Openingsrede
r
VRIJDAG 26 JUNI 1970
58e Jaargang No. 3037
officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
zlm
land
en tuinbouwblad
In dit nummer o.m.:
Het volledige verslag
van de Algmene Vergade
ring Pag. 1 t/m 10
Uit de praktijk pag. 11
Onderzoek
kens
slachtkui-
pag. 14
Het storten van bieten
langs de wegen pag. 15
C.A.O land- en tuin
bouw Zeeland 19701971
pag. 1&
Verwerking en gebruik
krppemest pag. 18
V.__
van de heer Ir. J. Prins, voorzitter der Z.L.M., uitgesproken op de Algemene Vergadering der Z.L.M.
op vrijdag 19 juni 1970 te Roosendaal.
CEN wijsgeer heeft eens een onderscheid
gemaakt tussen beslissingen die voort
vloeien uit logisch denken en die voortkomen uit
menselijk denken. Hij lichtte dit toe aan de hand
van een kleine gebeurtenis, waarin een dochter
haar vader had gevraagd om te mogen studeren.
Deze vader zond haar een brief, waarin hij haar ten
eerste, ten tweede en ten derde meedeelde haar dit
niet te kunnen toestaan. Redenen die berustten op
gezonde konsekwente logica, die niet te weerleg
gen was. Hij kon het financieel niet goed rond krij
gen, daar moeder ziek was, enz.
Na de brief ondertekend te hebben schreef hij er
een regeltje onder: „vooruit dan maar, reken er
maar op dat je in de herfst kunt gaan studeren; ik
zal wel zien er een mouw aan te passen."
ET verhaaltje is ongetwijfeld wat eenvoudig
voor deze gecompliceerde wereld. Ook de
tendens dat het logische en het menselijke moeilijk
te verbinden grootheden zouden zijn, zullen we
maar zo niet willen onderschrijven.
Maar het menselijke spreekt ons aan en het is
voor velen vaak moeilijk dit te ontdekken in alle
regelingen en besluiten, mede door een soms ver
stikkende uitvoering. Bovendien niet alleen de men
selijke beweegredenen maar ook de logische argu
menten schijnen vaak af te glijden, zowel bij de ene
als bij de andere partij. En beslissingen laten maar
al te vaak op zich wachten of blijven geheel uit.
Ligt hier ook niet een kern van onbehagen dat zich
ook in onze kring manifesteert? Een onbehagen dat
zich versterkt als er abnormale risico's op de men
sen afkomen, zoals in de fruitteelt en ook wanneer
de meer natuurlijke risico's van land- en tuinbouw
toeslaan.
Soms is dat structuurbederf, dan weer een ziekte,
vaak is het te overvloedige regen en nu is het de
langdurige droogteperiode. Voor bepaalde delen
van Groningen schijnt de toestand catastrofaal te
zijn. In ons gebied zouden we de situatie een en
ander afhankelijk van gewas, grondslag en stuctuur
als moeilijk tot precair kunnen schetsen. Hier
door zouden er een toenemend aantal bedrijven in
ons werkgebied zijn die in grote moeilijkheden ko
men. Er worden nu reeds opbrengsten geraamd van
1/2 tot 1/3 van en normale oogst. Veehouders moe
ten reeds bijvoeren en de kleinfruittelers ondervin
den een ernstige terugslag. En ook in de bollencul-
tuur in ons gebied schijnt de toestand precair tot
catastrofaal te zijn! Zelfs de bedrijven die er tot nu
toe redelijk zijn doorgekomen moeten er mee
rekening houden, mede door het late zaaiseizoen,
dat goede oogsten ook daar niet meer mogelijk zijn.
Als de regen nog lang uitblijft zullen wij ook voor
diverse bedrijven van een catastrofale situatie
moeten gaan spreken. En dit alles dan vergadering,
terwijl de marge zodanig is dat eigenlijk steeds op
zeer hoog niveau moet worden geproduceerd!
ONVERANTWOORDE POLITIEK
/WIET betrekking tot de „normale" economische
gang van de landbouwbedrijven zijn het de
niet af te wentelen gevolgen van de inflatie, die de
moeilijkheden aanbrengen. De kostenstijgingen, die
hiervan het gevolg zijn, worden al jarenlang op
geen enkele wijze verdisconteerd in het prijsbeleid
wat gevoerd wordt.
Vorige week werd bekend dat het huidige beleid
weer voor een jaar is verlengd. Afgezien van een
zacht gezegd wat late mededeling zo ver in het
seizoen, zijn het ook anderszins met recht gemeng
de gevoelens die ons bezighouden over dit besluit.
Sommigen zullen, gezien de voorstellen met prijs
verlaging die ter tafel lagen en de reactie van een
enkele Minister de Nederlandse voorop ver
licht ademhalen. Anderen reageren hun opluchting
in blijvende verontwaardiging af door de vraag te
blijven stellen hoe men een bevolkingsgroep een
inkomensverlaging voor durft te leggen, terwijl die
groep door de aard van zijn bedrijvigheid met de
regelmaat van de klok toch al dieptepunten op moet
vangen. Weer anderen blijven teleurgesteld en
tot deze groep rekenen we onszelf doordat men
in de E.E.G. nog steeds geen serieuze basis wil leg
gen ten aanzien van het prijsbeleid. Indien men 'im
mers het prijsbeleid ten aanzien van de enkele ba
sisproducten die hieronder vallen een functie wil
geven in het streven naar een redelijk inkomen
voor verantwoorde bedrijven, kan de nu gevolgde
procedure een naam die de gevolgde handel
wijze eigenlijk niet verdient onmogelijk worden
voortgezet.
In een beginfase moet men om tot een bepaalde
samenwerking te komen wel eens slikken en accep
teren dat besluiten meer met het timmermansoog
worden bepaald dan zakelijk verantwoord worden
vastgesteld.
Het politieke water in de wijn van het inkomen
blijven doen, de politieke overwegingen als een
waan van iedere dag stellen boven de zakelijke on
dergrond, ten aanzien van dit stuk van het E.E.G.-be
leid is niet meer verantwoord en niet nodig.
Bovendien de wijn is na moeizaam beraad inmid
dels ook gereglementeerd in de E.E.G. en de onder
handelingen met Engeland en een aantal Scandina
vische landen staan voor de deur. Is dit nu niet het
moment zo vragen wij ons af om dit stuk land
bouwbeleid te onderstoelen met gegevens van
rentabiliteit en kostenontwikkeling. Wij menen dat
zowel onze oude kostprijsberekening van goedge-
leide sociaal-economische verantwoorde bedrijven
als het jaarlijks rapport, dat in Engeland als basis
dient om de toeslagen vast te stellen voor die pro-
dukten die tegen wereldmarktprijzen binnenkomen,
een goed aanknopingspunt zouden geven voor een
open en eerlijk systeem.
Wij hopen dat de georganiseerde landbouw in
Europa, zoals dat in het Copa verenigd is, samen
met met name de Engelsen duidelijk hun visie hier
over formuleren, zodat een vergrote E.E.G. ook voor
de boer behalve met een afzetperspectief ook met
een beleidsperspectief kan starten De afgelopen
periode heeft duidelijk laten zien dat de handelwijze
tot nu toe grote onzekerheden geeft. Een louter po
litiek uitzicht op dit stuk van zaken is gebleken een
slecht uitzicht te zijn.
(Zie verder pagina 3.)