3 plus voor graszaadteelt bij Van der Have Over pootgoed, kiembeschadiging en aantal stengels „Kleine" gewassen en rentabiliteit GOEDE RASSEN HOGE GARANTIEPRIJZEN DESKUNDIGE TEELTBEGELEIDING UW GRASZAADTEELT HEEFT RESULTAAT ALS VAN DER HAVE ER ACHTER STAAT D. J. VAN DER HAVE n.v. 5 (VP de Landbouwstudiedag te Dirksland ston- ^den enkele teelten, die tot de „kleine gewas sen" gerekend worden, centraal. Bij de bespreking ging het erom een antwoord te vinden op de vol gende vragen: 1. Bieden deze gewassen mogelijkheden tot ver ruiming van de vruchtwisseling? 2. Passen deze gewassen arbeidstechnisch in het bedrijf 3. Wat zijn de perspectieven tot verbetering van het bedrijfsresultaat Achtereenvolgens spraken diverse inleiders over de teelt van spinazie, stamslabonen, doperwten en tuinbonen voor conserven. Tevens werd de teelt van korrelmais belicht. Aan het verslag van deze studiedag, opgenomen in „Bedrijfsvoorlichting" Zuid-Holland, verzorgd door de heer J. J. Walrave van het Consulent schap Barendrecht ontlenen wij de volgende op Flakkeese omstandigheden gebaseerde gegevens. De saldibedragen die voor de verschillende gewas sen berekend werden, kunnen echter ook voor Zeeuwse en Noord-Brabantse akkerbouwbedrijven het weten waard zijn DE VRUCHTOPVOLGING ^OALS bekend behoren de meeste van boven genoemde gewassen tót de familie der vlin derbloemigen, welke een gunstige invloed uitoefe nen op de bodemvruchtbaarheid. Uit dien hoofde verdienen zij meer aandacht. Een belemmerende factor voor een te sterke uitbreiding is de vatbaar heid voor verschillende ziekten. Vooral daar en kele hiervan een besmettingsgevaar inhouden voor andere gewassen, die een belangrijke plaats in het bouwplan innemen. Voor de niet-vlinderbloe- migen in dit gezelschap is voor Flakkeese omstan digheden de relatie spinazie-bietencystenaaltje en de vatbaarheid van mais voor het stengelaaltje van belang. DE ARBEID f\E meeste van de hier besproken gewassen zijn afkomstig uit de tuinbouw. Teelt in grotere eenheden is mogelijk geworden door: a. veranderingen in de zaai- en planttechniek; b. toepassing van chemische middelen bij de on kruid bestrijding; c. mechanisatie van het oogstwerk. Als gevolg van deze ontwikkelingen blijft het benodigde handwerk meestal beperkt. De totale arbeidsbehoefte is ongeveer te vergelijken met die voor granen. Het tijdstip van oogsten luistert vrij nauw. De bepaling van dit tijdstip en de uit voering van het oogstwerk zijn voor de conser- vengewassen als regel in handen van het con tracterende bedrijf. De oogst van mais valt in een ongunstige tijd voor de akkerbouwer. Dit is één van de oorzaken, waarom het aanbeveling ver dient de teelt in groepsverband te bedrijven. DE RENTABILITEIT AM vast te stellen in welke mate de hier be- sproken gewassen bijdragen tot de vorming van het bedrijfsresultaat, werden ook geldop- brengsten en direkte teeltkosten onder normale omstandigheden genoemd. Als deze kosten van het opbrengstcijfer worden afgetrokken, ontstaat het saldo, dat als maatstaf dient. In onderstaande tabel zijn de saldi van een aantal gewassen met elkaar te vergelijken. Bij nadere beschouwing van deze cijfers is het zonder meer duidelijk, dat van „de nieuwelingen" geen verhoging van het inkomen mag worden verwacht. De saldi liggen ongeveer op het niveau van dat voor zomergerst. Vandaar dat ir. A. J. Louwes in zijn slotconclusies tot de vraag kwam, of er voor Flakkee geen andere gewassen te vin den zijn, die financieel interessanter zijn. Overzicht van diverse gewassen en bijbehorende saldi. Gewas Saldo in guldens p. ha Consumptieaardappelen (veldgew. verkopen) 1620 Suikerbieten (oogsten door loonwerker) 1790 Wintertarwe (oogsten door loonwerker 1285 Zomergerst (oogsten door loonwerker) 970 Spinazie (oogsten door contractfirma) 1230 Samslabonen (oogsten door contractfirma) 995 Doperwten (oogsten door contractfirma) 1065 Tuinbonen (oogsten door contractfirma) 1180 Korrelmais (oogsten door telerscombinatie) 950 Capaciteit mag niet uit de lengte, maar moet uit de breedte komen. Het moment van aardappelpoten komt steeds dich ter bij. Meer en meer vier- en zesrijige pootmachines worden ingezet, om wanneer het goede moment daar is, ook slagvaardig te kunnen zijn. Het is goed, dat iedereen beseft van welk groot belang het is om in een tijd van arbeidsschaarste toch de gewenste ver hoging van man. en machineproduktiviteit te berei ken. Maar elke medaille heeft twee kanten! Aldus D. Hartmans van het P.O.C.-C.E.R.B.E. Zuid-Holland in „Bedrijfsvoorlichting". J^E laatste jaren krijgen we de indruk dat enkele zeer belangrijke onderdelen bij het poten wel eens wat teveel naar de achtergrond zijn geschoven. Wij doelen hierbij op kiembeschadiging bij het poten, BESTRIJDING AARDAPPELMOEHEID Bijdragen uit O.- en S.-fonds voor grondontsmetting Nogmaals vestigen wij de aandacht op de bij drage van f 250,per ha die door het bestuur van de Stichting Ontwikkelings- en Saneringsfonds voor de landbouw dit jaar weer kan worden ver leend in de kosten van grondontsmetting met D.D. Dit ter bevordering van het nieuwe beleid ter voor koming en bestrijding van aardappelmoeheid. In totaal zal in Nederland slechts 550 ha hiervoor in aanmerking komen. In gebieden waar geen machi nes voor grondontsmetting aanwezig zijn, bestaat de mogelijkheid een aanvraag in te dienen voor een bijdrage in de aanschaf van iniecteurs. Er zal slechts voor enkele machines een bijdrage kunnen worden verleend. Aanvragen vanuit N.-Brabant dan wel Zeeland om een bijdrage voor 1970 in de kosten van grond ontsmetting of aanschaf van een injecteur MOE TEN VOOR 1 MEI A.S. worden ingediend respec tievelijk bij de H.I.D. voor agrarische bedrijfsont wikkeling, Nieuwlandstraat 42A te Tilburg dan wel de H.I.D. te Goes, „Landbouwcentrum", Westsingel 58. de stengelverdeling in het gewas en het aantal sten gels per vierkante meter. Het kan nuttig zijn hier in het kort nog iets over te zeggen. Bij het poten van niet-voorgekiemd pootgoed kan weinig kiembeschadiging bij het poten optreden, ten zij men er onvoldoende in geslaagd is de kieming ge durende een regenperiode af te remmen. Bij goed voorgekiemd pootgoed, waarvan de aardappelen van korte, taaie kiemen zijn voorzien, moet men bij het machinaal poten zeer voorzichtig te werk gaan, wat wil zeggen géén gooi- en smijtwerk bij het vullen van de voor- raadbakken; een zeer precieze afstelling van het toevoerscherm naar de pootketting; een rustige rijsnelheid, waarbij niet sneller dan 4 km per uur mag worden gereden. KAPELLE Telefoon 01 102 - 14 41' - - - V Pootgoed in de maat 35/45 geeft, wanneer het zon der kiembeschadiging in de grond is gebracht en goed is voorgekiemd, meestal 4 tot 7 hoofdstengels. Het valt elk jaar weer op dat het aantal hoofdstengels per plant op veel bedrijven varieert van 112 hoofdsten gels. En dat heeft een oorzaak: kiembeschadiging bij het poten. Gevolg: onvoldoende stengels per m2, géén topop- brengst, matige sortering. Als u het pootgoed dit voorjaar goed in de grond brengt, mag u rekenen op een gemiddelde van 5 6 stengels per plant. Hoeveel stengels per m2 hebt u echter nodig om tot een goede opbrengst te komen bij de teelt van consumptie-aardappelen? Wij denken aan circa 20 per m2. Dat is dan 200.000 stengels per ha. Maar dan moet er ook een goede regelmaat zijn in die 20 stengels per m2 en daar kun nen u en uw personeel veel aan doen. Nee, daar moe ten u en uw personeel uw uiterste best voor doen. Tenslotte een aantal grondregels: 1. Bewerk uw grond doordacht, niet te fijn, niet te vroeg. 2. Spaar uw grond tijdens het poten door alle losse grond te benutten. 3. Ga bij het vullen van de voorraadbakken zeer zorg vuldig te werk. 4. Rijd langzaam bij het poten en spaar daarmee de kiemen. 5. Zorg er voor dat u door het leveren van kwali teitswerk de 200.000 stengels per ha dicht bena dert. Dit laatste houdt tevens in dat uw pootafstand in de rij bij een rijenafstand van 75 cm omstreeks 36—» 38 cm dient te zijn.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1970 | | pagina 5