Algemene vergadering
N.K.T.V.
Groenteconserven-
industrie vraagt om
grotere arealen
4
HET EUROPESE RIOOL EN DE E.E.G.-SAMENWERKNG
Het Nederlandse parlement verdiept zich thans
nogal diepgaand in de vervuiling van het water.
Voor een deel heeft dat betrekking op wat we in
eigen land lozen op allerlei wateren, maar een be
langrijk deel van de vervuiling van het water is
import, met name van de Rijn.
De affaire met het endosulfan, die een kolossale
opruiming hield onder de vissenstand in deze vuilste
der Europese rivieren, heeft er vorig jaar nog eens
de aandacht op gevestigd. Dat was een uitschieter,
waarbij we echter niet moeten vergeten dat er dag
in dag uit maar dan een beetje meer verdund
tonnen en tonnen viezigheid door de Rijn naar zee
spoelen. Waarbij Nederland het bedenkelijke voor
recht heeft helemaal benedenstrooms te zitten en
de grootste concentratie te mogen meten.
Sinds jaar en dag weten we ook dat de voor
naamste vervuiling ongelukken met verdelgings
middelen daargelaten komt van de Franse zout
mijnen, een eerste object om aan te pakken. Daar
komt dan bij wat er verder in de loop der tijden
langs de Rijn logisch want dat was de ideale
transportweg aan industrie is gevestigd.
De Franse wetgeving houdt zich amper met de
Rijn-vervuiling bezig, wat'ook best te verklaren is:
de rivier raakt evens de grens en verdwijnt dan
weer naar andermans gebied, de problemen ook
aan anderen toebedelend.
De Duitse wetgeving blijkt ervan uit te gaan dat
geen chemische en andere industriële activiteit
ontwikkeld kan worden zonder afval te veroorza
ken en is daarom ook niet al te streng, al ver
andert dit langzamerhand wel enigszins doordat
zij gebrek krijgen aan oppervlaktewater dat nog
gezuiverd moet worden om aan de groeiende be
hoefte aan leidingwater te beantwoorden.
Het merkwaardige is nu dat de Rijn op een klein
stukje Zwitserland na, waar overigens vooral vlak
voor de Rijn het land uitgaat ook het nodige vuil
wordt gestort, geheel door gebied loopt dat tot de
Europese Economische Gemeenschap behoort.
We zouden zeggen, dat hier nu een fraaie taak
van gemeenschapszin kon liggen, maar dat is voor
lopig nog een droom. En een kleine noot om ieder
eraan te herinneren dat de E.E.G. nog maar pas
een heel, heel klein eindje op weg is naar zijn
ideaal. De land- en tuinbouw weet daar trouwens
maar al te goed van mee te praten!
Pachtnormen fruitteelt
GEEN BEVOORRECHTING
VAN DOMEINGRONDPACHTERS
De minister van financiën zou het onjuist ach
ten, fruittelers op staatsgronden, wat de hoogte
van de pachtprijzen betreft, in een gunstiger po
sitie te brengen dan de pachters, die fruitteelt-
gronden van particuliere eigenaren pachten.
Dit deelt minister prof. dr. H. J. Witte veen.
tevens namens zijn ambtgenoot van landbouw en
visserij, mede in antwoord op een vraag van de
heren S. van der Ploeg en Vondeling. Beide Ka
merleden hadden namelijk gevraagd, of de minis
ters bereid zijn het gedeelte van de prachtprijs
van fruitteeltbedrijven op Domeingronden, dat
uitgaat boven de pachtprijs van vergelijkbare'ak
kerbouwbedrijven, te laten vallen, zulks in ver
band met de uitermate slechte bedrijfsresultaten
van de laatste tijd.
Minister Witteveen herhaalt in dit verband nog.
hetgeen minister Lardinois reeds op 4 maart in
de Eerste Kamer mededeelde, dat de Commissie
van advies voor het grond- en pachtprijspeil zich
op korte termijn zal beraden over een herziening
van de pachtnormen, waarover ook het Land
bouwschap zal dienen te worden gehoord. De mi
nister van landbouw en visserij is voornemens
bij deze herziening de pachtnormen voor fruit-
teeltgronden afzonderlijk te bezien.
QNLANGS 'hield de Nederlandse Kontrakttelers
Vereniging van de 3 C.L.O.'s (N.K.T.V.) haar
jaarvergadering. Naar aanleiding van het jaarverslag
werd o.m. gesproken over actuele onderwerpen van
de diverse produktencommissies. Door enkele afge
vaardigden werd opgemerkt, dat in de berichtgeving
over de graszaadkontrakten, mede naar aanleiding van
een ingezonden stuk, het accent wat te veel is komen
te liggen op het all-in kontrakt, omdat met name voor
de duurdere soorten een participatiekontrakt voor de
teler aantrekkelijker kan zijn. In de voorlichting aan
de telers moeten alle mogelijkheden met hun voor- en
nadelen zo duidelijk mogelijk worden genoemd. De
telers kunnen dan zelf nagaan, eventueel met behulp
van de Adviesdienst van de vereniging, welke moge
lijkheid voor hun het beste is. Ook werd door een
afgevaardigde opgemerkt, dat het te betreuren is, dat
op landelijk niveau geen overeenstemming is bereikt
over de schoningskosten.
|N antwoord op vragen van afgevaardigden werd
medegedeeld, dat de Groentencommissie on
langs opnieuw heeft gevraagd aan de industrie om
een gesprek op landelijk niveau over een modelkon-
trakt voor de machinaal geoogste princessebonen.
Omdat de tijd dringt heeft de vereniging inmiddels
bij een vijftal afnemers van princessebonen inspraak
voor de teelt in 1970 verworven. Voorts wordt mede
gedeeld, dat er met verschillende afnemers van aard
appelen op kontrakt besprekingen zijn geweest en
nog op het programma staan om hun kontrakttekst
afgestemd te krijgen op de algemene modelvoorwaar-
den voor de kontraktteelt van aardappelen.
Gevraagd werd meer aandacht te besteden aan de
coördinatie van het werk van de kontaktcommissies.
Ook kwam opnieuw ter sprake het reorganisatie
plan van de vereniging. Vooral werd aandacht ge
vraagd voor een goede coördinatie tussen de N.K.T.V.
en de Hoofdafdeling Akkerbouw van het Landbouw
schap. Nadrukkelijk is aan het Bestuur gevraagd de
kontraktteelt en de produktencommissies nieuwe stijl
kritisch te blijven begeleiden. Het spreekt vanzelf, dat
voor de nieuwe produktencommissies zoveel mogelijk
gebruik zal worden gemaakt van de deskundigheid,
die in de N.K.T.V. aanwezig is. Ook door personele
unies en de samenwerking van het secretariaat wordt
coördinatie gewaarborgd. De Hoofdafdeling Akker
bouw van het Landbouwschap heeft reeds een voor
bereidende bespreking gewijd aan de in te stellen
nieuwe produktencommissies.
CONTRIBUTIES
|NZAKE de contributie voor 1970 werd het vol
gende besloten.
a. 25,voor leden met 2 ha of meer kontraktteelt
Tevens dit bedrag voor alle leden die op 1 juni
hun contributie nog niet hebben voldaan of geen
bericht hebben gestuurd.
b. 17,50 voor alle leden met minder dan 2 ha kon
traktteelt, mits de contributie vóór juni wordt vol
daan, of hiervan bericht wordt gegeven.
c. 10,voor leden zonder kontraktteelt, mits vóór
1 juni wordt betaald of hiervan bericht wordt ge
geven.
(Voor de zeer grote bedrijven geldt een afzonder
lijke regeling.)
/^LS ik U de verlangens van de groenteverwerken-
de industrie mag aangeven, dan gaan die in de
eerste plaats uit naar grotere percelen. Daardoor is
de contractteelt dan ook steeds meer verlegd van het
over het algemeen genomen kleine tuinbouwbedrijf
naar het grotere landbouwbedrijf. De vraag is in dit
verband zeer zeker gerechtvaardigd of de structuur
van de Nederlandse landbouwbedrijven in voldoende
mate aan deze verlangens tegemoet kan komen. Ik
ben van mening, dat in dit verband in Frankrijk en
België gunstiger voorwaarden aanwezig zijn. die van
invloed zijn op de concurrentiepositie van de indus
trie in die landen vergeleken met de onze.
In dit verband lijkt het mij een lofwaardig streven
in de Biesbosch, waar een 20 h 30-tal landbouwers tot
een samenwerkingsvorm trachten te geraken door in
breng van een gedeelte van de grond van hun be
drijven tot een gezamenlijk totaal oppervlak van 2
300 ha. Deze oppervlakte kan nog worden uitgebreid
tot 7 800 ha. Het ligt in de bedoeling om uitslui
tend op grote schaal groenten voor de conserven-in-
dustrie te gaan telen, door middel van contracten met
de betreffende industrie. Aldus de heer F. J. C. B.
Jansen, voorzitter van de Vereniging Ned. Groenten-
en Fruitverwerkende industrie in zijn inleiding tijdens
de voorlichtingsbijeenkomst der N.K.T.V.
Als we nu in ons land nog worden geconfronteerd
met situaties, waarbij meer dan 80 van het voor
eontractteelt gebezigde areaal gevormd wordt door
percelen, die kleiner zijn dan 2 ha, dan behoeft dit
een belangrijkè aanpassing om het volle profijt te
kunnen trekken, uit bijvoorbeeld het gebruik van rij
dende erwtendorsimachines die alleen op grote per
celen rationeel kunnen worden ingezet.'
OOK HIER CONCURRENTIEVERVALSENDE
MAATREGELEN
|N de gemeenschappelijke markt, waar de vrije
uitwisseling van het verwerkte produkt tussen
de verschillende landen een feit is, is het voor onze
industrie van belang zich te bezinnen op haar moge
lijkheden voor de toekomst, aldus de heer Jansen.
Zij zal zich rekenschap moeten geven van zowel in
terne als externe factoren, die haar concurrentie-ver-
mogen kunnen beïnvloeden. Dit concurrentievermogen
zal tot uitdrukking komen niet meer in hoofdzaak op
de binnenlandse markt, maar voor de groentenver-
werkende industrie vooral ook op de exportmarkten.
De ligging van de Nederlandse groentenverwerken-
de industrie t.o.v. belangrijke buitenlandse markten
is zeer gunstig te noemen. Bij de huidige scheme con
currentie vanuit de partnerlanden in de E.E.G. stel
len wij ons de vraag in hoeverre die wordt beïnvloed
door steunmaatregelen van de overheid, die de con
currentieverhoudingen kunnen vervalsen.
Het is ons bekend dat in het buitenland belangrijke
bedragen ter beschikking zijn gesteld voor vestiging
en uitbreiding van groentenverwerkende bedrijven.
Met name in die landen, die onze industrie hevig be
concurreren. Deze concurrentie is vaak zo scherp, dat
wij van mening zijn, dat nog andere concurrentie
vervalsende factoren een rol spelen. Het is wel zeker,
dat credietfaciliteiten daarbij eveneens aan de orde
zijn
g^E heer Jansen wees op de sterke stijging van de
Nederlandse uitvoer van verwerkte groenten
1966/1968. Deze steeg van 37 miljoen naar 118 mil
joen gulden, een stijging van 219 Maar ook de
nabuurlanden staan niet stil. De Belgische doperwten-
produktie bijvoorbeeld is volgens Vergelijkende cijfers
over de jaren 1958 en 1968 met ca 93 toegenomen;
de Franse met ca. 86y2 Percentages die hoger lig
gen dan die van de Nederlandse prod uktiestfj ging
over deze jaren. Duitse cijfers geven aan dat het daar
wat kalmer aangaat n.l. ca. 19 stijging. Bij bonen
is van een soortgelijke ontwikkeling sprake. Frank
rijk komt daarbij zelfs op een stijging van 112 f
IJE totale Nederlandse contractteelt omvat ten
minste een areaal van 15.000 ha (exclusief het
uienareaal). De meest belangrijke vraag voor de
groenteverwerkende industrie is, aldus de heer Jan
sen, of wij gezien de grondstofvoorziening ons con
currentievermogen waar zullen kunnen maken, fn dit
opzicht lopen de belangen van telers en industrie
zeer zeker parallel. Het Nederlandse klimaat is gun
stig, vakkennis aanwezig, zodat we zeker in kwaliteit
kunnen concurreren. We zullen echter veel zorg moe
ten besteden aan de selectering van geschikte rassen
die een hoge opbrengst geven van goede kwaliteit en
die er toe zullen kunnen bijdragen de periode van
oogsten zoveel mogelijk te verlengen om daarmede
de fabriekscapaciteit beter te kunnen uitnutten. Een
ander belangrijk punt is de mogelijkheid van diffe
rentiatie in het groente-pakket. Deze differentiatie in
groentesoorten moet de industrie in staat stellen haar
fabrieksinrichting een zo lang mogelijke periode van
het jaar te benutten.
Een belangrijke factor die onze concurrentiepositie
zou kunnen beïnvloeden zijn de kosten van de huur
van het land. Deze huur is in ons land aanmerkelijk
hoger dan b.v. in Frankrijk. Dit is een factor, die
zowel uw kostprijs als de onze beïnvloedt. Een ver
schil van ruim 500,per ha is zeker van betekenis.
Het is de vraag of op de duur van enige nivellering
sprake kan zijn in onze gemeenschappelijke markt.
Het prijsverloop van groentenconserven vertoont
over een lange reeks van jaren een zeker stabiel
beeld. De prijzen zijn gedurende een lange reeks van
jaren op hetzelfde niveau gebleven met slechts kleine
fluctuaties van seizoen tot seizoen. De laatste jarer,
is eerder nog een tendens tot prijsverlaging opgetre
den met name in het artikel doperwten, waarin de
internationale concurrentie het hevigst op de voor
grond treedt.
Zowel de fabrikant als de teler beeft behoefte aan
continuïteit, zowel de teler als de fabrikant moet
weten, waaraan hij toe is. De risico's, die beide par*
tijen lopen dienen zo duidelijk mogelijk te worder,
afgebakend. De in gemeenschappelijk overleg opge
stelde Algemene Modelvoorwaarden kunnen als leid
draad dienen bij de contractteelt. Ter begeleiding bij
de uitvoering in het contract in het leven geroepen
contactcommissies bewijzen goede diensten en bevor
deren een soepel verloop van zaken. De heer Jansen
sprak zijn waardering uit voor het prettige contact
In de commissiebesprekingen.