Rehwinkel's
zwanezang
Uitkomsten
oogstraming
akkerbouw
I968
Deze week.
Wijze zelfbeperking gewenst
V-,,
Het Centraal Bureau vow de Statistiek heeft de uit
komsten gepubliceerd van de definitieve oogstraming
1968 welke begin december is gehouden. Hieraan ontle
nen wij de volgende gegevens.
Granen. De totale graanproduktie wordt geraamd op
1.650.000 ton 10% t.o.v. 1967). Van vrijwel alle
graansoorten zijn de rendementen wel lager dan in 1967
maar normaal in vergelijking met de tienjaarlijkse ge
middelden.
Zo werd van tarwe een gemiddelde opbrengst per ha
verkregen van 4400 kg/ha 8% t.o.v. 1967 maar
2% t.o.v. 1958/1967). De totale tarweproduktie daalde
met 8% tot 679.000 ton.
De gerstproduktie nam t.o.v. 1967 met 13-f af tot
389.000 ton en wel uitsluitend als gevolg van het matige
rendement van 3600 kg/ha. Door een inkrimping van
de oppervlakte haver daalde de produktie met 13% tot
318.000 ton.
Peulvruchten (droog geoogst). De in 1968 behaalde ren-
deiiienten van de peulvruchten kunnen als uitgesproken
slecht worden aangemerkt. Van de produktiedaling van
groene erwten van 19% tot 27.000 ton moet dan ook
uitsluitend worden toegeschreven aan de lage gemiddelde
opbrengst per ha van 3250 kg/ha 23% t.o.v. 1967
en 7% t.o.v. het tienjaarlijks gemiddelde). Bij de ove
rige peulvruchten speelt bovendien de inkrimping van
het areaal een rol waardoor de produktie van schokkers
slechts 6200 ton bedroeg 27% t.o.v. 1967), kapucij
ners en grauwe erwten 2.400 ton 57%), bruine en
witte bonen 5.400 ton 59%) en veldbonen 440 ton
49%).
Handelsgevvassen. Dankzij de areaaluitbreiding nam de
produktie van koolzaad t.o.v. 1967 met 19% toe tot
18.000 ton. De afnemende belangstelling voor de teelt
van karwijzaad en het slechte rendement van 1300 kg/ha
hebben ertoe geleid dat de produktie verder daalde tot
3.900 ton 12% t.o.v. 1967).
Hoewel het rendement van vlas lager was dan in 1967
heeft de vergroting van de oppervlakte tot gevolg gehad,
dat de produktie met 2% steeg tot 85.000 ton onge-
repeld en 59.000 ton gerepeld vlas.
TJEEDS gedurende enige maanden waren er
ritselingen dat de Pachtwet zou worden ge
wijzigdNu is er inderdaad iets naders bekend
geworden over de voornemens van de minister van
Landbouw welke wijzigingen hij wenselijk acht.
Niet dat er al definitieve voorstellen zijn. Er
is een voorontwerp van wijziging van de pracht-
wet om advies aan bepaalde organisaties toege
zonden.
Er wordt dus eerst advies gevraagd aan het be
drijfsleven. Het is verblijdend dat de minister de
pachtwet van zulk een groot belang acht dat hij
voor wijzigingen eerst het bedrijfsleven om advies
vraagt. De pachtwet in deze vorm nog slechts 10
jaar oud zal geleidelijk moeten worden aangepast
aan de structuurwijzigingen in de landbouw. De
pachtwet mag de ontwikkeling niet in de weg staan
en in het voor-ontwerp nu wordt voorgesteld het
recht op verlenging voor pachters boven 65 jaar
te laten vervallen.
Bij verzet tegen verlenging door de verpachter
zal de pachtrechter het verzoek om verlenging door
de pachter moeten afwijzen ingeval de pachter
voor het einde van de lopende overeenkomst 65
jaar wordt. Voorts zal als dit ontwerp werd wordt
de grondkamer een verzoek om verlenging voor
kortere duur dan de wettelijke temijn van 6 of 12
jaar aan pachters ouder dan 60 jaar steeds goed
keuren.
De mogelijkheid tot pachtovememing door fami
lieleden en medepachters zal worden verruimd en
in beginsel te allen tijde mogelijk worden en ge
acht de leeftijd en gezondheidstoestand van de zit
tende pachter.
A LDUS de voorstellen. Wij zijn benieuwd hoe
het bedrijfsleven zal reageren. Er zullen weer
voor- en tegenstanders zijn, omdat de belangen
uiteen lopen. Van algemeen standpunt bekeken
maken op een groot contingent. Zij zouden hier
mede de omvang van de uitzaai in 1969 ten na
dele van hun collega's vergroten. Naar aanleiding
hiervan heeft de Nederlandse suikerindustrie be
sloten, dat bij een eventuele contingentering van
de bietenteelt na 1970, dit soort verhogingen van
de uitzaai in 1969 geen invloed zullen hebben op
Knol-, hol- en wortelgewassen. De totale aardappel-
produktie steeg t.o.v. 1967 met 4% waardoor voor het
eerst meer dan 5 miljoen ton werd geoogst. De netto
opbrengst van consumptieaardappelen (incl. vroege, voer
en pootaardappelen) bedroeg 2.423.000 ton 8% t.o.v.
1967) waarvan 1.909.000 ton 5%) kleiaardappelen.
De produktie van fabrieksaardappelen (incl. pootaard
appelen) werd geraamd op ruim 2 miljoen ton of wel
24% hoger dan in 1967.
De gemiddelde opbrengst per ha van suikerbieten be
droeg 49.500 kg/ha 2% t.o.v. 1967 maar -f 14%
N.B. 1) Incl. vroege, voer- en pootaardappelen
Geoogste
oppervlakte
1968
Granen
Tarwe 153236
w.v. wintertarwe 89329
zomertarwe 63907
Gerst 107062
w.v. wintergerst 7058
zomer gerst 100004
Peuvruchten (droog geoogst)
Groene erwten 8354
Schokkers 1917
Kapucijners/grauwe erwten 782
Bruine en witte bonen 2731
Veldbonen 197
Handelsgewassen
Koolzaad 6647
Karwijzaad 2996
Blauwmaanzaad 130
Vlas: on gerepeld
gerepeld 10370
Knol-, bol- en wortelgewassen
Aardappelen (Inclusief uitval) I) 146794
w.v. Consumptie-aardappelen op klei
incl. uitval
CX,CLUitVaL. 66750
op Zand/Veengrond
incl. uitval 22019
excl. uitval
suikerbieten 103530
suikerbiet-koppen/blad 54987
Voederbieten 11577
Landbouwwortelen 133
Zaai-uien 6263
Stro van: tarwe 142894
w.v. wintertarwe 82741
zomertarwe 60153
Gerst 101762
w.v. wintergerst 6994
zomergerst 94768
Groene erwten 7913
Schokkers 1894
Kapucijners/groene erwtieren 782
Bruine/witte bonen 2547
dachten wij dat de voorstellen gunstig mogen wor
den beoordeeld.
In de gevallen dat geen opvolger aanwezig is,
terwijl de pachter ouder is dan 65 jaar is een ge
zonde doorstroming toch te prefereren. Is er wel
een opvolger dan kan er tijdig voor worden ge
zorgd, dat de pachtrechten worden overgedragen
aan deze opvolger.
Natuurlijk zullen er ook weer mensen zijn die
door de maatregel, als deze van kracht zou wor
den, worden gedupeerd. Maar, Tiaar wij dachten,
zijn de positieve kanten van het voorontwerp meer
dere dan de negatieve kanten.
Er komen toch ook nog al eens misstanden voor
op dit punt. Oude pachters soms van 70 d 80 jaar
blijven zitten, exploiteren het land nauwelijks meer
en plegen onderpacht, terwijl de verpachter moet
toezien en de pachtovereenkomst blijft bestaan.
UP OCH moeten de wijzigingen scherp worden
-*• beoordeeld, het pachtrecht is voor velen een
recht van levensomvattende betekenis, en het recht
op verlenging is daarvan een belangrijk onderdeel.
Wij moeten beslist niet terug naar het instituut
van de publieke verpachtingen van de voor-oor-
logse jaren. Die zijn meerdere malen gebleken een
ramp voor de boer te zijn.
Een boosaardige buurman of een nieuwlichter
bood de pachter zover op dat voor de geboden prijs
een redelijke winst niet meer te verwachten viel.
Zou het pachtrecht worden afgebroken, vrezen toij
herhalingen van deze misstanden en deze mogen
niet terugkomen.
De voorstellen die thans ter tafel liggen beogen
echter alleen maor een verandetnng voor pachters
ouder dan 65 jaar en daar zitten behalve zakelijke
ook menselijke kanten aan. Het zakelijke mag be
slist niet altijd het menselijke overheersen.
PA AU WE.
de vaststelling van het contingent per teler. De
suikerindustrie tracht in het belang van de telers
zelf hierdoor te voorkomen dat de uitzaai in 1969
onnodig zou worden vergroot vooruitlopend op
speculaties over een eventuele contingentering van
de bietenteelt in de toekomst
t.o.v. het tienjaarlijks gemiddelde). Als gevolg van db
grotere oppervlakte steeg de produktie t.o.v. 1967 mei
1% tot 5.128.000 ton.
Door de steeds verdere inkrimping van het areaal voe
derbieten daalde de produktie in 1968 voor het eerst
tot onder de 1 miljoen ton.
De produktie van zaai-uien wordt geraamd op 213.000
ton hetgeen vrijwel op het niveau van 1967 neerkomt
Van de vergrote oppervlakte is namelijk een gemiddeld
rendement verkregen van 34.000 kg/ha hetgeen 9% lager
is dan die in 1967.
Opbrengst per ha
Totale opbrengst
1967
1968
1967
1968
4800
4400
138581
678971
5100
4700
491094
423186
4300
4000
247493
255785
4200
3600
446679
389478
4200
3900
35280
27814
4200
3600
411399
361665
4200
3250
33649
27116
4200
3250
8487
6236
4050
3100
5615
2405
3100
1950
13299
5390
2850
2250
866
443
2900
2700
15186
18009
1350
1300
4420
3887
1250
1150
259
152
8750
8200
83254
85022
6100
5700
58200
59249
35000
34500
4840196
5045308
36000
35500
2419331
2357766
30000
28500
2010847
1909352
31500
30000
788568
656708
25000
23500
632388
513373
50500
49500
5073697
5127676
33000
34000
1969063
1872824
82500
83000
1120314
963496
52000
52000
10596
6904
37500
34000
215011
213151
4200
3900
640796
552930
4300
4000
408953
331254
4000
3700
231843
221676
2900
2600
305060
259954
3300
3100
27603
21863
2800
2500
277457
238092
2300
1900
18557
14919
2350
2150
4774
4035
2750
2300
3777
1786
1700
1300
7248
3260
ALS ik de situatie in onze Bondsrepubliek be-
kijk, dan geloof ik dat het merendeel van de
huidige landbouwbedrijven in West-Duitsland zich
of als volledig bezet bedrijf maar vooral als
nevenbedrijf öf als bedrijf met nevenarbeid naast
een zeker aantal van grootbedrijven absoluut zal
kunnen handhaven.
Wij komen in alle bedrijfstakken enin de
dienstverlenende sektor in de komende 10 jaar
op zijn minst tot een 35-urige werkweek of een
vier-en-een-halfdaagse werkweek. Wij hebben in
onze industriële- en commerciële sectoren thans
reeds ongeveer 145 vrije arbeidsdagen per jaar.
Wanneer de vier-en-een-halfdaagse werkweek
werkelijkheid wordt en daar nog een paar vakan
tiedagen bijkomen, dan zijn de werknemers prak
tisch om de andere dag vrij.' en het zal voor iedere
boer, die nevenarbeid verricht of een nevenbe
drijf houdt, nog gemakkelijker worden, zijn be
drijf daarnaast te bewerken.
Iedere arbeidstijdverkorting maakt de oplossing
van het vrijetijdsprobleem voor allen die niet in
de landbouw werken steeds dringender. Ik geloof,
dat de roep naar eigen huizen met een moes- en
siertuin spoedig alle andere verlangens overstem
men.
Wij verdedigen daarom het agrarisch ge
zinsbedrijf, al dan niet met vreemde arbeidskrach
ten, want dit is bij alle bedrijfsgrootten en in ieder
geval als nevenbedrijf of als bedrijf voor bijver
dienste ten alle tijde voldoende in staat zich aan
te passen en zich tegenover kolchosen en groot
bedrijven te handhaven. In ieder geval zijn de
Europese boeren zeer beslist van plan om zich aan
de toekomstige ontwikkelingen aan te passen en
zich te handhaven zoals onze ouders en hun voor
ouders het ook gedaan hebben.
(Zie verder pagina 5)
(Vervolg van pag. 1