DINGEN VAN DE WEEK
KORTE WENKEN
8
SOCIALE VERZEKERINGSPREMIES IN 1970
QE inhoudingen van het werknemersaandeel in de
premie sociale verzekeringen voor werkgevers
aangesloten bij de B.V.A.B. (A.S.F.) zijn voor 1970
als volgt vastgesteld
Werknemers
Vaste Losse 65 j. of ouder
1 1 1
3,75 3,75 3,75
0,4 3,8
Ziektewet
Ziekenfondswet
Werkloosheidswet
Arbeidsongeschikt
heidswet
1,3 1,3
Totaal 6,45 9,85
4,75
vast
los
1.
Z.W.
5,7
5,7
2.
Z.F.W.
7,5
7,5
3.
W.W.
0,8
7,6
4.
W.A.O.
5,3
5,3
5.
A.W.B.Z.
1.2
1.2
6.
A.O.W.
9,1
9,1
7.
A.W.W.
1.5
1.5
8.
K.W.L.
3,3
3,3
9.
A.K.W.
2,0
2,0
10.
B.P.L.
3,5
3,5
Totaal 39,9
46,7
Daarvan wordt door de werknemer
betaald
Z.W.
1.0
1,0
Z.F.W. (ziekenfonds)
3,75
3,75
W.W.
0,4
3,8
W.A.O.
1,3
1,3
A.O.W.
9,1
9,1
A.W.W.
1.5
1.5
B.P.L.
1,75
1,75
Totaal
18,8
22,2
|N verband met ons regelmatig bereikende vragen
betreffende de kosten voor de werkgever aan
sociale lasten geven wij onderstaand een overzicht
van de door de werkgever af te dragen premies en
het gedeelte dat de werknemer zelf daarin bijdraagt.
Door werkgever af te dragen premiepercentages in
dienstverband
21,1
24,5
12,0
12,0
1.0
1.0
34,1
37,5
Resteert voor werkgever
bijkomendfeestdagen, vakantie,
vakantiebonnen, enz.
regenverlet, enz.
Totaal sociale lasten werkgever ±-
De loongrens voor de Ziekenfondswet is per 1
januari 1970 voorlopig vastgesteld op 14.850,per
jaar. De maximaal te verkrijgen uitkering bedraagt
48,per dag of 12.480,per jaar.
Voor de Wet op de Arbeidsongeschiktheid is per
l-l-'70 de maximale uitkering bepaald op 89,per
dag of 23.140,per jaar.
Het inkomen waarover de premie A.O.W., A.W.W.,
A.W.B.Z. en A.K.W. moet worden afgedragen is vast
gesteld op 17.450,Dit komt neer op een maxi
male premiebetaling van 13,8 of ƒ2408,10 per jaar.
Voor Kinderbijslagwet loontrekkenden is de premie-
grens eveneens op 17.450,bepaald.
IA/ANNEER dit blad verschijnt is het 1970 ge
worden. Een nieuw jaar is begonnen en zoals
altijd vragen we ons af wat het ons zal brengen.
Wanneer we als tuinders terug zien op het jaar dat
voorbij ging, zal dat zijn met zeer gemengde ge
voelens. De verschillen binnen onze bedrijfstak
waren in 1969 bijzonder groot. Voor sommigen was
het een jaar met beste financiële resultaten. Vooral
was dat het geval met de glastuinders en dan spe
ciaal zij die groenten teelden op de meest mocjerne
manier.
De telers van kasaardbeien, gevolgd door toma
ten hadden ook geen reden tot klagen, hoewel er
door hen geen grote winsten werden gemaakt. De
uientelers hadden een best jaar evenals degenen
die knolselderij voor de vrije markt teelden.
De kleinfruittelers met een voldoende gespreid
bedrijf hadden geen reden tot klagen. Er moest
door hen lang en hard worden gewerkt maar dan
ontvingen ze in elk geval ook een redelijke be
loning voor hun werken al waren er produkten die
het er wat bij lieten zitten zoals de vollegronds
aardbeien en de zwarte bessen en in mindere mate
de rode bessen.
Duidelijk kwam in deze sektor naar voren hoe
belangrijk het is een voldoende spreiding in de
teelten te hebben.
In schrille tegenstelling tot degenen die een rede
lijk jaar hadden, stonden de resultaten van de
meeste hardfruittelers. De perenoogst was niet bij
zonder groot maar viel toch niet tegen. De gemid
delde prijs werd niet, wat er van werd verwacht en
wat het zou moeten zijn om van een rendabele teelt
te kunnen spreken. Met de appels zat het helemaal
fout. Er waren er teveel en het gevolg was dat de
prijzen daalden tot een ongekend laag peil. Dezer
dagen bleek dat de gemiddelde prijs van de appe
len bij de Zuid-Bevelandse veilingen in het afge
lopen jaar heeft bedragen 25 cent per kg. Wanneer
we er van uitgaan dat de kostprijs 40 cent per kg
bedraagt en dat is heus geen overdreven prijs
betekent dat een tekort van 15 cent per kg op elke
kilo appels die werd geproduceerd. Enkel op Zuid-
Beveland was dat 33 miljoen kg zodat er alleen
vooif de appels in dit gebied een verlies te bereke
nen valt van ongeveer 5 miljoen gulden. Geen won
der dat velen de moed dreigen te verliezen en dat
de stemming onder de fruittelers tot beneden het
nulpunt is gedaald.
Het is moeilijk om opwekkende woorden te
schrijven voor deze bedrijfstak. Alleen een ding
moet ons toch van het hart: Er wordt nog teveel
minderwaardige kwaliteit aangevoerd, ook in Zee
land. We hebben het al dikwijls geschreven, maar
we moeten het blijven herhalen: alleen het beste is
In deze tijd goed genoeg voor consumptie. Fruit
waar wat aan mankeert brengt geert prijs meer op.
Voor de afzet hiervan zijn we aangewezen op de
fabrieken en het aanbod hiervoor is zo groot dat
ondanks de enorme verwerkingscapaciteit van die
kant, er toch geen redelijke prijs uit de bus komt.
Dikwijls horen we de opmerking dat het fruit buiten
hangt en dat men de kwaliteit niet in de hand heeft.
Het eerste is waar het tweede maar ten dele. Met
het zeer zorgvuldig en nauwgezet uitvoeren van de
ziektebestrijding en cultuurzorgen kan er veel wor
den gedaan ter verbetering van de kwaliteit, De
boomvorm en teeltwijze speelt hierbij een grote rol.
Er staan ook in Zeeland nog teveel bomen waar
aan zelfs onder de meest gunstige omstandigheden
geen fruit meer groeit dat de consument wil kopen.
HiervooK is maar één oplossing en wel zo gauw
mogelijk opruimen. Degenen die fruitteler zijn en
het willen blijven zullen dat enkel kunnen wanneer
ze een modern bedrijf hebben met aangepaste
boomvormen waaraan alleen eerste kwaliteit fruit
groeit.
Dat er dan om fruitteler te kunnen blijven nog
wel meer moet gebeuren is een andere zaak waar
op we nu niet nader zullen ingaan.
Uit de verschillende publikaties weet u dat er op
donderdag 8 januari a.s. in „De Prins van Oranje"
te Goes een fruitteeltdag wordt gehouden, voorbe
reid door de standsorganisaties en de N.F.O., waar
in de noodsituatie in de fruitteelt centraal zal staan
en ook de maatregelen van de overheid voor deze
bedrijfstak besproken zullen worden.
Dringend willen wij u opwekken deze dag bij te
wonen. Het gaat om niets minder dan de toekomst
van onze bedrijven waarover wordt gesproken.
Zelfs in deze tijd waarin het een kwestie wordt van
te zijn of niet te zijn, blijkt dat velen, ja de meeste
onternemers in onze sektor, maar gelaten afwach
ten wat er gaat gebeuren. Zeker, we behoeven de
barricaden niet op. We hebben organisaties waarop
we mogen vertrouwen, maar we zullen als onder
nemers ook zelf moeten tonen dat we interesse
hebben voor wat er rond en voor ons gaat gebeu
ren.
DUIST IN GRASZAAD is een lelijk onkruid dat
tot gevolg kan hebben dat uw perceel belangrijk
minder geld opbrengt. Tot half februari is het nog
mogelijk duist- en straatgras in alle grassen te be
strijden met 6 liter Endothal per ha. Inspekteer uw
perceel goed op het aanwezig zijn van deze on
kruidgrassen en bedenk ook dat veldbeemd met
minder dan 0,1 straatgras een veel hogere prijs
geeft.
VOOR HET GOED SLAGEN van de Endothal-
bespuiting moet wel aan enkele voorwaarden wor
den voldaan. Een bestrijding tijdens droog weer,
waarbij enkele dagen geen regen is te verwachten
en 14 dagen aanhoudend koud zijn de beste voor
waarden. Niet spuiten TIJDENS vorst. Wij geven
toe dat u dit alles moeilijk te voren kunt weten
omdat u geen weerprofeet bent, maar toch is het
nodig te weten onder welke omstandigheden een
bestrijding het best is.
EEN GOEDE DEKVRUCHT voor de gazongras
sen is nog wel eens een probleem. Uit tot nu toe
genomen proeven door het P.A.W. te Wageningen
blijkt dat zomertarwe als dekvrucht NIET geschikt
is voor de langzaam groeiende grassen zoals veld
beemd, fiorin en gewoon roodzwenkgras. Zomer-
gerst is beter geschikt als dekvrucht voor gewoon
■roodzwenkgras en natuurlijk ook voor het uitstoe
lend type.
DE SNELLER GROEIENDE grassen zoals Engels
raaigras, beemdlangbloem en andere zijn wat dek
vrucht betreft niet zó kieskeurig. Deze doen het
wel onder dekvrucht granen en zijn ook niet zo ge
voelig voor de opslag daarvan. Wilt u dat allemaal
zelf eens bestuderen, dan verwijzen wij u naar
mededeling no. 162 van het P.A.W. te Wageningen.
NU EEN AANTAL VEEHOUDERS de beschik
king hebben over drijfmest is het zaak deze ook
regelmatig te kunnen uitrijden. De mest die u in
januari uitrijdt past het best op de percelen gras
land die in de voorzomer beweid worden met melk
vee. Na januari kan de drijfmest gebracht worden
op de percelen waarvan de eerste snede wordt ge
maaid. De kans op kopziekte bij het vee wordt hier
door kleiner. Het uitrijden over bevroren grond is
geen bezwaar.
NU DE VOEDERPOSITIE in het algemeen aan
de matige kant is, moet u extra aandacht schenken
aan de u toegezonden winter rantsoenen die zijn
samenaestéld door het provinciaal veevoederbu
reau. Ga eens na of u voldoende voer hebt tot het
einde van de staloeriode en bekijk ook eens welk
rantsoen u nu het best kunt voeren. Zo laat b.v.
snijmais zich het beste smaken gedurende de win
ter.
DOOR ALLERLEI VOORLICHTING is iedere
geïnteresseerde nu wel ongeveer op de hooate van
de perspectieven, voor- en nadelen van de teelvan
korrelmais. Een nadere teelttechnische voorlichting
zal de landbouwvoorlichter in uw gebied u zeker
geven. Toch is het raadzaam niet o-o uw eentje te
gaan verbouwen maar u aan te sluiten bij een mais-
kem, zodat afspraken over oogsten, drogen en afzet
kunnen worden gemaakt.
HOEWEL NOG MET WEINIG zekerheid kan
worden gezegd of het gewas tuinbonen zich in de
vruchtwisseling gedraagt als erwten, lijkt het voor
lopig beter deze beide gewassen als één te beschou»
wen. Dat betekent dus erwten en tuinbonen te-
samen vragen een ruime vruchtwisseling van een
maal verbouwen in de 6 d 7 jaar.
VOORLICHTINGSDAG FRUITTEELT
OP HOOG NIVEAU
Op 8 januari a.s. wordt een voorlichtings
dag voor de fruitteelt gehouden te Goes. De
bijeenkomst wordt georganiseerd door de
gewestelijke standsorganisaties en de Kring.
Zeeland der N.F.O. Als spreker zal de heer
Zijlstra, voorzitter van de C.B.T.B., optreden,
terwijl aan een forum onder leiding van de
voorzitter van de ZLM, ir. i. Prins, vragen
gesteld kunnen worden.
In het forum hebben de voorzitters van de
3 landelijke standsorganisaties zitting, n.l. de
heer Knottnerus, Mertens en Zijlstra, alsmede
de voorzitter van de N.F.O., de heer Staf.
Het wordt dus een bijeenkomst op hoog
niveau!