BOUWPLAN EN RASSENKEUZE -fFrrV
VRIJDAG 9 JANUARI 1970
58e Jaargang No. 8013
Officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabarft
In dit nummer o.m.
De E.E.G. - Van over
gang naar definitieve aan
pak Pagina 3
Van geld en goed
Pagina 4
Uit de praktijk
Pagina 5
Onderhoud weeuwen-
planten in de winter
Pagina 6
Graszaadteeit in dis
cussie Pagina 11
De schijnwerper op
Centra Vakopleiding
Pagina 12/13
Veehouderijzaken met
o.m. wenken voor jonge
kalveren opfok. Bouw en
inrichting melkiokaal. Klei
ne eenheden rundveehou
derij nauwelijks rendabel
Pagina 14/15
Normprijzen voor het
verrekenen bij onderling
gebruik van werktuigen en
arbeid Pagina 16
MarktPagina 20
land-
en tuinbouwblad
Als illustratie op de voorpagina van dit nummer waarin da Consulentschappen voor de Akkerbouw en de Rundvee
houderij in het Zuid-Westelijk kleigebied en de S.N.Ui.F. de proefveldresultaten van de belangrijkste akkerbouwge
wassen publiceren, hebben wij maïs gekozen. Een gewas dat dit jaar weer in de belangstelling is gekomen hetgeen
een verruiming in de mogelijkheden van het bouwplan kan betekenen. De rassenberichten 1970 zijn op pagina 7, 8,
9, 10 en 11 opgenomen.
Ir. L. Th. J. M. DE WIT.
en de Rundveehouderij
te Goes.
|>l deze wintermaanden bezint elke boer zich
weer op zijn bouwplan en wanneer hij dit
heeft vastgesteld en de diverse te telen gewassen
bekend zijn moet hij ook nog de rassenkeuze doen.
In een tijd waarin de financiële resultaten van di
verse gewassen te wensen overlaten, wordt vooral
het samenstellen van een bouwplan met te telen
gewassen bijzonder moeilijk.
Welke gewassen moet een boer in Zuid-West
Nederland immers kiezen om tot bevredigende fi
nanciële resultaten te komen? Hij kan daarbij alle
gewassen eens de revue laten passeren en consta
teren dat er een groot aantal de laatste jaren met
een laag saldo uit de bus komt. De oorzaak van dit
lage saldo is zowel terug te voeren tot lage finan
ciële bruto opbrengsten als tot hoge toegerekende
kosten. Het uiteindelijke resultaat bij steeds stij
gende vaste kosten moet dan wel zijn, dat met een
groot aantal akkerbouwgewassen geen winst valt
te behalen.
CLECHTS van enkele gewassen is het bekend
dat zij winstgevend kunnen zijn. Toch zal de
boer al zijn akkerland ook in 1970 weer willen be
telen al is het dan gedeeltelijk met gewassen die
hij voor de vruchtwisseling nodig heeft of om on-
kruidbestrijding te kunnen uitvoeren of om andere
redenen zoals bodemvruchtbaarheid, bodemziek-
tenbestrijding, etc.
De waarde van deze gewassen ligt dan ook vaak
niet direkt in het financiële vlak voor dat jaar, maar
moeten we indirekt toerekenen.
Het bouwplan in Zuid-West Nederland bestaat
vnl. uit 3 gewassen, n.l. 44 granen, 22 suiker
bieten en 15 aardappelen. Daarnaast nemen
peulvruchten 9 vlas 3 fijne zaden als karwij,
koolzaad en graszaad ook 3 in. Uien vragen nog
eens 3 De rest wordt dan ingenomen door di
verse gewassen als luzerne, klavers, zaadcontract-
teelten, enz.
Li ET is wel duidelijk dat de drie hoofdoewassen
de nodige aandacht vragen en dat dit zeker
voor de groep granen geldt. Sij deze groep is er
een vergrote belangstelling naar tarwe te bespeu
ren, terwijl ook de haverteelt de laatste iaren enige
belangstelling geniet De korrelmais is, vooral ook
door de aandacht het afgelopen jaar er aan be
steed, in de volle belangstelling gekomen. Geluk
kig dus weer enige verruiming in de keuze van ge
wassoorten binnen de graangroep. Daar de kans op
complicaties toeneemt met een hoger percentage is
deze verruiming wel zo plezierig, vooral ook omdat
haver en mais anders eageren dan de aargranen.
Waar het tarwe en gerst samen boven 40
in het bouwplan uitkomt, is het toch raadzaam bij
de gewas- en raskeuze rekening te houden met
resistentie tegen oogvlekkenziekten bij tarwe en
op vroegrijpheid. In dit rassennummer kunt u met
name voor de zomergranen goede informatie vin
den.
Daar suikerbieten het op één na grootste areaal
beslaan, is het ook hier gewenst dat men bij zijn
rassenkeuze zeer zorgvuldig te werk gaat. Immers
1/5 deel van het bouwland wordt met dit gewas ge
teeld. Het is dan ook noodzakelijk dat de rassen
keuze zoals in dit nummer beschreven, zeer bewust
gebeurt.
(Zie verder pagina 3)