r
c IG>
v».
W|j moeten steeds verder.
VRIJDAG 2 JANUARI 1973
58e Jaargang No. 3012*
Officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
r\E Zeeuwse boer heeft in 1969 ook wel al of
niet via de t.v. naar de maan opgezien en
zich verwonderd. Hij heeft ook bewonderd. Doch
de aarde heeft hem verde. vastgehouden. Zijn jaar
was ook merkwaardig, zij het niet helemaal als de
maanreis. Een onrustbarend lang koud voorjaar,
'n gelukkige korrektie door een in doorsnee betere
zomer, een ongekend langdurig droog en daarom
land
en tulnbouwb
In dit nummer o.m.
Openingsrede Algemeen
Voorzitter op de Alg. ver
gadering. Pag. 3, 4, en 5
Inleiding ir. Tuynman
over „Verslindt de groene
revolutie haar eigen kinde
ren?" Pag. 6 en 7
Sociale verzekerings
premies in 1970. Pag. 8
Verzekeringszaken.,
Pag. 9
Hoe staat het met da
kleinfruitteelt. Pag. 10
Witlofteelt - economisch
en teelttechnisch. Pag. 11
De maand januari op het
akkerbouwbedrijf.
Pag .12 en 13
Stoken en belichten van
glasaardbeien. Pag. 15
Graszaadteelt, situatie
rond het vlas, „Bram", „Erf
en akker" enz.
Pag. 17 en 18
Markt en „Plattelands-
jeugd" - „Praats".
Pag. 20 en 22
De kalenders zijn verwisseld en 1970 heeft zijn intrede gedaan. Ook verwisseld is
de kop van het Land- en Tuinbouwblad, die aangepast is aan de tot stand gekomen
integratie van Z.L.M. en Noord-Brabantse Mij van Landbouw, daar nu ook onze
Brabantse leden het ZLM-verenigingsorgaan zullen ontvangen. In verband daarmee
is de opzet van ons blad enigszins gewijzigd omdat zowel aan Zeeuwse- als Bra
bantse zaken aandacht besteed moet worden. De praktijk zal uitwijzen in hoeverre
een en ander nog nadere aanpassing vraagt.
De kwaliteitsverbetering van druk en uitvoering zal eerst begin juni kunnen plaats
vinden. Deze zal gerealiseerd kunnen worden als het ZLM-blad in offset gedrukt
zal gaan worden. De offset rotatiepersen zijn besteld
CEN van de kleine zaken, die bijdragen tot de
onwennigheid in een nieuw jaar, wordt bij
mij gevormd door het feit dat ik de eerste drie
weken mijn brieven fout pleeg te dateren. Ik schrijf
dus telkens nog 1969 in plaats van 1970. Wij zitten
blijkbaar hardnekkig aan het verleden vast. Of acht
u bet alleen maar een verschijnsel van het voort
schrijden der jaren en heeft u als optimist en mo
dern mens, levende naar de toekomst toe, geen last
van dit verschijnsel? Ik betwijfel het; we zijn van
nature aardegebonden. Daar verandert de reis naar
de maan, ondanks alles, maar een schijntje aan. Dat
is toch wel het grote feit van 1969. „The first man
on the moon" staat er op de postzegel uit de V. S.
Zoals zovele van zijn voorspellingen is zelfs dit top
punt van de profetische geest van Jules Verne wer
kelijkheid geworden.
fraai en werkbaar najaar. Mede dientengevolge een
opleving van sommige prijzen, die na twee matige
of slechte jaren perspektief openen voor het eind
resultaat van '69/70. In schrille tegenstelling daar
tegenover staat de toekomst van onze fruitteelt.
Hier is de klap die zich reeds enige tijd aankondig
de, doorgeslagen en het beeld is als onze dagen
van nu: laat en weinig licht, vroeg en lang donker.
De door de Minister geboden hulp zal, naar de
deskundigen menen, niet afdoende kunnen zijn. Het
zelfde geldt voor enige groenvoederdrogerijen. En
dat terwijl men van overmacht van buiten moet
spreken, niet in beginsel van onvermogen.
Het is te betreuren dat de vreugde om het her
denken van de zilveren bevrijding van Zeeland (op
Schouwen-Duiveland na) op 1 november j.l. voor
diegenen voor wie het zelfstandig bestaan thans
wankel staat niet onvermengd heeft kunnen zijn.
Toch had deze herdenking nog alle zin. Thans leven
nog t\ e generaties die de tweede wereldoorlog
en de bezetting aan den lijve hebben meegemaakt.
Over 25 jaar zal het alleen nog een groepje zeer
oud an bewust betreffen.
QOCH de vraag naar het toekomstig bestaan
is een van de meest klemmende gespreks
onderwerpen ten plattelande geworden. Het plan-
Mansholt bleef aktueel en blijrt ook grote schadu
wen vooruit werpen. Zeker wanneer Dr. Mansholt
zelf meent zich symbolische „grapjes" te kunnen
veroorloven, die door een belangrijke en over
wegende rest van het Nederlandse volk ernstig
genomen worden. De boerenstand kan het terecht
slecht verwerken, wanneer iemand, die uit zijn
eigen kring is voörtgekomen, de public relations
tussen de agrarische sektor en de rest van Neder
land welke de eerste ten koste van een arbeid van
verschillende jaren zorgvuldig heeft trachten te ver
beteren met enige slordige politieke slagzinnen in
een enkel moment vernietigt!
De bestaansvraaq werd evenzeer geschokt door
de verwarring in de E.E.G. ontstaan: eerst na de
devaluatie van de Franse frank en daarna weer de
revaluatie van de Duitse mark. De E.E.G. ervaren
wij als een ballon die telkens opzwelt, om ook tel
kens, als het wat gaat lijken, weer doorgeprikt
wordt. Daaroverheen loopt nu de vraag naar de
voortgang en de gevolgen van een toetreding van
Engeland en andere E.F.T.A.-ianden. Hoe en wan
neer?
(Zie verder pag. 3>