Stille vaste ster
Laat ons bidden
1 V
if
i
Pi'-yyl
2
Gij, die alle sterren houdt
in uw hand gevangen,
Here God, hoe duizendvoud
wekt Gij ons verlangen.
Ach, ons hart
is verward, -
leer het op uw lichte
hoge Rijk zich richten.
Want de lichten die wij zelf
aan de hemel stelden,
glinstrend in het zwartgewelf,
sterren, ongetelde, -
al hun glans
dooft nochtans;
dan is heel ons leven
door de nacht omgeven.
God, is dan wat U verliet
uit uw hand gevallen;
mist Gij onze wereld niet
bij Uw duizendtallen?
Blijf niet ver,
doe één ster
in de nacht ons gloren,
of wij zijn verloren!
Christus, stille, vaste ster,
o gij licht der lichten,
waarnear wij van her en der
onze schreden richten, -
geef ons moed;
't is ons goed,
u te zien, Getrouwe,
uw hoog Rijk 't aanschouwen.
AD DEN BESTEN
in „Wij hebben zijn ster gezien"
J. N. Voorhoeve - Den Haag
voor mensen dicht om ons heen
die leven in moeite en zorg,
ongezien en ongeacht;
voor hen die bedroefd en ontgoocheld zijn,
voor allen die geen zin meer hebben
in hun leven;
voor mensen die alleen staan,
voor hen die, in deze dagen vooral,
de tijd niet doorkomen,
en geen aansluiting vinden.
Wij bidden U, God,
voor allen die slachtoffers zijn,
vermoorde mensen,
doden in ons dagelijks verkeer;
voor kinderen zonder ouders,
voor gevangenen en vreemdelingen,
voor vluchtelingen zonder land en zonder naam,
Joden, Arabieren, Grieken en Ambonezen,
voor mensen die leven in conflict met anderen,
en geen oplossing weten;
voor zieken zonder hoop op genezing.
Wij bidden U voor onze doden. God:
gedenk hun namen, bewaar hun leven bij U.
Laat ons bidden
voor alle vragen en zorgen
die ons zijn aanbevolen.
Voor
Heer God, al deze woorden,
heel dit uur van gebed,
wij zijn het zélf.
Gij kent de afgrond
waarin wij verloren kunnen zijn.
Uit de diepte roepen wij U;
op deze dag van uw menslievendheid
roepen wij U.
Wij leven nog, hóud ons in leven,
zo bidden wij U,
met Jezus Uw Zoon.
HUUB OOSTERHUIS s.J.
ged. ontleend aan:
Heden en hier en in die dagen**
uit „Kerstmis Baksel!"
Uitgeverij W. ten Have N.V.
Amsterdams
blad in de eerste plaats namens Secretariaat en Redaktie
onze lezers een gelukkig Kerstfeest, zalig uiteinde en een
voorspoedig 1969 toegewenst!
In tegenstelling tot vorige jaren moest dit Kerstnummer be
scheiden van opzet zijn. De financiële eindjes van de exploi
tatie van ons blad bleken, zo aan het einde van het jaar, bij
zonder kort te zijn. In feite te kort om ze goed aan elkaar te
kunnen knopen! Dit bracht voor de Redaktie met zich mee
dat de nodige beperking op de inhoud moest worden be
tracht. Ditmaal dus maar 32 pagina's
AS.
I, Ij
V! V/L. A -tir
r*. V j
M«\ - «1
.v
ry -
In het eerste katern van 16 pagina's
Uit de geschiedenis van Schouwen: „Het Bokkebosje",
„Scherpkoren" en „De verkeerde sokke", pag. 4
„De jongen uit de herberg", een Kerstverhaal
Voor de Vrouw:
„Zesmaal een wildmaaP', Kerstmis in een nieuw vader
land, Fondue schept gezelligheid en Denk met Kerst
mis aan hen die dieet houden!, pag. 6 en 7
„Oude boerderijen in Zeeland": De 21e aflevering van
onze serie. Ditmaal „De Noordhoek" te Kloetinge,
pag. 8 en 9
Uit de geschiedenis: De strijd om het inlandse graan en
Pachtersproblemen in de 18e eeuw, pag. 10 en 11
Het tweede katern als meer „zakelijk gedeelte" geeft o.m.r
De bekende „Hoechst Kerstpuzzel" met fraaie prijzen.
pag. 24 en 25
„De Coöperatie en de toekomst", belangrijke passages
uit de openingsrede van de voorzitter van Cebeco, de
heer A. M. Geluk, op de Algemene Vergadering van
deze coöperatieve toporganisatie, pag. 17
„Ons Commentaar" over Mansholts plannen, pag. 17
De fruitteelt 30 jaar geleden,
pag. 22
De jaarvergadering der C.Z.A.V. en een artikel over „De
Waterschappen en de schouw van kavel-, weg- en dijk-
sloten", pag. 23
Het keuringsverslag van de Zeeuwse fokpaardendag te
Goes, pag. 26
„Uit of thuis", „Kerstmis voorbij" en „Advent" op de
Plattelandsjeugdpagina, pag. 27
Tenslotte: ons volgend nummer verschijnt weer op VRIJDAG
3 JANUARI 19691 En het nummer van vrijdag 10 januari zal
OewUd zün san de rassenberichten 19691