J
Deze maand in Brussel
VRIJDAG 16 FEBRUARI 1968
56e Jaargang No. 2918
Officieel orgaan van de Maatschappij tot bevordering van Land- en Tninbonw cn Veeteelt in Zeeland
V.
Met behulp van de bedrijfseconomische boekhoudingen van de L. E. l.-bedrijven bij het konsulentschap voor de Zeeuwse Eilanden
te Goes, is voor akkerbouwbedrijven van 30-50 ha een onderzoek uitgevoerd betreffende de trekkerkosten. Op de pagina's 12 en 13
zijn een aantal gegevens uit dit onderzoek opgenomen. Alhoewel deze zijn gebaseerd op voornamelijk akkerbouwbedrijven is het
verwerkte cijfermateriaal ook voor de fruitteeltbedrijven interessant om kennis van te nemen.
LJET zal de vraag zijn of de Belgische Kabi-
netscrisis vertraging zal opleveren voor het
werk m en rond de E. E. G. Want de val van de
regering over de tragische taalkwestie kan natuur
lijk, wanneer niet spoedig een nieuwe gevormd
kan worden, de beslissingsmogelijkheden van de
Belgische ministers beperken en belemmeren. Zij
bepalen zich immers, zoals gebruikelijk, tot het af
handelen van de lopende zaken. Hieronder vallen
veelal niet belangrijke beleidsbeslissingen. En toch
zijn er enkele kwesties aan de orde in deze maand
februari, die gevolgen en consequenties voor de
toekomst hebben. Hieronder willen wij nog niet ver
staan de ambtelijke problemen rond de fusie van
de organen van de drie gemeenschappen, de E. E.
G., de Kolen- en Staalgemeenschap en Euratom.
Deze moeilijkheden hebben natuurlijk hun direkte
gevolgen voor de begroting voor 1968 van de ge
meenschap, die nog niet door de Raad van Mi
nisters is goedgekeurd. Deze Raad heeft namelijk
deskundigen van de zes regeringen de uit de fusie
voortvloeiende mogelijke rationalisatie en reorga
nisatie van de diensten laten bestuderen.
Deze nu menen, dat het aantal directeuren-gene
raal van 36 teruggebracht kan worden tot 22 en
het aantal directeuren van 114 tot 83. De Euro
pese Commissie meent, dat zij het niet zonder 27
directeuren-generaal en 100 directeuren kan stel
len. Ook voor de lagere rangen zijn er verschillen
van mening van dezelfde proporties.
DELANGRIJKER zijn echter de vraagstukken,
die nog altijd rond de aanvrage tot 't lidmaat
schap van de E. E. G. van Engeland en de Scandi
navische landen en Ierland opduiken. Er is in de
eerste plaats een initiatief van de Benelux-regerin-
gen, waarop door Engeland en Italië gunstig is ge
reageerd. Voorts vindt te Parijs de halfjaarlijkse
Frans-Duitse beraadslaging plaats tussen generaal
De Gaulle en Bonds-Kanselier Kiesinger, waarbij
het Benelux-memorandum ter sprake zou kunnen
komen.
Op het landbouwpolitieke terrein dienen deze
maand de beslissingen te vallen over het melk- en
rundvleesbeleid. Nadat in 1S62, 1964 en 1966 alle
grote besluiten over het E. E. G. markt- en prijs
beleid genomen schenen te zijn in de vorm van
reglementen en de vaststelling van de prijzen, zit
de Raad van Landbouwministers toch weer met een
moeilijk oplosbaar probleem opgescheept.
Het systeem, volgens welk de melkprijs wordt
vastgesteld die moet gelden in de hele gemeen
schap voor het prijsjaar 1 april 1968/31 maart 1969
en de maatregelen waardoor de melkveehouder de
richtprijs (35,5 cent) ongeveer moet halen, werden
in die voorgaande jaren reeds bepaald.
Maar het definitieve reglement met de uitwerking
van een en ander moest nog worden opgesteld en
door de Raad van Ministers worden goedgekeurd.
Hetzelfde geldt voor het rundvleesbeleid, waar een
oriëntatieprijs werd vastgesteld, die nauw verband
houdt met het invoerbeleid en waarbeneden nog in-
nameregelingen moesten worden vastgesteld. De
indruk bestaat, dat de Raad voor het rundvlees de
voorstellen van de Europese Commissie wel zal
volgen in grote lijnen. Deze zijn een interventie
prijs op 93 van de oriëntatieprijs en reeds markt-
beïnvloedende maatregelen, wanneer de marktprijs
zakt beneden 98 van deze oriëntatieprijs.
Maar het is thans wel algemeen bekend, dat het
melk- en zuivelbeleid de grootste zorgen gaat
geven.
^AEN spreekt van enorme melkplassen en een
1 boterberg. Zij gaan de gemeenschap veel
geld kosten en de heer Mansholt, opgeschrikt door
enkele forse uitlatingen van de Duitse en Italiaan
se ministers van financiën, die diep in hun niet
volle staatsbuidels moeten gaan tasten zonder dat
zij er voor de zuivel iets van terugkrijgen, heeft zijn
voorstellen aan de Raad van Ministers doen toe
komen. Maar hij heeft daarbij de cijfers voor de
richtprijs voor de melk en de interventieprijs voor
boter niet ingevuld, ofschoon deze dus reeds in
1966 voor het komende melkprijsjaar waren vast
gesteld! En met de uitdrukkelijke afspraak tussen
de ministers erbij, dat deze niet meer veranderd
zouden worden. Er was toen van de kant van het
landbouwbedrijfsleven, de C. O. P. A., sterk aan
gedrongen op een revisieclausule, omdat de kos
ten de laatste jaren steeds stijgen.
|"~\E Raad wees deze af en het zou nu wel heel
vreemd zijn en weinig vertrouwenwekkend,
indien zij de richtprijs van de melk of de inname-
prijs voor de boter zou gaan verlagen.
Dit zijn namelijk twee van de vele suggesties die
de heer Mansholt heeft gedaan om de kosten van
het zuivelbeleid te drukken. Want dat een derge
lijke beslissing de melkproduktie terug zou druk
ken, wil er bij ons niet in. De stijging van deze
produktie in de gemeenschap van 63 miljoen ton
in 1960 tot 72,5 miljoen ton in 1967 is uitsluitend
te danken aan een hogere gemiddelde opbrengst
per melkkoe van 2950 kg tot 3295 kg. Deze gang
van zaken beantwoordt nu precies aan de eerste
doelstelling van het gemeenschappelijk landbouw
beleid, neergelegd in artikel 39 van het Verdrag
van Rome. Deze luidt: ,,de produktiviteit van de
landbouw te doen toenemen door de technische
vooruitgang te bevorderen en door zowel de ra
tionele ontwikkeling van de landbouwproduktie als
een optimaal gebruik van de produktiefactoren te
verzekeren."
De melkveehouderij heeft daar gehoor aan ge
geven ook al door in genoemde periode de melk-
leveranties aan de melkfabrieken te verhogen van
41 miljoen ton tot 53,5 miljoen ton. Ook een hef
fing op krachtvoer, een andere suggestie, zou het
paard achter de wagen spannen zijn.
Onze mening is dan ook, dat de ministers bij
hun besprekingen over het zuivelbeleid de bepa
lingen van het Verdrag van Rome in de gaten die
nen te houden deze maand in Brussel.
SCHLINGEMANN.
