UIT DE PRAKTIJK
Oude boerderijen
in
Zeeland
Waar zijn bieten op eindafstand gezaaid?
1968 is voor de boer goed begonnen
(Vervolg van vorige pag.)
De eerste pachter vinden we in 1698, n.l. Jan
Adriaanse Pover, die in 1703 gevolgd is door Adr.
Chrsz Pover. Omstreeks 17301740 was Adriaen
Noorthoek pachter van „Landlust". Nog vóór 1800
is Jan M. van Burg(t) boer op de hofstede. We kun
nen hem volgen tot 1829. Op 9 april 1832 overleed
hij op 75-jarige leeftijd. Hij was toen weduwnaar
van Adriana Dijkgraaf.
Jan M. van Burg was een man van enige beteke
nis. die we in verschillende functies aantreffen.
Hij trad vele jaren op als vertegenwoordiger der
familie Van Ysselstein en was geruime tijd dijk
graaf van de Nwe. West-Kraayertpolder. Voorts
was hij lid van de gemeenteraad van 's-Heer
Arendskérke van 1818 tot ca. 1832.
In een lijst van juni 1810 wegens declaraties
over geleden schade door en geleverde goederen
aan franse en hollandse troepen komt Jan van
Burg voor met een bedrag van 1009,-. Veel boe
ren vinden we op dezelfde lijst vermeld. Hun vee
was gedood, hun bomen omgehakt en hun kippen
gestolen.
Omtrent de bewoners van de hofstede (huisnum
mer E 5) in 1826 vinden we in een register der ge
meente 's-Heer Arendskerke, dat dit waren:
Jan van Burgt Sr. weduwnaar geb. 15-11-1756
Jan van Burgt Jr. zoon geb. 17-08-1806
Frederik van Burgt zoon geb. 14-09-1808
Cornelia Vermaire knecht geb. 11-09-1787
Adriana Murre meid geb. 14-09-1814
Janna Meulblok meid geb. 22-04-1800
Pieternella Murre meid geb. 17-09-1790
Cornelis Meublok geb. 6-09-1815
Eén der mendeuren onder de verhoogde rand van het rieten dak.
Omtrent Jan van Burg vonden we verder nog
dat hij in 1829 12,25 en in 1831 5,20 betaalde in
de hoofdelijke aanslag der plaatselijke belasting.
In laatstgenoemd jaar was hy geen landbouwer
meer doch „particulier".
7IJN opvolger als pachter konden we na veel
moeite opsporen, ons vastklampend aan het
enige houvast het hiervoren genoemde huisnum
mer dat sedertdien vele malen werd gewijzigd.
Het was Cornelis Rottier, geb. in 1807, overleden
11 jan. 1859. Hij kwam in 1830 op de hofstede, waar
op 11 sept. 1831 zijn zoon Jan werd geboren en op
6 aug. 1832 een tweede zoon Izaak Willem. Zijn
vrouw was Wiilemina op 't Hof. Zij stierf in het
kraambed op 16 aug. 1832, tien dagen na de geboor
te van haar tweede zoon. Zij was 20 jaar oud en
Cornelis Rottier 25 jaar.
De vader van Cornelis was Jacob Rottier, sche
pen van Borssele in 1803 en van 's-Heer Arends
kerke in 1334—1835. De functie van dijkgraaf van
de Nwe. West Kraayertpolder bekleedde hij om
streeks 18301835. Verder was hij keurmeester der
meekrappen in 1833. Hij overleed in 1835.
AP ZUID-BEVELAND zijn in de week van 1
tot en met 6 april de landwerkzaamheden
weinig gevorderd. In de jongere polders was het
werk vrijwel gebeurd. Hier en daar moesten nog
wat aardappelen worden gepoot. In de oudere ker
nen moesten nog wat suiker- en voederbieten wor
den gezaaid en verder nog een vry belangrijk deel
van de aardappelen worden gepoot. Indien de
weersomstandigheden gunstig zijn, kan dit laatste
deel van zaaien en poten in een dag of drie wel
klaar zijn.
Door de zeer goede struktuur by het klaarmaken
en zaaien en de hoge temperaturen rond 29 maart
was de opkomst van de zomergranen, vlas en erw
ten zeer vlot. Ook was dit het geval met de vroegst
gezaaide bieten. Hoewel het geen 1 aprilmop is
kwamen 1 april de eerste bieten reeds boven. De
eerste week van april was heel wat kouder, zelfs
met enkele flinke nachtvorsten. Mochten we in
deze vroeg bovengekomen bieten nu deze zomer
veel schieters krijgen dan weten we wat de reden
daarvan is.
Over een zeer lange periode is dit voorjaar met
DNOC getracht het onkruid in de wintertarwe te
vernietigen. Voor het vroeg bestrijden werd in
verband met het dan aanwezige nachtvorstgevaar
steeds gewaarschuwd. Steeds meer komt de mening
naar voren dat mede door het hier heersende kli
maat dit risico voor schade aan de tarwe uiterst
gering is. Als grootste winstpunt blijkt verder dat
de onkruiddoding veel beter is bij een vroege toe
passing.
De chemische onkruidbestrijding met bodemher
biciden in suikerbieten dient zo spoedig mogelijk
na het zaaien te geschieden. Het maken van spo
ren op te natte grond, zoals dit ook in de eerste
week van april weer voorkwam wilde men niet te
laat zijn, moet voorkomen worden.
De vochtigheid van de grond is meest zodanig
geweest, dat een goed resultaat op de pyramln
verwacht kan worden.
Vorig jaar was de animo om bieten op eindaf
stand (dit is boven de 10 cm) te zaaien wel aan
wezig. Tot nog toe is er weinig bekend of er dit
jaar veel op eindafstand is gezaaid. Om meer in
zicht in deze materie bijeen te brengen en de er
mee behaalde ervaringen later verder uit te kun
nen dragen is het bepaald wenselijk om uitzaai
op eindafstand aan de Bedrij fsvoorlichter van de
R.L.VJ). op te geven, opdat deze waarnemingen
kan uitvoeren.
Op enkele bedrijven werd tijdens de mooie da
gen van 27 tot 30 maart al jongvee in het grasland
gebracht. In zeer enkele gevallen liep overdag ook
reeds het melkvee in het grasland. Door het mooie
weer is de grasgroei sterk bevorderd.
In zekere zin is het toch wel jammer te moeten
constateren dat er nog enkele graslandpercelen
zijn die per 1 april nog geen stikstof hadden ge
had. De mogelijkheden die door verbetering van
de grasopbrengst op zulke percelen in een vroege
N-gift aanwezig zijn, laten ze gewoon aan zich
voorbijgaan!
I ENTE in WEST ZEEUWS-VLAANDEREN. Het
is weer al half april en het voorjaarswerk is
vrijwel gebeurd. Ook de aardappelen zijn groten
deels gepoot. Na de warme droge week van 14
dagen geleden waarin veel bieten gezaaid en aard
appels gepoot zijn, hebben we een week met regen
achtig weer gekregen. Dit kwam de werking van
de gespoten bodemherbiciden in de bieten e.d.
goed van pas.
We hebben toch wel een vroeg en gemakkelijk
voorjaar gehad. Op tijd een bui regen voor de be
spuitingen, zodat we mogen aannemen dat de che
mische onkruidbestrijding goed zal slagen. De ge
wassen als gerst, zomert arwe, vlas en erwten heb
ben een goede opkomst gehad. De eerste vroeg
gezaaide bieten en uien staan boven.
De vroege akkerthrips is weer al aktief, zodat
het zaak is de bieten en vlaspercelen in de gaten
te houden. Er is reeds in maart en verder begin
april veel groenbemesting in de tarwe gezaaid.
Ook vroeger als andere jaren; in maart al, mis
schien een beetje te vroeg. We zijn benieuwd wat
de ervaringen gaan zijn met de opkomst van de
dit jaar o.h.a. toch vroeg gezaaide bieten!
De kiemkracht en ook één kiemigheid van het
zaad was beter dan vorig jaar. Er is veel ingehuld
zaad verzaaid en ook hier en daar genetisch één-
kiemig. Ik mag u wel aanraden om bij opkomst
moeilijkheden niet te vroeg naar de cambridgerol
te grijpen. Dit werktuig heb ik al meer kwaad dan
goed zien doen.
Rest mij nog een punt te vermelden bij de Wel
zeer slechte prijsontwikkelingen van diverse pro-
dukten gedurende het afgelopen jaar. De afreke
ning van de bietenprijs is meegevallen. Voor die
genen die een gemiddeld suikergehalte van 16
gehaald hebben is er weinig op de kontraktprijs
gekort. Zodat de bieten bij de o.h.a. goede kg»
opbrengsten toch weer een uiteindelijk goed fi
nancieel resultaat hebben gegeven. Het is gelukkig
te noemen dat de afrekeningen dit jaar maar laat
zijn gekomen, toen de meeste bieten gezaaid wa
ren. Anders zou het wel eens kunnen gebeurd
zijn dat er dit jaar wel te veel suiker was en dus
een belangrijke korting op de prijs. Immers wat
kan de bietenteelt nog beperken? De vele arbeids
uren vragende verzorging van het gewas in het
voorjaar? De moderne boer heeft die voor een be
langrijk deel overwonnen.