De eerste klap
is een daalder waard
Mestvee op
roostervloeren
12
J. BOLLAND,
specialist boerderijbouw
R. L. V. D. - Axel
/"•RAS moeten we laten groeien als het kan groeien.
u En dit laten groeien hebben we voor een groot
gedeelte zelf in de hand door een juist „stikstofbe-
leid". Vooropgesteld natuurlijk dat de toestand van
de andere elementen in orde is.
VROEG GRAS
Vroeg gras is voor de meeste bedrijven aantrekke
lijk omdat:
het vee vroeger naar buiten kan, wat vaak leidt
tot besparing aan krachtvoer, vooral bij hoog pro-
duktieve dieren;
er vroeger kan worden gemaaid voor te hooien of
te kuilen, waardoor er vroeg in het zomerseizoen
weer jong gras voor het vee beschikbaar komt.
Al zijn we het er dan over eens dat vroeg strooien
van stikstof voordelen biedt, daarmee is de juiste
datum toch niet gemakkelijk aan te geven, omdat
verschillende factoren hiebij een rol spelen: weersom
standigheden, grondsoort, grondwaterstand, berijd
baarheid van het land, etc. Om in akkerbouwtermen
te spreken: de grond moet „bekwaam" zijn. Voor
Zeeuws-Vlaanderen zal begin maart meestal voldoen
de vroeg zijn om stikstif te strooien.
VOOR EEN HOGE OPBRENGST OOK
EEN HOGE STIKSTOFGIFT
Afhankelijk van het gebruik van het grasland pas
sen we onze N-bemesting aan. Omdat het stikstof-
effect in het voorjaar het grootst is, moeten we dit
uitbuiten en dan dus zeker niet te zuinig zijn.
Als richtlijn kunnen we aanhouden:
voor beweiden 300 tot 400 kg kalkammonsalpeter
per ha;
voor maaien 500 tot 600 kg kalkammonsalpeter
per ha.
In een erg groeizaam voorjaar kan het gebeuren
dat het vee de grasproduktie niet kan bijhouden. Met
Hier konden de koe
de maaikneiwer achter dè hand behoeft dit echter
geen enkel probleem te zijn. We kennen trouwens toch
al verschillende bedrijven die al het grasland tegelijk
strooien met 500 700 kg kalkammonsalpeter per ha
en dan in mei de groeitrappen „erin maaien". Hier
door wordt ten volle geprofiteerd van het stikstof
effect in het voorjaar. Na het maaikneuzen kan on
geveer drie weken later weer ingeschaard worden, na
hooien vijf weken later. Op deze manier hebben we
regelmatig jong weidegras voor het vee beschikbaar
en kan goede kuil en prima hooi gewonnen worden.
Natuurlijk vraagt het wel een goede verzorging van
de grasmat en dus wat meer aandacht van de boer.
WELKE SOORT MESTSTOF
Kalkammonsalpeter en magnesamon zijn de beste
stikstofmeststoffen op grasland.
Op percelen waar de magnesiumtoestand te wen
sen overlaat en dus gevaar aanwezig is voor kop-
i vroeg r»aar buiten.
ziekte kan beter magnesamon gegeven worden. Ver
standiger is echter om dan eerst de grond op peil te
brengen met een kieseriet bemesting van 300 a 400
kg per ha. Van magnesamon wordt door de boeren
wel beweerd dat deze minder snel en goed werkt dan
kalkammon. Dit is verklaarbaar door het lagere ge
halte aan stikstof. Als voorbeeld: 600 kg kas is
140 kg N en 600 kg Mg kas is 120 kg N. Dit scheelt
dus bijna een baal.
SAMENVATTING
Door vroeg stikstof te strooien kan de grasland-
produktie opgevoerd worden. Deze meeropbrengst
moet echter benut worden. Dit kan als we steeds
tijdig inscharen en tijdig maaien.
C. J. P. BARTELS
R. L. V.D. - Axel
Roostervloer. De mest wordt door de spleten getrapt
In deze ruif kan wel voor een paar dagen hooi.
HET meeste mestvee in Zeeuws-Vlaanderen wordt gehouden op de
grotere akkerbouwbedrijven. Dit zijn juist de bedrijven die over
het algemeen krap in de arbeid zitten.
TRADITIONELE STAL
Het mestvee wordt gehouden in een normale stal, die onderling
kunnen verschillen. Meestal is er een voergang aanwezig van ruim
een meter breed. Vanuit deze voergang wordt het vee voorzien van
hooi, stro, kuilvoer en het eventuele krachtvoer. Dit is een arbeids-
methode die dagelijks terugkomt en vrij veel arbeid vraagt.
Ook het uitmesten van de stal vraagt veel arbeid en is daarbij een
minder aangename bezigheid. In de meeste stallen wordt dagelijks
een zekere hoeveelheid stro als strooisel gebruikt. Dagelijks ook
wordt de stalmest met een kruiwagen op de mestvaalt gereden, be
halve dan in de weekenden.
Voor die bedrijven waar de arbeid krap is gaan raken, zal ver
bouw, mogelijk nieuwbouw, zijn te overwegen. De bouw moet er
dan op gericht zijn om met zo weinig mogelijke arbeid mestvee te
kunnen houden.
STAL MET ROOSTERVLOER
Grote arbeidsbesparingen worden verkregen metde zogenaamde
roostervloerstallen. Bij deze stallen worden vrij diepe kelders ge
graven waarover betonnen balken wojrden gelegd. Deze betonnen bal
ken zijn aan de bovenkant 1215 cm breed en aan de onderkant en
kele centimeters smaller. De betonnen balken worden zodanig over
de kelder gelegd dat er tussen de balken spleten of openingen ontstaan
van ongeveer 3 cm breed, die dus naar boven toe taps toelopen.
Op deze betonnenbalken of roosters verblijft het vee dan dag en
nacht. De mest die op de roosters terecht komt wordt door het vee
door de spleten getrapt en valt in de kelder, evenals trouwens de gier.
wens de gier.
Er wordt dus geen stro meer gebruikt. Wanneer de kelder vol is
wordt deze met een vacuümtank leeg gereden. Naar verloop'van
hoeveel tijd de kelder moet worden leeggepompt hangt uiteraard af
van de inhoud van de kelder per stuks vee. De inhoud van de kelder
moet erop zijn afgestemd, dat er perioden in het jaar zijn dat men
met de mengmest niet op het veld bouwland terecht kan.
Natuurlijk zal het vee bij deze methode niet brandschoon zijn. doch
bij de huidige stalling mankeert het hier ook nogal eens aan. Zonder
meer is dan ook te stellen dat over het algemeen dieren op rooster
vloeren beslist niet vuiler zijn dan op de traditionele stallen.
A R BF.ÏDSBESPARING
Bij een juiste opzet is het ook heel goed mogelijk om voorraad-
voedering van hooi en stro toe te passen. Meestal zal dan kunnen
worden volstaan om 2 3 keer per week te voeren. Aan de voorraad-
bak dient dan wel zorg besteed te worden om het morsen tegen te
gaan.
Het voeren van kuilvoer kan, indien de voergang breed genoeg is,
rechtstreeks vanaf de wagen geschieden. Bij het voeren van kracht
voer zal gebruik gemaakt moeten worden van een verrijdbare meel-
kar.
Gebleken is dat in deze stallen op zeker de helft van de arbeid
kan worden bespaard voor wat het verzorgen van het vee betreft,
vergeleken dus bij de traditionele stal.
Momenteel is in Zeeuws-Vlaanderen een dergelijke stal in aan
bouw, terwijl één stal reeds in gebruik is.
Voor eventuele bezichtiging van deze stallen kan men zich wen
den tot de R. L. V. D. in Zeeuws-Vlaanderen.