Inspraak. Ze benutten deze mogelijk
heid dan ook. We zijn het weliswaar
niet altijd eens, maar wat ik belang
rijk vind is, dat de agrarische voor
mannen ook een open oog hebben
voor andere dan direkte agrarische
belangen".
Vraag: „Zoals?"
Mr. v. A.: „De totale ontwikkeling
van Zeeland".
Vraag: „Hoe ziet u die?"
Mr. v. A.: „Tot voor kort was Zee
land overwegend van agrarische be
tekenis. Er was weinig industrie. In
feite alleen in Vlissingen en de ka-
naalzóne van Zeeuws-Vlaanderen. De
agrarische betekenis op zich zie ik
niet verminderen: er zullen altijd grote
delen van Zeeland zijn, waar het agra
rische overheerst. Op Walcheren ten
westen van de lijn Vlissingen-Middel-
burg gaat industrieel niets gebeuren.
Noord-Beveland blijft agrarisch, even
als Schouwen-Duiveland, Tholen, St.
Philipsland, West Zeeuws-Vlaande
ren. Vergeet niet, dat de industriële
ontwikkeling een zeer geconcentreer
de is. Het wordt een ontwikkeling op
bepaalde punten, rond de Wester-
schelde, Terneuzen en omgeving, Os-
senisse, het Sloegebied. Op enkele
plaatsen (Sloe en Terneuzen met
name) komen concentraties van wat
grotere bedrijven, die behoefte heb
ben aan groot-scheepser vaarwater
(Folo P. Z. C.)
voor schepen tot zo'n 80.000 ton. We
moeten ons bovendien realiseren dat
de industriële ontwikkeling voor de
werkgelegenheid van groot belang is.
Denk voorts eens aan de dienstensek-
tor, de toelevering enzovoort.
We zijn nu met 298.000 Zeeuwen. In
de 2e Nota Ruimtelijke Ordening
wordt aangenomen, dat het er in 2.000
zo'n 750.000 zullen zijn. Wij zijn in
onze Ontwikkelingsschets uitgegaan
van een „tussenstation" van een
390.000 in 1985. 600.000 Zeeuwen in
2000 lijkt ons een aannemelijker prog
nose".
Vraag: „En het toerisme?"
Mr. v. A.: „De rekreatieve ontwik
keling komt de gehele provincie ten
goede. Er zit een enorme groei in.
Tien jaar geleden was het aantal over
nachtingen in Zeeland rond 1 miljoen.
In 1967 waren het er 51/2 miljoen. West
Zeeuws-Vlaanderen, de Braakman,
het Veerse Meer, maar ook op andere
plaatsen, het spoelt over de hele pro
vincie heen.
Goede toeristische voorzieningen
zijn belangrijk, maar niet minder geldt
dit voor goede verkeersverbindingen
naar en van onze provincie".
Vraag: „Acht u deze laatste nu voldoende?"
Mr. v. A.: „De verbinding met de
Randstad is aanzienlijk verbeterd.
Grevelingendam en Zeelandbrug zijn
welvaartspeilers geworden. Aan de