EUROPESE AARDAPPELOOGST ONGEVEER EVEN GROOT ALS VORIGE JAAR
Uit de gegevens die uit de afzonderlijke landen zijn
verkregen kan worden opgemaakt dat de aardappeloogst
in West-Europa als geheel dit jaar zo'n 42,7 miljoen ton
zal bedragen tegen verleden jaar 41,9 miljoen ton. De
Nederlandse oogst zal naar schatting 90.000 ton groter
uitvallen dan verleden jaar, de Westduitse 280.000 ton.
de Deense 200.000 ton, de Noorse 130.000 ton, de Griek
se 110.000 ton, de Zweedse 600.000 ton en de oogst in
Engeland en Wales 500.000 ton. Italië is een van de lan
den waar vermoedelijk minder zal worden geproduceerd,
namelijk 420.000 ton De Ierse oogst zal waarschijnlijk
260.000 ton kleiner uitvallen, de Belgische 180.000 ton
en de Franse iets kleiner. Behalve in Italië, Noorwegen
en Ierland is het areaal overal groter dan in 1969.
Volgens een voorlopige raming van het Westduitse
ministerie van landbouw zal de oogst in de Bondsrepu
bliek dit jaar 16,26 miljoen ton bedragen tegen verleden
jaar 15,98 miljoen ton. Het wordt op één na de kleinste
oogst sedert 1945. In 1964/'69 bedroeg de produktie ge
middeld 19 miljoen ton. Het Westduitse tarwe-areaal
bedraagt dit jaar 597.000 hectare tegen verleden jaar
589.000 hectare en in de jaren 1964/'69 gemiddeld
720.000 hectare. De gemiddelde opbrengst per hectare
bedraagt 27,24 ton tegen respectievelijk 27,14 en 26,39
ton.
Het Franse ministerie van landbouw schat dat de
hoofdoogst in Frankrijk dit jaar 7.497.600 ton consump
tie-aardappelen zal opleveren tegen een produktie van
7.663.150 ton in het afgelopen jaar. Volgens de gegevens
die op 1 oktober beschikbaar waren bedraagt het areaal
Denemarken dit jaar veel groter dan verleden jaar. Daar
bij tekende hij evenwel aan dat de oogst van het afge
lopen jaar 25 procent kleiner was dan een „normale"
Deense oogst als gevolg van de zeer droge zomer. Het
areaal voor consumptie-aardappelen wordt op 39.000
hectare geraamd tegen verleden jaar 33.000 hectare en
een gemiddelde van 64.000 hectare in de jaren 1960/'65.
De Zweedse nationale raad voor de verkoop van land-
bouwprodukten heeft meegedeeld dat de aardappeloogst
in Zweden dit jaar groter zal zijn dan het gemiddelde
van de afgelopen tien jaar. Het areaal wordt op 44.873
hectare geraamd vergeleken met 39.734 hectare vorig
jaar. De produktie zal vermoedelijk 1,24 miljoen ton be
dragen tegen verleden jaar 740.000 ton. In de jaren 1961
tot en met 1969 bedroeg de gemiddelde produktie
1.450.000 ton.
De hoofdoogst in Engeland en Wales zal volgens de
jongste ramingen 4.711.200 long ton bedragen. De raming
is gebaseerd op de gegevens die op 30 september be
schikbaar waren. Verleden jaar bedroeg de produktie
4.191.200 long ton. De opbrengst per acre wordt voor
lopig op 10,4 ton geraamd. Dat is 26 ton per hectare.
Verleden jaar bedroeg de produktie eveneens 10,4 ton
per acre.
Volgens de jongste ramingen van het ministerie van
landbouw in Dublin zal het aardappelareaal in de Ierse
Republiek dit jaar 122.500 acre (49.000 hectare) bedra
gen. Dat is 14.500 acre (5800 hectare) minder dan ver
leden jaar. Verleden jaar bedroeg de produktie 9,8 ton
per acre (24,5 ton per hectare). Verwacht wordt dat de
oogst dit jaar iets kleiner zal uitvallen.
van de hoofdoogst 341.700 hectare tegen verleden jaar
355.500 hectare. De opbrengst per hectare wordt op 21,9
ton geraamd tegen verleden jaar 21,6 ton.
Uit België is vernomen dat het areaal voor consump
tie-aardappelen daar op 46.600 hectare wordt geraamd
tegen een areaal van 42.566 hectare vorig jaar. Het mi
nisterie van landbouw in Brussel verwacht dat de oogst
1,22 miljoen ton zal bedragen. In het afgelopen jaar
werd 1,40 miljoen ton geproduceerd. Het Belgische ver
bruik bedraagt ongeveer 1,2 miljoen ton zodat heel wei
nig voor export beschikbaar is. De buitenlandse vraag
is trouwens te verwaarlozen doordat ook in de omrin
gende landen voldoende geproduceerd wordt.
Het Italiaanse centrale bureau voor de statistiek schat
dat de hoofdoogst van consumptie-aardappelen in Italië
dit jaar 3,55 miljoen ton zal opleveren tegen een pro
duktie van 3,97 miljoen ton in het afgelopen jaar. Het
areaal bedraagt ongeveer 258.995 tegen 305.800 hectare.
Het ministerie van landbouw in Athene verwacht dat
de Griekse aardappeloogst dit jaar 828.000 ton zal be
dragen tegen 717.000 ton in 1969. Het areaal bedraagt
naar schatting 54.800 tegen 50.800 hectare.
De laatste officiële raming van de Noorse aardappel
oogst 1970 dateert van eind 1969 en bedroeg 760.000 ton.
In handelskringen wordt echter verwacht dat de pro
duktie meer dan 900.000 ton zal bedragen. De oogst 1969
bedroeg volgens het centrale bureau voor de statistiek in
Oslo 721.000 ton.
Volgens een woordvoerder van de Deense exportcom
missie voor aardappelen is de produktie per hectare in
DE BIJDRAGEREGELING VOOR DE GROENVOEDERGEWASSEN
Zoals bekend is door het bestuur van het O. en S.-
fonds een bijdrageregeling getroffen voor het bevorde
ren van structuurverbeteringen bij de teelt en de verr
werking van groenvoedergewassen die worden verwerkt
door groenvoederdrogerijen.
Om voor de bijdrageregeling in aanmerking te komen
moet door de boer, hetzij individueel of in samenwerking
met meer bedrijven, gedurende een periode van 5 jaar,
namelijk de oogstjaren 1971 tot en met 1975, een aan
eengesloten oppervlakte groenvoedergewassen (luzerne,
klavers, raaigrassen van kunstweiden en snijmais) wor
den verbouwd. De opbrengst van deze gewassen moet
worden geleverd aan een drogerij, die aangesloten is bij
een pas opgerichte overkoepelende organisatie; de Ver
eniging voor Groenvoederdrogerijen in Nederland
(V.G.N.).
De bijdrage van het O. en S.-fonds zal bedragen:
oogst 1971 350,p/ha met een max. v. 7000.p/bedrijf
oogst 1972 300,p/ha met een max. v. f 6000 p/bedrijf
oogst 1973 250,p/ha met een max. v. 5000 p/bedrijf
oogst 1974 200,p/ha met een max. v. 4000 p/bedrijf
oogst 1975 150,p/ha met een max. v. 3000 p/bedrijf
Voor de teelt en de levering van de groenvoederge
wassen zullen contracten met een looptijd van 5 jaar
•met de groenvoederdrogerijen moeten worden afgesloten,
terwijl er de gelegenheid is om van 1 december 1970 tot
1 maart 1971 de aanvrage om subsidie bij de districts
bureauhouder in te dienen.
De nieuwe V.G.N. heeft voor de levering in 1971 van
luzernegewas aan de drogerijen de volgende aan telers
te betalen prijzen geadviseerd:
voor een vol gewas:
a. 8 cent per kg gedroogd produkt, of
b. 950,per ha, met dien verstande dat de droge
rij in het voorjaar de gelegenheid heeft om in ge
val van een niet geslaagd gewas de aan teler uit
te betalen priis te bepalen op 8 cent per kg ge
droogd produkt.
voor jong ingezaaide percelen:
a. eveneens 8 cent per kg gedroogd produkt, of
b. 750,per ha.
Het Landbouwschap is met deze adviesprijzen akkoord
gegaan.
Daarboven zal aan de telers, voorzover zij daarvoor
in aanmerking komen, de hiervoor genoemde bijdrage
van het O. en S.-fonds worden uitbetaald.
De V.G.N. is thans bezig met het opstellen van alge
mene voorwaarden voor de in het kader van de bijdrage
regeling af te sluiten contracten.
AANKONDIGING LANDBOUWCURSUS
TELEAC OP BEELDBUIS
De teleaccursus „Onze landbouw nu en straks", die
op maandag 26 oktober van start gaat, zal nog enkele
malen via de televisiezender Nederland I worden aan
gekondigd en toegelicht.
Dat zal gebeuren vrijdagavond 23 oktober na het
laatste journaal en zondag 25 oktober, 's middags om
17.00 uur. De samenstellers zullen dan nader ingaan
op de inhoud en het doel van de cursus. Verder zal
er informatie worden verstrekt over de schriftelijke
begeleiding en de gespreksgroepen, waarin over de
aspecten van de lesstof van gedachten zal worden
gewisseld.
VOORBEREIDING EEG-ZAAIZAADREGELING
Reeds is medegedeeld, dat de besprekingen in Brus
sel over een EEG-regeling voor de zaaigoedmarkten
hebben geleid tot een voorstel van de Europese Com
missie aan de Raad van Ministers. Dit voorstel beoogt
allereerst een uniforme regeling voor de betreffende
markten in de EEG. De nationale beschermende maat
regelen, die lidstaten zoals Frankrijk en Duitsland nu
voor deze sector nemen, zouden dan dus moeten ver
dwijnen. Daarnaast kan volgens het voorstel een steun
bedrag worden gegeven per 100 kg van met name be
paalde soorten graszaad.
Er wordt thans ook op EEG-niveau intensief over
leg gepleegd over de uitwerking van deze regeling.
Het stemt tot voldoening, dat overleg tussen belang
hebbenden in Nederland heeft geleid tot overeenstem
ming over de gewenste opzet en uitvoering van deze
toeslagregeling. Het is voor de graszaadteelt van groot
belang, dat hierover spoedig een beslissing wordt ge
nomen en dat de regeling nog voor de oogst van
1971 van kracht zal zijn. Zekerheid is hierover niet te
geven, omdat nog niet bekend is, wanneer de Raad
van EEG-ministers dit voorstel zal behandelen.
Uit het voorstel blijkt, dat de toeslag bedoeld is voor
de telers. Voor alle zekerheid is daarom aan de kwe
kers/handelaren voorgesteld in de A.T.V.-L. op te ne
men, dat zowel de vaste als de participatie-prijzen
exclusief de eventuele EEG-graszaadtoeslag zijn. Zo
lang dit niet als een algemene clausule in de A.T.V.-L.
is vastgelegd zal iedere teler daarop bij het afslui
ten van een kontrakt dienen te letten.
Moch het bovenstaande in verband met de binnen
kort af te sluiten graszaadkontrakten voor de eerst
komende graszaadoogsten aanleiding geven tot vragen,
dan kunt u zich wenden tot de Nederlandse Kon-
trakttelersvereniging van de drie C.L.O.'s (N.K.T.V.),
Raamweg 26, 's-Gravenhage, telefoon 070656920.
AANMELDING KANDIDATEN VIJFDE TOP-KADERCURSUS OPENGESTELD
De eerste aanmeldingen van aspirant-deelnemers
voor de vijfde Top-Kaderkursus zuidwesten zijn in
middels ontvangen. Evenals bij de vorige kursus be
sloot de kommissie de aanmeldingsformulieren vroeg
tijdig aan de deelnemende organisaties toe te sturen.
Zij doet dit om de uitverkoren deelnemers (land- en
tuinbouwjongeren in het zuidwesten) tijdig op de
hoogte te kunnen stellen van hun deelname aan de
kursus. Doublures met andere kursussen waarvoor
de kursisten zich zouden kunnen opgeven, worden
hierdoor vermeden. De deelnemende organisaties
kunnen uit hun werkgebied aspirant-deelnemers
voordragen tot 1 januari 1971. Uit deze voordracht
zal een selekte groep van 25 jongeren worden sa
mengesteld.
De kursus zal plaatsvinden in januari/februari
1972 er. 1973. Een aantal prominente deskundigen
stellen hun kennis en tijd beschikbaar om als docent
of inleider tijdens de acht internaatsweken hun bij
drage te leveren voor de vorming en ontwikkeling
van toekomstige bestuurders.
Het oecumenisch vormingscentrum „Hedenesse" in
Cadzand verzorgt de koördinatie en praktische uit
voering van de kursus. Het programma omvat studie
van de algemene- en bedrijfsekonomie, rechts- en
wetskenis, landbouwpoliieke onderwerpen, landbouw
beleid, waterschapswezen, vergadertechniek enzo
voorts. Ook wordt geruime aandacht besteed aan
maatschappelijke en kulturele vorming. In de tussen
liggende zomerperiode wordt een drie-daagse exkur-
sie georganiseerd, welke gezien moet worden als on
derdeel van de kursus. Na afloop van de eerste kur-
susperiode worden de kursisten een tentamen afge
nomen en na de tweede periode (tevens af f sluiting
van de kursus) een examen. Het maken van een
werkstuk vormt de basis voor dit examen.
Het Top-Kadervormingswerk is mede gericht op
de voorziening in een behoefte aan kaderverjonging
die zich vooral aankondigt in hogere bestuurlijke
kolleges van diverse organisaties. Om een versnelde
doorstroming van jongere bestuurders naar deze kol
leges mogelijk te maken is een doelgerichte vorming
en scholing nodig.
Tot dusver waren de kursussen een sukses. In de
komende winterperiode zal de 4de kursus worden
afgerond. Hieraan nemen 23 jongeren deel. De uit
voerende kommissie van de Top-Kaderkursus bestaat
uit vertegenwoordigers van landbouworganisaties,
jongerenorganisaties en het land- en tuinbouw coöpe
ratie centrum voor zuidwestelijk Nederland.
NIEUWE MOGELIJKHEDEN VOOR O M. H.T.S.-ERS OM UNIVERSITAIR TE GAAN STUDEREN
Een attente lezer uit de kringen van het Hoger
Beroeps Onderwijs, heeft mij naar aanleiding van de
artikelen over het schriftelijk onderwijs verzocht aan
dacht te besteden aan het z.g. colloquium doctum.
Gaarne wil ik aan dit verzoek voldoen.
Sinds kort bestaat de mogelijkheid dat een gediplo
meerd H.B.O.-er, onder bepaalde voorwaarden toe
lating kan krijgen tot de tentamens en examens van
de faculteiten waar hij voorheen een H.B.S.-diploma
e.d. voor nodig had.
Voorbeeld: o.a. H.L.S.-ers die niet in het bezit zijn
van een getuigschrift, hetwelk hen toelating verleent
tot de tentamens en examens van een bepaalde facul
teit, kunnen aan de Minister van Onderwijs en Weten
schappen verzoeken tot deze examens en tentamens
te worden toegelaten. Een leeftijdsgrens is niet ge
steld, men moet alleen gediplomeerd H.B.O.-er zijn.
De Minister kan de toelating verlenen op grond
van een verklaring van de senaat van de universiteit
of hogeschool, dat zij bij een door de senaat ingesteld
onderzoek (het z.g. colloquium doctum) blijk hebben
gegeven voldoende algemene ontwikkeling en ge
schiktheid voor het volgen van de gekozen studie te
bezitten.
Wat dat „onderzoek" (examen) inhoudt, hanigt af
van de studierichting en hogeschool of universiteit die
men kiest. Een oriëntatie vooraf is wenselijk. In be
paalde gevallen is voor H.B.O.-ers dus de mogelijk
heid geschapen om zonder H.B.S.- of Gymnasium
diploma, na een aanvullend examen een studie te
kiezen die niet op het vlak van „Wageningen" of
„Utrecht" ligt. In zoverre is dit bovenstaande een
aanvulling op mijn onderwijsartikelen.
COLLOQUIUM DOCTUM VOOR PERSONEN
VAN 30 JAAR EN OUDER
Dezelfde mogelijkheden die H.B.O.-ers hebben, on
geacht hun leeftijd, hebben ook personen van 30 jaar
en ouder die gèèn H.B.O.-opleiding hebben. In zèèr
speciale gevallen kunnen ook zij d.m.v. een aanvul
lend examen, het z.g. colloquium doctum toegang krij
gen tot de universitaire examens.
Dat men dan van goede huize moet komen spreekt
vanzelf. Men zal b.v. aan moeten tonen dat men in
een bepaalde richting zeer deskundig is.
Om volledig te zijn: Op de Landbouwhogeschool te
Wageningen kan men reeds vanaf 25-jarige leeftijd
een colloquium doctum afleggen. Wageningen is dus
een uitzondering op de regel dat men dertig jaar moet
zijn om een colloquium af te mogen leggen.
J. C. SNEEP
docent aan de opleiding
voor Gemeente, en
Provincieambtenaren
aan de Bestuursschool
„Utrecht".