Nogmaals over aardappelen v**Ttfóo«rt e vliis Hk tompenoans «uikerbietenzaad: gegarandeerd bedrijfszeker: 5 INGEZONDEN B ZINKWEG Geachte Redaktie. Het pleidooi voor het gebruik van kisten voor transportdrogen en opslaan in het nummer van 10 januari j.l. van de Fa. Kooyman te Oud-Beyerland, doet mij van de ene verwondering in de andere val* len: le. Op mijn artikel „Aardappelen" in het Kerstnum mer van uw blad ook opgenomen in De Land- bode en Fries Landbouwblad heeft geen enkele teler gereageerd. Zijn ze het allemaal met die 14 punten eens! Dan stemt dat hoopvol voor de toe komst' Of denken ze „Die oude man kan me nog veel meer vertellen?" 2e. Een firma uit Oud-Beyerland, gelegen in Hoekse Waard waar de Landbode door meer dan 550 man wordt gelezen, komt in uw blad ruimte vragen. Hoe zit dat nu? Ter zake: Ik heb grote waardering voor het baan brekend werk hetwelk de Fa. Kooyman in nauwe samenwerking met Cebeco en I.B.V.L. heeft gedaan. En de methode in kisten drogen resp. opwarmen is lang niet meer in een ontwikkelingsstadium. Maar de manier waarop de kisten gevuld worden, daar mankeert nog van alles aan. Als dat opgelost zou kunnen worden zou het gebruik van kisten toenemen. In elke kist valt een groter of kleiner gedeelte knol len van té grote hoogte op de bodem of op elkaar. Een Deense aardappelvriend vertelde me eens: Als de knik van de zijafvoertransporteur van zodanige lengte te maken dat deze tot op de bodem van die grote kisten kan komen. 1 meter naar voren en naar achter beweegbaar. Wordt dat gecompleteerd met een elektrische taster, die de band omhoog brengt wan neer hij aardappelen voelt, dan zou dit het blauw, ontstaan bij deze manier van oogsten, tot een mini mum terug brengen. In de U.S.A. waar dit probleem ook niet is opgelost, maar niet zo hard roept omdat de rassen daar minder blauwgevoeiig zijn dan onze bloemdge, heb ik gezien dat op de oogstmachine en trekker 4 pijlen waren aangebracht waarnaast de trekkerbestuurder van de naast rijdende wagen moest rijden om kist 1 t/m 4 te vullen. In 'n spiegel kon hij dan zien of ze vol waren. Aan een bekende fabrikant in het Noorden des lands van opschepapparaten heb ik met verwijzing naar een door Lockwood, Chelmsford, Engeland ge bouwde boxenvuller die tot op de bodem van de box komt ineens en ook met klem gevraagd zoiets achter een aardappel op de bovenkant van je hand valt, mag dat geen pijn doen. In de U.S.A. geldt nog altijd: valhoogte nergens meer dan 15 cm. Daar hapert bij het in kisten oogsten of wel uit telersbewaarplaats vullen naar centrale sorteerinrichting nog al wat aan! De fabrikant van de oogstmachine welke bij het artikel van de Fa. Kooyman stond afgebeeld, heb ik herhaaldelijk en zeer dringend gevraagd het stuk n& hun opschepapparaat te maken. Zowel oogstmachine als opschepapparatuurfabrikant gaf te kennen: Er is geen vraag naar en het gaat weer geld kosten". Ook hier het oude liedje: Men koopt wat er op de markt is, maar stelt te weinig eisen aan wat nodig is Wat die man „ter beveiliging van de val" op de wagen van de bij het artikel gevoegde foto doet kan ik niet meer dan een stuntelig gedoe vinden. Stevige handschoenen zijn wel geboden. Hierbij nóg een foto welke ik enkele jaren geleden in Zeeuws-Vlaanderen maakte. Die man maakt gelijk met zijn klompen! Dan het opwarmen in de kist n£ het opscheppen van koude aardappelen. Dat geeft blauw bij een bloemige aardappel. Het hangt uiteraard ook af van de temperatuur in de cel. Is die met de hulp van kiemremmingsmiddelen al boven 8 of 9° C. gehouden en slaagt men er in de temperatuur uit-zich-zelf op te laten lopen tot 10 a 12 graden, dan wil het wel eens meevallen bij sterke partijen. Ten slotte: Er blijft nog veel te verbeteren aan het produkt aardappel voor we er aan toe zijn zoals sommigen wel willen naar Den Haag of Brussel te gaan demonstreren voor betere prijzen. Daar groeit zo weinig op die straatstenen! REHWINKEL'S ZWANEZANG (Vervolg van pagina 3) ALDUS de voorzitter van de Duitse Boeren- bond Rehwinkel op de algemene vergadering van de Veenkoloniale Boerenbond begin deze week be Veendam. De nu bijna 70-jarige Rehwinkel, die 22 jaar deze funktie vervulde, legt komende week het bijltje er bij neer, omdat naar hij zei niet meer op kan tegen de politieke tegenstellingen binnen de Duitse Boerenbond. Een teleurgesteld man, die niet voortdurend met de scherpste eco- nomisch-politieke wapenen kan strijden tegen de mannen en partijen die door zijn achterban de Duitse boeren bij alle politieke verkiezingen toch steeds weer tam en braaf worden gekozen. VOOR de hand liggend besteedde de heer Reh- winkel in zijn rede grote aandacht aan het plan-Mansholt. Mansholts hervormingsvoorstellen op lange termijn, zo zei hij, moeten ons niet meer opwinden, want zij zijn niet uitvoerbaar omdat de verwezenlijking hiervan vooral in Frankrijk en Italië zulke enorme bedragen zou kosten dat de ministers van financiën van West-Duitsland, Nederland en België er voor zouden bedanken het gelag te betalen. Mansholts voorlopige raming van de waarschijnlijke kosten van zijn program „land bouw 1980" is volgens de heer Rehwinkel veel te laag. Zelfs het dubbele zou voor de veranderingen die hij voorstelt nauwelijks voldoende zijn. On zinnig overdreven daarentegen is de bewering van de Europese Commissie dat de kosten van voort zetting van de huidige marktpolitiek en de daar aan verbonden kosten voor de overschotten jaar lijks rond 20 miljard DM of meer zouden bedra gen. De kosten van de huidige markt- en prijs politiek zouden veel lager kunnen zijn wanneer men in de commissie en in de ministerraad een beetje verstandiger was en als niet de een voort durend langs de andere heen zou werken en als niet alles steeds op de lange baan zou warden geschoven. Mansholt gelooft dat hij tussen 1970 en 1980 de structuur in de E.E.G. met ongeveer 170 miljard Duitse mark kan genezen. Dat is echter volslagen onzin! Alleen al voor de Bondsrepubliek zou 120 miljard nodig zijn. Aangenomen dat de Duitse landbouw dit bedrag zou kunnen lenen, dan zou alleen al aan rente jaarlijks vier tot vijf miljard DM opgebracht moeten worden. -Dit is bij het totale inkomen van ongeveer acht miljard DM, dat de Duitse landbouw op het ogenblik uit arbeid, kapitaal en ondernemingsbeloning verkrijgt on mogelijk. Voor Italië en Frankrijk zou de her structurering zijns inziens tenminste driemaal zoveel kosten als voor Duitsland. Hij veronderstel de dat de belastingbetalers daaraan niet willen meebetalen en nam hun dat niet kwalijk. ADVIES AAN DE KLEINE BOEREN Wanneer u uit uw bedrijf onvoldoende inkomen kunt verwerven en u kunt niet bijpachten of meer in de veredelingsproduktie of specialiseren, zoek dan nevenwerk of vol werk in een andere econo mische bedrijfstak, maar verkoop niet. Zet uw be drijf eenvoudiger op, past uw bedrijf meer aan bij uw nevenbedrijf, of verpacht een deel van de grond. Het aantal Duitse landbouwbedrijven dat zo'n nevenfunktie vervult, is op het ogenblik met rond een miljoen eerder te laag dan te hoog ge schat. De heer Rehwinkel schatte htm aandeel in de totale Duitse landbouwproduktie op 40 tot 42, misschien zelfs 45 procent. Het zou daarom onver antwoordelijk zijn deze bedrijven buiten beschou wing te laten wanneer belangrijke landbouwpoli tieke beslissingen worden genomen. Zelfs Mans holt heeft nu in zijn landbouwstructuurplan en in een persoonlijk gesprek met mij toegegeven, aldus Rehwinkel, dat in West-Duitsland als gevolg van een brede spreiding van industriële ondernemin gen zich wel rond een miljoen landbouwbedrijven met nevenarbeid naast andere bedrijfstypen zou kunnen handhaven. De bewering in niet-agrarische kringen dat de kleine boerenbedrijven miljarden aan belastinggelden zouden verslinden, is volgens de heer Rehwinkel klinkklare onzin, want de nevenbedrijven verdienen het geld nodig voor de mechanisering voor het bouwen enz. in het alge meen buiten de landbouw. Trouwens ook de eige naren van vele grote bedrijven zijn nu reeds op een of andere wijze betrokken bij een nevenbe drijf, zonder dat zulks steeds naar buiten blijkt. De door Mansholt en anderen nagestreefde grote coöperatieve landbouwbedrijven zijn volgens Reh winkel niet anders dan mijlpalen op de weg naar bedrijfsvormen naar Russisch voorbeeld. Zelf vond hij dat er zo veel mogelijk boeren moeten blijven die eigenaar van hun grond zijn. Mansholts plan nen knagen aan de grondvesten van ons westerse maatschappelijke bestel. IYE heer Rehwinkel ontkende dat er in de E.E.G. een overproduktie aan graan zou zijn. Die bij een invoer van bijna 9 miljoen ton mais, 3Va miljoen ton tarwe en 1,7 mijoen ton gerst in de E.E.G. van een overproduktie aan graan of van een teveel aan eigen voedermiddelen spreekt is of wel tamelijk onwetend of streeft andere doelein den na zoals de export-industrieën en de in- en uitvoerhandel. De E.E.G. heeft een overschot aan Franse zachte tarwe alleen doordat de Europese Commissie en de E.E.G.-ministerraad niet tijdig genoeg met de aanpassing van de voedergraan prijs aan de tarweprijs en met de denaturering van zachte tarwe voor voederdoeleinden zijn be gonnen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1969 | | pagina 5