Pak óók de vroegleveringspremie
Zaai Polykuhn voor de hele levering!
11
Een vroege bespuiting heeft meer effect op de bestrijding
van het onkruid. Een te vroege bespuiting werkt echter
nadelig op het gewas.
ZAAIZAAD
Als de keuze van het gewas en het ras vaststaat, moet
het zaaizaad worden aangekocht, tenzij wordt besloten
zaaizaad van eigen bedrijf te gebruiken. Het gebruik van
ongekeurd zaaizaad verhoogt het gevaar voor versprei
ding van gevaarlijke onkruiden. De kans op besmetting
met wilde" haver en mogelijke andere grasachtige onkrui
den of verspreiding binnen het bedrijf, door gebruik van
ongekeurd zaad of zaad van eigen bedrijf, is groot.
Ieder voor zich zal moeten beoordelen of het verant
woord is zaaizaad van eigen bedrijf te gebruiken. Bij aan
koop is alleen officieel te velde en op partij goedgekeurd
en geplombeerd zaad een waarborg voor de afwezigheid
van onkruid.
ONKRUIDBESTRIJDING
Duist is een van de meest lastige onkruiden. De laatste
jaren heeft het zich sterk uitgebreid. In karwij en luzer
ne dient, bij hoofdzakelijk duist of wilde haver, vóór de
hergroei van deze gewassen begint, een bespuiting met
1015 kg IPC te worden uitgevoerd. Als geen duist
•maar vooral muur en straatgras voorkomen kan 46
liter per ha chloor-IPC worden gebruikt. In winterkool-
zaad dat er gezond voorstaat wordt tegen duist 12 kg
TCA per ha aangeraden. In wintergranen is een herfst-
toepassing voor duistbestrijding het meest aanbevelens
waardig. Mocht deze niet uitgevoerd zijn dan is een
voorjaarstoepassing ook nog mogelijk. Middelen: 2 3
kg Eptapur Speciaal per ha, alleen aanbevolen op zee
kleigrond met meer dan 30 afslibbaar en 2 humus.
Gesaran 2088 2 kg per ha op gronden met minder dan
40 afslibbaar. Voor beide middelen geldt: toepassen
als het gewas 46 blaadjes heeft. Het gewas moet ge
zond zijn en goed beworteld. Breedbladige onkruiden als
muur, ereprijs en kamille worden ook door bovenge
noemde middelen gedood. Alleen op zeer kleine duist
kan een goed resultaat worden verwaoht.
Voor de bestrijding van kweek op voor bieten bestem
de percelen kan begin februari op de kweekplekken nog
gespoten worden met 2030 kg TCA per ha. Tot 14 da
gen voor de zaai 1520 kg per ha. Spuiten geeft een
betere verdeling dan het strooien van granulaat. De dose
ring is wel afhankelijk van de zwaarte van de grond. De
meeste merken granulaat kunnen ook verspoten worden.
Bij strooien 25 <meer gebruiken.
Bij rustig, donker weer zonder vorst kan eind februari
ook al DNOC gespoten worden. Een vroege bespuiting
beeft het voordeel dat het onkruid gevoeliger is. Een
behandeling en diat geldt ook voor andere middelen
na de winter is echter dan alleen verantwoord als het
gewas na de behandeling de kans krijgt zich te herstel
len. Te vroeg spuiten na een vorstperiode of na veel nat
tigheid geeft moeilijkheden bij het herstel van het gewas.
REGELING KAVELRUIL
Daarvoor is de winter (en ook februari) zeer geschikt.
Zo hebben we kunnen lezen dat er een eenvoudige rege
ling ontworpen is voor kavelruil. Wanneer 3 of meer
eigenaren hiertoe willen overgaan kunnen ze een gratis
ambtelijke begeleiding krijgen, terwijl 50 van de kos
ten van de aanpassingswerken voor subsidie in aanmer
king kan komen. Voor meer gegevens moge verwezen
worden naar de regeling en/of inlichtingen bij de be-
drijfsvoorlichter.
Deze regeling kan van veel belang zijn voor de bedrij
ven in de gebieden waar geen ruilverkaveling heeft plaats
gehad. In deze gebieden kampt men met een voor mo
derne begrippen zeer matige, zo niet slechte, verkaveling,
die remmend werkt op de bedrijfsexploitatie en op de
aanpassingen die in de toekomst nodig zijn.
Een eenvoudig onderzoek leverde de volgende cijfers
op: in de groep bedrijven van 3050 ha heeft 45 7
meer dan 3 kavels en 16 meer dan 5 kavels; 25 van
de kavels ligt op grotere afstand dan 1500 m, oplopende
tot meer dan 20 km van het bedrijf.
De bezwaren dtie aan een slechte verkaveling kleven
zijn, behalve de tijd die men verliest op de weg, het vele
malen op transport zetten van werktuigen en niet in het
minst het ontbreken van dagelijks toezicht, waardoor
vele handelingen, zoals grondbemesting, zaaien, spuiten,
oogsten e.d. niet precies op tijd gebeuren. De schade die
hierdoor ontstaat is moeilijk in cijfers uit te drukken,
maar mag niet worden ondersohat.
Derhalve is het zaak om van deze regeling,, die een
voor vele bedrijven structuurverbeterende werking heeft,
zo nodig en mogelijk gebruik te maken. Uiteraard is er
veel overleg nodig met buren en andere belanghebbenden
en hiervoor is de februarimaand nog bij uitstek geschikt.
VEEHOUDERI]
Het is van belang dat melkveehouders zich bij voort
during bezinnen op de belangrijkheid van de melkcon-
trole, het gebruik van de K.I., de veevoeding en het wei-
de- en voederwinningsplan om een goede melkproduktie
te verkrijgen. Zou de gemiddelde melkproduktie per koe
niet aanmerkelijk omhoog kunnen, bij onze mogelijkheid
van voldoende ruwvoederwinning?
In een overwegend akkerbouwgebied kan de melkvee
houderij op vele bedrijven een welkome aanvulling van
het inkomen betekenen.
Ook moet men zich realiseren, dat een goede melkvee
stapel een hoger resultaat per ha kan leveren dan de
akkerbouw.
MELKCONTROLE
Het is verbazingswekkend, dat er nog melkveehouders
zijn, die niet aan melkcontrole doen. Zijn deze veehou
ders niet gesteld op verbetering van de produktie op
hun bedrijf?
De kosten van melkcontrole zijn wel te overkomen.
Bij blindelings fokken en selecteren kan veel op de op
brengst worden ingeboet.
K.I.
Bij het huidige programma kunnen we meer vertrou
wen hebben in de K.I. Men is nu meer verzekerd van een
goed verervende stier.
Willen we zowel de melkproduktie als de kwaliteit
van ons vee op een hoger peil brengen, dan bestaat daar
voor een mogelijkheid, door gebruik te maken van uw
melkcontrolecijfers en goed verervende stieren.
OPFOK OP GESPECIALISEERDE BEDRIJVEN
Elders in het land neemt het opfokken van kalveren
op gespecialiseerde bedrijven hand over hand toe. Vaak
vraagt het opfokken en verzorgen van de kalveren nogal
tijd. Momenteel ligt er voor enkele bedrijven de moge
lijkheid om de kalveropfok af te stoten.
Door enkele koeien in plaats van de kalveren te hou
den werkt men gemakkelijker, het inkomen kan stijgen
en men is verzekerd van zijn eigen goede kalveren als
vaarzen terug te krijgen. Het vraagt aanpassing van fok
ker als opfokker, doch dit systeem biedt wel perspectief,
ook voor ons gebied. De belangstellenden kunnen zich
tot hun bedrijfsvoorlichter van het C.A.R. wenden voor
een nadere bespreking.
VEEVOEDING
Op enkele bedrijven zal het nog knijpen worden, als
we zo de hoeveelheid ruwvoer voor de tweede helft van
de winterperiode bekijken. Degenen die een voederplan
bij het begin van de stalperiode hebben opgesteld, kun
nen dit nu zonodig aanpassen aan de resterende stal
periode.
In ons gebied zijn veel koeien in deze maand aan de
top van hun produktie. Geef de dieren dan ook voer naar
produktie. Bij een koe met een produktie van 25 1 melk
kan men meestal niet volstaan met 3 kg krachtvoer, als
men het dier op de melk wil houden. Een koe met een
dergelijke produktie heeft 5 a 6 kg krachtvoer nodig om
haar produktie te handhaven.
HET WEIDE- EN VOEDERWINNINGSPLAN
Het is niet eenvoudig om in februari al weer aan de
volgende stalperiode te denken. Toch is dit voor een
goed veehouderijbedrijf noodzakelijk. In deze maand
moet alweer een weide- en voederwinningsplan worden
opgesteld. Om een optimale grasgroei in 1971 te verkrij
gen, heeft men het weer niet in de hand, doch wel de
Mechanische verwerking van melkcontrolegegevens.
bemesting en verzorging van het grasland. Grasland
komt tot een betere opbrengst, wanneer er direct op
neembaar fosfaat ter beschikking is. Het is meestal geen
weggegooid geld als bij de eerste bemesting een meng-
meststof of super wordt gestrooid op basis van uw be-,
mestingsadvies.
Bij niet al te vochtige weiden kan op het einde van
deze maand met het toedienen van stikstof op het gras
land worden begonnen. Geef de hoeveelheid stikstof
naar bestemming van het gras. Probeer in 1971 ook eens
een goede voordroogkuil in begin mei op te zetten. Een
stikstofgift van 100 kg zuivere stikstof is dan wel nodig.
Als u een beweidings- en voederwinningsplan opstelt
zult u zien dat voor een gedeelte van uw grasland de
voordroogkuil een extra snede gras is. Of er in 1971 snij-
mais in ons gewest geteeld zal worden hangt geheel af
van meerdere veehouders.
Snijmais kan een heel goede zetmeelwaarde geven en
zou veel bedrijven de mogelijkheid tot uitbreiding van de
veestapel bieden. Voor het oogsten is een hakselaar
nodig, welke door een loonwerker aangeschaft zou kun
nen worden bij voldoende belangstelling. Per gebied is
echter een behoorlijke oppervlakte nodig om tot verant
woorde aanschaf te kunnen overgaan. Het is dan ook
nodig, dat er van te voren opgaaf van belangstellenden
is. Hiervoor kunt u zich wenden tot uw bedrijfsvoorlich
ter van het C.A.R.
In februari is er nog tijd voor het repareren van de
omheiningen. Doe het nu en stel niet uit tot het vee de
weide in moet!
Behalve genoemde zaken wordt ook onze aandacht ge
vraagd voor onderhoud machines, gebouwen, drainage,
erfverharding, bewaring en afzet aardappelen en uien
e.d. Maar ook de vakliteratuur vraagt onze aandacht.