[ebeta Q
Grond, bemesting
en zaadhoeveelheid
breekpeen
TUINBOUW-
KLANKEN
„Een nieuwe lente, een nieuw begin!"
Patiënt met verhoging!
suikerbieten
11
TJ. BUISHAND ING.
Consulentschap Groenteteelt
in de Vollegrond Alkmaar
Over de teelt van breekpeen (winterwortel) is be
trekkelijk weinig bekend. Het areaal wordt geschat
op circa 850 ha. De teelt wordt vooral aangetroffen
op zavel en lichte kleigronden in Noord-Holland en de
N.O.P., terwijl in Noord-Brabant vooral de zandgron
den voor deze teelt naar voren komen. In de oude
teeltgebieden Goeree-Overflakkee (Flakkeese) en in
Friesland (Berlikumer) is dit gewas sterk in belang
rijkheid achteruitgelopen.
Een goede kwaliteit stelt vrij hoge eisen aan de
grond. Ook in verband met de zaadhoeveelheid (op
komst) is de grondsoort belangrijk. Peen is een kali-
en magnesiumminnend gewas en gevoelig voor hoge
zoutconcentraties. De bemesting wordt mede daarom
bij voorkeur vóór het zaaiklaar maken van de grond
uitgestrooid en goed door de bovenste grondlaag ge
werkt.
KIES EEN NIET TE ZWARE GROND
De winterwortel kan het best worden geteeld op
kalkrijke, vochthoudende zandgronden, op venige klei
(Avenhorn e.o.) en op zavel en lichte kleigronden
(2030 pet. afslibbaar). In velband met de oogstbaar-
heid moet bij deze gronden wel gedacht worden aan
de teelt op ruggen. Zware gronden komen met het
oog op moeilijkheden bij de opkomst (zaad ligt dik
wijls te droog door onvoldoende sluiting van het zaai-
bed), minder goede kwaliteit (vertakte en misvormde
wortelen) en beperkte mogelijkheden tot machinaal
rooien niet in aanmerking.
Peen vraagt een pH-KCl van 6,8 of hoger. Op gron
den met een organisch stofgehalte boven 10 pet. mag
de pH-KCl 6,2 zijn.
Bij het zaaien op vlakveld moet het zaaibed niet al
leen een luchtige structuur hebben, doch ook goed ge
sloten liggen. Het zaad mag namelijk niet in een droge
toplaag terecht komen.
Bij ruggenteelt kan men bijvoorbeeld met een
schudeg ongeveer 15 cm losse grond verkrijgen, waar
van met aanaarders ruggen worden gemaakt. Een aa-
dere methode is met een rijenfrees (liefst een haken-
frees) frezen en ruggen maken. Om vastrijden van
d'e grond te voorkomen, verdient volvelds frezen met
aanaarders de voorkeur. Hierna worden de ruggen
met een cambridgerol vlak gemaakt. De hoogte moet
dan ongeveer 22 cm zijn en de breedte circa 15 cm.
De ruggen moeten minstens 14 dagen vóór het zaaien
worden gemaakt. De grond kan dan goed bezakken.
Als dit niet gebeurt, valt het zaad te diep, terwijl de
kans op uitdroging en daardoor een slechte opkomst
groot is. Tijdens het groeiseizoen is het noodzakelijk
de ruggen een paar keer aan te aarden, daar anders
veel wortelen een groene kop zullen krijgen.
GEEF NIET TE VEEL STIKSTOF
Winterwortelen hebben niet veel stikstof nodig,
75 kg N per ha in de vorm van kalkammonsalpeter
is in de meeste gevallen voldoende. Wanneer zich in
een seizoen met veel neerslag tekenen van N-gebrek
voordoen, zal men met 1520 kg N per ha als kalk-
salpeter moeten overbemesten. Bij stikstofgebrek ver
toont het loof -een bleekgroene kleur. Het oudere blad
wordt geel tot rood en sterft voortijdig af. Op zeer
vruchtbare gronden zal men reeds met 3550 kg N
per ha kunnen volstaan.
Fosfaat. Ook aan de fosfaatvoorziening stelt dit ge
was geen hoge eisen. Volgens het thans geldende be
mestingsadvies voor groenteteelt wordt bij een goede
fosfaattoestand van de grond een bemesting met 50 kg
P205 per ha geadviseerd. Het Consulentschap voor
de Tuinbouw te Barendrecht houdt 100 kg P205 per
ha aan. Het fosfaat wordt in de vorm van superfos
faat of als samengestelde meststof gestrooid.
Kali en magnesium. De winterwortel vraagt een
vrij zware kalibemesting. Voor een grond met een
goede kalitoestand is het advies 250 kg K20 per ha,
te geven als patentkali om de voorziening van MgO
niet in de knel te brengen. Bij een lage K-toestand
moet deze gift worden verhoogd tot 350 kg K20 per
ha. Hierbij zal de Mg-voorziening waarschijnlijk moe
ten worden aangevuld met een kieserietgift van 200
300 kg per ha. Een goede kalivoorziening is van grote
invloed op de opbrengst, de bewaarbaarheid en de
kleur van de peen.
ZAAITIJD EN ZAADHOEVEELHEID
De beste zaaitijd is de periode van half april tot
half mei. Vroeger zaaien geeft kans op schieters, voor
al in een koud voorjaar. Bovendien is vroeg gezaaide
peen minder goed houdbaar. Wortelen, bestemd voor
bewaring, worden daarom gewoonlijk in de eerste
helft van mei gezaaid. Later zaaien is nog zeer goed
mogelijk, men moet dan echter met enige oogstreduc-
ti-e rekening houden.
De te gebruiken hoeveelheid zaaizaad is afhanke
lijk van het doel waarvoor men teelt en vooral ook
van de veldopkomst. Voor een vroege oogst van win
terwortelen wordt soms zeer dun gezaaid namelijk
circa 1 kg per ha. Deze hoeveelheid wordt eveneens
gebruikt als men zeer dikke wortelen wil telen voor
de industrie. De veldopkomst moet bij deze lage hoe
veelheid bijzonder goed zijn om tot een bevredigend
resultaat te komen. Bij gebruik van 1 kg zaad per ha
staan er maximaal 40 planten per m-. Uit onderzoek
is gebleken dat bij 100 planten per m- de hoogste
opbrengst wordt verkregen. De verschillen in het tra
ject 80120 planten per m- waren echter zeer klein.
Uit het oogpunt van arbeid zal men de voorkeur
geven aan 80 stuks per m- en misschien nog wel iets
minder. Dit betekent een zaadhoeveelheid van circa
1,8 tot 2 kg per ha.
RUIME SPELING IN RIJF.NAFSTAND
Bij uitzaai op vlakveld kan de rijenafstand variëren
van 25 tot 60 cm. In de praktijk wordt nog veel op
30 a 40 cm gezaaid. Bij ruggenteelt varieert de afstand
van 60 tot 75 cm. Gezien de algemene normalisatie
op 121/2 cm, zal op grote percelen de voorkeur uitgaan
naar 75 cm. Om toch voldoende planten per opper
vlakte-eenheid te krijgen, worden dan wel twee rijen
per rug gezaaid. In verband met het aanaarden is het
hierbij wel gewenst deze twee rijen zo dicht mogelijk
(ongeveer 7 cm) bij elkaar te zaaien.
SAMENVATTING
Voor de teelt van breekpeen wordt bij voorkeur een
niet te zware grond gekozen. Op zandgrond kan zon
der bezwaar vlakveld worden gezaaid, op zavel en
lichte klei gaat de voorkeur uit naar ruggenteelt,
matige gift stikstof en fosfaat. De meststoffen moeten
vóór het zaaien goed door de grond worden gewerkt.
De zaadhoeveelheid varieert van circa 1 kg per ha
als het gaat om een vroeg of grof produkt tot ongeveer
2 kg per ha voor het verkrijgen van een hoge op
brengst met een niet te grove sortering en weinig stek.
lYITMAAL willen wij uit WALCHEREN aandacht
schenken aan het aan de leden toegezonden
verslag van onze Coöp. Veiling te Middelburg. He
laas moet reeds op de eerste bladzijde worden ver
meld dat de omzet gedaald is met 9 ofwel in
contanten ƒ426.000,Uiteraard zal praktisch elke
teler wel minder omzet hebben. Ook kan men ner
gens zinvolle verwijten maken. Een ieder is bekend
dat ded oorsneeprijzen te laag waren. Een en ander
zou nog wel te verwerken zijn, ware het niet dat de
bedrijfsuitgaven steeds hoger worden. Wij als vei
lingleden zitten financieel in een spiraal. Hogere uit
gaven en minder inkomsten.
Van aardbeien, bloemkool en tomaten was er een
niet onbelangrijke stijging in 1070 van 10 tot 25
Ook de late aardappelen met een hogere geldelijke
opbrengst van 17 deden het niet onaardig. Alle
andere produkten hadden echter een beduidend lager
opbrengst. Vooral appelen en peren met 120.000,
lager deden het heel slecht. Ook de resultaten van
sla en vooral winterbloemkool (z.g.n. Brocoli) waren
bedroevend. Wat ons erg frappeerde was dat er in
Zwijndrecht bij een gelijk aangevoerd aantal kisten
van 115.000 een mindere geldopbrengst was van
126.000,Dat deze cijfers voor onze veilingleiders
veel hoofdbrekens kosten is duidelijk. Want de diag
nose stellen van de patiënt is aan de hand van dit
rapport niet moeilijk, n.l. een redelijke griep met ver-
raport niet moeilijk, n.l. een redelijke griep met ver
hoging. We zijn erg benieuwd welk drankje het be*
stuur zal brouwen ter genezing.
AOK SCHOUWEN EN DUIVELAND is vanzelf-
sprekend niet verschoond gebleven van een laat
sneeuwdek. Gelukkig was de sneeuwlaag van weinig
betekenis, zodat er weinig wateroverlast van werd
ondervonden. Juist voor de laatste vorstperiode zijn
er met name in Duiveland nogal wat plantuien ge
plant. Zo op het eerste gezicht heeft ze weinig te lij
den gehad van de vorst. Uiteraard zal afgewacht moe
ten worden of in het groeiseizoen een nadelig effect
zich openbaart.
Tijdens de laatste koudegolf veerde de prijs voor
de zaaiuien nog even op tot 10 ct. per kg telersprijs.
Het was echter van zeer korte duur. Inmiddels is de
kg-prijs weer al met enkele centen gedaald. Het gaat
er op lijken dat het een moeizame zaak blijft. De
handel heeft het uienzaad afgeleverd. Hoewel al veel
over z.g.n. „schaarste" aan zaad is gesproken, blijkt
dat zulks wel meevalt. We hebben de indruk dat zó
veel is besteld en afgeleverd, dat het areaal uien nog
weer eens met enkele procenten zal stijgen. Laten
we met elkaar hopen op een groot afzetgebied, met
goede vraag.
We vernamen dat bij de glastuinders de lucht be-
Eenvoudig is het niet en de suggesties die we hier
en daar gehoord hebben, zoals contributieverhoging
en opschorten (geheel dan wel gedeeltelijk) van de
afschrijvingen zijn geen gemakkelijk aanvaardbare
oplossingen.
Om het nu helemaal moeilijk te maken worden we
ook nog geconfronteerd met het aftreden van onze
voorzitter die zijn bedrijf beëindigd heeft. Er zijn in
het bestuur momenteel niet zóveel mensen die deze
post over kunnen nemen. En zo ze er al zijn zullen
ze deze funktie ambieeren? Want laten we wel zijn!
Hier moet men naast de nodige kennis en werklust
ook een flinke portie tijd in steken. En tijd is geld.
En financieel is deze voorzitterspost navenant aan
wat gevraagd wordt. Als men de uren die men er
aan moet besteden deelt op de vergoeding die ervoor
gegeven wordt dan is deze eigenlijk onderbetaald.
En een leiding die kostte wat kost zal moeten bezui
nigen, staat dus ook nog voor de zware taak de leider
een meer aangepaste vergoeding te moeten geven.
We wensen ons bestuur de beroemde steen der wij
zen toe. Wij zien hem nog niet
Ook lazen we in vermeld verslag dat enkele afge
vloeide personeelsleden niet vervangen zullen wor
den. Dit kan hoogstens inhouden dat de voortdurende
stijging van de post lonen en salarissen daardoor
voorlopig opgevangen kan worden. Dat is dan het in
het klein doen wat de groten, zoals bijv. Philips, ook
toepassen. In wezen een ongezonde situatie voor onze
veiling die eigenlijk nu al met een te klein perso
neelsbestand moet werken.
paald niet zonder dreigende wolken is. Enerzijds de
steeds stijgende lasten, anderzijds een dreigende con
currentie uit de Oostbloklanden. Zij het nog in be
perkte mate, bij de huidige produktie kan elke invoer
in het E.E.G.-gebied vanuit derde landen een prijs-
drukkende werking hebben. Het kwalijke van die
invoer is, dat de prijzen daarvan konstant onder die
van de produkten van de tuinders in de E.E.G. wor
den gehouden.
Bekend is dat voor grote kapitalen vanuit Neder
land kassenbouw wordt gepleegd in de Oostbloklan
den. Een goede zaak voor de betalingsbalans! Een en
ander doet echter wel wat wrang aan voor de Neder
landse glastuinders, omdat ze van daaruit nu con
currentie ondervinden. Bedacht moet daarbij wel
worden dat als Nederland deze kassen niet zou leve
ren er andere leveranciers klaar staan deze leveran
ties met genoegen over te nemen.
De wijnpeen trokken gedurende de laatste vorst
periode onverwacht in prijs aan. Inmiddels is de
vraag weer tot zeer zwak afgezakt en de prijs nave
nant. De tijd draait echter door en het gaat er naar
uitzien dat van de nog aanwezige voorraden nogal
wat in de veevoersektor zullen terechtkomen.
Het oogstjaar 1970 zal wat prijsvorming van diver
se onzer produkten betreft, de geschiedenis ingaan,
als een jaar met slechte tot matige prijzen. Vanwege
de minder goede financiële resultaten zijn de pro
blemen er niet minder op geworden.
We staan weer vooi een nieuwe inzaai- en plant-
periode en op zichzelf is dat een goede zaak, waar
we dankbaar voor kunnen zijn. Het zal ons als onder
nemers goed zijn, ondanks de toenemende problema
tiek van kostenstijging e.d., ons positief in te stellen.
Hoe het ook zij, is het toch een voorrecht opnieuw te
mogen beginnen. We hopen met en voor elkaar dat
we dit jaar een redelijke tot goede beloning mogen
ontvangen voor geleverde arbeid. We mogen uitgaan
van een vast gegeven: „Een nieuwe lente, een nieuw
beging"!
(Zie verder pag. 25)
Zeer hoge bietopbrengst en
de hoogste suikeropbrengst