 50
Konsumptie-en fabrieksaardappelen
met het nieuwe middel
W. de Feyter
Zaamslag
De keus viel op
mestvarkens
Kleurloos en weinig giftig.
Veilig voor het gewas.
Bestrijdt de gekiemde en ook de later
kiemende onkruiden.
Ook grassen worden bestreden.
25
HET is voor een ondernemer in de agrarische sector,
die zijn bedrijf wil aanpassen aan de verande
rende omstandigheden geen gemakkelijke zaak een
beslissing te nemen, wat hem in de toekomst de beste
mogelijkheden zal blijven bieden.
Landbouwer W. de Feyter te Zaamslag, die met zijn
pacht akkerbouwbedrijf van 21 ha vlak onder Ter-
neuzen ligt heeft zich dan ook eerst bijzoader goed
trachten te oriënteren voordat de beslissing genomen
werd om varkens te gaan mesten.
De bedrijfsvoering was in opzet van het traditionele
type. Naast akkerbouw ca. 7 gemet wei en een
20 melkkoeien. Maar de 150 jaar oude schuur was
nodig aan vernieuwing toe en daardoor kwamen eige
naar en pachter voor de vraag te staan wat er zou
moeten gebeuren. Een nieuwe schuur bouwen, die in
feité groter zou moeten zijn dan de huidige vroeg
hoge investeringskosten. De heer De Feyter onder
zocht in samenwerking met de voorlichtingsdienst een
drietal mogelijkheden ter realisering van een nieuwe
opzet n.l. uitbreiding van de melkveestapel tot ca. 40
koeien, een legkippenbedrijf van zo'n 10.000 kippen
dan wel het mesten van een 500 varkens.
(Zie verder pag. 29).
opbrengst bij rijenafstanden tussen 60 en 90 cm gelijk
is.
Om de volgende redenen is een ruime rijenafstand
van 75 a 77 cm nodig.
Zowel 75 cm als 77 cm passen goed in de normali-
satienorm 12,5 cm en ook bij de norm 11 cm. Een
trekkerspoorbreedte van 1,50 mtr. of 132 cm is bij
deze rijenafstanden geen bezwaar.
Het hakselen gaat sneller, omdat minder rijen voor-
5 komen dan bij nauwere rijenafstanden.
r De maishakselaars werken het beste in een stevig
en staand gewas. De gelegerde planten blijven ge-
r makkelijk op het veld achter.
Met een vierrijige machine is normaal transport
r over de weg mogelijk in verband met de transport-
t breedte van 2,60 mtr.
Bij de oogst zijn ook ruime kopakkers van minimaal
10 mtr. noodzakelijk. Bij vier machinegangen kunt u
t altijd met de hakselaar goed voor de nog te oogsten
maisrijen komen,
Zorg er voor dat er altijd rond wordt gezaaid, zodat
de geer midden in het perceel komt. De transsporttijd
op het perceel wordt dan ook bij het oogsten tot een
minimum beperkt.
PLANTAANTALLEN
1 Tot op heden werd voor snijmais ca. 120.000 planten
t per ha aangehouden, hoewel er ook nog wel meer
5 planten per ha voorkwamen.
Voor een maximale opbrengst zijn 90.000100.000
planten per ha gewenst. Bij het bepalen van de hoe
veelheid zaaizaad per ha moet er rekening worden ge
houden met een marge van 10 voor missers, kiem-
kracht en korrelbreuk. Om 90.000100.000 planten
per ha te verkrijgen moeten er resp. 100.000—110.000
zaden per ha worden gezaaid. Het 1000 korrelgewicht
van het zaad is 300 gram, zodat dit neerkomt op
33 kg zaad per ha. Bij een rijenafstand van 75 cm
komt dit overeen met 7 a 8 planten/mtr. rij lengte. De
plantafstand in de rij is dan 13 en resp. 12 cm. Met
deze machines kan ook korrelmais worden gezaaid.
Bij dit gewas zijn 77.000 korrels per ha noodzakelijk.
PLUKDORSEN EN ZAAIEN
Bij het zaaien van korrelmais is het van belang, dat
het aantal plukelementen die voor op de maaidorser
worden gemonteerd, passen bij h'et aantal zaaielemen-
ten. Bij een 4-rijige zaaimachine past een 4-rijig pluk-
element; bij een 3-rijig plukeiement een zaaimachine
met 3 of 6 elementen. Zorg er voor dat de plukelemen
ten van de maaidorser tijdig worden besteld zodat de
oogst kan beginnen wanneer het gewas rijp is.
ONKRUIDBESTRIJDINC
Door de ruime rijenafstand en vrij trage begin-
ontwikkeling moet aan een doeltreffende onkruidbe-
strijding alle aandacht worden geschonken. Voor de
bestrijding van zaadonkruiden in mais komen
D.N.O.C. en Atrazin in aanmerking. Bij het gebruik
van D.N.O.C. moet er van worden uitgegaan dat twee
bespuitingen noodzakelijk zijn n.l. 5 a 6 kg D.N.O.C.
80 of 8 a 10 kg D.N.O.C. 50 vlak voor opkomst en
4 kg D.N.O.C. 80 of 6 kg D.N.O.C. 50 als de mais
4 tot 6 blaadjes heeft.
Op goede vochthoudende zandgronden en op per
celen waar zwarte nachtschade verwacht wordt, kan
beter vanaf kort na zaaien tot kort na opkomst 2 kg
Atrazin per ha worden gebruikt. Atrazin heeft bij
voldoende vocht in de bovenlaag een lange nawerking.
Wanneer na de toepassing van Atrazin vanwege te
droge omstandigheden, bij een lengte van 10 cm
van de mais, toch nog onkruid aanwezig is, verdient
het aanbeveling een bespuiting met D.N.O.C. uit te
voeren.
Ook kan na opkomst van de mais op kleine onkrui
den gespoten worden met 2 kg Atrazin 1 liter Cito-
wett per ha. Er mag dan echter nog geen bespuiting
met Atrazin hebben plaatsgevonden, omdat anders een
volgend gewas nog beschadigd kan worden door de
nog aanwezige Atrazin in de grond.
De spuitmachines met een werkbreedte van 12, 15,
18 en 21 mtr. passen goed bij een rijenafstand van
75 cm. Een spuitmachine van 20 mtr. kan het beste
met enkele dichte plaatjes tot 18 mtr. worden „ver
kleind".
DE MIDDELEN
Ioxynil/MCPP (Actril M, Certrol P). 3 1 per ha of:
Bromoxynil/MCPA/MCPP (Certrol Combin) 4 1 per
ha. Beide middelen werken goed tegen klein hoefblad
en is daarom goed bruikbaar in zomertarwe als dit
onkruid voorkomt.
Spuiten bij een gewaslengte van 1215 cm. Als ook
klein hoefblad voorkomt in later stadium.
Tijdens het spuiten moet het zonnig weer zijn met
een temperatuur van boven 10° C.
Ioxynil/MCPA (Actril AC, Certrol A). 3 1 per ha.
Voor gebruik in zomergranen geschikt bij een gewas
lengte van plm. 15 cm.
MCPA/MCPP (diverse merken). 5 1 per ha. Tegen
grotere zaadonkruiden en distels bij een gewaslengte
van 1520 cm. Geeft ook (in zomergranen) een rede
lijke bestrijding van klein hoefblad.
MCPA (diverse merken). 4 1 per ha. Gebruiken
tegen akkerdistel en melkdistel, als deze flink ont
wikkeld zijn. Het gewas is dan meestal 3035 cm
lang.
MCPA/benazolin (Asepta Benzan). 45 1 per ha.
De meeste onkruiden, o.a. muur en kleefkruid worden
vrij goed bestreden. Spuiten bij 1520 cm lengte.
MCPP (diverse merken). 4 1 per ha. Werkt goed op
grotere muur en kleefkruid. Spuiten als het gewas
1520 cm lang is.
2,4-D amine (diverse merken). 2,5 1 per ha. In
zomertarwe geeft dit middel te grote kans op op
brengstderving. Het werkt goed op klein hoefblad,
wanneer de bladeren 67 cm doorsnee hebben. Een
nabehandeling met MCPA 14 dagen later verbetert
het resultaat.
MCPA/TBA (AAglobens, Pesco 18—15). 6 1 per ha.
Doodt kamille. Voor bestrijding van muur en kleef
kruid wordt MCPP toegevoegd. MCPA/TBA is voor
toepassing in zomergranen niet geschikt. Toepassen
bij 'een gewaslengte van 1215 cm. Geeft nogal schade
aan het gewas, het nieuwe middel Faneron is veiliger
en is tegen kamille niet minder werkzaam dan
MCPA/TBA.
MCPA/MCPP/TBA (AAcombin-Super, Wigran-
Super). 6 1 per ha, als het gewas 1215 cm is. Doodt
behalve kamille ook muur en andere zaadonkruiden.
Is veiliger voor het gewas dan MCPA/TBA.
MCPA/dicamba/benazolin (Asepta Ben-Cornox,
Bensecal). 5 1 per ha bij een gewaslengte van 1215
cm. Goed tegen grotere zaadonkruiden als veelknopi-
gen, muur en kleefkruid.
MCPA/dicamba (diverse merken). 5 1 per ha of
MCPA/MCPP/dicamba (diverse merken). 4 1 per ha.
Beide combinaties werken goed op veelknopigen als
varkensgras en perzikkruid en moeten worden ge
spoten bij 12—15 cm.
MCPP/dicamba (Jebotuban, Orga MCPP/dicam-
ba). 4 1 per ha. Orga MCPP/dicamba kan alleen in
wintertarwe worden gebruikt. Geeft een goede be
strijding van muur, kleefkruid en veelknopigen. Enige
opbrengstderving is niet uitgesloten.
MCPA/2,4-D/dicamba/benazolin (Aseptaludin). 4 1
per ha. Geschikt voor klein hoefbladbestrijding in
wintertarwe als deze plm. 15 cm is.
MCPA/2,4-DP/dicamba (Jebodicro). 6 1 per ha.
Alleen geschikt voor gebruik in tarwe en zomergerst
met een goede werking op veelknopigen.
MCPA/2,4-DP (diverse merken). 5 1 per ha. Dit
middel heeft een vrij brede werking, maar is zwak
op kamille.
Voor het komende seizoen is tevens toegestaan het
middel Faneron tegen 3 kg per ha. Kamille en var
kensgras zijn zeer gevoelig. In wintertarwe wordt een
mengsel van 3 1 MCPP en 1,5 kg Faneron aangeraden,
zodat tevens muur en kleefkruid worden bestreden.
Het middel wordt toegepast bij 1215 cm lengte
van het gewas. Groeizaam weer verbetert het effect.
Over de slagingskansen van een ondervrucht is nog
weinig bekend.
Laatstgenoemd middel is geen groeistof. De invoe
ring hiervan betekent wellicht het einde van h^t
DNOC-tijdperk.
ONDERVRUCHTEN
Klaver en luzerne worden door de middelen die
dicamba, TBA, 2,4-DP, MCPP en 2,4-D bevatten, ge
remd of zelfs gedood.
Raaigrassen geven minder problemen, temeer daar
deze later worden gezaaid, n.l. in wintertarwe eind
aprilbegin mei en in zomergranen half mei.
MCPA en Ioxynil/MCPA zijn eigenlijk de enige
middelen, die aan de klavers weinig of geen schade
doen, vooral niet als de klaver tijdig gezaaid is.
