UIT DE PRAKTIJK
V
Goede stand van de gewassen
Aandacht voor inkuildemonstraties
Aan alle faktoren voldoende aandacht besteed?
Suikerbieten stand laat
te wensen over
KORTE WENKEN
5
Op het moment dat wij dit in WEST ZEEUWS-
VLAANDEREN schrijven (het is vrijdag voor
Pinksteren) zien wij om ons heen in de bieten
percelen een grote drukte met het op één zetten.
De Weersomstandigheden zijn gunstig, zodat wij
verwachten dat met de Pinksterdagen reeds de
helft van de bieten op de gewenste afstand zal
staan. Met enkele percelen ondervindt men moei
lijkheden o.a. door een minder goede opkomst of
een meer of minder sterke groeiremming als ge
volg van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen,
bijv. TCA in een lichte dosering toegepast tegen
kweek. En ook van het middel Pyramin op plaat
sen waar de grond weinig afslibbare delen bevat.
Dit heeft tot gevolg gehad dat in enkele gevallen
gedeelten moesten worden herzaaid. In zijn totali
teit valt dit t.o.v. de indruk die we drie a vier
weken geleden hiervan hadden, toch weer wel
mee. Het warme weer van de laatste dagen, met
soms plaatselijk wat regenval, doet de bieten bij
zonder goed.
Zoals bekend werden nogal wat bieten op eind-
afstand gezaaid 150 ha). De betreffende per
celen zijn vrijwel alle in een enquête betrokken.
Uit de tellingen die werden verricht, blijkt dat
ondanks de toch wel ongunstige kiemingsomstan-
digheden in dit voorjaar er geen al te grote tegen
vallers zullen voorkomen. Slechts in enkele geval
len staan er te weinig planten vqor een bieten
gewas met een onregelmatige stand. Het is bekend
dat een volledig machinaal bewerkt gewas bieten
of bieten gezaaid op eindafstand, een ten opzichte
van de traditionele verzorgingsmethode een min
of meer onregelmatige stand te zien geeft. Deze
onregelmatigheid moet daarom, om al te grote
opbrengstdepressies te voorkomen, opgevangen
worden door een groter aantal planten per ha.
Ook vlas en erwten, twee gewassen welke vrij
sterk in oppervlakte zijn verminderd, geven
momenteel een goede stand te zien. Het onkruid
bes tr ij dingseff eet van bodemherbiciden in erwten
valt vaak tegen. Vooral simazin schijnt het naar
verluidt minder goed te hebben gedaan. Wellicht
heeft het te weinig geregend. Veel percelen erw
ten werden dan ook nog maar eens gespoten met
DNBP.
Ook in uien valt de onkruidbestrijding nog al
eens tegen. Bij een gewaslengte van 5 a 6 cm kan
reeds met Chloor-IPC worden gespoten. De grond
moet dan echter onkruidvrij zijn en er mag geen
vlas al te dicht in de buurt groeien. Is er veel
klein onkruid aanwezig dan kan bij een gewas
lengte van 810 cm op een afgehard gewas wor
den gespoten met Genalon V20. Enkele uientelers
hebben plannen om bij een gewaslengte van 810
cm te spuiten met het oude bekende zwavelzuur.
Hoewel aan de toepassing enkele bezwaren kleven
kan hiervan meestal een goede onkruiddoding
worden verwacht. Een afdoende onkruidbestrij
ding in uien schijnt nog niet zo eenvoudig te zijn
Met het warme weer en de regenbuitjes, soms
gepaard gaande met onweer, groeien de gewassen
op WALCHEREN zeer goed. Vooral het warme
zonnige weer deed veel goed. Ook de grasgroei
komt nu goed op gang. Door het koude weer was
deze maar zeer matig. We verwachten dat er deze
week op veel bedrijven gras ingekuild zal worden.
Het kuilgras wordt als voer in de stalperiode al
gemeen gewaardeerd, vooral voor melkvee.
Welke methode wordt toegepast is dikwijls af
hankelijk van de beschikbare hoeveelheid arbeid.
Bij weinig arbeid is men aangewezen op de hulp
van de loonwerker. Is er voldoende arbeid be
schikbaar dan kan men zelf het inkuilen verzor
gen. Hierbij zijn ook nog verschillende methoden
mogelijk, o.a. vers gras met toevoeging van een
konserveringsmiddel of verdrogen, al of niet ge
perst.
Om de nieuwere inkuilmethoden in de praktijk
te tonen hebben de Streek verbetering, de Vereni
ging voor bedrijfsvoorlichting Walcheren en de
R.L.V.D. enige demonstraties georganiseerd op
vrijdag 19 mei 1967 en wel op de volgende be
drijven
10.00 uur Chr. Dekker, Kokerkeuleweg 1 te
Serooskerke. Voorgedroogd gras wordt
geperst met hoge drukpers. De pakken
worden in plastiek in de schuur opge
slagen.
10.30 uur J. Breel. Bieweg 8, Gapinge. Voorge
droogd gras wordt gekuild in een zoge
naamde rijdkuil.
13.30 uur B. Arendse, Schellachseweg 6, Gapinge.
Voorgedroogd gras wordt met lage
drukpers geperst. De pakken onder
plastiek buiten opgeslagen.
14.30 uur J. Wouters, Bieweg 2, Gapinge. Voor
gedroogd gras wordt ingekuild in silo's.
Mogelijk dat degenen van de lezers die deze
rubriek tijdig lezen, nog nut van deze mededeling
kunnen hebben.
Voor de later ingezaaide percelen is de neer-
slaghoeveelheid nog te gering geweest. Vooral op
minder goede struktuurplekken ligt het zaad nog
droog. De opkomst is dan ook zeer Onregelmatig,
met alle nare gevolgen van dien.
De vroeg gezaaide bieten zijn nu flink aan het
groeien. Toch zijn er nogal wat uiteenlopende
ervaringen dit jaar wat betreft de chemische on
kruidbestrijding. Op de lichtere schrale grond
komt nog beschadiging voor aan de bieten door
het onkruidbestrijdingsmiddel. Daartegenover blijkt
op de zwaardere en humusrijke grond het effekt
wat de onkruidbestrijding betreft soms tegen te
vallen.
De kwestie van de B-wegen op Walcheren is
nu op redelijke wijze opgelost, althans wat betreft
de toegestane wieldruk. Een knelpunt is nog de
tijdelijke opslag van de bieten in de wegbermen.
We hopen dat de landbouwvertegenwoordigers in
de betreffende colleges zich nog eens ter plaatse
laten voorlichten over de moeilijkheden die een
verbod tot opslag van bieten in de wegbermen
met zich mee zou brengen. Voor veel bedrijven
zou dit een zeer ernstige handicap zijn.
Met het mooie weer maakt het landwerk goede
vorderingen. Overal .op de NOORDBEVELANDSE
akkers is het alle hens aan dek of in dit geval
op het land voor het verzorgingswerk. Het bieten
dunnen vormt van dit werk nog steeds de hoofd
moot. Op de meeste percelen valt de opkomst van
de bieten dit jaar tegen. Overzaaien is maar in
enkele gevallen nodig geweest, maar veel per
celen zullen beneden het plantenaantal blijven dat
nodig is voor een maximale opbrengst. De veld-
opkomst ligt dit jaar meest tussen 30 en 50
Enkele ingehulde soorten komen gunstig naar
voren. Verder is het een complex van factoren
die dit matig resultaat heeft veroorzaakt. We
hoorden o.a. klagen over de kwaliteit van het zaad.
We hebben inderdaad de indruk dat veel bieten
zaad maar net de daarvoor gestelde minimum
eisen heeft kunnen halen. Maar dit argument
wordt o.i. ook weieens gebruikt als de hand in
eigen boezem moet worden gestoken omdat b.v.
te hard is gereden met de precisiezaaimachine of
onvoldoende aandacht is besteed aan het zaaibed.
Ook het zaad ontsmetten wordt nog steeds niet
door iedereen gedaan of soms wordt er maar wat
middel op het zaad gegooid in plaats van goed te
mengen, in de veronderstelling dat dit ook wel
afdoende zal zijn. Op een aantal groeifaktoren heb
ben we geen invloed, des te meer zorg is er nodig
voor datgene dat wel binnen ons bereik ligt. En
zaaiwerk vereist nu eenmaal dat het in één keer
raak is. Nu de kaarten toch geschud zijn lijkt het
ons verstandig vooral op de wat holle percelen bij
het dunnen met een vrij smalle hak te werken.
Soms kan dan een vollere rij een dunne nog wat
compenseren. Machinaal dunnen zal dit jaar niet
zo veel toegepast worden.
Overigens staan de gewassen er momenteel be
hoorlijk voor. Vooral door de hogere temperaturen
is alles goed aan de groei. In de afgelopen week
is men begonnen met het spuiten van CCC op de
wintertarwe. Ook wordt hier en daar nog een 2e
gift stikstof toegediend. Allebei maatregelen waar
bij de noodzaak van geval tot geval moet worden
beoordeeld maar waarmee toch vrij veel gunstige
ervaringen bekend zijn. Jammer dat in enkele
nieuwe veelbelovende wintertarwerassen het op
treden van gele roest is geconstateerd. Plaatselijk
zelfs vrij ernstig. Voor het kweken van hoogpro-
duktieve tarwe blijkt een al oud gevaar nog steeds
hieuw.
De groei van de gewassen op SCHOUWEN-DUI-
VELAND is momenteel optimaal. Dit dan van
hetgeen er staat. Ja, want de stand laat hier en
daar te wensen over. Dit voorjaar geldt dit vooral
t.a.v. de suikerbieten. De opkomstpercentages lig
gen tussen de 25 en 50 en bovendien een on
regelmatige stand. Enkele percelen zijn overge-
zaaid. Bij een opkomst van 25 oftewel 9
b.b.d's is het te begrijpen dat er vrij veel grote
gaten ontstaan zijn en dit beïnvloedt 't dunwerk
ongunstig. Plaatselijk kan niet gesproken worden
van dunnen, maar is 't herstelwerk! De dunmachi-
ne en/of Monomat zal dan ook dit jaar weinig of
geen werk hebben. De plaatselijk toegepaste gro
tere afstanden in de rij van 10 en 12Mt cm blijken
dit jaar evenmin een succes te zijn. Dat het een
mislukking is is te veel gezegd maar het is een
vrij ongunstig beeld.
Vóór Pinksteren werd reeds activiteit van de
bietenvlieg geconstateerd. Mocht 't nodig zijn
(meestal valt 't mee) dan insectenbestrijdende
middelen gebruiken. Neem in dat geval geen
risico en blijf, vooral bij warm weer. een paar
dagen van een bespoten perceel af, als parathion
gebruikt is/wordt.
De aardappelafvalhopen zijn een belangrijke in
fectiebron voor 't optreden van de aardappelziek
te. Juist op deze hopen vinden we ieder jaar de
ziekte voor 't eerst. Voorkom ziekteopslag op af
valhopen, ruim ze op. Ook is 't wenselijk uien-
afvalhopen op te ruimen in verband met valse
meeldauw.
Op verschillende bedrijven wordt gras ingekuild
en meestal wordt hierbij de loonwerker ingescha
keld met maaikneuzer en zelflossende wagens.
Voor deze werkzaamheden zijn de weersomstan
digheden gunstig, droog zonnig weer is gewenst
om een goede kwaliteit kuil te krijgen. Toepassing
van plastiek, ook hier steeds meer in de belang
stelling, kan in principe heel goede inkuilresul-
taten geven en 't inkuilen vergemakkelijken, maar
dan is 't nodig dat 't plastiek op de juiste wijze
wordt gebruikt.
VOOR EEN GOEDE groei vragen stamslabonen
een goed doorlatende en voldoende diep losgemaak
te grond. Een eerste bewerking, ongeveer 14 da
gen voor het zaaien, met een kromtandegge met
18 d 20 cm lange tanden, bevalt goed in de prak
tijk. Maak daarbij geen valse kluiten, dus u moet
de grond niet dieper bewerken dan deze wil ver
kruimelen.
KNOLSELDERIJ U1TPLANTEN moet nauw
keurig gebeuren en een juiste plantdiepte is erg
belangrijk. Wordt te ondiep geplant, dan verdro
gen de plantjes gemakkelijk, stopt U de hartbla-
deren te diep in de grond, dan lijden de planten
hiervan erg. Gebruik forse, voldoende ontwikkel
de planten en niet van dat fijne slappe materiaal.
MET CHEMISCHE MIDDELEN kunnen de zaad
onkruiden in knolselderij goed bestreden worden.
Een bespuiting kort na het planten met 1IV2 kg
propazin of linuron geeft goede resultaten en de
hele zomer een schoon gewas. Gebruik niet te wei
nig water bij het spuiten. Een vochtige grond ver
hoogt de werking van het middel.
EEN SCHRAAL GEWAS WINTERTARWE kan
met een aanvullende stikstofgift van 30 a 40 kg N
per ha tijdens het schieten van het gewas een be
langrijke meeropbrengst geven. De tarwe heeft bij
het begin van het schieten een lengte van onge
veer 40 cm. Let TJ daarom op of Uw wintertarwe
voldoende zwaar wordt.
EEN TE ZWAAR TARWEGEWAS kan worden
afgeremd door een bespuiting met Cycocel. De nor
male hoeveelheid voor wintertarwe is 4 a 5 liter,
voor zomertarwe is 2Vt liter voldoende. De be
spuiting is nog mogelijk tot een gewaslengte van
35 cm. De prijs per liter bedraagt circa 13,Ook
met de halve hoeveelheid aan middel zijn goede
resultaten bereikt.