Het fjordenpaard ook op de Z.L.M.- tentoonstelling W. van Helden, Stamboek-secretaris te Wilhelminadorp. Het fjordenpaard, een zogenaamd „tussenpaard" wordt in het duits misschien duidelijker geformu leerd als „KLEIN PFERD". Het fjordenpaard vertegenwoordigt een zeer oud landras uit de bergachtige kuststreken van Noor wegen, waar het reeds eeuwen zuiver is gefokt. Op exterieur is het een typisch bergpaard, waar aan de natuur, door haar selectie nog bijpassende karakter-eigenschappen heeft toegevoegd. Terugkomende op het exterieur, dan vallen di rect op: de zware voorhand, vlakke schoft en wat flauWe ruglijn; allen ras-eigenschappen, die te ma ken hebben met het feit, dat bij bergpaarden het aangrijpingspunt voor de trekkracht zo laag mo gelijk dient te liggen. De bouw is daar dus bij aangepast: ten eerste door die zwaar gespierde voorhand; ten tweede doordat de wervelkolom la ger is opgehangen tussen de schouderbladen dan bij andere paardenrassen het geval is en waardoor het paard in bergachtig terrein gemakkelijker „aan de grond" kan blijven. Deze diepere ligging van de wervelkolom en dus eveneens van de doornuitsteek sels, veroorzaken dat vlakke schoft en de wat min dere strakke bovenlijn. Wat het bijpassende karakter betreft: de grote werklust en trekvastheid zijn uiteraard onontbeer lijk' in het bergland, omdat het bestaansrecht als trekkrachtbron daar nauw mee samenhangt. Ook de intelligentie past daarbij, omdat op de smalle berg wegen, veelal onder moeilijke omstandigheden, het paard zelf een oplossing moet weten te vinden voor verplaatsing van de last en zichzelf (zowel om hoog als omlaag). We mogen ons gelukkig prijzen van deze eigen schappen gebruik te kunnen maken en dat wij er ook in Nederland van weten te profiteren, blijkt (Zie verder pag. 100) 88

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1968 | | pagina 124