zJ
Zuivelzorgen
VRIJDAG 17 MEI 1968
56e Jaargang No. 2931
VM w
Officieel orgaan van de Maatschappij tot bevordering van Land- en Tuinbouw en Veeteelt in Zeeland
125 jaar
zeeuwse
17 tot en met
22 juni 1908
WÊ0<::
landbouw
maatschappij
O
r\ E argumenten deden het goed, vooral in de
dagbladpers, en het sluitstuk kwam toen na
V' -
::::'A;4ÉS
|§£|p||f
iit
•V;
V-
ONS COMMENTAAR
r^ATGENE waarvoor van de zijde van 't georga-
niseerde bedrijfsleven al lange tijd is gewaar
schuwd is gebeurd. Er heeft een scherpe daling in
de uitbetalingsprijs van de melk aan de boer plaats
gevonden. Naast de aardappelcatastrofe en de ap
pelcrisis wordt nu ook de veehouderijsector voor 'n
aanmerkelijke inkomensdaling geplaatst. Het is mis
schien nog eens goed om de achtergronden en oor
zaken van datgene wat zich nu afspeelt in het kort
samen te vatten.
Zoals bekend zou op 1 april j.l. het Europese zui
velbeleid hebben moeten ingaan. Dit is om diverse
verschillen van inzicht tussen de zes ministers niet
kunnen doorgaan omdat nog steeds geen overeen
stemming bereikt kon worden. Ook de standpunten
van de heer Mansholt hebben ongetwijfeld bijge
dragen tot een niet zo vlot verloop van 't Brusselse
gesprek. Hij was het immers die een verlaging van
de richtprijs voorstelde of, wat op hetzelfde neer
komt, een te lage vaststelling van de inleverings-
prijs voor boter. Boerenbedrog, zo werd deze voor
gestelde manipulatie toen in onze kring genoemd.
Bovendien zag de heer Mansholt kans om twee
zaken goed door elkaar te mengen, n.l. het totstand
komen van een Europees zuivelbeleid en de aan
wezige overschotten op de botermarkt. Iedere keer
als een naar zijn mening te hoge prijs voor het
Europees zuivelbeleid uit de bus dreigde te komen,
deed hij een greep in de argumententrommel met
het woordje „teveel" en lichtte dat somber toe aan
de hand van de huidige situatie.
1 april ook nog eens de boterprijzen omhoog gingen.
„Boter teveel en toch de prijzen omhoog!" Wie
kan een nog pakkender krantekop bedenken? Men
had het nog moeten aanvullen met de zin „en toch
krijgen de boeren minder". Het zou het nog inge
wikkelder maar wel juister hebben gemaakt. Hoe
wel de verhoging van de boterprijs geen bewijs is
van groot psychologisch inzicht en men beter het
overschot eerst had kunnen ruimen komt men in de
landbouw er niet mee klaar naar Philips te verwijzen
die, zo wordt dan gesteld, toch ook door zijn prijzen
te verlagen meer verkoopt.
De aardappeltelers met prijzen van 3 cent kun
nen over het verband tussen prijs en afzet in de
landbouw bijvoorbeeld wel anders meepraten.
Het feit dat de prijs verhoogd moest worden door
dat de industriemelktoeslag (in feite een consumen
tensubsidie) door de E.E.G.-bepalingen per 1 april
diende te verdwijnen, kwam door de veelheid van
andere zaken niet goed uit de verf.
(Zie verder pagina 3J