Samen
in het schap
De Zeeuwse
Fokpaardendag
te Goes
„Plan Mansholt"
in COPA
zonder discussie
31
(Vervolg van pag. 21)
De Duitsers accepteerden deze gang van zaken
maar moeilijk. Het gevolg was dat voorzitter
Dumont de Chassart na Mansholt's betoog bege
leid door Duitse spreekkoren „diskussie, diskus
sie!" de vergadering moest besluiten.
HUIZENHOGE KRITIEK
Op een persconferentie na afloop van de bijeen
komst liepen de golven van kritiek echter huizen
hoog. Vooral van Duitse zijde toonde men zich
„ontzet". De afgevaardigde van het „Bauernver-
band", Mows, verklaarde, dat het plan zelfs niet
aanvaardbaar was als basis van discussie. Volgens
hem was de Nederlandse vice-voorzitter van de
Europese Commissie alle perken te buiten gegaan
met zijn revolutionaire voorstellen, die de gehele
landbouwstructuur overhoop zouden halen.
De Duitse afgevaardigde noemde het plan „aan
matigend" Mansholt had het recht niet zo diep
in de nationale structuren te willen ingrijpen, en
dat op basis van cijfers en prognoses die aanvecht
baar waren. Voorts achtte hij het „economische
waanzin" om alleen in de landbouw zulke diep
gaande hervormingen te willen uitvoeren en niet
in de andere sectoren van de economie.
De Nederlandse woordvoerder uit de algemene
vergadering van de COPA, mr. J. F. Schlinge-
mann, had vooral bezwaar tegen de manier, waar
op dr. Mansholt deze week zijn „voor tien miljoen
boeren onaangename plan" in de publiciteit had
gebracht. Psychologisch had hij volgens hem een
slechte beurt gemaakt. Het zou veel verstandiger
zijn geweest als de Commissie eerst eens op basis
van een algemeen verslag over de huidige situa
tie in de landbouw met de COPA en andere be
roepsorganisaties is discussie was getreden,
bestudeerd kunnen worden. Om voorbarige uit
spraken te voorkomen had de COPA-leiding dus
geen diskussie gepland.
Wel werd er vooral van Franse zijde (o.a. ook
gesteund door de heer Knottnerus) op aangedron
gen dat de voorzitter namens het COPA een paar
dingen nog eens duidelijk even tegen dr. Mans
holt zou zeggen. Dat gebeurde ook: Bezwaar werd
gemaakt tegen de richtprijsverlagingen; de nood
zaak van een deugdelijke bescherming tegen der-
de-landen-import (vooral uit Oostblok) en een
goede organisatie van de markt (granen en melk)
werd beklemtoond.
A. VAN DIJK
Afd. Voorlichting Landbouwschap.
OVER het Landbouwschap is in de veertien jaren
van zijn bestaan heel wat geschreven, vaak
door mensen die dit en andere schappen met het
wetboek in de hand te lijf gingen. Daardoor is in de
loop van de tijd in ieder geval wel duidelijk gewor
den, dat er wettelijk gesproken niets mis is met het
schap en als bijkomend voordeel kan worden gere
kend, dat menige juridisch goed doorwrochte be
schouwing is ontstaan.
Ook in deze rubriek zouden We natuurlijk het
wetboek als uitgangspunt kunnen nemen om over
het Landbouwschap te praten. Maar dat laten we
toch liever aan juristen over. Bovendien zijn wet en
praktijk lang niet altijd eikaars spiegelbeeld. Heel
duidelijk blijkt dat naar onze mening, als we zien
wat de wet over de voorzitter van het Landbouw
schap schrijft: niet meer dan dat deze het Land
bouwschap in en buiten rechte vertegenwoordigt.
Daar valt niet uit af te lezen, dat het voorzitterschap
van het Landbouwschap bijvoorbeeld een hele ont
wikkeling heeft doorgemaakt.
Strikt genomen doet de Landbouwschapsvoorzit
ter hetzelfde werk dat ook de voorzitter van elke
andere organisatie verricht. Dat wil zeggen, dat hij
de leiding heeft van de vergaderingen van het be
stuur en het dagelijks bestuur en een belangrijk
aandeel in de voorbereiding van deze vergaderin
gen. Hij zorgt ervoor dat de beslissingen van het
bestuur worden uitgevoerd. In sterke mate bepaalt
hij door zijn optreden, waarbij hij natuurlijk handelt
volgens het beleid dat het (dagelijks) bestuur heeft
uitgestippeld, het gezicht van het Landbouwschap.
DE persoon van de voorzitter speelt dan ook een
belangrijke rol. Gelukkig heeft het Landbouw
schap in zijn vrij korte bestaan kunnen profiteren
van de werkkracht en bekwaamheid van enige voor
treffelijke mannen die plaats namen in de voorzit
terszetel. De eerste voorzitter was de heer H. D.
Louwes wiens bijzondere persoonlijkheid, al is het
alweer acht jaar geleden dat de dood een einde aan
zijn werk maakte, in veler herinnering voortleeft.
Hij was een wijsgerig aangelegd man, waarvan de
Duitsers waarschijnlijk zouden zeggen dat hij
„Agrarphilosoph" was. De heer Louwes werd opge
volgd door de heer A. W. Biewenga, die in een pe
riode waarin veel kritiek op het Landbouwschap
werd geleverd veel te verduren had en zeker niet
met onverdeeld genoegen zal terugdenken aan de
stormen die hij moest doorstaan. Deze stormachtige
periode viel ongeveer samen met het tienjarig be
staan van het landbouwschap en er is toen bij het
bereiken van die mijlpaal besloten om taak en werk
wijze van het Landbouwschap eens grondig te her
zien.
Het resultaat van die studie was een rapport dat
de drie centrale landbouworganisaties en de drie
werknemersbonden aanleiding gaf tot hun verkla
ring van 1967 over de samenwerking en het onder
ling overleg in het Landbouwschap. Een belangrijk
punt in deze verklaring is de alinea die betrekking
heeft op de voorzitter van het Landbouwschap.
heren Louwes en Biewenga waren in tertij d
benoemd van buiten de kring van het Land-
bouwschapsbestuur. Daardoor was hun band met de
organisaties, hoewel zij elk in hun eigen organisatie
mannen van gewicht waren, niet zo sterk. Dit moest
veranderen toen de organisaties in 1967 besloten het
accent sterker op hun samenwerking in het Land
bouwschap te leggen. De zes organisaties waarop
het Landbouwschap is baseerd, vonden, dat de voor
zitter van het Landbouwschap zo nauw mogelijk be
trokken moet zijn bij het werk van de samenwer
kende organisaties. Zij spraken toen af, dat de voor
zitter in de toekomst zou voortkomen uit de onder
nemersvertegenwoordigers in het dagelijks bestuur
•en de eerste plaatsvervangend voorzitter uit de
werknemersvertegenwoordigers in dat college. Het
dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter van de
zes organisaties en bijgevolg is een hunner nu dus
tegelijkertijd voorzitter (respectievelijk plaatsver
vangend voorzitter) van het Landbouwschap en van
zijn eigen organisatie. Bovendien is afgesproken,
dat elke voorzitter de voorzittershamer van het
Landbouwschap bij toerbeurt zal hanteren, en wel
voor een gehele zittingsperiode van het bestuur
(twee jaren).
Thans bekleedt de heer ir. C. S. Knottnerus, voor
zitter van het Koninklijk Nederlands Landbouw-Co-
mité, het voorzitterschap van het Landbouwschap.
Zijn zittingsperiode (en die van het hele bestuur)
eindigt c*p 30 april 1970.
De heer Knottnerus is niet alleen aktief in de
landbouworganisaties maar daarbij ook man van de
praktijk. Samen met zijn zwager exploiteert hij een
landbouwbedrijf in West-Brabant.
Vrijdag j.I. was het op het Marktplein te Goes
weer een drukke bedoening.''De paardenfokkers,
verenigd in de Zeeuvyse bonden, waren met hun
materiaal opgekomen om met elkaar de krachten
te meten. Opgegeven waren 90 stuks bij de trek
paarden eri 39 stuks bij de Shetlandpony's.
Het was gewoon een feest om te kunnen con
stateren hoe bazen en knechten zich in het gareel
wierpen om hun producten klaar te zetten voor
het monsteren in de keuringsbaan, zelfs dames
hielpen daaraan mee.
Wij misten deze keer de heer De Maaker uit
Wolpihaartsdijk. Op de Nationale in Den Bosch
in september trof hem een ernstig ongeluk. Ge
lukkig is hij dezer dagen in zijn woning uit het
ziekenhuis teruggekeerd. Zijn paarden waren wèl
aanwezig en door vriendenhanden in de baan ge
bracht.
De opkomst van het publiek viel mee, de cata
logi waren reeds vroegtijdig uitverkocht. De cata
logus was duidelijk en correct opgesteld. De kwa
liteit van de paarden viel te roemen. De veulens
waren beter dan vorig jaar, de 1%-jarigen waren
goed en de 2Vz-jarigen waren best. Er waren wei
nig achterblijvers.
De drie grootste inzenders waren: A. Serrarens
met 8 stuks, Jos Brooijmans met 7 en A. N. Steen-
dijk met 6 stuks. De juryleden kwamen van ver,
uit Noord-Holland, Overijssel, Limburg en Oost-
Brabant. De uitslagen:
Merrieveulens kleine maat: la. Sarina van
't Hoogland, eig. A. Serrarens, Ossenisse. Wel jong
nog, maar veel soort in de bovenbouw en correct
beenwerk: Kampioene van- alle merrievèulens;
lb. Frida van Krabbeneiland, eig. C. Marinussen,
Biggekerke; lc. Marianne van 't Hoogland, eig. A.
Serrarens, Ossenisse.
Merrieveulens middenmaat: la. Vera, eig. A. L.
C. Brooijmans, Oud-Vossemeer. Geblokt en ty-
pisch-heenwerk; lb. Anneke van de Goede Polder,
eig. Joh. Louwerse, Vrouwenpolder; lc. Gretha
van Hengstdijk, eig. G. van Hoeve, Terneuzen; ld.
Volgden nog 4 tweede prijzen.
Merrieveulens grote maat: la. Bianca van 't
Groene Hek, eig. A. J. Bolijn, Ouwerkerk. Wel
breed van boven, maar in algemeen voorkomen
wat ordinair; lb. Grietje van 't Hoogland, eig. A.
Serrarens, Ossenisse. Had gemakkelijk op de
plaats van la. kunnen staan; lc. Petra van Waar
de, eig. M. J. Mol, Waarde; ld. Astrid, eig. C. N.
den Hamer, Schoondijke. Volgden nog 4 tweede
priizen.
Hengstveulens grote maat: la. Frits van de Ha
venweg, eig. J. Maljaars, Oostkapelle. Fors ont
wikkeld, mooie voorhand, liep er uit; lb. Karei
van Gasthuishof, eig. A. L. C. Brooijmans, Oud-
Vossemeer.
Hengstveulens kleine maat: la. Barnum van 't
Eiland, eig. P. E. de Backere, Sint Kruis en nota
ris Huisman te Grootegast. Frits van de Havenweg
is kampioen geworden.
Achttien maanders merriën. grote maat: la. Si-
billa van 't Hoogland, eig. A. Serrarens, Ossenisse.
Mooi van soort, voldoende beenwerk; lb. Olga van
de Vithoekse dijk, eig. G. van Hoeve, Terneuzen.
Achttien maanders, middenmaat: la. Mimosa
van Victorine, eig. A. Bonte. Sint Kruis. Vlot over
de weg, behangen koffer; lb. Erna van Steen, eig.
J. Dobbelaer, Sint Jansteen.
Achttien maanders, kleine maat: la. Ylonda van
Bleyendaal, eig. A. L. C. Brooijmans, Oud-Vosse
meer. Klein maar rein, lijkt veel op moeder Re-
tardine; lb. Jenny van Baron, eig. Simons en
Schier, Heinkenszand en Kapelle. Ylonda is kam
pioene geworden en Mimosa reserve.
Achttien maanders hengsten, grote maat: la.
Adament van de Linge, eig. Wéd. Iz. de Buck,
Grijpskerke. Is nogal aan de maat, en bovendien
wat flauw. Brede schenkel en gespierde opper
arm; lb. Anton van liet Groene Hek, eig. A.J.
Bolijn en A. N. Steendijk, Ouwer- en Nieuwer-
kerk.
Achttien maanders hengsten, middenmaat: la.
Cupido van Schelpweg, eig. A. N. Steendijk, Nieu-
werkerk. Diepe ribbenkast, met uitdrukking in
het beenwerk; lb. Zephyr van Steenzwaan, eig.
dezelfde.
Achttienmaanders hengsten kleine maat: la.
Alexander van Cromstrijen, eig. De Backere en
Huisman, Sint Kruis en Grootegast. Is van beste
afstamming van weerszijden, beschikt over adel
en type, beenwerk en bewegingen zijn goed; lb.
Baron van 't Sander, eig. A. Serrarens, Ossenisse.
Alexander is kampioen geworden van deze groep
jonge hengsten.
30 maanders merriën, grote maat: la. Tineke
van Nieuw Zoetendale, eig. G. A. Leendertse,
Middelburg. Is blijkbaar een winterpaard, stond
op de Nationale in de achterste gelederen, maar
was nu feitelijk niet te kloppen, evenals vorig
jaar niet; lb. Ylonka van Steenzwaan, eig. A. N.
Steendijk, Nieuwerkerk; lc. Florette van Beek,
eig. P. A. Suy, Absdale.
Middenmaat: la. Revi van Reimershoek, eig. B.
de Maaker, Wolphaartsdijk. Breed gebouwd met
diepe broek, sterke lendenenpartij en voldoende
vlot; lb. Mirza van Frik, eig. A. L. Schrier, Ka
pelle.
Kleine maat:, la. Jacqueline, eig. A. Gideonse,
Sint Laurens. Stond nog beter dan op de Natio
nale deze zomer met haar 1ste prijs, is een beste
merrie van klasse; lb. Julia van Schaapstelle, eig.
Gebr. Abrahamse, Serooskerke. Jacqueline is kam
pioene geworden en Tineke reserve.
Merriën 3 /z jaar, grote maat: la. Amanda van
Schaapstelle, eig. P. Duvekot, Grijpskerke. Veel
formaat, sterke bovenlijn, extra in draf, ruime
voeten; lb. Juliana van Grutershoeve, eig. A. L.
Schrier, Kapelle; lc. Wipette van Bleyendaal, eig.
P. J. Noom, Scherpenisse.
Kleine maat: la. Maja van 't Hoogland, eig. A.
Serrarens, Ossenisse. Gaf reeds als 3-jarige een
veulen, wat haar niet was aan te zien, regelmatig
gebouwd, voldoende gebeend, voornaam type; lb.
Nellie van het Dorp, eig. B. Simonse, Heinkens
zand; lc. Minerva van Kouwenberg, eig. J. A. Ge
luk, Oud-Vossemeer. Van deze rubriek is Amanda
van Schaapstelle kampioene geworden.
Merries met 2 afstammelingen: la. Orpha van
de Linge, eig. Wed. Iz. de Buck, Grijpskerke; lb.
Wilma van de Linge, eig. P. de Maaker, Wol
phaartsdijk.
Hengsten met 5 afstammelingen: la. Dinant
d'Orange, eig. Wed. Iz. de Buck, Grijpskerke; lb.
Favorie van Moerkapelle, eig. C. N. den Hamer,
Schoondijke; lc. Diogéne van 't Hoogland, met 3
achttienmaanders hengsten; lb. A. L. Brooijmans,
Oud-Vossemeer; lc. A. Serrarens; ld. idem; le. A.
L. Schrier, Kapelle; lf. De Backere, Sint Kruis ën
Huisman, Grootegast.
De Shetlandpony's: Deze keuring hebben wij
niet kunnen meemaken. Alleen zij nog vermeld,
dat Nita van de Stoeterij, Algemeen karilpioene is
geworden. Eig. J. C. J. v. d. Velde, Kamperland.
En Bea van Kamperland de beste gefokte merrie
in Zeeland was. Eig. Jan Clement, ook te Kam
perland.
P AERDENVRIEND