INVLOED EN GEZAG
officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabanv
VRIJDAG 15 MEI 1970
58e Jaargang No. 3031
In dit nummer o.m.
Uit de praktijk
Pagina 5
Jaarverslag Onderlinge
Verzekering Mij der ZLM
Pagina 7 t/m 11
Aandacht voor proble
men thuis Pagina 17
De teelt van stamsla-
bönen Pagina 18
Koudglasaardbeien in
Noord-Brabant Pagina 20
Kalvermesters
Pagina 22
Varkens mesten is
vakmanschap Pagina 23
Eierprijzen opnieuw ge
zonken Pagina 27
E.E.G.-regeling granen
Pagina 28
Donderdag j.l. vierde de heer P. J. 1. Dekker, vice-voorzitter onzer Maatschappij, zijn 70e verjaar
dag. Tijdens een feestelijke bijeenkomst en receptie te Wemeldinge mocht de heer Dekker uit alle
sectoren en instellingen waarin de jubilaris vooraanstaande functies inneemt en heeft ingenomen vele
gelukwensen in ontvangst nemen. Aan de rede waarmede prof. mr. J. M. Polak de heer Dekker toe
sprak ontlenen wij enkele passages.
VA/ANNEER ik goed zou kunner^ tekenen zou ik
vv de heer Dekker met een been op de glooiing
van een dijk en met het andere in een boomgaard
schetsen. Als achtergrond van een dergelijke teke
ning dan het torentje van Wemeldinge, de silo van
de Coöperatie in Wemeldinge, de boerderij Maal-
kote, een schip met kunstmest en een veilingklok.
Op deze tekening zou de heer Dekker in mijn ge
dachten dan verder een pak papier, bestaande uit
koop- en pachtcontracten e.d. vasthouden.
Aldus ontleende prof. mr. J. M. Polak in het slot
van zijn huldigingsrede, bovenstaande kenschet
sing van de heer P. J. J. Dekker, aan de woorden
van ir. M. A. Geuze vastgelegd in de notulen van
de vergadering van het D.B. der ZLM van 15 mei
1961. Een huldiging die donderdag j.l. 14 mei te
Wemeldinge plaats vond tijdens een feestelijke bij
eenkomst in verband met de 70e verjaardag van
de heer P. J. J. Dekker.
ALS iets mij bij het voorbereiden van deze
rede duidelijk is geworden is het wel dit:
P. J. J. is een integrerend bestanddeel van het
Zeeuwse landbouworganisatiepatroon, aldus prof.
mr. Polak. En dat niet alleen. Zijn invloed en be
tekenis reiken verder. Van de 70 jaren agrarische
belangenbehartiging in lokale, regionale en natio
nale wisselwerking die ik heb belicht heeft hij er
zeker 45 met ere voor zijn rekening genomen! Prof.
mr. Polak doelde hiermee op zijn rede: „Zeventig
jaren agrarische belangenbehartiging in lokale, re
gionale en nationale wisselwerking", waarin hij uit
voerig de situatie in de landbouw vanaf het jaar
1900 belichtte. Aan de hand van een indeling van
een vijftal perioden werd door hem het wel en wee
van de landbouw en de vele zaken die hiermede
ten nauwste samenhangen belicht. Het water
schapswezen en de concentratie, de aankoopco-
operatie, de organisaties, de crisis, de 2e wereld
oorlog, de landbouwpolitiek, enz. enz.
Een goed verstaander heeft maar een half woord
nodig, zo zei prof. mr. Polak. Mijn schets heeft al
heel wat over de heer Dekker onthuld. In vele or
ganisaties die ik ter sprake bracht, heeft hij belang
rijke functies gehad. Op tal van plaatsen komt men
hem tegen.
7EKER 45 belangenbehartigende funkties heeft
de heer Dekker voor zijn rekening genomen,
want al in 1925 treedt hij op de voorgrond. Bij de
opening van de landbouwtentoonstelling te Kruinin-
gen heeft hij, toenmaals secretaris van de Kring
O. Zuid-Beveland van de ZLM, reeds van zijn bij
zondere organisatorische gaven blijk gegeven. Ver
schillende vrienden en bekenden die mij over hem
hebben willen berichten, hebben o.m. verhaald hoe
hij er voor heeft gezorgd dat 's morgens vroeg het
terrein dat als gevolg van een tropische regenval
in een modderpoel was veranderd, weer toegan
kelijk en begaanbaar werd gemaakt.
Staan dus invloed en betekenis van de jubilaris
wel vast, de onderzoeker wil een verklaring. Hij
wil weten hoe het komt dat die invloed en bete
kenis zo groot zijn, welke bijzondere karakter
eigenschappen, afzonderlijk of in combinatie, dat
succes hebben bewerkstelligd. Eigenlijk zou hij nog
verder willen gaan en willen analyseren hoe, in
deze sector van de contemporaine geschiedenis, de
verhouding is tussen zakelijke componenten als so
ciale, economische en ideologische ontwikkelingen
enerzijds en louter persoonlijke invloeden ander
zijds.
U moet van mij niet verwachten dat ik in staat
ben die vragen te beantwoorden. Wel wil ik een
poging doen aan de hier bedoelde wetenschappe
lijke nieuwsgierigheid enigszins tegemoet te ko
men. Het kan overigens best zijn dat ik die nieuws
gierigheid alleen maar prikkel en dat ik enkel
nieuwe vragen opwerp. Dat moet U dan maar voor
lief nemen. Beoefenaren van wetenschap kunnen
het nu eenmaal niet laten vragen door nieuwe te
vervangen en zo voortdurend bezig te blijven en
zich onmisbaar te maken.
(211e verder pagina 3)
land
en tuinbouwblad