1$ 77,per week, een 23-jarige of oudere ƒ154, per week. Daar moeten da:, de inhoudingen aan premie AOW/AWW, loonoelasting en oe soc. ver zekeringspremies af. Daartegenover staat dat de cursist volledig onder de sociale verzekeringswet ten valt en dus ook onder de werkloosheidswet. Zou na het beëindigen van de cursus geen plaat singsmogelijkheid open staan, dan komt betrokkene in aanmerking voor de WW-uitkering. Dit is, aldus de heer Marinus, nog niet voorgekomen. De vraag van het bedrijfsleven naar door het Centrum op geleide arbeidskrachten is groter dan het aanbod! TOESLAGEN EN „SERVICE" NAAST deze loondervingsvergoeding is er nog een prestatietoeslagmogelijkheid van 1 - 7 per dag en een reisuren- en reiskostenvergoedings mogelijkheid. Ook vallen de gehuwde cursisten met kinderen onder de kinderbijslagregelingen. Alhoewel in het algemeen het Centrum alleen cur sisten van 18 jaar en ouder aanneemt kan in be paalde gevallen een uitzondering worden gemaakt voor jongeren van 1518 jaar. De omstandigheden moeten dan daartoe aanleiding geven. Daarnaast krijgen de cursisten nog vakantie, met behoud van loon. Voor elke maand dat een cursus op het Centrum wordt gevolgd, krijgt hij recht op een vakantiedag. Maximaal dus 12 werkdagen va kantie per jaar. Vakantietoeslag is niet bij deze regeling mogelijk, wel wordt vanaf 1 januari 1970 bij het beëindigen van de cursus een toeslag ge geven van 6 over het tijdens de opleidingsperiode genoten totale nominale loon. Een soort uitgestelde vakantietoeslag. Gereedschappen en materialen worden door het Centrum gratis in bruikleen gegeven. Na het be ëindigen van een cursus wordt een gedeelte van het gereedschap eigendom van de cursist. Een be wijs dat een vakopleiding gevolgd is wordt na het beëindigen van de cursus verstrekt. Na één jaar in de praktijk gewerkt te hebben bestaat de gelegenheid een examen af te leggen. werkzoekende in dienst te nemen, die nog geschoold (of om- of bijgeschoold) moet worden en fcet Cen trum voor vakopleiding zelf geen mogelijkheden voor opleiding kan bieden. De werkgever betaalt in de opleidingstijd loon, dat gezien de verrichte prestatie te hoog zal zijn. De overheid past het ver schil in de niet produktieve loonkosten bij en keert aan de werkgever ƒ3.300,(excl. Randstad Hol land waar dit 1500,is) per te scholen werk nemer uit. Daarnaast bestaat de mogelijkheid in aanmer king te komen voor een studiekostenregeling be doeld voor 18 jaar en ouderen die ingeschreven bij een G.A.B., niet op een voor hen passend niveau bemiddeld kunnen worden. Deze regeling is voor al gericht op beroepen waarvoor een uitgebreide theoretische kennis nodig is. Opleidingskosten (praktyk en theorie) kunnen door het Rijk vergoed worden. Ook hier zal eerst test en medisch onder zoek moeten uitwijzen of de gekozen opleiding voor betrokkene geschikt is. Ook moeten er vanzelf sprekend redelijke plaatsingsmogelijkheden aan wezig zijn. HOE IN DE PRAKTIJK 7 DE direkteur de heer F. J. Marinus van het Cen trum Vakopleiding Middelburg/Terneuzen stelde ons in de gelegenheid om met een twee tal cursisten van zelfstandige ondernemers uit de agarische bedrijfstak afkomstig te informeren hoe de herscholing in de praktijk beviel. De heer P. W. Reyniers: uit Baarland, 44 jaar oud met 4 kinderen, die als zelfstandig fruitkweker op ca. 5 ha zijn kostje trachtte te verdienen, is nu in opleiding voor machine-bankwerker. Met opleiding Mulo, Landbouwschool en Fruit teeltvakschool vond hij het volgen van de cursus zelf bepaald niet zwaar. Wat hem wel, vooral in het begin, niet meeviel was de overgang naar geheel ander werk. De aanpassing vraagt tijd! Zijn fruit- bedryfje heeft hij nog aangehouden. In de eerste plaats om nog iets van zijn daarin gedane investe ringen te redden; maar ook min of meer als „vrije tijdsbesteding"! Wel is door hem de rooipremie aan gevraagd. Met het bedrag dat hy tijdens zijn opleidings periode wekelijks aan loonderving ontvangt, met de kinderbijslag voor alle kinderen die hij nu krijgt en het vallen onder de sociale verzekeringen kan hy zich goed redden. Zeker zo goed als de laatste jaren toen hij nog als zelfstandige zijn fruitteeltbedrijfje exploiteerde. Meevallers zijn er nu niet maar tegen vallers evenmin. Na het beëindigen van zijn opleiding zal hij gaan werken bij „De Schelde". Reynierse heeft van zijn besluit om herschoold te worden geen spijt. Alleen was het hem liever geweest als hij 20 jaar jongeF zou zijn geweest! Dan was alles wat makkelijker te verwerken geweest. Op zijn leeftijd bleek dit niet zo'n gemakkelijke opgave te zijn! DE heer M. J. Geuze te 's-Heer Arendskerke, tegen de 47 jaar oud, kinderen van 13 en 7 jaar, had een 12 ha slecht verkaveld gemengd be drijf. Het steeds maar werken met negatieve bedrijfs- uitkomsten en de financiële uitkeringen door het O. en S.-FONDS BIJDRAGEREGELING OMSCHOLING ONDERNEMERS Ter bevordering van bedrijfsbeëindiging samengaand met beroepsovergang uit de i land- en tuinbouw, kan het bestuur op aan- j vraag een bijdrage verlenen bij omscholen van een ondernemer. Deze bijdrage kan zijn: a. BIJ OMSCHOLING IN HET KADER VAN DE CENTRUMREGELING een toeslag gedurende het volgen van de opleiding. De hoogte daarvan wordt door het bestuur vastgesteld waarbij rekening wordt ge houden met de inkomensmogelijkheden van de ondernemer. Ten hoogste kan deze toeslag het verschil zijn tussen het gemid deld brutoweekloon nijverheidsarbeiders en de loondervingsvergoeding, betaald door het Centrum. Van de toeslag wordt wekelijks 10 ingehouden tot de opleiding met goed gevolg is voltooid. Daarna vindt uitbetaling plaats verhoogd met een pre- mie, gelijk aan het ingehouden bedrag (in feite dus een verdubbeling van het voor- lopig ingehouden toeslagbedrag). Indien na het voltooien van de opleiding j onmiddellijk aansluitend een half jaar J wordt gewerkt in het beroep waarvoor is j opgeleid, wordt nogmaals een premie uit- gekeerd gelijk aan het destijds ingehouden toeslagbedrag b. BIJ OMSCHOLING IN HET KADER VAN DE STUDIEKOSTENREGELING. Een bijdrage aan de ondernemer geduren de het volgen van de opleiding waarvan de hoogte analoog als onder a. wordt vast gesteld. Ook de voorlopige inhouding van 10 per week en de premieregelingen zijn dezelfde als onder a. vermeld. C. TRAININGSTOESLAGREGELING. Een toeslag aan de WERKGEVER van de on- produktieve loonkosten tijdens de oplei ding van de werknemer. d. AANVRAGEN indienen bij de D.B.H. in wiens werkgebied de aanvrager woon achtig is. e. Nadere bijzonderheden geven gaarne de Agrarisch en Economisch Sociale Voor lichters/ sters van onze ZLM. De 44-jarige heer P. W. Reynierse te Baarland in opleiding voor machinebankwerker. Examens die in samenwerking met de organisaties die het „Leerlingstelsel" verzorgen worden afge nomen. Bij goed resultaat wordt een diploma uit gereikt. Voor zelfstandige agrariërs geldt nog een bij zondere regeling. Deze kunnen tijdens de op leiding het werk op hun bedrijf nog gedeeltelijk voortzetten. Dit mits minimaal 5 uur per dag of 25 uur per week de opleiding op het Centrum gevolgd wordt. Van deze mogelijkheid wordt echter vrijwel geen gebruik gemaakt. ANDERE SCHOLINGSMOGELIJKHEDEN VOLLEDIGHEIDSHALVE willen wij ook nog enkele andere scholingsmogelijkheden, die met financiële medewerking van het Rijk mogelijk zijn, vermelden. In de eerste plaats de Trainings- toeslagregeling. Een regeling die toegepast wordt als een bedrijf bereid is een bij een arbeidsbureau ingeschreven De heer M. J. Geuze te 's-Heer Arendskerke wordt op 46-jarige leeftijd nog tot een vakbekwaam met selaar omgeschoold. VAKOPLEIDINGEN CENTRUM MIDDELBURG Met gemiddelde opleidingsduur. Dit kan echter korter of langer zijn afhankelijk van de vorde ringen van de cursist. maanden precisiebankwerken 20 machinebankw erken 9 onderhoudsbankwerken 16 constructiebankwerken 10 draaien 11 autogeen lassen 4 elektrisch lassen 4 timmermen (all-round) 12 betontimmeren 10 metselen 8 Op 'n Centrum zijn geen klassen en geen school- seizoen. Een nieuwe cursist kan beginnen zodra er plaats is. In de meeste gevallen is dat direkt. inleveren van zijn grond in de ruilverkaveling Heinkenszand hebben hem uiteindelijk doen be sluiten zijn zelfstandigheid prijs te geven. Bepaald geen gemakkelijke beslissing maar beter zoals hij zegt „dan in armoe blijven zitten". De heer j. Mar- kusse van de ZLM adviseerde hem ten sterkste niet als ongeschoolde arbeider werk te gaan zoeken maar zich eerst tot vakman te laten scholen. Geuze zijn keuze viel op de metaalsector maar na enige tijd bleek dat hij het voortdurend binnen de vier muren zitten gecombineerd met een aversie tegen olielucht niet verwerken kon. In overleg met de direkteur is hij toen overgestapt naar de bouw opleiding en volgt nu de metselaarsopleiding. Ook hem viel de omschakeling in het begin erg tegen. Ook aan het werken in een werkplaatsmilieu is men als zelfstandige niet gewend en vraagt aan passing. De persoonlijke instelling van betrokkene achtte de heer Geuze zeer belangrijk. Door de zure appel moet nu eenmaal gebeten worden en men moet zich de nodige tijd gunnen om om te schake- len. Nu is hij echter voor een groot gedeelte van de financiële zorgen af en als hij deze beslissing niet genomen had zou hij steeds dieper in de geldelijke zorgen zijn geraakt. Allen die in soortgelijke om standigheden als hij verkeren kan hij de stap die hij genomen heeft aanbevelen! BL

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1970 | | pagina 13