DE MAAND JULI ZEEUWS LANDBOUWBEDRIJF OP HET 6 De maand juli kenmerkt zich enerzijds door de verpleging van een aantal gewassen, die ook deze maand volop de aandacht vragen, terwijl anderzijds de oogstperiod-e op gang komt. Daar het aantal oogstbare dagen dikwijls beperkt is, dient, wanneer de omstandigheden zich hiertoe lenen, de volle kapaciteit uit de verschillende ma chines gehaald te worden. Zorg dus dat alles gereed staat en versleten on derdelen zijn vervangen, zodat tijdens de oogst geen narigheid wordt ondervonden vanwege niet goed werkende machines. HET GRASZAAD. Om de hoogste opbrengst te kunnen halen is het tijdstip van maaien bijzonder belangrijk. Pleeg daarom overleg met de firma waarbij het gewas gekontrakteerd werd en maak tevens een goede afspraak met de loonwerker. Is een zwad erg nat geregend, dan kan het ge wenst zijn dat het wat wordt opgelucht om een betere droging te verkrijgen. Gebruik dan de zwad- verlegger en niet de vork. Deze laatste methode geeft meer zaad verlies dan u denkt. Na het, dorsen is een snelle afvoer naar de ontvangende firma noodzakelijk voor het behoud van de kwaliteit. De raai- en zwenkgrassen, evenals beemdlang- bloem kunnen ook van stam gemaaidorst worden. Bij de overige rassen verkrijgt men een lagere op brengst doordat het zaad minder uitgedorst en on voldoende uitgezeefd wordt. Bij het van stam maaidorsen dienen de volgende punten goed in acht genomen te worden. 3. Het mes moet scherp zijn en goed in de maai- balk passen. 2 De datum van het van stam dorsen ligt 4 a 5 dagen na de normale maaitijd. Een weg terug is er niet meer. 3. Het gedorste zaad bevat 4050% vocht. Om broei tegen te gaan dient men direkt na het maaidorsen te drogen met koude lucht. MEDEDELING VAN DE RIJKSLANDBOUW. VOORLICHTINGSDIENST L. N. BAX 4. Na 24 a 48 uur drogen met koude lucht mag pas begonnen worden met warme lucht te drogen. Bij te vroeg drogen met warm lucht gaat de kiemkracht zeer sterk achteruit. Tijdens het drogen met warme lucht mag de temperatuur niet boven de 30° C. komen. Moet het graszaad na de oogst omgereden worden, dan dient de stoppel goed bewerkt te worden. De beste bewerking is: eerst frezen om een fijn zaai- bed te verkrijgen voor het ontkiemen van uitgeval len zaad. Hierna kan er dan met een kultivator worden gewerkt. Na een goede bewerking van de grond kan de vertering van de zode worden bevorderd door het inzaaien van een vlinderbloemig gewas. De gewas sen kunnen dan volgend jaar groeien zonder extra stikstof. Bij het zwad maaien verdient een lange stoppel aanbeveling. Deze houdt het wegwaaien van het gewas tegen, zodat zaadverlies beperkt wordt. VLAS. De beste tijd voor het plukken is als de helft van de stengels schoon zijn en het gewas een lichtgele verkleuring vertoont. Wordt het gewas te vroeg getrokken dan kan gemakkelijk schimmelvorming optreden. Vooral bij het plukken niet te snel rijden omdat het vlas anders beschadigd wordt. Niet te grote rechte schoven drogen snel, verwer ken gemakkelijk en geven bij de verwerking min der verlies. Schelven of ruiteren zodra het gewas daarvoor voldoende droog is, verkleint het risiko. ERWTEN. Voor de bestrijding van de peulboorder dient gelet te worden op de ontwikkeling van het gewas. De be strijding is gericht tegen de pas uitgekomen rupsjes. Als de oudste peulen in de rand van het perceel beginnen te zwellen, moet de eerste bespuiting met 1,6 kg parathion 25% of 2,5 kg diazinon 20% worden uitgevoerd. De bespuiting dient een week later herhaald te worden. Konsérvenerwten kunnen tot 4 dagen voor de oogst met 2 liter phosdrin per ha worden gespoten. Ter bestrijding van kwade harten kan men gelijk- K AR WIJ ZAAD Maak de maaidorser voor ieder perceel schoon ter verspreiding van onkruidzaden (wilde haver-duist).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1968 | | pagina 6