Op bezoek bij een kleinfruitteler 15 „Maar nu ben ik aan het eind", zegt de heer IJzerman. Vorig jaar werd nog 20 kg van de roe geplukt, zelfs meer dan voorgaande jaren. Maar het gewas is opgeruimd en herplant met matig resultaat. Er is voor 't eerst machinaal geplant, doch vooral door minder goede structuur liet de aanslag te wensen over. De aardbeien leveren bij de teelt voor hem meestal de grootste problemen op. Enerzijds om redelijk verse grond te vinden, anderzijds vooral ook omdat het op tijd planten niet eenvoudig is en de aanslag in een droge periode zorgen geeft. „DE TIJD ZAT MEE" In de 11 jaar dat hij daar geboerd heeft zijn de resultaten ongelijk geweest, maar dooreen ge nomen is de heer IJzerman tevreden. Hij is regel matig vooruit gegaan, ook met zijn inkomen. Hij zegt hierover: „Ik heb de tijd mee gehad". Dat klinkt wat onverwacht, omdat velen juist klagen (en vaak terecht) over stijgende kosten en tegenvallende prijzen. De heer IJzerman vertelt echter dat hij de grond indertijd vrij goedkoop heeft gekocht, vergeleken met de huidige grond prijzen. En de opbrengsten van de gewassen lie pen uiteen, maar door de spreiding kon een strop bij 't ene gewas dikwijls door een meevaller bij een ander gewas goed worden gemaakt. Zo waren b.v. in 1966 de bramen bijzonder slecht, maar de aardbeien en vooral de frambozen deden het zó voortreffelijk met opbrengst en prijs dat het uit eindelijk toch nog een goed jaar werd. Over het geheel genomen meent hij dat hij niet mopperen mag. VOLDOENDE PLUKKERS TE KRIJGEN Geldelijk zijn frambozen en bramen voor hem meestal het beste geweest. De bessen en aard beien heeft hij er vooral naast voor verdeling van werk en risico. De aardbeien (de laatste jaren op plastic) heeft hij in 't bijzonder nodig om vroeg goede pluk- sters aan te kunnen trekken en voor zijn bedrijf (Vervolg van pag. 7) te beginnen en heel laat te stoppen werd gepro beerd zelf zoveel mogelijk te plukken. Nu is er zoveel, dat zelf plukken toch niet veel meer uit haalt. Het komt thans vooral aan op leiding, toe zicht en alles regelen. PLUKTIJD BRENGT DRUKTE EN SPANNING Wel zit er aan klein fruit altijd veel spanning. Men is vooral afhankelijk van het weer. Als het enkele dagen achtereen regent vliegt de kwaliteit achteruit en tevens is er vlug een grote achter stand in de pluk. De aardbeien rotten, de fram bozen schimmelen, de rode bessen barsten, de zwarte bessen druipen. En onder die omstandig heden dalen bovendien de prijzen omdat de kwa liteit en de houdbaarheid slecht zijn. Als het tegenzit is het moeilijk om de moed er in te hou den. Onder die omstandigheden is men ook bij een grote oppervlakte klein fruit in het nadeel. Kan men zelf alles met een paar man oogsten dan trekt men regenkleren aan en plukt gewoon door. Maar dat kan men moeilijk vergen van zo'n club scholieren. Die blijven gewoon thuis als het regent. Ook is het moeilijk om op een groter bedrijf met veel plukkers topkwaliteit te leveren, om dat er altijd wel een paar plukkers zijn die de boel bederven. Met appels en peren heeft men een veel rusti ger leven. Dat is een enorm verschil. Daar heeft men die spanning niet, of in elk geval veel min der. Het komt lang niet zo op één dag aan en na een paar dagen regen is de kwaliteit nog pre cies hetzelfde. Het is om die reden te begrijpen dat iemand die van klein fruit overgegaan is op hard fruit, niet meer gemakkelijk terug te krij gen is naar aardbeien en frambozen. WAAROM WORDT OPPERVLAKTE KLEINER? Dat is naar de mening van de heer IJzerman één van de redenen dat de oppervlakte klein-fruit terug loopt. De drukte en spanning tijdens de oogst zijn erg groot. BETER DAN APPELS De teelt van hard fruit brengt weliswaar minder spanning en drukte mee dan klein-fruit, doch het daarnaast van belang waarmee het meest te ver dienen valt. De heer IJezrman komt het verst met klein-fruit. Toen hij vorig jaar van de S.B.L. vier gemet klein-fruit kon bijhuren heeft hij dat niet aangedurfd, omdat het perceel te ver uit de buurt lag. Als het dicht bij zijn eigen bedrijf had gelegen had hij het aanbod echter beslist aanvaard. In de plaats hiervan kreeg hij nu van de S.B.L. een per ceel met 80 are appels en 20 are frambozen, slechts door een weg gescheiden van zijn eigen grond, dus wel dicht bij huis. De appels bestaan uit goede ras sen, n.l. Golden, Cox's en James Grieve, maar de twee laatstgenoemde rassen vallen tegen door erge kankeraantasting. Het kleine gedeelte frambozen is daarom geldelijk belangrijk beter dan de grotere oppervlakte Cox's en Grieve. HET HELE JAAR WERK Dikwijls wordt gezegd dat de werkverdeling bij klein-fruit zo ongunstig is. 's Zomers is men over bezet en 's winters is er te weinig werk. De heer IJzerman is het hiermee niet helemaal eens. De pluk begint bij hem al in mei met de Regina-aardbeien en gaat door tot oktober met de bramen. Daarna worden de oude frambozenstengels uitgeknipt, waarmee tot november de tijd benut wordt. Als daarna de bessen worden gesnoeid is het intussen januari. Vervolgens moeten de fram bozen worden aangebonden, een karwei dat in maart klaar moet zijn en in april moeten ook de bramen bijgewerkt zijn. Daarna nog wat ander voorj aars werk en het jaar is rond. De combinatie met groot-fruit is daarom niet zo ideaal, behalve wat betreft late rassen. Op zijn be drijf past vooral de Golden Delicious zeer goed. Een aantal pluksters wil na de bramen nog graag enkele weken blijven plukken, mede om voor uit kering van de W.W. in aanmerking te komen eni een late appel verlengt het plukseizoen op de ge wenste manier. Ook Cox's kan desnoods in 't pluk- schema worden gepast, evenals een late peer. Maar vroegere rassen leveren moeilijkheden op. Het meest geschikt is dus klein-fruit met een zekere oppervlakte Golden Delicious. Een totale De bramenplukkerij Elke vierkante meter grond wordt intensief benut De aardbeien groeien tot aan de voordeur. te reserveren. In *t begin van 't seizoen wil een aantal graag aan de slag en er zijn dan nog maar weinig plaatsen waar men terecht kan. Later wordt het moeilijker. Toch zijn er weinig problemen om voldoende plukkers of pluksters te krijgen. De heer IJzer man heeft de ervaring opgedaan dat het gemak kelijker werd naarmate hij een grotere opper vlakte had en dus meer werk kreeg. De scholie ren zeggen het tegen elkaar. Men weet dat er veel te plukken is en als iemand werk zoekt krijgt hij al vlug de naam IJzerman te horen. In de topdrukte van de rode bessen en fram bozen zijn er gewoonlijk 1520 plukkers. Een enkele keer, als er na een regendag extra aan gepakt moet worden, zijn er wel eens 30. Som mige komen maar halve dagen en men heeft veel vrijheid bij het komen en gaan, maar hoe het ook zij: het lukt. In feite gaat het gemakkelijker dan vroeger met een kleine oppervlakte, toen door heel vroeg Tevens speelt de vruchtwisseling een zeer grote rol. Vooral met aardbeien loopt men vast. Met de andere gewassen zou het nog wel gaan, maar bij aardbeien krijgt men onherroepelijk vrij vlug ge brek aan verse grond. Ook is het voor menigeen moeilijk voldoende goede plukkers te krijgen. De heer IJzerman zit met zijn bedrijf op een zeer gunstige plaats, maar voor percelen die achteraf liggen is het begrijpelijk dat het een probleem kan zijn. Misschien dat ouderen ook moeite hebben met aanpassing aan de moderne jeugd. Veel plukkers hebben een transistor-radiootje bij zich, dat ze aan de plukstandaard ophangen of op een andere ma nier met zich meevoeren. En dan moet dat ding natuurlijk knalhard op Veronica. Als er zo een stuk of wat met zo'n blèrend apparaat in de bessen zit ten, blijven zelfs de spreeuwen op afstand, dat is nog een voordeel. Overigens: alles went, ook dat lawaai, maar de één is er vlugger aan gewoon dan de ander. oppervlake van drie of hoogstens vier ha is dan groot genoeg. IN UITBREIDINGSPLAN Het hele bedrijf ligt in het gemeentelijk uitbrei dingsplan. Een gedeelte ter grootte van 20 are zal waarschijnlijk al bij voorrang onteigend worden. De heer IJzerman is hiermee allesbehalve blij. Wel licht zal men een ruime vergoeding geven, maar het bedrijf levert een goed en regelmatig inkomen op en dat is beter dan een hoge uitkering ineens. Hij hoopt dan ook dat de plannen alsnog worden gewijzigd en dat men hem en zijn bedrijf met rust zal laten. Niets liever dan dat. Waar vindt hij een nieuw bedrijf met goede grond op een geschikte plaats? Verhuizen en geheel opnieuw beginnen is trouwens in geen enkel opzicht aantrekkelijk. Voorlopig zit hij echter nog aan de Abdijstraat en laat hij zien dat het klein-fruit onder bepaalde om standigheden toch nog steeds kansen biedt. A. van O. (Advertentie) .MECHANISATIE NOG VOLOP IN ONTWIKKELING' (Vervolg van pagina 13.) De totale investering in land- en tuinbouwmachi- nes is, landelijk gezien, gestegen van één miljoen gulden per werkdag tot ruim één miljoen per ka* lenderdag met een jaartotaal van ca. 380 miljoen gulden, ledereen weet dat de mechanisatie veel geld kost. Een goede keuze is daarom zonder meer belangrijk. Doorslaggevend voor de ondernemer is dat met behulp van werktuigen en machines gemakkelijker, beter maar vooral ook voordeliger zal kunnen wor den gewerkt. Daartoe zullen de technische moge* lijkheden op ekonomische wijze moeten worden be nut waarbij het geheel een wezenlijke bijdrage moet leveren tot verbetering van de arbeids- en bedrijfs organisatie.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1968 | | pagina 15