TUINBOUWKLANKEN
Mooi groen
leder moet op eigen
is niet lelijk
kosten wijs worden
Bij de tijd blijven
DIAGEN VAN DE WEEK
6
ZUID-BEVELAND gaat het winterwerk in
de boomgaarden regelmatig door. De voor
raad werk is echter nogal ongelijk. Sommigen
rijn al een flink eind met de snoei en anderen
zijn nog maar pas begonnen. Het duurt echter
nog een poos voor het april is en de beste dagen
om op te schieten komen pas in februari en maart.
De fruitteeltdag was weer druk bezocht. De
lezingen waren goed. Eens te meer is naar voren
gekomen dat de afzet in de belangstelling staat,
maar ook dat het niet eenvoudig is bij overpro-
duktie toch goede prijzen te maken. We zijn ech
ter blij dat er wordt gezocht naar een betere wijze
van verkoop.
De teeltproblemen zijn niet minder groot. Het is
ongetwijfeld nuttig dat men weet welke mogelijk
heden er zijn als men thans gaat planten, maar
de meesten hebben al eerder geplant. Die horen
nu dat hun beplanting min of meer verouderd is.
En bovendien zal hetgeen thans als het allerbeste
wordt aangeraden, over vijf jaar waarschijnlijk
ook weer min of meer verouderd zijn. Zelfs vóór
men in volle produktie is. Dan zal er weer een
lezing worden gehouden over de mogelijkheden
die er dan weer zullen zijn. Het is toch wel een
nadeel van de fruitteelt, dat men niet vlug kan
aanpassen aan het nieuwe, men zit te lang aan
een peperdure beplanting vast.
Een landbouwer kan elk jaar zijn teeltplan wij-
DAT er in bovenstaande zin een harde waar
heid zit, zal ook zeker door de THOOLSE
tuinders wel worden onderstreept. In de betrek
kelijk nog jonge groep staandglastuinders, die
hier in de zestiger jaren is opgekomen uit de volle-
grondsbedrijven, zal het ,,op eigen kosten wijs
worden", op zekere momenten wel eens in de
portemonnaie gevoeld zijn. Als dan dit leergeld
niet voor niets is uitgegeven, dan hoeft dit nog
niet direkt een ramp te zijn. Integendeel, wanneer
hiermee de glastuinders naar een méér gerichte
bedrijfsvoering toegroeien, is er goede hoop dat
ze een vaster fundament in hun onderneming ver
krijgen.
Het is. en dit zal ook wel altijd zo blijven, dat
jonge tuinders, door het klakkeloos nadoen van
hun oudere collega's, zó proberen om in het vak
te geraken. Geleidelijk aan zien ze dan ook wel
in, dat er méér nodig is dan te doen wat een
ander doet. Het zal altijd wil het goed zijn
zó moeten worden, dat de tuinder, naast het aan
nemen van goede raad, een eigen mening over
zijn handelwijze vormt.
Gelukkig kan men nu al aan de gevestigde
glastuinders merken dat ze met hart en ziel in
hun bedrijven bezig zijn. Ondanks het feit, dat het
nu niet altijd zo precies mee zit met de afzet en
de prijzen, zoeken ze steeds weer met nieuwe
energie om het bedrijf zo goed mogelijk te run
nen. Er wordt gewikt en gewogen met welk sla-
zigen, de fruitteler maar om de 1520 jaar. Die
hapt naar een koek die telkens hoger wordt ge
hangen, zodat hij er weer net bij kan.
Zal de nieuwe ontwikkeling in de richting van
spurtypen gaan? Als nadeel is altijd aangevoerd
dat de appels langer groen blijven dan gewone
Golden. De laatste weken is er echter voor Enge
land naarstig gezocht naar groene Golden en velen
hebben gewenst dat hun appels minder geel
waren. Voor export schijnt een bleekgroene Gol
den ook in Duitsland meer kans te maken, dus dat
groen komt toch wel in een ander daglicht te
staan. Naast goudgele Golden is er dus waar
schijnlijk ook plaats voor een hoeveelheid groene
Golden. Bovendien kun je een groene appel door
narijpen geel laten worden, maar het is moeilijk
om een gele Golden alsnog groen te krijgen.
De appels van de spurtypen komen volgens des
kundigen ook gemakkelijker aan de maat, dus ze
hebben behalve nadelen toch ook wel voordelen.
Wie weet.
De verkoop van Golden naar Engeland was een
begin van afzet volgens een nieuwe methode. We
hopen dat het tevens een begin is van een vlot
tere verkoop met betere prijzen. Hopen is voor
lopig het belangrijkste houvast om dë moed er in
te houden, want de prijzen blijven laag en de
voorraden blijven groot.
ras men het best in de winter- of zomermaanden
uit de bus kan komen en evenzo met de diverse
andere rassen.
Naar wij vernemen zit er voor 1968 weer een
uitbreiding in de lucht. Velen gaan over tot uit
breiding van hun warenhuis, en enkele nieuwe
lopen met plannen rond om ook een kas te laten
bouwen.
Een grote handicap blijft steeds, dat voor vele
beginners het aanleggen van stroom en water
leiding zó veel gaat kosten, dat dit soms erg rem
mend werkt bij de uitvoering van hun plannen.
Het zal door velen nu wel betreurd worden dat
ze in 1961 niet van de gelegenheid gebruik heb
ben gemaakt om in herverkavelingsverband
stroom- en waterleiding te laten aanleggen met
de bekende regeling van betaling over dertig jaar.
Het gezegde zal dan ook wel waar zijn, dat, als
men een huis bouwt men het eigenlijk twee keer
zou moeten kunnen doen Evenzo met de her
verkaveling
Niet dat wij de uitvoerders van de herverkave
ling dit nu in de schoenen mogen schuiven, want
die konden in 1958 ook niet vermoeden waar het
in 1968 aan zou haperen.
Ondanks de soms grote moeilijkheden in onze,
zó zeer veranderende tuinbouwwereld van tegen
woordig zien toch veel jongeren er kans voor
om een eigen tuindersbedrijf op te bouwen. Velen
hebben daarvóór in de pendeldienst gewerkt, maar
verkozen na enige twijfel toch een moeizame op
bouw van een eigen bedrijf.
Er wordt soms door buitenstaanders wel eens
gedacht: wordt het de nieuwe tuinders niet te
gemakkelijk gemaakt met het verstrekken van
het benodigde kapitaal, maar de tijd laat wel zien
dat ze het in hen gestelde vertrouwen niet heb
ben beschaamd. Vermoedelijk zullen zij, die de
tuinders financieel behulpzaam zijn, weten èn ge
loven dat de geholpen tuinder er zelf van door
drongen is van de stelregel:
„Ieder moet op eigen kosten wijs worden!"
WE hebben ook van SCHOUWEN-DUIVELAND
nogal belangstelling gezien op de fruit
teeltdag in Goes. Door de vaste verbinding is dit
nu ook veel gemakkelijker geworden. Toen de
boot nog voer was het vaak zó, dat het juist die
dag net mistig was of glad of hard waaide, en nu
is het een kwestie van gaan geworden. Ja, er
waren er nog veel te weinig, want wat er gezegd
is was eigenlijk voor iedereen bestemd, die een
fruitteeltbedrijf uitoefent.
We hoeven niets te schrijven, want iedereen
heeft het verslag wel gelezen in dag- en vak
bladen. Ja, er zijn ook een aantal telers die zeg
gen: we blijven rustig thuis en morgen lezen we
dan rustig in de krant wat er allemaal gezegd is
op de fruitteeltdag. We sparen geld en we snoeien
door en we weten het ook.
Zo doende kan je de vraag stellen: wat is de
waarde van een krantenverslag en wie zijn er
nu slimmer: de bezoekers van de fruitteeltdag of
de krantenlezers? Vast staat dat maar een klein
percentage van datgene wat gezegd is in een ver
slag staat en uiteindelijk neerkomt op een samen
vatting van het gesprokene. De betreffende ver
slaggever heeft dus een selectie samengesteld
van datgene wat naar zijn oordeel belangrijk is
om gelezen te worden. Daardoor komt het dat
veelal 'n verkeerd begrip ontstaat van datgene wat
de spreker heeft bedoeld! En zonder van de pers
die dit verzorgt maar één kwaad woord te zeg
gen, dachten we toch dat zo'n verslag een ge
ringe waarde heeft, en dat we er voor ons be
drijfsbeleid en bedrijfsvoering weinig aan hebben.
Neen, de thuisblijvers zijn beslist niet slimmer.
We hebben het idee dat de sprekers voor zo'n
fruitteeltdag hun lezing met bijzondere aandacht
en een gedegen kennis samenstellen, dat is ons
ook nu weer wel gebleken. Want de heren Spoor,
Roosje en Groot hebben beslist waardevolle din
gen gezegd. Persoonlijk zouden we dat woord
voor woord nog wel eens over willen lezen. Wan
neer dit in een gestencild verslag gebundeld kon
worden, dan zou daar best belangstelling voor
zijn. ook door diegene, die dit reeds gehoord
heeft, want we zijn weer al enkele dingen ver
geten.
Met bovenstaande regels bedoelen we dus niet
dat na zo'n bezoek aan de fruitteeltdag alles dui
delijk is geworden. Maar het gaat ons meer om
de redenering van vele mensen, die zeggen wel te
weten wat daar besproken wordt. Je ontmoet zelfs
(Zie verder volgende pagina)
QP de fruitteeltdag van de N.F.O., begin januari
in Goes gehouden, is door verschillende
sprekers nog eens met grote nadruk naar voren ge
bracht, dat we in een tijd leven waarin de ontwik
kelingen op velerlei gebied zich in een bijzonder
snel tempo voltrekken, een situatie waarmede ook
de fruitteler heeft te maken en zich bezig dient te
houden.
N.F.O.-kringvoorzitter Kakebeeke wees erop, dat
ook voor de fruitteelt geldt, dat het blijft een voort
durend zich aanpassen aan gewijzigde omstandig
heden en het introduceren van nieuwe, betere ar-
beids- en kostenbesparende methoden.
De fruitteelt is altijd een strijd geweest tegen het
kostenprobleem, maar in deze tijd is dat wel heel
sterk het geval.
De heer Kakebeeke meende dat aanpassing van
het afzetapparaat aan de nieuwe situatie dringend
nodig is en snel zal moeten geschieden omdat de
tijd dringt. Hij was ervan overtuigd dat waar een
wil is, ook een weg gevonden zal worden. Het is
één der punten wat de fruittelers in deze tijd in ern
stige mate bezig houdt
Hoe snel de ontwikkeling gaat bleek uit enkele
cijferreeksen van de heer Spoor van het L. E. I. De
produktiekosten van appelen konden in 1967 bij een
opbrengst van gemiddeld 28 ton per ha gesteld
worden op 40 cent per kg. In 1959 was dat 23 cent
per kg bij een produktie van 23 ton per ha.
De ontwikkeling van het prijsniveau geeft een
andere richting te zien. Ten opzichte van het gemid
delde prijspeil van appelen in de periode 1959-1961
lag de prijs in 1967 80 lager. Het gemiddeld prijs
peil van appelen bedroeg in 1967 130% van het
gemiddelde prijspeil in 1949-1951, dat wil dus zeg
gen dat in deze periode een prijsstijging van appe
len van 30 valt te constateren. De kostprijs steeg
echter met 80
De conclusie van de heer Spoor was dan ook,
dat de bedrijven die bij de ontwikkelingen achter
bleven, zonder meer verliesgevend zijn. Slechts de
moderne bedrijven van voldoende omvang geven,
dank zij de betere prijzen voor het goede sortiment,
nog een redelijk resultaat.
CR is de laatste tijd sprake van een gedepri
meerde stemming in de fruitsektor. De prij
zen zijn te laag. Dat is op zichzelf bijzonder ver
velend. Nog vervelender is echter dat velen zo wei
nig perspectief zien voor de toekomst. Toch dach
ten we dat het goed is om nog eens naar voren te
brengen dat men de toestand ook te somber kan
inzien. De Zeeuwse fruitteler heeft beslist nog wel
sterke punten. Eén van die sterke punten is de
perenteelt. Grond en klimaat in ons gebied zijn
gunstig om dit produkt te telen. Waarom zouden we
deze kansen dan niet ten volle benutten?
Er heeft in de zuidelijke E.E.G.-landen een uit
breiding van de perenteelt plaats gevonden, maar
voorlopig lijkt er toch beslist nog wel een markt te
zijn voor de goede peren van het Zeeuwse sorti
ment. Het bezwaar is dat men er zo lang op moet
wachten. Het is moeilijk om ermee te beginnen,
maar we hebben een goed perenbestand in Zee
land en dat kan voorlopig de ruggegraat van de
fruitteelt blijven. Daarnaast vindt er ook een voort
durende modernisering van de appelteelt plaats.
Er wordt deze winter weer op grote schaal gerooid.
Dat is nodig ook, maar het is ook verblijdend dat
het gebeurt. Ook in Zeeland vindt aanpassing plaats
aan de nieuwe inzicht bij de plantsystemen. De be
drijven worden meer en meer aangepast aan de
eisen die de mechanisatie stelt.
\KIANNEER ir. Roosje in Goes op de fruitteelt
dag vertelt dat het gebruik van stapelkisten
een besparing aan koelkosten en fusthuur geeft van
2 tot 3 cent per kg, dan zal iemand die sceptisch
tegenover deze nieuwe ontwikkeling staat nog
tegenwerpen dat er niet bij gezegd wordt hoeveel
men minder krijgt door kwaliteitsverlies, maar de
praktijk heeft bewezen dat dit ook mee valt en
daarom lijdt het geen twijfel of de stapelkist zal snel
terrein winnen. Die twee tot drie cent per kg winst,
kan de teler niet missen.
De fruitteelt is een hard vak geworden, zei ir.
Vellekoop. U weet dat allemaal, want u hebt er mee
te maken. Het is echter geen hopeloos vak. Er zal
nog wel veel aanpassing moeten plaats vinden en
er zullen zonder twijfel nog ondernemers in deze
sektor uitvallen omdat ze niet of niet tijdig genoeg
de bakens hebben verzet toen het getij verliep. In
Goes is zeer uitvoerig gesproken over nieuwe af-
zetmethoden die noodzakelijk zijn. Ir. Groot van de
N. F. O. heeft daar zeer drastische ingrepen bepleit.
We dachten dat hij wel wat te ver is gegaan, met
name waar hij een nieuwe afzetorganisatie wil van
de belangrijkste fruitveilingen. Wat dat betreft heb
ben en houden we het volste vertrouwen in het Cen
traal Bureau van de Tuinbouwveilingen. Dat neemt
echter niet weg dat we er voor 100 van overtuigd
zijn dat er bij de afzet veranderingen zullen moeten
komen. Gelukkig zijn vele Zeeuwse veilingbestuur
ders daarvan ook overtuigd. Helaas echter nog niet
aüe telers en dat is jammer want de tyd dringt