UIT DE PRAKTIJK
Feiten en cijfers over de consumptie-aardappelmarkt
Belangstelling voor teelt van haver
Mineurstemming
Rijenafstand - overschakelen gewenst
Goede begeleiding nodig..!
5
DE resultaten van de definitieve oogstraming
1968 van het C.B.S. zijn gepubliceerd. Dit
valt samen met een scherpe daling van de note
ringen op de termijnmarkt in aardappelen en men
krijgt de indruk dat deze daling beïnvloed is door
het bekend worden van de oogstraming, meent
het secretariaat van de hoofdafdeling Akkerbouw
van het Landbouwschap.
Enkele grepen uit de noteringen op april 1969
voor bintje 40 mm: per eind oktober 13,20, be
gin december 20,60, medio december 16,20, 13
januari 18,30 en 23 januari 13,80.
De normale „dagmarkt" voor consumptie-aard
appelen heeft daarentegen tót nog toe een bijzon
der stabiel verloop gehad.
UET is wel nodig deze zaak tot normale propor
ties terug te brengen. Het is bekend dat het
areaal consumptie-aardappelen vergeleken met
het vorige jaar slechts een weinig is uitgebreid.
Hiertegenover staat dat de opbrengst per ha in
1968 kleiner was dan in 1967 terwijl het percen
tage uitval, met name van klei-aardappelen, dit
jaar hoger is geraamd dan het vorige jaar.
Volgens de in december jl. gehouden oogstra
ming van het C.B.S. is de totale netto-opbrengst
dus na aftrek van uitval van klei-consump-
tie- en pootaardappelen 5 lager dan de raming
van het vorige jaar en van zandaardappelen 19
lager.
Dit scheelt met elkaar ruim 220.000 ton. Het is
de vraag in hoeverre hiermede de werkelijkheid
is weergegevén, omdat hierin het probleem van
Dank zij het vrij zachte weer groeit op SCHOU-
WEN-DUIVELAND zowel de op tijd gezaaide tar
we als de laat gezaaide tarwe onder gunstige om
standigheden. Voor herstelwerk zowel binnen als
buiten was 't zachte weer ook gunstig. Plaatselijk
werd nog ploegwerk verricht op de lichte grond.
Op de gemengde bedrijven verliep het werk t.a.v.
de verzorging van opgeslagen ruwvoedermiddelen
ook nog zonder veel extra werk.
Ten opzichte van de structuur van de grond
kunnen we momenteel wel zeggen, dat die er
gunstig uitziet. De eerste lenteboden hebben zich
alweer aangekondigd, maar toch zijn we er nog
niet en er kan heus nog wel een wintertje komen.
Met de aardappelprijzen gaat het nog niet in de
gewenste richting. Hopelijk komt dat nog. De
belangstelling voor het zaaien van uien is groot.
Eveneens is hier meer belangstelling voor haver.
Vergelijken we haver met zomer gerst, dan blijkt
dat de financiële resultaten van haver niet onder
behoeven te doen voor zomergerst. Haver wordt
Nu de produktenprijzen langzaam maar zeker
afbrokkelen maakt zich op THOLEN en ST. PHI-
LIPSLAND een wat ongeruste stemming meester
over het uiteindelijke resultaat van oogst 1968.
Vooral de aardappelprijzen zakken de laatste
week onrustbarend. En met het beeld van vorig
jaar voor ogen, vreest men het ergste. Als gevolg
daarvan komt er momenteel o.i. te veel aanbod.
Verder speelt de geringe arbeidsbezetting op onze
bedrijven een rol. Als het straks maart is, wil men
zijn akkers kunnen bewerken en heeft men be
zwaar tegen het aardappels afleveren.
Ook de uienprijzen zijn ongeveer een dubbeltje
per kg gezakt en dat betekent ook een flinke
streep door de rekening. Alhoewel wij de toe
komst voor de uien toch niet direct slecht inzien.
De laatste weken hebben de sorteerinrichtingen
op de veilingen St. Annaland, St. Maartensdijk
en Stavenisse op topcapaciteit uien gedraaid en
daardoor zijn de uienvoorraden op de bedrijven
reeds flink geslonken, terwijl de kwaliteit door de
hoge temperaturen van de laatste dagen toch wel
wat gaat lijden.
De mineurstemming wordt verder in de hand
gewerkt door de prijs van de tarwe; ook al luste
loos in de markt liggend en op een duidelijk lager
niveau dan vorig jaar. Dit gecompleteerd door
Verschillende voorlichtingsaktiviteiten vroegen
in de afgelopen weken de aandacht van een flink
aantal kollega's op WALCHEREN. Ook in de ko
mende weken zijn er nog diverse mogelijkheden
om zich op verschillend terrein wat nader te oriën
teren. Door de Coöp. Melkinrichting „Walcheren"
werd voor de aanstaande „tankmelkers" een twee
tal exkursies georganiseerd naar Sutjewinkel
waar een dergelijk projekt reeds enige tijd in de
praktijk wordt toegepast. Op 150 bedrijven
de houdbaarheid en het mogelijke kwaliteitsver
val van de opgeslagen aardappelen niet is verdis
conteerd. Mede in verband met de natte herfst is
het niet onwaarschijnlijk dat er nogal wat par
tijen minder goed door de bewaring zullen heen
komen.
AE export van consumptie-aardappelen is tot
en met december, in vergelijking met vorige
jaren, als volgt geweest:
oogst '66 oogst '67 oogst '68
ton ton ton
kleiaardappelen 150.000 154.000 169.000
zandaardappelen 28.000 7.000 17.000
totaal t/m december 178.000 161.000 186.000
Vergeleken met het gemiddelde van de vier
voorafgaande jaren (met inbegrip van de zeer
gunstige export van oogst 1964 van 212.000 ton
en 171.000 ton in 1965) is de export van klei
aardappelen oogst 1968 bijna 11 groter geweest.
De export van zandaardappelen is de laatste jaren
sterk gedaald, doch is zich blijkbaar aan het her
stellen. Westduitsland is in toenemende mate de
grote afnemer en heeft nu 2A van onze export op
genomen, voor een belangrijk deel voor de ver
werkende industrie en als gewassen/kleinverpakte
aardappelen.
Dit neemt niet weg dat er van de oogst 1968 nog
een flink kwantum zal moeten worden geëxpor
teerd om in de loop van het seizoen te komen tot
een zeker evenwicht tussen vraag en aanbod.
AVER het verdere verloop van de export valt
uiteraard weinig te zeggen. Wel kan er op
worden gewezen dat er uit het buitenland, o.a. uit
Duitsland, Frankrijk, Italië en Zweden berichten
komen over vastere prijzen. Betreffende de aard
appelsituatie kan het volgende worden gemeld.
De prijzen in Westduitsland zijn aanzienlijk
beter dan het vorige jaar en ongeveer gelijk aan
onze prijzen. Behalve uit Nederland importeert
Westduitsland ook uit Frankrijk.
België heeft dit jaar een veel kleinere oogst. De
export van België heeft weinig meer te betekenen;
wel worden aardappelen ingevoerd uit Frankrijk
en Nederland.
Frankrijk exporteerde aanvankelijk weinig, doch
de laatste tijd is de exportaktiviteit opgevoerd.
Verondersteld wordt dat Frankrijk de export naar
derde landen met behulp van subsidies tracht te
stimuleren.
Italië heeft een oogst die iets kleiner is dan vo
rig jaar en importeert uit Zwitserland, Frankrijk
en Nederland.
Spanje heeft voor invoer vóór 15 februari een
contingent van 12.000 ton vastgesteld; over de ver
dere invoer valt nog niets te zeggen.
De geruchten over een groot aanbod van Fran
se bintje tegen zeer lage prijs en de hierover in
een Nederlands vakblad verschenen advertentie
zijn niet serieus. De bedoeling hiervan was waar
schijnlijk de termijnmarktnoteringen te beïnvloe
den. Zonder voorspellingen te doen over het ver
dere verloop van de aardappelmarkt, lijkt de prijs-
val op de termijnmarkt op basis van de thans be
schikbare gegevèns zeker niet gegrond.
niet aangetast door voetziekte en zij werkt legering
door voetziekte bij andere granen .dan ook niet in
de hand. Van de huidige rassen is het stro ook
steviger, zodat de oogstzekerheid van dit gewas
belangrijk is toegenomen. Bovendien is haver een
goede dekvrucht.
Er wordt veel gesproken over de te verwachten
ontwikkelingen in de landbouw en veeteelt. In
vele gevallen is men pessimistisch gestemd. Dit is
wel begrijpelijk als men denkt aan o.a. plan-
Mansholt, stijgende loonkosten, B.T.W.-effect zon
der compensatie, geen prijzen verbetering enz.,
maar toch is pessimisme m.i. niet nodig. Betere
verdeling en benutting van arbeid en machines
met daarbij kwaliteitseisen aan de producten, zo
wel voor de producent als voor de consument,
kunnen bijdragen tot een gunstiger resultaat. Hier
bij is een andere opstelling van de ondernemer
gewenst, maar als dat in andere bedrijfstakken
wel kan, dan moet dat ook in de landbouw en
veeteelt kunnen.
stroprijzen die zich evenmin op hoog niveau be
vinden.
De suikerbietenprijs is nog niet bekend, maar
men fluistert dat de prijs toch wel zo omstreeks
tussen de ƒ7 en 10 beneden de gegarandeerde
prijs zal blijven, vermoedelijk afhankelijk van het
quotum half-vette suiker dat men nu gaat gebrui
ken. Zoals bekend heeft men vorig jaar reeds een
flinke hoeveelheid half-vette suiker opgesoupeerd.
Als we nu weer veel van dit quotum zouden ge
bruiken dan zal de prijs voor 1969 nogmaals ver
minderd moeten worden bij een gelijke produktie.
Daarom dringen de suikerfabrieken ook terecht
aan op een wijze zelfbeperking van de boeren.
Want als men zijn bietenareaal blijft uitbreiden
dan ziet het er beslist naar uit dat men van een
grotere oppervlakte bieten, uiteindelijk toch min
der geld gaat maken.
Maar ja, wat wilt UDe andere produkten
noden al evenmin uit om daarop over te stappen.
Dat is dan ook wel één van de belangrijkste rede
nen voor de areaaluitbreiding van de suikerbie
ten. En daarom zal o.i. de oppervlakte suikerbie
ten in 1969 wederom een uitbreiding te zien geven.
Waarmee wellicht de contingentering steeds dich
terbij komt
wordt de melk dan in koeltanks bewaard, al of
niet met gebruik van het melkleidingsysteem. De
ervaringen die we daar mochten vernemen van de
mensen die er dagelijks mee te maken hebben
waren over het algemeen zeer gunstig. De deel
nemers aan deze exkursie zien de toekomst wat
het tankmelken betreft met vertrouwen tegemoet.
Wat de veehouderij betreft zijn er nog verschil
lende mogelijkheden voor de veehouders om zich
buiten de provincie te oriënteren welke ontwikke
Het is, wanneer we dit in WEST ZEEUWS
VLA ANDEREN schrijven, alles behalve winter
weer; zacht weer met temperaturen tot omstreeks
12° C. Aangenaam om buiten te vertoeven! Daar
is echter niet veel tijd voor, want de verschillende
vergaderingen en bijeenkomsten dienen te wor
den bijgewoond. Dit, willen we tenminste enigs
zins op de hoogte blijven van wat zich allemaal
op technisch, organisatorisch en politiek vlak in
de landbouw afspeelt.
Met de beste wil is het echter niet allemaal
meer „bij te benen". Meer nog dan in het ver
leden dienen we als boer de beschikking te heb
ben over deskundigen op velerlei gebied. Daarom
is het jammer dat de service welke de landbouw-
voorlichtingsdienst ons in het verleden heeft ge
geven, in kwantiteit drastisch zal worden ver
minderd; juist in een tijd dat deze zo hard nodig
is. Half januari woonden we nog een studieclub
bijeenkomst bij waar de bietenteelt centraal stond.
Gesteld werd dat rollen na het zaaien veelal on
gunstig werkt. Slechts de eerste dagen na het
zaaien is de vochtvoorziening wat beter, terwijl
deze in een droge periode tegen de opkomst slech
ter is. Verder bestaat het gevaar van ernstige
korstvorming wat de opkomst bemoeilijkt, terwijl
tevens de kans op zoutsohade toeneemt. In ver
band met dit laatste is het beter de bemesting,
zo mogelijk 2 a 3 weken voor het zaaien toe te
dienen of bij het zaaien en opéénzetten telkens
de helft.
Vooral bij op eindafstand zaaien dienen aan het
klaarleggen van het zaaibed hoge eisen te worden
gesteld om van een goede opkomst verzekerd te
zijn. Van pillenzaad liggen de kosten 2530
hoger bij dezelfde afstand in de rij dan bij gewoon
C zaad. Bij genetisch éénkiemig pillenzaad is 't ver
schil nog groter.
Een grondbehandeling met een insecticide is bij
op eindafstand gezaaide bieten met pillenzaad,
zeker in gevallen dat vreterij wordt verwacht te
bevelen.
Wanneer de winst per eenheid daalt is het zaak
meer eenheden per man te produceren, zodat de
totale winst toch nog stijgt of minstens geliik
blijft. Dit mag dan weliswaar tot overschotten
leiden, maar alternatief hebben we als goed on
dernemer? We moeten daarom streven naar hoge
opbrengsten met zo weinig mogelijk kosten.
lingen daar plaats vinden. Zo hebben we aankon
digingen gezien van exkursies naar het I.V.O. in
Zeist, waar onderzoek plaats vindt op veeteelt-
kundig gebied, naar enkele K. I.-stations in Zuid-
Holland en een exkursie naar ligboxenstalle- en
zo mogelijk varkensstallen in Brabant. We twijfe
len er niet aan of er zal voor deze exkursies wel
voldoende belangstelling zijn.
(Zie verder pag. 17)