DE TEELT VAN KNOLSELDERIJ DINGEN VAN DE WEEK j C R is de laatste jaren een toenemende belang- L stelling voor de teelt van knolselderij in ons gebied. Dit jaar is de belangstelling wel bijzonder groot. Omdat er velen zijn die geen ervaring heb ben met deze teelt, leek het ons nuttig enkele al gemene aanwijzingen over deze teelt hier weer te geven. Mogelijk kan men er zijn voordeel mee doen wanneer men besluit om knolselderij te gaan telen. In de eerste plaats willen we wijzen op het be lang van een goede rassenkeuze. We gaan hier geen namen noemen, daar de streek waar men wil telen een rol bij de rassenkeuze speelt. We zou den het advies willen geven om hierover inlichtin gen in te winnen bij deskundigen en dit niet geheel over te laten aan de plantenkweker of degene bij wie men contracteert. De plantenvoorziening is een ander belangrijk punt. Een goede plant moet het uitgangspunt zijn voor de teelt. Ga daarom alleen in zee met een vertrouwde kweker die ervaring heeft. Probeer u er ook van te overtuigen dat er op z.g. verse grond gezaaid wordt. Om een grote knol te kunnen oog sten moet er vroeg worden gezaaid. Daarom is vroegtijdig bestellen van het benodigde plantma- teriaal van grote betekenis! LOVOZAL-40 NIEUW SPINTBESTRIJDINGS MIDDEL VOOR DE FRUITTEELT Ligtesmoet Chemie N.V. te Rotterdam meldt dat een nieuw spintbestrijdingsmiddel is vrijgegeven on der de naam LOVOZAL-40. Het geeft een zeer goede spintdoding, met lange nawerking, kan het gehele seizoen worden gebruikt, veroorzaakt nooit schade aan het gewas, geeft geen beschadiging van wind schermen, is ongevaarlijk voor bijen en veroorzaakt geen huidirritatie. Het middel kan dus op elk moment en onder alle omstandigheden worden toegepast, zon der speciale voorzorgen en zonder uitzonderingen. Daarom leent het zich bij uitstek voor Gen systema tische spintbestrijding, zowel in het voorjaar als in de zomer. Indien toegepast volgens onderstaande richt lijnen resulteert dit in een spintvrij gewas: 1. Rond de bloei, als veel wintereitjes zijn uitgeko men, maar voor de oudste mijten volwassen zijn. 2. Ongeveer 3 weken na de bloei, waardoor ook de laatst uitgekomen mijten worden opgeruimd. 3. Begin augustus (indien nodig), om ook gedurende de oogst het gewas spintvrij te houden. De dosering is een spuitconcentratie van 0,1 (100 gram per liter) d.w.z. 1,5 tot 2 kg per ha, afhankelijk van de boomgrootte. DEGIN maart is een zeer geschikte zaaitijd voor knolselderij. Om een snelle opkomst te ver krijgen moet het zaad worden voorgekiemd. Er mag vooral niet te dik worden gezaaid. Knolsel- derijplanten kweekt men onder platglas, dit met het oog op het afharden van de planten tegen de tijd dat ze uitgepoot moeten worden. Hoogstens tot 1 gram zaad per raam mag er worden ge bruikt. Men dient uit te gaan van plm. 500 plan ten onder een raam. Staan er meer dan zal dat gaan ten koste van de kwaliteit van de plant. Half mei is de planttijd. Bij voorkeur ~ioet ge plant worden bij donker weer, maar dat heeft men niet in de hand. Het planten kan goed plaats vin den met behulp van een plantmachine. Het kan daarbij verstandig zijn om „burenhulp" te ver lenen om hierdoor gemakkelijker te werken. De toestand van de grond bij het planten is belangrijk. Indien mogelijk moet men de grond enkele weken voor het planten reeds klaar leg gen. Bevorderd moet worden dat het water uit de ondergrond zo hoog mogelijk kan opstijgen in de bovengrond. Knolselderij wortelt oppervlakkig en is direct na het planten gevoelig voor verbranden. GRONDSOORT EN BEMESTING IYE teelt van knolselderij is niet gebonden aan een bepaalde grondsoort maar de zware klei gronden zijn voor deze teelt minder geschikt, daar het planten en rooien op deze gronden minder vlot verlopen dan op de lichtere zavelgronden. In verband met de kans op schurft moet geen knol selderij worden geplant op slempige grond. Ook grond die besmet is door stengelaaltjes is niet ge schikt. Voor een goede knolontwikkeling is veel stik stof en kali nodig. In de laatste maanden van de groei is de voedselbehoefte het grootste. Een be hoorlijke maar niet te weelderige bladontwikke ling is gewenst. Men bereikt dit door naast een basisbemesting enkele overbemestingen met stik stof te geven. Voor een juist bemestingsadvies zou men de beschikking moeten hebben over een bo demanalyse maar een globale norm per ha is: Basisbemesting: 1200 kg kalizout 40 500 kg superfosfaat en 400 tot 500 kg kalkammonsalpeter. Deze basisbemesting strooit men voor de laatste grondbewerking. Afhankelijk van de groei en bladontwikkeling geeft men dan nog 2 a 3 keer een overbemesting met 300 kg kalkammonsal peter per ha. Belangrijk is dat de laatste overbe- rfiesting begin september plaats vindt. De plant- afstand houdt verband met de mechanische be werkingen die men wil uitvoeren. Over het alge meen wordt een rijenafstand aangehouden van 50 cm en een afstand in de rij van 45 of 40 cm. Men heeft dan 44.000 of 50.000 planten per ha nodig. In de praktijk gaat men nog al eens uit van 40.000 planten per ha. ZIEKTEBESTRIJDING I>E ziektebestrijding is van grote betekenis voor het welslagen van de knolselderij teelt. Blad- vlekkenziekte, die door de telers meestal roest wordt genoemd, is een van de belangrijkste ziek ten. Het beste is om een week vóór het planten op een afgehard plantenbed te spuiten met een middel op basis van maneb/tin. Daarom is ook zo belangrijk dat u kontakt hebt met uw planten- leverancier. Na het uitplanten moet er steeds voorbehoedend worden gespoten. Bij vochtig en warm weer moet dat wel om de veertien dagen gebeuren. Is het koel en droog dan kan men lan ger wachten. Het is ook aan te bevelen enkele dagen voor het planten op het plantenbed een bespuiting uit te voeren tegen wantsen, mineervliegen en luizen. Na het uitplanten moeten deze insekten goed in de gaten worden gehouden want ze kunnen heel wat schade veroorzaken. Verder kennen we dan bij de knolselderij nog de schurft of wel het roest op de knol. Deze ziek te gaat met het zaad over en daarom moet steeds van ontsmet zaad worden uitgegaan. Groeischeuren en holle koppen kunnen in som mige jaren veel voorkomen. Dat komt door een onregelmatige groei. De teelthandelingen moeten daarom gericht zijn op een regelmatige groei. Hiertoe moet in de eerste plaats de bladvlekken- ziekte worden bestreden en verder is het goed om in plaats van kalksalpeter, kalkammonsalpeter te gebruiken voor de overbemesting. Holle kop pen treden op bij een sterke groei wanneer de knollen erg groot worden. Om dat tegen te gaan moet er wat nauwer worden geplant. V. AANVRAGEMOGELIJKHEID OPENGESTELD VOOR E. E. G. APPEL- EN PEREBOMEN ROOIREGELING In afwachting van de een dezer dagen door de Stichting Ontwikkeiings- en Saneringsfonds voor de Landbouw vast te stellen nieuwe bijdragerege ling voor het rooien van appel- en perebomen op basis van de desbetreffende E.E.G.-verordenïng, kunnen reeds met onmiddelijke ingang aanvragen worden ingediend bij de districtsbureauhouders. Deze beslissing is genomen, teneinde maximaal ge bruik te kunnen maken van het voor het rooien gunstige seizoen. Het zit er wel in dat de invoer van overzeese appelen dit voorjaar kleiner zal zijn dan normaal door het mislukken van de oogst in Argentinië en mogelijk ook door een E.E.G. invoerverbod gedu rende een bepaalde periode. Daarvoor wordt een pleidooi gevoerd, maar dit is er beslist nog niet door. Vooral de importhandèl verzet zich met hand en tand daartegen, overigens om begrijpelijke rede nen! Ook zonder de invoer van overzeese appelen zal er echter een grote aanvoer van appelen zijn op de E.E.G.-appelmarkt en daarom zouden we nog eens willen pleiten voor geleidelijke aanvoer en willen waarschuwen tegen het bewaren tot het aller uiterste. Waartoe dat kan leiden zien we de laatste we ken bij de Cox's Orange Pippin. Ook Goudreinette en Jonathan die in december en januari zijn ge ruimd hebben hogere prijzen opgebracht dan die welke nu worden v.erkocht. We willen hiermede maar zeggen dat men nimmer van tevoren kan be kijken hoe de prijsontwikkeling zal verlopen! KA ET genoegen hebben we vorige week ken- Vl nis genomen van de brief die het College van Gedeputeerde Staten van Zeeland heeft ge zonden aan de Ministers van Landbouw en Visse rij en van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk over de noodtoestand in de fruitteelt. Uit de brief blijkt duidelijk dat ook G.S. van Zeeland onder de indruk zijn van de slechte gang van zaken In de fruitteelt waardoor er een aantal ondernemers in deze sektor zullen moeten verdwijnen. Hiervoor wordt een verbetering van de beëindigingsregeling gevraagd. Voor de groep van perspectief biedende bedrijven wordt gevraagd om overbruggingssteun gedurende de duur van de noodsituatie. G.S. zeg gen in hun brief dat de huidige problematiek in de fruitteelt voor een aantal factoren buiten hun bestuurlijke gezichtskring liggen, maar ze worden wel dagelijks geconfronteerd met de betreurens waardige ontwikkeling. Daarom wordt gepleit voor een steunprogramma dat beter is afgestemd op de bestaande noden. Tegelijk werd naar aanleiding van de maande lijkse bespreking van het Landbouwschap met de Minister van Landbouw door voorzitter ir. Knott- nerus bekend gemaakt dat Minister Lardinois niet ongevoelig is voor de wensen van het Landbouw schap en met name schijnt te voelen voor het ver strekken van een bedrag a fonds perdu in de over bruggingsfinanciering, een zaak die vooral ook van uit Zeeland steeds krachtig is bepleit en verder zou de Minister overwegen de mogelijkheden voor overbruggingscrediet te vergroten. We hebben echter ook begrepen dat het nog wel enkele maanden kan duren alvorens hierover een beslissing wordt genomen. Hopelijk zal dat echter niet te lang duren want de telers willen we ten waar ze aan toe zijn. Er is dus weer enige hoop gekomen in fruittelers- kringen. De prijzen zijn zonder meer slecht De ap pels uit de koelhuizen brengen de kostprijs niet op. Er is duidelijk een teveel aan fruit en dat zal moeten veranderen. De telers menen echter recht te hebben op steun in deze moeilijke periode van over gang, Steun voor het perspectief biedende bedrijf. Wanneer die steun niet wordt gegeven heeft de fruitteelt in Nederland geen toekomst. Daarvan zijn de telers al lang overtuigd. Gelukkig gaan nu ook de verantwoordelijke mensen dat inzien. Opnieuw teven we op hoop en „hoop doet leven"l CINDS vorige week is er in België en Frank- rijk sprake van een appelcrisis ingevolge de E.E.G. interventieregeling. Voor de maand februari bedraagt de crisisprijs voor appelen 33,35 per 100 kg. De Golden Delicious klasse I 70 mm en op waarts moet gedurende drie achtereenvolgende veilingdagen in Goes, Geldermalsen of Utrecht be neden deze prijs zijn geweest en dan gaat de crisis in. Voor wat ons land betreft is hierop geen kans voorlopig want de prijs van Golden Delicious klas se I boven 70 mm ligt de laatste weken gemiddeld ruim 10 cent per kg boven deze crisis prijs. Wan neer we zien dat er in Frankrijk en België wel sprake is van een appelcrisis betekent dit, dat daar de situatie ten aanzien van de afzet van appelen nog veel somberder is dan bij ons. Nu moeten we er bij zeggen dat bij ons de aan voer van Golden Delicious de laatste weken erg gering is. Gezien de voorraden zou een veel gro tere aanvoer noodzakelijk zijn, maar velen wach ten, omdat de prijs niet interessant is. Het is al leen te hopen dat die prijs over een of twee maan den, wanneer er geruimd moet worden, wel interes sant zal zijn. Dat we er niet al te grote verwach tingen van mogen hebben, willen we toch nog eens onderstrepen. Er zijn grote voorraden. Er worden gelukkig ook veel appelen gegeten in ons land en in het buitenland, maar dat is nodig ook om er door te komen. We zijn niet zo somber gestemd ten aanzien van de afzetkansen van goede appe len In de komende maanden, maar voor een over dreven optimisme is beslist geen plaatsl

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1970 | | pagina 8