Vergadering Dagelijks Bestuur Z.L.M. DE PRIJSINSTORTING VAN JAMES GRIEVE s (Vervolg van pag. 1) TUINBOUW |ï|E heer P. J. J. Dekker deelde mede, dat in het algemeen de afzet, zowel bij groente als bij fruit aan de zwakke kant is. De tomaten onder vinden momenteel veel concurrentie van het bui ten geteelde produkt uit de zuidelijke landen. Er bestaat hoop, dat na half september de situatie door een afnemend aanbod van natuurtomaten enigszins gunstiger wordt. De komkommers zijn tot voor kort tegen bevre digende prijzen afgezet, maar de laatste dagen is de vraag zwakker. Wat de overige groentegewas sen betreft kan worden opgemerkt, dat het aan bod over het algemeen groot is en de vraag vrij zwak, zodat er doordraai plaats vindt. Bij het fruit worden de vroege rassen tegen gun stige prijzen afgenomen. Er is echter een sterke concurrentie van perziken, druiven en peren uit andere landen, wat resulteert in een daling van de appelprijs. Evenals in de groentesector is er hoop, dat er na half september enig herstel zal optreden, als het aanbod van druiven en perziken minder wordt. De totale appeloogst in Nederland is door de gunstige weersomstandigheden aanmerkelijk gro ter, dan aanvankelijk was geraamd. Het zal zaak zijn hiermede rekening te houden en de afzet vol doende te spreiden. Tenslotte maande de vergadering tot voorzich tigheid bij het zeer vroeg aan de markt brengen van bepaalde appelrassen. Wanneer deze te vroeg geplukt en daarna voorgerijpt op de markt ge bracht worden, kan dit zeer nadelige gevolgen heb ben voor de smaak en de houdbaarheid, waardoor op zich zelf uitstekende rassen bij de consument in discrediet kunnen geraken. VEEHOUDERIJ DE heer W. de Buck gaf een overzicht van de situatie in de veehouderijsector en deelde mede dat de zuivelfabrieken meer dan 200 miljoen kg melk te verwerken krijgen dan vorig jaar. De bóterafzet loopt niet vlot en de kaasproduktie stijgt sterk, omdat dit financieel beter uitkomt, dan het maken van melkpoeder. Als op 1 april 1968, de E. E. G.-regeling voor melk, zuivel en vlees in wer king zal treden, verwacht men in ons land een kaas- voorraad van 30 miljoen kg, momenteel is deze voorraad reeds 17 miljoen kg. Vele koeien die gust zijn en nog melk geven, worden nog niet opgeruimd nu, omdat het voordeliger is de melkproduktie van deze dieren binnen te halen. De gunstige voederpositie remt het aanbod op onze veemarkten, terwijl de herfstuitstoot reeds begonnen is. Het aanbod op onze veemarkten is daarom kleiner dan vorig jaar op deze tijd. Dit is zeker één van de redenen waarom de prijzen niet sterker dalen. Melk- en kalfkoeien blijven aan de prijs, handels vee is niet prijshoudend, graskalveren zijn nog wei nig gevraagd, alleen de dik bevleesden doen een bevredigende prijs voor de slachtbank. Van slacht vee is er voldoende aanbod met een stabiele prijs, die aan de lage kant is. Voor deze week is weer de volle heffing gehandhaafd op 72,06 per 100 kg per levend gewicht. De invoer en de omleiding uit derde landen is de laatste weken wat kleiner geworden. Sinds de grenzen van Italië open zijn voor onze vette kalveren en kalfsvlees draait onze uitvoer daarheen op volle toeren, die uitvoer heeft deze mesterij op een lonend peil gebracht, deze prijs is gemiddeld 1,per kg geslacht méér dan afgelopen voorjaar en voorzomer. De nuchtere kalveren zijn daarom duur, en onze buurlanden België en Duitsland zorgen voor aan vulling met resp. 1500 en 500 stuks per week. De slachtvarkenshandel verliep verlopen week vlot, vooral de handel in onderdelen. Voor deze week hebben de inkoopcombinaties de prijs verhoogd met 7 cent per kg geslacht gewicht. RAPPORT VRAAGPUNT BEDRIJFSOPVOLGING HET bestuur nam uitvoerig kennis van de re sultaten van het vraagpunt van de afgelopen winter. Het besloot het rapport te publiceren in het Landbouwblad. Samenvattend meent het be stuur de volgende opmerkingen te moeten maken: Het is het bestuur opgevallen, met welke belang stelling dit onderwerp de bedrijfsopvolging, de financiering hiervan en de financieringsmogelijk heden in het algemeen in de landbouw door da afdelingen is behandeld. De in de rapporten weer gegeven opvattingen en meningen getuigen dan ook van een uitvoerige en grondige behandeling. Hier uit en uit de naar voren gebrachte meningen komt duidelijk de ernst van de behandelde problematiek naar voren. Het bestuur meent, dat het uiteinde lijk rapport bewijst, dat het agrarisch bedrijfsleven zich bewust is van het grote belang van een by ieder individueel geval zo goed mogelijk passen de benadering. Het tijdig aan de orde stellen van de onderhavige problematiek in het gezin, het inwinnen van des- kundig advies bijvoorbeeld door het inschake len van de voorlichtingsdienst van de standsorga nisatie dragen aan het verkrijgen van de beste oplossing ten zeerste by. Ondanks de maatregelen die het bedrijfsleven, gezien de eigen verantwoordelijkheid neemt, komt de continuiteit van het agrarisch bedrijf in gevaar. Dit wordt in het rapport duidelijk gesignaleerd. Ten aanzien van de maatregelen, die in deze problematiek verlichting kunnen brengen, staat het bestuur op het standpunt, dat de nadruk gelegd dient te worden op de volgende punten. 1. De afschaffing van het registratierecht bij over dracht in de familie. 2. Een nader en snel onderzoek van het agrarisch bedrijfsleven in- Nederland naar de toepasbaar heid van de suggesties, die de laatste jaren naar voren zijn gebracht, zoals de grondbank, de index-grondbrieven en rentesubsidies. 3. Als bijdrage in de meer algemene financierings- problematiek dient met kracht te worden ge pleit voor het creëren van belastingvrije reser ves. Het bestuur besloot tenslotte deze problematiek landelijk aan de orde te stellen bij de daartoe aan gewezen instanties. BENOEMING vergadering benoemde in de plaats van wij len de heer I. de Feijter te Axel als lid van de commissie Beheer tentoonstellingsfonds de heer F. de Feijter, eveneens te Axel. Met de James Grieve is het in de jongste dagen werkelijk een katastrofe geworden wat de prijzen betreft. Aldus een commentaar in ,,De Boer", het weekblad van de Belgische Boerenbond van 2 sep tember door ing. J. Hiemeleers. Wij kennen er allen de oorzaak van, omdat het feit zich elk jaar opnieuw voordoet en het verergert nog van jaar tot jaar. Het zou tenslotte wel de aanleiding kunnen zijn dat deze goede variëteit uit ons sortiment moet ver dwijnen. De fruitkwekers zijn hier beslist fout, doch ook onze wetgeving en de kontrolediensten die de toe passing van de reglementeringen moeten nagaan. Wanneer men tijdens de eerste weken van augus tus 7 tot 8 fr. en meer kan bekomen voor de James Grieve en men weet dat men zich een paar weken later met de helft zal moeten tevreden stellen, dan is het goedje begrijpen dat velen beginnen te pluk ken en te leveren, zonder zich af te vragen wat er met die appelen zal gebeuren. Ook de tussenhandel vraagt zich dit niet af, want dan zou hij anders han delen. Het werd reeds dikwijls gezegd dat men in België, zoals in Nederland, een datum zou moeten vast stellen vóór dewelke geen James Grieve mag ge leverd worden. Zulks zou de kwaal enigszins ver helpen. Wanneer men echter de kwaliteitsnormen zou nakomen zoals het behoort, dan mag zulk onrijp fruit ook niet geleverd worden. Immers in de kwali teitsbepaling wordt gezegd dat het fruit voldoende rijp moet zijn en dat de kleur moet voldoen aan de eigenschappen van de variëteit. Hieraan werd tot heden geen aandacht besteed. De verbruikers hebben intussen zulke slechte in druk gekregen van de James Grieve dat ze hem niet meer willen, ook niet wanneer hij eetrijp en goed is. Dit is nog niet alles. Zien wij voor het ogenblik niet dat men dezelfde weg opgaat met de Cox's en de Golden Woensdag j.l. zag ik reeds Cox's Orange en Bel gische Golden Delicious in de winkels liggen tegen 16 fr. het kg, terwijl hij geen 2 fr. waard is. Wat kan men nu aanvangen met deze variëteiten? Ze zijn waardeloos voor het verbruik en voor de bewaring is het nog weken te vroeg. Wij mogen in dat opzicht met de Golden ook niet het voorbeeld volgen van Frankrijk, want dan be leven wij zeer binnenkort hetzelfde als nu met de James Grieve. Wist Li dat (ET Hof te Leeuwarden een uitspraak heeft gedaan terzake van buitengewone lasten De feiten waren de volgende. Een belastingplichtige bezat een vermogen van f 172.000 en genoot over 1964 een inkomen van f 6.705. Hij was geestelijk onvolwaardig, werd vele jaren door zijn ouders ver zorgd maar was sedert 1954 in een psychiatrische inrichting opgenomen. Jaarlijkse kosten f 6.478. Voor deze belastingplichtige werd nu een beroep gedaan, op aftrek wegens buitengewone lasten. Er werd een 'aftrek gevraagd van f 5.398, n.l. de kos ten van de inrichting verminderd met bespaarde kosten bij verpleging als bij zijn ouders ten bedrage van f 1.080,(360 dagen a f3, De inspekteur was het met belanghebbende niet eens en wilde f 4.000 in mindering brengen wegens besparing en dus maar een aftrek van f 2.478, toestaan. De inspekteur meende dat moest worden uitge gaan van OBJEKTIEVE maatstaven en belangheb bende van de SUBJEKTIEVE omstandigheden waarin hij verkeerde. Tjr ET Hof overwoog nu dat partijen het er over eens zijn, dat ter bepaling van de uitgaven terzake van ziekte deze som met een zeker bedrag moet worden verminderd op grond van het feit, dat belanghebbende in die inrichting tevens kost en inwoning genoot, waardoor voor hem een besparing ontstond op de uitgaven, welke hij voor huisvesting en voeding zou hebben moeten doen als hij niet in die inrichting was opgenomen. In dit geschil ging het dus om de vraag of deze besparing bedroeg f 1.080,zoals belanghebbende stelde, of f4.000,volgens de mening van de in spekteur. De OBJECTIEVE maatstaven van de inspekteur voerde tot de redenering, dat een vrijgezel van 42 jaar met een vermogen van ruim f 1/0.000,voor zijn materiële verzorging wel f 4.000,per jaap zal uitgeven. De SUBJEKTIEVE omstandigheden waarin be lastingplichtige verkeerde werden door hem (lees, voor hem) zo uitgelegd dat voor zijn levensonder houd bij zijn ouders een besparing van f 3,per dag voldoende is. HET Hof gaf nu een o.>. zeer goede uitspraak. Het verwierp de opvatting van de inspekteur als zouden objektieve maatstaven de doorslag geven en gaf als zijn mening dat de subjektieve omstan digheden van belanghebbende hier doorslaggevend zijn. O.i. zeer juist, de werkelijkheid gaat boven die norm, maar die werkelijkheid (hier eigenlijk een Inkomen V erpleegkosten Besparing Aftrek buitengewone lasten Belastbaar inkomen Te betalen Inkomstenbelasting abstraktie) moet dan op de juiste wijze benaderd worden. Belanghebbende, aldus het Hof, zou als hij niet in deze psychiatrische inrichting was opgenomen, immers niet bij zijn ouders thuis worden verpleegd, maar wel is aannemelijk dat eev%woonplaats zou worden ge.ocht op het platteland. Daar nu in de regel iemand met een geestelijke gesteldheid als die van belanghebbende, geen hoge eisen stelt, zal dit de kosten drukken. Anderzijds zal de speciale verzorging gezien de genoemde gees telijke gesteldheid, een kostenverhoging inhouden. l[/l ET deze feiten voor ogen en in deze gedach- tegang meent het Hof dat het niet onjuist voorkomt om als uitgangspunt te nemen de prijs, die in 1964 in het dorp E. (vermoedelijk de woon plaats van belanghebbende) in een bejaardentehuis voor een kamer met een volledig pension voor één persoon moest worden betaald, zijnde, zoals door belanghebbende onweersproken is gesteld, f 2.280 per jaar. Het Hof stelde dus de aftrek op f 6.4782.280 f4.198,Hieronder nu nog in een tabel de drie standpunten. Belanghebbende 6705,— 6478, 1080, Deze cijfers slechts ter illustratie voor onze lezers. Belangrijk in deze uitspraak is, dat de SUBJEC TIEVE omstandigheden beslissend zijn en niet OB- De Inspekteur 6705,— Het Hof 6478,— 4000,— 6478,— 2280,— 5398,— 1307,— nihil 2478, 4227,— 416,— 6705 4198,— 2507,— 103,— JECTIEVE maatstaven, waarmee we volledig ah» koord gaan. MEIJERS.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1967 | | pagina 3