DE TEELT VAN KNOLSELDERIJ k. n. l. c. tuinbouwdag uitvoer land en tuinbouwprodukten 1966 zaaizaadontsmetting en zaaizaad behandeling bij zomergewassen geslaagden aanvullingscursus spuiten in de landbouw bedrufsverzorgingsdienst tholen/st. philipsland 6 Er is in onze provincie weer een grote belangstelling voor de teelt van knolselderij, met name op Zuid-Beveland. Zoals bekend zal op maandag 20 februari a s. de verkoop plaats vinden 'van het areaal knolselderij dat de leden van de veilingen op Zuid-Beveland en Walcheren dit seizoen wensen te telen op contract voor industrie of export. Dan zal er een totaal areaal van 128 ha worden aaneeboden. Hiervan kan onder normale omstandigheden een oogst komen van plm. 3,5 miljoen kg knolselderij. Met belang stelling wordt allerwege deze verkoop tegemoet eezien. Uit verschillende gesprekken is ons gebleken dat er rond de teelt en de teelteisen van de knolselderij nogal wat vragen zijn. Daarom leek het ons nuttig daar deze week nader op in te gaan. rooien op deze gronden minder vlot verloopt dan op de lichtere gronden. De grond moet echter goed vochthoudend zijn. BEMESTING Voor een zware knolontwikkeling is veel kali nodig. In de laatste maanden van de eroei is de voedselbehoefte het grootst, dan worden door de planten nog véél voedingszouten aan de bodem ont trokken. Voor een goede knolontwikkeling is een goede doch niet te weelderige knolontwikkeling gewenst. Men bereikt dit door enkele overbemestingen te geven met stikstof. Zeer veel stikstof bevordert de aantasting van bladvlekkenziekte. Voor een juist bemestingsadvies zou men de beschikking moeten hebben over een bodemanalyse maar een globale norm per ha is: 1200 kg kalizout 40%500 kg super fosfaat; 200 kg kalkammonsalpeter. Deze meststof fen dienen voor het uitpoten te worden uitge strooid. Het kali-zout in februari-maart en de rest eind april. In april dient men toch reeds een aanvang te maken met de grondbewerking. Zou men hiermede wachten tot kort voor het uitpoten, dan bestaat de kans dat men door droogte de zwaardere zavel gronden niet in de gewenste structuur kan bren gen. Door enkele malen de grond te bewerken zal men ook veel kiemende onkruidzaden vernietigen. ZIEKTEBESTRIJDING Bladvlekkenziekte, welke door de telers meestal roest wordt genoemd, is wel één van de belangrijk ste ziekten in de knolselderij. Wanneer men ver zuimt om regelmatig voorbehoedend te spuiten tegen deze plaag, dan is de kans zeer groot dat de kilo-opbrengst niet groot zal zijn. Belangrijk is ook dat men uitgaat van ontsmet zaaizaad. Op het zaaibed moeten de jonge plantjes, wan neer ze echte blaadjes gaan vormen, reeds bespo ten worden. Na het uitpoten dient regelmatig het zich ontwikkelende blad met een voorbehoedend middel bespoten te worden. In een regenrijke zo mer zal men meer moeten spuiten dan in een droge zomer. In de zomer kan men aan de te gebruiken middelen parathion toevoegen ter: bestrijding van wantsen en mineervliegen. Verder kennen we de zgn schurft, dat ook wel roest op de knol wórdt genoemd. Ernstig door schurft aangetaste knollen zijn. niet bewaarbaar. Schurft op de knol is niet te bestrijden. Belangrijk is een ruime vruchtwisseling bij de planten en de knolllenteelt. Hoe humusrijker de grond is, des te groter de kans op schurft. Ten aanzien van het oogsten kunnen we nog opmerken dat dit dient te gebeuren eind oktober uiterlijk begin november. Knolselderij is zeer ge voelig voor bevriezing. Men moet echter weer niet te vroeg beginnen omdat de knol eerst zeer laat tot ontwikkeling komt. Mechanisch oogsten is moge lijk, maar dat mag enkel met de toestemming van de afnemer want op deze wijze geoogste knollen laten zich niet bewaren. In de contracten staat dab ook dat dit gemeld moet worden. IN zijn jaarrede op de K. N. L. C. Tuinbouw- dag '67 een overzicht gevende over de re sultaten van de verschillende tuinbouwsectoren in 1966, merkte de heer G. W. Bos, voorzitter van de afdeling Tuinbouw van het K.N.L.C. over de con tractteelt op dat de ontwikkeling van de contract teelt van tuinbouwprodukten niet spectaculair is geweest. Volgens de prognoses mag echter verwacht wor den, dat er steeds meer belangstelling van de in dustrie zal komen, in verband met de steeds gro tere vraag naar het verwerkte produkt op de West- Europese markten. De 3 C.Z.O.'s hebben sinds januari 1966 de Nederlandse Contracttelers Ver eniging opgericht. Tot op heden heeft er nog geen gesprek plaats gevonden over grove tuinbouwpro dukten. Het wil mij voorkomen dat de telers in het al gemeen geen begrip tonen wat de 3 C. Z. O. hier mee voorstaan. Ook twijfel ik aan een voldoende voorlichting in de gewesten. De steeds verder gaande concentratietendenzen in de verwerken de industrie zal beantwoord moeten worden met collectieve aanbiedingen van de producenten, met als alternatief de kansen verwaarlozen en de boot missen. Over de arbeidsvoorziening merkte de heer Bos op dat naar zijn overtuiging noodzakelijk is dat de diverse sectoren van de tuinbouw meer coördine rend zullen moeten werken, in verband met de loonpolitieke situatie, werktijdenverordening en de sociale verzekeringen. Ook pleitte hij er voor dat de tuinbouw inspraak krijgt in de Brusselse orga nen in verband met het langzaam op gang komen van de sociale harmonisatie in de E. E. G. Overi gens was hij de mening toegedaan dat een goed personeelsbeleid, waarbij vooral de sociale positie van de werknemer in het bedrijf de aandacht ver dient, niet alleen wenselijk maar ook noodzake lijk is. De heer Bos wees eveneens op de matige finan ciële resultaten in de glastuinbouw, waardoor vele bedrijfsgenoten in liquiditeitsmoeilijkheden zijn ge raakt, en de besprekingen met de Centrale Banken, het Borgstellingsfonds alsmede het ministerie van Maatschappelijk Werk, Landbouw en Financiën in verband met de versnelde procedure inzake de Zelfstandigenregeling van de Bijstandswet. Uitstel van aflossingen en liquiditeitscredieten zijn de re sultaten hiervan geweest. fn principe geldt het één en ander ook voor de fruitteelt en de koudegrondprodukten. Om de be drijfstak tuinbouw gezond te maken (30 is ver ouderd) is een voorstel doorgezonden naar het be stuur van het Ontwikkelings- en Saneringsfonds. Het voorstel houdt in een subsidie voor de moder nisering alsmede een afbraakpremie voor de sane ring. Tevens is in dit besluit een voorstel om in verband met de verouderde boomgaarden een rooi- premie te verstrekken van 2.000,De heer Bos achtte het van bijzonder grote betekenis dat beide voorstellen gerealiseerd worden. De moeilijkheden in de tuinbouw zijn onder an deren veroorzaakt door de vergrote produktie in eigen land en in de E. E. G.-landen. Een tweede oorzaak is de gewijzigde inkoop- politiek in opze afzetmarkten. Het aantal inkopers heeft zich geconcentreerd in inkoopcombinaties, dus zeer sterk ingekrompen, terwijl de verkopers, de exporteurs, ongeveer gelijk zijn gebleven. Daar door is er in 1966 een hapering in het prijsmecha nisme ontstaan die beslist ten nadele van de telers heeft gewerkt. Bij deze probleemstelling spreekt het vanzelf dat de gehele afzetsituatie nader in studie is geno men, waarbij reeds uitgewerkte voorstellen aan de algemene vergadering van het Centraal Bureau zul len worden voorgelegd, terwijl het bestuur zijn goedkeuring hieraan heeft gegeven. Een actieve ophoudprijs-politiek en een beweeglijke minimum- prijzen-beleid, dus niet meer naar het absolute minimum, zijn doelstellingen die zullen worden na gestreefd, aldus de heer Bos. Een gunstig jaar is 1966 voor de bedrijfsverzor- gingsdienst Tholen/St. Philipsland geweest. Was het aantal leden in het begin van het jaar 24, het jaar 1966 kon worden afgesloten met een ledental van 34. Voor 1967 hebben zich reeds weer drie nieuwe gegadigden laten inschrijven, zodat het to taal nu 37 is. De vereniging kon de boeken afsluiten met een voordelig saldo en daarbij een klein be drag van ruim f 200 afzonderen voor reservering. De bedrijfsverzorger heeft bij voorkomende ge vallen van ziekte, bij vakantie en tijdens weekends PLANTEN Dat we voor de knolselderijteelt planten nodig hebben, is voldoende bekend. Het beste kan men deze betrekken van een plantenkweker -die erva ring heeft en die gunstig bekend staat. Overal in de provincie zijn er mensen die zich hierin hebben ge specialiseerd. Planten kunnen het beste worden gekweekt onder platglas waarbij als maximum per raam 500 planten aangehouden dient te worden. Het meest in aanmerking komt het ras Roem van Zwijndrecht. Hiermede werden de laatste jaren gemiddeld de beste resultaten behaald. De meest geschikte poottijd voor knolselderij is plm. half mei. Bij voorkeur moet dat' gebeuren bij donker weer waarbij spoedig een hergroei kan op treden. In een droogte-periode kan een knolselderij- plant heel wat verdragen maar een langdurige stilstand in de groei zal zich wreken in minder kilo's. Het poten kan heel goed met een plantmachine gebeuren. In verband met de onkruidbestrijding is een rui me rijenafstand gewenst. Een rijenafstand van 50 cm wordt meestal aangehouden en ook in de rij wordt dikwijls op 50 cm geplant. Als gemiddelde wordt meestal aangenomen 40.000 planten per ha. Kan men een zeer krachtige groei verwachten, dan is een rijenafstand van 60 cm wel verantwoord. De ervaring heeft geleerd dat men eerder te nauw dan te wijd plant. GRONDSOORT De teelt van knolselderij is niet gebonden aan een bepaalde grondsoort. De zware kleigronden zijn er Volgens mededeling van het Centraal Bureau voor de Statistiek bedraagt de waarde van de uitvoer van land- en tuinbouwprodukten in het 4e kwartaal van 1966 1.848 min. Dit betekent een stijging t.o.v. het het overeenkomstige kwartaal in 1965 met f 20 min of 1 De uitvoer van land- en tuinbouwprodukten over het jaar 1966 bedraagt 6.616 min. Ten opzichte van het jaar 4965 is dit een stijging van 44 min. De uitvoer van produkten van Nederlandse her komst gaf een daling te zien van 100 min, de pro dukten van niet-Nederlandse herkomst een stijging van f 144 min. Het aandeel van de land- en tuinbouw produkten in de totale Nederlandse uitvoer over het jaar 1966 bedraagt 27 in 1965 bedroeg dit percen tage 28. De P. D. en de Rijksconsulentschappen voor Plan tenziekten beide te Wageningen wiizen er in P. D. be richt No. 1678 van 15 februari 1967 op dat als gevolg van de natte zomer het zaaizaad van het oogstjaar 1966 over de gehele linie wat min der van kwaliteit is dan dat van vorig jaar. De gezondheidstoestand laat iri een aantal gevallen ook te wensen over. Aan de zaaizaadontsmetting moet daarom bijzondere aandacht worden besteed. Het spreekt vanzelf dat, om een goed resultaat te verkrijgen, het van belang is het juiste middel te kie zen en de voorschriften betreffende de dosering, het tijdstip en de wijze van toepassing nauwkeurig op te volgen. Voor de in de handel verkrijgbare middelen, de wijze van ontsmetten en de gevaren die aan het ge bruik van ontsmettingsmiddelen zijn verbonden, wordt verwezen naar het P. D.-bericht no. 1652 „Zaaizaad ontsmetting en -behandeling bij wintergranen" (1 okt, 1965). Bericht 1678 gaat uitvoerig in op de middelen die toegepast kunnen worden voor de verschillende zomergewassen, zoals de zomergranen, bieten, vlas, erwten, bonen, grassen, uien, klavers enz. echter minder geschikt voor, daar het uitpoten én kunnen inspringen en de nodige hulp bieden. Hij behaalde met succes de diploma's voor de cursus sen melken en klauwverzorging en bekwaamt zich nu verder door een kadercursus machinaal melken te volgen, zodat zijn vakbekwaamheid „all round" wordt. Vanzelfsprekend zijn nieuwe leden van harte welkom. De vaste contributie bedraagt slechts 25 per jaar waarvoor het lid tegen betaling van de dag vergoeding aan de bedrijfsverzorger de nodige ser vice wordt geboden. Beslist geen dure „verzeke ring"! bi. Het gebruik van chemische middelen in de land bouw eist van de spuiters, dat zij voortdurend de ontwikkeling hierin op de voet volgen. Vakliteratuur en studiebijeenkomsten zijn onvoldoende om de grote vooruitgang nauwkeurig bij te houden. Daarvoor is bijscholing noodzakelijk. In dit kader werd de afgelopen winter weer een „Vervolg- en aanvullingscursus Spuiten in de Land bouw" te Axel gegeven. Hieraan namen 21 cursisten deel, waarvan er 17 examen aflegden op 8 en 9 fe bruari j.l. Alle kandidaten slaagden, hetgeen een uit zonderlijke prestatie was, aldus examinator ir. M. A. Heuver, Rijkslandbouwconsulent voor Planteziekten te Wageningen. - De geslaagden zijn: R. v. Bunderen, BoscKkapeïle* p. van Daele, Biervliet; E. a. L. Fassaert, Lamswaai- de: A. C. L. Michielsen, Stoppeldijk; P. F. v. d. Poele, Clinge; J. Ramondt, Sas van Gent; P. Th. Serrarens,,, Westdorpe; P. Roose, Hoek; J. Strooband, St. Jan steen; M. H. Teunissen, Hulst; G. C. M. de Theije, Ter hole; G P. Verlinde, Zaamslag; E. E. C. Verschueren, Stoppeldijk; J. J. M. de Vliegher, Koewacht; Ed. de Waal, Ossenisse; R. P. M. van Wesemael, Nieuw Na men en J. M. Usebaert te Sas van Gent. Aan hen zal het behaalde diploma gevorderden wor den uitgereikt. In dit grote succes mocht ook de docent, de heer p. Verhage uit Goes, delen, die als dank voor de grote opoffering die hij zich getroost had een fraai geschenk van de cursisten in ontvangst mocht nemen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1967 | | pagina 6