r
Een tweelingschuur
VRIJDAG 1 MAART 1968
56e Jaargang No. 2920
Officieel orgaan van de Maatschappij lot bevordering van Land- en Tiiinboaw en Veeteelt in Zeeland f
I'
De winter raakt op het eind en de voorjaarswerkzaamheden op het Zeeuws akkerbouwbedrijf dienen zich weer aan. Uitvoerig
wordt in „De maand maart op het Zeeuws landbouwbedrijf" op pag. 14 en 15 op de verschillende aspecten daarvan ingegaan
De vereniging van Bedrijfsvoorlichting „Noord-Beveland" heeft met medewerking van verschillende deskundigen een rapport
samengesteld over het „Onderzoek naar enkele aanpassingsmogelijkheden van dit middelgrote akkerbouwbedrijf 30 ha). Bij
zonderheden uit dit rapport op pag 16 en 17. Rekenkundige puzzels in de tuinbouwrubriek waar blijkt dat 5 x 1 tien is of wel
dat 5 kleine telers samen meer mans zijn in één grote firma. Als laatste willen wij nog vermelden dat het laboratorium van Grond
en Gewasonderzoek deze week het 40-jarig jubileum heeft gevierd. Hierover meer op pag. 3.
|N de afdeling Heinkenszand van de Z. L. M.
werd de vorige week een inleiding gehou
den over de mogelijkheden van de ruilverkaveling.
In de discussie werden vele onderwerpen aan de
orde gesteld, die op een geanimeerde wijze geza
menlijk werden besproken.
Eén van die onderwerpen was de verplaatsing
van boerderijen. Voor de lezers buiten deze ver
kaveling zij vermeld dat in het stemmingsrapport
gesproken wordt over de verplaatsing van 7 boer
derijen naar het niet bewoonde gebied in de Poel.
Men vroeg zich af of op vrijwillige basis niet
moest worden overgegaan naar een iets gewijzig
de opzet, in verband met de bijzonder snelle ont
wikkeling in de landbouw.
Het mag als bekend worden verondersteld dat
het bouwen niet goedkoop is rn deze tijd. Dank zij
de subsidieregeling op verplaatsing van boerde
rijen en de voörflnancieringsregeling In ruilverka-
velingsgebieden zijn er economisch gezien geluk
kig nog mogelijkheden. De huidige opzet is dat
men op een kavel een nieuwe boerderij bouwt en
zo veel als mogelijk rond de gebouwen 25 ha grond
toedeelt. 500 m verder bouwt men weer een boer
derij en daalt daar weer een ongeveer gelijke op
pervlakte grond toe.
QE vraag was nu of het niet mogelijk zou zijn
twee boerderijen in één te bouwen (zie
•chets op de volgende pagina) en zowel aan de
rechter als aan de linkerzijde van het bedrijf één
woning waar de respectievelijke landbouwers met
hun gezinnen in zouden wonen.
Ér zouden dan bij de bouw voorzieningen kun
nen worden getroffen opdat, indien later zou blij
ken dat een dergelijke tweelingschuur uit mense
lijke overwegingen niet zou bevallen, deze op een
eenvoudige wijze weer in tweeën geplitst zou kun
nen worden. Dit laatste is zelfs bij mensen moge
lijk (Siamese tweeling) laat staan bij een schuur,
zo vond menl
Bijvoorbeeld zou een stal gebouwd kunnen wor
den van 60 melkkoeien, waarbij uitgegaan zou kun
nen worden van het type montagestal maar dan met
een wat bredere voergang dan bij de huidige stal
len. Aan de ene kant van de stal zouden de koeien
van A gestald kunnen worden en aan de andere
zijde die van B. Het hooi en andere voedermidde
len voor de dieren zou gezamenlijk opgeslagen
kunnen worden dan wel van ieder afzonderlijk in
zijn eigen gedeelte; al naar gelang men dit wenst!
Als nadelen kon men slechts aanvoeren dat die
zouden liggen in het menselijk vlak. Men meende
dat men wel iets van zijn zelfstandigheid zou prijs
moeten geven en vroeg zich af of dit wel mense
lijk zou zijn.
Toen men echter de voordelen ging bespreken
kwamen er verschillende naar voren!
a. Het alléén voeren \7an zo'n 30 of 40 melkkoeien
vond men een zware opgave. Wellicht zou op
een dergelijk bedrijf gezamenlijk één man in
dienst genomen kunnen worden.
b. Het zouden meer eociaal verantwoorde bedrij
ven worden; eens in de 3 weekeinden zou over
een vrij weekeinde beschikt kunnen worden.
c. Bij ziekte of ongeval zou men minder kwets
baar zijn.
d. De investeringen in gebouwen en intern In de
gebouwen zouden wellicht goedkoper zijn. Men
dacht al aan de gezamenlijke aanschaf van
melkleiding e.d.
e. Indien na een aantal jaren boer A, om wat voor
redenen ook, da bedrijfsvoering zou willen be
ëindigen kan hij kiezen. Of zijn bedrijf overdoen
aan B dan wel dit aan iemand anders verkopen.
Er zou dan bij overgave aan B automatisch een
grotere eenheid ontstaan zonder dat er een ge
bouwenprobleem zou optreden.
Ï"\E samenwerkingsvorm zou zo opgezet kun-
nen worden dat ieder juridisch eigenaar of
pachter blijft van zijn eigen grond, gebouwen en
vee. De machines zouden gezamenlijk eigendom
kunnen worden, terwijl er in maatschapsverband
gewerkt zou kunnen worden. Als voorwaarde zou
volgens de meeste aanwezige leden in ieder ge
val gesteld moeten worden dat op eenvoudige wij
ze van één gebouw twee gebouwen gemaakt moe
ten kunnen worden dan wel omgekeerd. Wij von
den deze suggestie te belangrijk om ze onvermeld
(Zie verder pagina 3)