De graszaadteelt loQpt gevaaren zal zich handhaven!
De ciraszaadteelt in Zeeland
en de toekomstige perspectieven
4
DE graszaadteelt loopt gevaar dood geschreven en
dood gepraat te worden. Berichten over markt
situaties en wereldmarktprijzen zijn bijzonder moeilijk
op de juiste wijze te verstaan en zijn slechts in han
den van insiders enigermate hanteerbaar. Moment
opnamen kunnen, als zij zonder verdere informatie
worden gegeven, de indruk wekken dat de teelt van
bepaalde soorten geen enkele zin heeft of juist het
tegenovergestelde. Aan dit gevaar staat de Nederland
se graszaadteler bloot, waardoor onjuiste beslissingen
genomen kunnen worden. Daaruit voortvloeiende
teleurstellingen kunnen aanleiding geven tot een zeke
re tegenzin in de graszaadteelt vooral bij diegenen
die over te weinig ervaring beschikken. Zou men
alleen de minder productieve oogstjaren 1965 en 1966
hebben meegemaakt en het veel betere jaar 1967 niet,
dan kunnen wij ons voorstellen dat sommigen er de
brui aan geven.
rT wij niettemin toch weer over de graszaad-
teelt schrijven, ook al constateerden wij reeds
dat er al te veel over geschreven en gesproken is.
komt voort uit onze overtuiging dat, al is men het
in de landbouw vaak op verschillende punten met
elkaar eens dat het zo of zo zou moeten, er vaak te
weinig gevolg aan wordt gegeven. Waarom dat zo
is, is dikwijls een duistere zaak. Men kan veronder
stellen dat een zeker conservatisme in het spel is,
maar ook laat zich een zekere onmacht op sommige
bedrijven signaleren. Men legt zich neer bij feiten
die men als onvermijdelijk meent te moeten accep
teren. Dit kan voortkomen uit personeelstekort, ge
brek aan tijd voor het eigen bedrijf moeilijkheden
met de structuur van de grond, ziekteverschijnselen
in de gewassen en toename van gevaarlijke onkruiden
als gevolg van de toegepaste vruchtwisselingen en
zware mechanisatie. Op te veel bedrijven is de samen
stelling van het bouwplan langzamerhand een pro
bleem geworden waarvoor men slechts moeizaam een
oplossing weet te vinden. De sluitpost is dan vaak
weer een perceel graan op een stuk land, waar eigen
lijk geen graan geteeld zou moeten worden. Heel
duidelijk zien we de voetziekte In tarwe toenemen;
met name op die percelen, waar tarwe de tweede
vrucht is. Dat waren veel percelen in 1967Gelukkig
degenen, die deze gevaren tijdig onderkenden. Ze zijn
er nog, de bedrijven met een gezonde vruchtwisse
ling, zonder al te grote structuurproblemen ook al is
de grond niet gemakkelijk.
MAAR 't zijn ook juist die bedrijven waar we de
gewassen aantreffen, die bij zo vele anderen
in een minder goed blaadje staan. Daar zien we nog
een blok erwten of andere peulvruchten, een per
ceel vlas of graszaden. Kennelijk wordt op die be
drijven meer aandacht besteed aan de vraag: „Hoe
houd ik mijn bedrijf gezond" dan aan de vraag: „hoe
verdien ik dit jaar het meeste geld met de minste
moeite?" Op korte termijn gezien is de laatste vraag
wel aantrekkelijk maar iedere boer weet dat 't juiste
antwoord op de eerste vraag van veel groter belang
is. Opmerkelijk is in dit verband ook dat iedere kwe
ker/handelaar, die met de graszaadteelt te maken
heeft, in eigen kring zal kunnen constateren, dat bij
de graszaadtelers 't grootste verloop zit in de groep
die slechts een kort aantal jaren teelt. Er zijn in ons
land bedrijven waar al 25 jaar lang zonder onder
breking graszaad geteeld wordt. Ook deze bedrijven
hebben minder goede jaren gekend waf betreft de
opbrengst en de telersprijzen. Desondanks gaat men
rustig door in de wetenschap dat de winst niet uit
sluitend van 't onderste regeltje van de afrekening
moet komen. Zo ook de bedrijven waar men de peul
vruchten of het vlas niet missen wil. Ze zullen wel
eens een jaar minder goed uitkomen als buurman,
maar op den duuur zullen ze boer blijven op een ge
zond bedrijf. Een ieder weet wat dit betekent! Daar
om zal de graszaadteelt zich handhaven, ook in ons
land. Dit zal echter nu moeten gebeuren en niet alleen
dan als de wereldmarktprijzen zodanig zijn dat ieder
een wel graszaad wil telen.
UR staan te veel landen te wachten om de taak
van de Nederlandse boer op dit gebied over te
nemen. Slagen zij daarin dan zal het bijzonder moei
lijk zijn het verloren terrein terug te winnen. Zoals
Kon. Kweekbedrijf en Zaadhandel
D. J. VAN DER HAVE N.V.
Kapelle-Biezelinge
\Af ANNEER wij de C. B. S.-cijfers van de landbouwtelling 1967 bekijken dan is het duidelijk dat de
graszaadteelt voor onze provincie met 3.891 ha altijd nog zeer belangrijk is. Van het landelijk
graszaadareaal ligt ongeveer 36 in de provincie Zeeland.
Nu vele landbouwbedrijven op de drempel staan om te beslissen over hun bouwplan voor 1968. wat
voor velen geen eenvoudige zaak is, zal men als landbouwer allereerst geneigd zijn om even achter
om te kijken naar de resultaten van dit seizoen en van voorgaande jaren.
|\AT er in de graszaadsektor hier en daar wel
eens tegenvallers feweest zijn valt niet te
ontkennen, maar is dit tenslotte met andere
produkten ook nooit het geval geweest? Er zijn
ook een aantal positieve punten te konstateren:
a) allereerst kan gezegd worden dat per 1 juli
1968 de invoerrechten van graszaden van lan
den buiten de E.E.G. verhoogd zullen worden
tot 8
Dit is een belangrijke ondersteuning voor de
Nederlandse graszaadteler die hiermee een
voorsprong heeft op landen als Denemarken
voor levering aan de andere E.E.G.-partners.
b) Bij de wijziging van de wet op de omzetbe
lasting naar het systeem van de BTW laat
het zich aanzien dat de graszaden op eenzelfde
manier zullen worden behandeld als de gra
nen. Hierdoor wordt de stemming ten opzichte
van de grassen eveneens wat vriendelijker.
c) Hoe langer hoe meer landen gaan de invoer
van allerlei regionale herkomsten verbieden en
het gebruik van graszaden richten op de erken
de selekties. Vele Nederlandse selekties zijn
in het buitenland op de rassenlijst opgenomen
en/of worden in het buitenland aanbevolen.
Frankrijk heeft b.v. jarenlang honderden ton
nen zeer goedkoop Engels raaigras uit Oregon
U.S.A. geïmporteerd. Dit gewas was verre van
vorstresistent en werd kwalitatief als minder
waardig geclassificeerd. Thans is de invoer
hiervan verboden. De plaats wordt nu inge
nomen door erkende selekties, waarbij o.a.
Nederlandse rassen aan bod komen.
Ook in Engeland, België en meerdere landen
ziet men een dergelijke ontwikkeling. De
Nederlandse kwekers hebben inderdaad een
aantrekkelijk assortiment beschikbaar en de
Nederlandse graszaadteler kan hiervan mede
profiteren.
Het is voor de Nederlandse graszaadteler ook
van groot belang dat hij zich bij het kontrak-
teren afvraagt hoe het ras wat hij gaat telen
op de buitenlandse rassenlijsten wordt gewaar
deerd.
d) Wij hebben verder in de landbouwpers kun
nen lezen dat er ten opzichte van het oude
participatiekontrakt wijzigingen verwacht mo
gen worden. De kwekers zitten op dit gebied
niet stil.
Tevens is het onvallend dat de kwekers bij
een aantal selekties werken met minimum
garantieprijzen, zodat men bij een lage prijs
ontwikkeling een bodem in de markt houdt
en niet terugvalt op het allerlaagste prijs
niveau.
In de periode dat de boer zich realiseert dat
hij niet uitsluitend tarwe en suikerbieten kan
verbouwen, oneven dergelijke garanties toch
mogelijkheden die het overwegen waard zijn.
Rekening houdend met bovengenoemde fakto-
ren kan .gesteld worden dat ten opzichte van de
graszaadteelt er een aantal onklaringen te zien
zün. kan met. bet vaststellen van het bouw
plan 1968 hiermee zeker rekening houden. Wan
neer wij aansluitend op dit algemene overzicht
een marktbeeld schrijven dan is dit per eind
december ongeveer als volgt:
RAAIGRAS SEN
De priizen van Engels raaigras zowel de ras-
senlijstselekties van hooi- en weidetyDen liggen
op een zeer hoog prijspeil. De zaadprodukties van
oogst 1967 zullen in de loop van het voorjaars-
sei^oen vlot geruimd worden.
Het verbruik van weidemengsels met oranje
band wordt jaarlijks groter en dit vraagt grote
kwantiteiten zowel van de rassenlijstselekties
weide- en hooitype.
Landen als Engeland, Frankrijk en België zijp
potentiële kopers geworden van onze selekties
Engels raaigras.
Van het Italiaans raaigras is het tetraploid de
grote favoriet geworden in Nederland. Ook in
verschillende Westeuropese landen is het tetra-
ploide Italiaans raaigras Tetrone een gevraagd en
welkom produkt, dat on vele buitenlandse rassen-
lijsten is opgenomen. De handelsoriis hiervan ligt
op een niveau van 160,per 100 kg. Mede. door
het stijgend verbruik in Nederland en andere
landen verwacht men dat alles vlot verkocht
zal worden.
WESTERWOLDS RAAIGRAS
De selekties diploid en tetraploid zijn na de
aantasting van de blinde zadenziekte van enkele
de situatie nu is, kunnen we ons dank zij de kwali
tatief en kwantitatief hoogstaande productie hand
haven. Vooral de kwaliteit van het te leveren product
zal in de komende jaren aan belangrijkheid toenemen.
De ervaring heeft geleerd dat de Nederlandse teelt
aan de toenemende kwaliteitseisen kan voldoen. Laat
ons deze mogelijkheid dan ook uitbuiten, zoals ook
op velerlei andere terreinen de Nederlandse kwaliteit
handelsmogelijkheden biedt waar anderen falen.
ANMISKENBAAR is de toenemende vraag naar
speciaal gekweekte rassen van grassen. Het
voorheen zoveel op de wereldmarkt aangeboden han
delszaad is gedoemd te verdwijnen. Soeciaal in de
E. E. G.-landen zal op korte termijn het „handels
zaad" niet meer te verkopen ziin. In ons land is het
vanzelfsprekend dat de gebruiker N. A. K. geplom
beerde rassen koopt. Deze situatie komt met rasse
schreden ook in de E. E. G.-landen. Van de Neder
landse rassen staan er verschillende od buitenlandse
rassenliisten en zullen daar gevraagd worden. Wij
hopen dat de graszaadtelers daarop het juiste ant
woord weten te geven. Men kan daarbij uiteraard
rekenen op de volle medewerking van de zïMe der
Nederlandse kweekbedrijven, die zich uit in het be
schikbaar stellen van een uitgebreid assortiment ras
sen van de verschillende grassen, zowel in de weide-
hooi- als gazontypes. Door de grote soort- en rassen-
keuze is het mogelijk voor ieder bedrijf het meest
passende ras te kiezen. Een objectief en deskundig
advies van één der teeltdeskundigen is hierbij op
zijn plaats. De zeer u»t®ebreide schoningsinrichtlngen.
waarin gemiddeld 2000.per geteelde ha graszaad
werd geïnvesteerd, waarborgen een tijdige bewerking
van het geteelde nroduct tot de hoogst mogelijke
kwaliteit. De wijdvertakte handelsorganisaties der
kwekers verschaffen ons over de gehele wereld de
noodzakelijke contacten om een zo gunstig mogelijk
resultaat bij de verkoop te behalen. Het züln juist
deze vele internationale" contacten die ons in staat
stellen datgene te bereiken wat onder de gegeven om
standigheden bereikbaar is. De Nederlandse graszaad
teler staat er dus in dit opzicht beslist niet alleen
voor
jaren geleden in Nederland tot op een klein
areaal teruggezakt. De zaadteelt hiervan vindt de
laatste jaren voornamelijk in het buitenland plaats.
De handelsprijs bedraagt ca. 150,— per 100 kg.
VELDEEEMDGRAS
Het bekende Merion Blue, dat enkele jaren ge
leden wegens de zeer hoge prijzen een aantrek
kelijk produkt leek is thans in zijn ware ge
daante naar voren gekomen. In ons land valt het
Merion Blue niet in concurrentie met U.S.A. te
telen omdat wij bij Merion Blue steeds met lage
kiemkrachten te kampen hebben. Kwalitatief blij
ven wij zodoende, en mede door een meer of
mindere bezetting met tuintjesgras, ver onder de
Amerikaanse kwaliteiten. In Amerika kent men
gebieden waar menrMerion Blue produceert met
een hogere kiemkracht en vrij van tuintjesgras.
Hiertegen zal Nederland het steeds moeten af
leggen!
Gelukkig geldt dit niet voor alle soorten en
rassen Veldbeemd. Zodoende moet de Nederlandse
teler zich richten op de typisch Nederlandse
specialiteiten die de concurrentie kunnen opne
men met de buitenlandse teelten.
De prijs voor de allerbeste kwaliteit Merion
Blue vrij van Poa Annua bedraagt ca. 325,
per 100 kg. Daar de meeste Nederlandse partijen
niet vrij zijn van Poa Annua veroorzaakt dit pro
blemen met de afzet en de onmiddellijk daaruit
voortvloeiende prijskortingen.
De prijs van het gewone Veldbeemdgras is de
laatste maanden wat vriendelijker geworden, al
kunnen wij nog niet spreken van een lonende
prijs. Van de Nederlandse Veldbeemd-rassenlijst-
selekties liggen de prijzen op een aanzienlijk
beter peil. Wij zien ook steeds meer dat het ge
wone Veldbeemdgras niet meer geteeld kan wor
den en dat de belangstelling meer uit gaat naar
rassenlijstselekties waarvoor in een. aantal ge
vallen goedlonende telersprijzen betaald worden.
ROODZWENKGRAS
De prijs van uitloper vormend Roodzwenk ligt
op de wereldmarkt bijzonder laag. Denemarken
heeft een grote oogst en ook in Canada heeft men
in 1967 een goede zaadoogst gehad. Onder druk
van deze twee grote producenten is de prijs van
Nederlands zaad ook enigszins lager.
Wij mogen stellen dat voor de rassenlijstselek
ties aanmerkelijke premies betaald worden afhan
kelijk van de kwaliteit. Hier komt nog bij dat
voor inzaai tegen oogst 1969 voor de telers goede
garanties worden gegeven.
De zaadopbrengsten van oogst 1967 zijn van de
meeste grassoorten gelukkig weer eens op een
normaal niveau gekomen, wat voor de teler een
bewijs is dat graszaden in het bouwplan alt yd
nog een mogelijkheid bieden, niet alleen ten op
zichte van de financiële uitkomsten, maar ook in
verband met werkverdeling, vruchtwisseling en
struktuur verbetering.